ZITDAGEN
BOEKHOUDBUREAU
Gras» en Klaverzaden
ZATERDAG 1 AUGUSTUS 1953.
WAARIN OPGENOMEN HET NOORD-BRABANTSCH LANDBOUWBLAD
Officieel Orgaan van de Zeeuwsche Landbouw Maatschappij (Z. L. M.)
de Noord-Brabantsche Maatschappij van Landbouw en andere Verenigingen
ZITDAGEN SECRETARIAAT
DER Z. L. M.
D. J. VAN DER HAVE
Nr. 2183. Frankering bij abonnement: Terneuzen.
41e Jaargang
ZEEUWSCH LANDBOUWBLAD
Dit blad verschijnt elke ZATERDAG. Overname van arti
kelen is slecths geoorloofd met duidelijke bronvermelding.
Leden van de Z. L. M. en N.-Br. Mij van Landbouw ontvan
gen het blad gratis.
ABONNEMENTSPRIJS voor niet-leden van deze organisa
ties bedraagt 10,per jaar bij vooruitbetaling.
Redactie:
Secretariaat der Z. L. M.
Landbouwhuis Goes
Tel. K 11002345
ADVERTENTIETARIEF: Per mm 15 cent; minimum per
advertentie 2,25. Incassokosten 0,20.
Regelabonnementen tegen speciaal tarief.
Inzending van advertentiën uiterlijk Dinsdagavond aan de
Uitgeefster N. V. v/h Firma P. J. VAN DE SANDE te
Terneuzen.
©verzicfii
Het belangrijkste gebeuren is geweest in de vlak
achter ons liggende dagen
het dichten van de Kruiningerpolder.
Een gevoel van dankbaarheid doorstroomde ons,
toen wij hoorden, dat het gelukt was. Dat de man
nen van de Rijkswaterstaat en van de aannemers
het gapende gat bij de Veerhaven afgesloten had
den. Het gat, waarvan wij ons, als leek, de keren,
dat wij het bezichtigden, alleen maar afvroegen
hoe dat ooit weer goed moest komen.
Het gat, waardoor het zeewater van de Wester-
Schelde dagelijks tweemaal zijn vernielende werk
deed. Gebouwen ondermijnend, goede grond mee
slepend en zand terugbrengend. Hele boerenbedrij
ven verwoestend, terwijl de boer machteloos moest
toezien hoe zijn bestaan langzaam maar zeker in
de golven verdween.
Wie kan het leed bevatten, wie kan de smart be
grijpen, die er in de harten van de slachtoffers da
gelijks omging?
En nu is het lelijke gat dicht! Nu kan het water
weggepompt worden en kan de inventarisatie van
de schade beginnen. Nu komt bloot, wat er ver
dwenen is, wat nog hersteld kan worden, wat er
nog is. En de bewoners van de Kruiningerpolder
wacht een geweldige taak. Een taak, die zó zwaar
HULST: Maandag 3 Augustus, in „De Graan-
beurs", van 3 tot 5 uur.
OOSTBURG: Woensdag 5 Augustus, in Café „De
Windt".
KOUDEKERKE: Woensdag 5 Augustus, in Hotel
„Nieuw Walcheren", van 9 tot 1.30 uur.
ZIERIKZEE: Donderdag 6 Augustus, in Hotel
„Huis van Nassau".
KORTGENEDonderdag 6 Augustus, in Hotel „De
Korenbeurs".
MIDDELBURG: Donderdag 6 Augustus, in Café
„De Eendracht".
o
HULST: Maandag 3 Augustus, van 34 uur, in
Hotel „Het Bonte Hert".
OOSTBURG: Woensdag 5 Augustus, van 34172
uur, in Café „De Vuijst".
ST. MAARTENSDIJK: Donderdag 6 Augustus,
van 111 uur, in Hotel „Hof van Holland".
MIDDELBURG: Woensdag 6 Augustus, van 3
4Y2 uur, in Café „De Vriendschap".
ST. PHILIPSLANDZaterdag 8 Augustus, van
111 uur, in Hotel „De Druiventros".
Komt hier met uw vragen op pacht-, Juri4J«ch„
economisch-, sociaal* en têehnifch gebied,
is, dat men over grote moed zal moeten beschik
ken, om haar aan te vatten en tot een goed einde
te brengen. De taak van schoonmaken, opruimen,
opbouwen. Een taak van zwoegen en werken, van
werken en zwoegen.
Toch is er niemand, die er ook maar een ogen
blik aan twijfelt of de Kruiningers zullen dit gigan-
tenwerk aanpakken en voor elkaar krijgen. Omdat
immers de Kruiningers echte Zeeuwen zijn en men
weet, dat een Zeeuw de eeuwige strijd met het
water steeds tot het einde uitvecht. Daarom zal
ook Kruiningen weer herrijzen. Moge het schoner
zijn dan tevoren!
Laat men deze wederopbouw groots aanpakken.
Men bouwe flinke nieuwe woningen. Men beginne
een actie van herbeplanting. Maar dit alles is wel
toevertrouwd aan de actieve commissie. Zij krijge
aller steun!
Ja, dankbaar moeten wt> allen zijn, dat een half
jaar na de verschrikkelijke ramp de Kruininger
polder afgesloten is van het zeewater. En hoop
komt in onze harten voor dat andere zo zwaar ge
troffen eiland, Schouwen-Duiveland. Als ook de
dichting van de gaten bij Schelphoek qn Ouwerkerk
vóór de winter mocht gelukken, dan kan men ook
daar met het opbouwwerk gaan beginnen.
Wij wachten nu nog op de Wet Watersnood-
schade. Verschenen is
het Voorlopig Verslag
van de Tweede Kamer op het Öntwerp van Wet.
Hierin hebben dus de leden van.de commissie uit
de Tweede Kamer, die dit ontwerp ter bestudering
hadden gekregen, hun mening neergelegd. Hun
wensen en bezwaren zijn op deze wijze aan de Re
gering kenbaar gemaakt, die nu hierop in een
„Memorie van Antwoord" zal antwoorden. Daarna
kan dan de openbare behandeling plaats vinden.
Men verwacht algemeen, dat dit laatste niet vóór
September zal zijn.
Het is wel eens aardig na te gaan wat indertijd,
bij het openbaar maken van het Wetsontwerp
Watersnoodschade de mening was van de Z. L. M.,
en wat thans de Kamerleden over verschillende
punten naar voren brachten.
Wij willen deze vergelijking hieronder ten aan
zien van enkele belangrijke kwesties onze lezers
niet onthouden, daar hieruit weer eens blijkt hoe
belangrijk voor de boer het werk van zijn organi
satie kan zijn. De meningsvorming van de georga
niseerde landbouw kan wel degelijk een behoorlijke
invloed ten goede hebben op wetten, maatregelen
en besluiten van de Overheid.
Rechtsgrond voor de vergoeding.
In het „Overzicht" in dit blad van 30 Mei j.l.
schreven wij, dat er, naar onze mening, voor de
vergoeding van de schade van een dergelijke grote
ramp wel degelijk een rechtsgrond te vinden was.
Een standpunt, dat reeds eerder door het Dagelijks
Bestuur der Z. L. M. was ingenomen. Zulks als
reactie op een zinsnede in de Memorie van Toe
lichting, waarin het verlenen van schadevergoeding
niet als een recht van de slachtoffers werd aan
gemerkt, doch meer als een morele aanspraak
werd beschouwd.
Vele leden uit de commissie uit de Tweede Ka
mer nu achtten, evenals de Z. L. M. dus, wel dege
lijk rechtsgronden aanwezig voor het vergoeden
van de schade. Zo zou, vermeldt het Voorlopig
Verslag, om slechts één van de rechtsgronden voor
vergoeding te noemen, gewezen kunnen worden op
de plicht der gemeenschap, voortvloeiende uit de
onderlinge solidariteit, om daar, waar haar leden
schade hebben gelopen, deze schade -indien ze
althans van betekenis is zoveel redelijkerwijze
mogelijk en verantwoord is, over allen om te slaan.
Het zou ons te ver voeren op het gehele betoog
van het „Voorlopig Verslag" in te gaan. Hoofdzaak
is, dat de Kamer zich op bovenvermeld standpunt,
dat zeker de instemming van de ramp-slachtoffers
zal hebben, heeft geplaatst.
Een tweede belangrijk punt is
het Rampenfonds en de Huisraadschade.
Toen de Regering de gehele huisraadschade vol
gens de Memorie van Toelichting op het Wetsont
werp wilde overdragen aan het Rampenfonds, ging
hiertegen, zowel in de rampgebieden als daarbuiten,
een ernstig protest op. Waarom er een onderscheid
werd gemaakt tegen schade, geleden in de persoon
lijke sfeer en in andere sectoren, was voor velen
een raadsel. In het „Overzicht" van 30 Mei schre
ven wij hierover:
„Men kan zich met recht afvragen of de
Overheid de bedoelingen van de gevers aan het
Rampenfonds juist heeft aangevoeld. Wij me
nen eerder, dat deze gevers, overtuigd als zij
waren, dat een volledige vergoeding van de
schade tot de onmogelijkheden zou behoren,
met hun zo spontaan geschonken bijdragen
aan de slachtoffers iets extra's wilden be
zorgen."
Verheugend is het thans als de mening van vele
Kamerleden te lezen, dat alle soorten van schade
van Overheidswege behoort te worden toegekend
en bij de Wet geregeld. Het Rampenfonds beschou
wen deze leden bestemd voor aanvullende doelein
den. Vooreerst, zo zeggen zij, behoort daartoe de
vergoeding in de sfeer van de immateriële schade,
waarbij te denken ware aan het derven van in
komsten, waardoor vele getroffenen voor kortere
of langere tijd in moeilijke omstandigheden komen
te verkeren. Ook vergoedingen in verband met het
verlies van kostwinners en voor weduwen en
wezen kunnen tot de zorg van het Rampenfonds
gerekend worden. In de sfeer van de materiële
schade komt wellicht ook in aanmerking de aan
vulling op de vergoeding voor schade aan onroe
rend goed en aan bedrijfsuitrusting, waarvoor de
Regering een credietregeling in uitzicht heeft ge
steld en waarin de getroffenen zelve de middelen
tot herstel niet hebben. Tevens ware te denken
aan het verlenen van aanvullingen op de vergoe
dingen voor huisraadschade.
Zoals men ziet hebben deze Kamerleden de ge
voelens van onze bevolking duidelijk weergegeven
en zij hebben bovendien hun spijt erover uitgedrukt,
dat de Regering, ondanks het feit, dat .reeds bij de
behandeling van de Regeringsnota over de waters
nood duidelijk was gebleken, dat de Kamer zich
niet kon verenigen met een taakverdeling tussen
Overheid en Rampenfonds, zoals die toen was, toch
is voortgegaan met dit fonds regelingen te treffen,
waarbij de vergoeding van de huisraadschade ge
heel tot de taak van dit fonds werd gemaakt.
Een derde belangrijk punt betreft
de integrale schadevergoeding.
Zoals men weet, is er vanuit de rampgebieden
steeds aangedrongen op een volledige vergoeding
van de materiële schade. De Regering echter stond
KONINKLIJK KWEEKBEDRIJF
Z AADIIANDEL
KAPELLE-BIEZELINGE
voor aanleg van weilanden.