ïeevoederdistribiitie overleefde zichzelf Hybridemaïs ZITDAGEN BOEKHOUDBUREAU waarin opgenomen het NOORD-BRABANTSCH LANDBOUWBLAD Officieel Orgaan van de Zeeuwsche Landbouw Maatschappij (Z. L. M.) de Noord-Brabantsche Maatschappij van Landbouw en andere Verenigingen D. J. VAN DER HAVE No. 2167. Frankering bij abonnement: Terneuzen ZATERDAG 11 APRIL 1953. 41e Jaargang ZEEUWSCH LANDBOUWBLAD Dit blad verschijnt elke ZATERDAG. Overname van arti kelen slechts geoorloofd met duidelijke bronvermelding. Leden van de Z. L M. en N.-Br. Mij van Landbouw ont vangen het blad gratis. ABONNEMENTSGELD: voor niet-leden van deze orga nisaties bedraagt ƒ10,per jaar. Redactie: Secretariaat der Z. L. M., Landbouwhuis, Goes - Tel. 2345 ADVERTENTIETARIEF: Per m. 15 cent; minimum per advertentie 2,Incassokosten 0,15. Regelabonnementen tegen speciaal tarief. Inzending van advertentiën aan de Uitgeefster N.V. v/h Firma P. J. VAN DE SANDE te Terneuzen of aan het Landbouwhuis te Goes. Na dertien jaren in werking te zijn geweest zal de veevoederdistributie in Nederland per 28 April van dit jaar gaan verdwijnen. Weinigen zullen dit nieuws als een schok ondervonden hebben, daar deze gebeurtenis reeds enige tijd in de lucht hing. Toch is het de moeite waard de mogelijke consequenties van deze afschaffing onder ogen te zien, voor zover dit nu reeds mogelijk is. GROTE GEVOLGEN. Omdat gedurende de laatste jaren de veevoeder distributie veel van haar oorspronkelijke waarde had verloren men denke alleen maar aan de geringe verkoopwaarde van de verstrekte bonnen en de soms in verhouding te hoge prijzen van het distributievoer kan licht de neiging opkomen om de verdiensten ervan in het verleden te onder schatten. Laat ons daarom uw geheugen nog eens op mogen frissen. Als eerste en meest doorslag gevend argument is deze distributie indertijd inge steld om de te geringe hoeveelheid beschikbare grondstoffen zo billijk mogelijk te verdelen. Waar een belangrijk aandeel van deze hoeveelheden vooral in de na-oorlogse jaren bestemd was voor de pluimveehouderij en de varkensfokkerij, is het tevens de distributie geweest, die er voor heeft gezorgd, dat dit voer vooral terecht kwam op de kleine bedrijven, die doorgaans zonder de verede ling van grondstoffen, afkomstig uit het akker bouwbedrijf, geen redelijk bestaan kunnen bieden. Uit dien hoofde is het dan ook begrijpelijk, dat in de Eerste Kamer bij de bespreking van de moge lijkheid - tot afschaffing, aanstonds stemmen op gingen, die deze basis van het kleine gemengde bedrijf wilden behouden en daartoe maatregelen bepleitten. Hoewel een dergelijk streven niet on redelijk is, menen we dat de meerdere vrijheid, geschapen door deze opheffing, niet dadelijk weer vervangen moet worden door andere, zij het wel licht minder ingrijpende, maatregelen. Het kleine gemengde bedrijf zal in eerste instantie moeten tonen, dat het uit hoofde van z'n structuur, ook het meest geschikt is voor deze veredelings land bouw. In de tweede plaats werd de distributie indertijd ingevoerd om de Overheidspolitiek op het gebied van de veevoedervoorziening te ondersteunen. Het was vooral hierdoor, dat de Nederlandse veehou der heeft geleerd méér te halen uit zijn eigen be drijf met econorriisch verantwoorde middelen. Men kan critiek hebben op de na-oorlogse plannen van de Regering op het gebied van de veevoeder winning zoals deze zijn vastgelegd in het be roemde groene boekje daar de realisering hier van nogal wat te wensen heeft gelaten. Men kan echter bij het opmaken van de balans over de af gelopen dertien jaren, ook met het grootste pessi misme, de vele voordelen, die deze politiek heeft gehad voor de Nederlandse landbouw als geheel, niet wegcijferen. Want niet alleen de productie kon en kan veel worden opgevoerd, doch ook de bewaring en conservering van de gewonnen pro ducten bleek in vele gevallen voor verbetering vatbaar. Daarnaast maakte een betere voedertech niek, met de opstelling van voederrantsoenen, dat er veel zuiniger met de producten omgegaan kon worden. Silo's, drogerijen, hooiruiters, rantsoen- HULST: Maandag 13 April in „De Graanbeurs" van 35 uur. OOSTBURG: Woensdag 15 April in Café „De Windt". KORTGENE: Donderdag 16 April in Hotel „De Korenbeurs". MIDDELBURG: Donderdag 16 April in Café „De Eendracht". beweiding, het zijn bekende begrippen geworden voor de Nederlandse boer, die geleerd heeft hoe belangrijk het voeder en niet in de laatste plaats het ruwvoeder van eigen bedrijf kan zijn. Deze ontwikkelingsgang is gepaard gegaan met aanzien lijke investeringen, die nog maar gedeeltelijk hun rente hebben afgeworpen. Uit hoofde daarvan al leen al mag van de Overheid verwacht worden, dat op de ingeslagen weg voortgegaan zal worden. Daar de distributie van vismeel en diermeel het vorige jaar reeds werd opgeheven, bleven tot nu toe nog over granen, koeken en mo'lenafvallen. We beperken ons, in verband met de betekenis voor het akkerbouwbedrijf, in hoofdzaak tot de gevolgen van de afschaffing der distributie van de granen. Bovendien i* '?ze hoeveelheid kwanti- tief ook verreweg de belangrijkste. IS DE SCHAARSTE VOORBIJ? Wie nog mocht twijfelen aan het ruimer worden van de voorraad aan granen op de wereld voor zover nog niet gesproken behoeft te worden van overschotten vergelijke de noteringen voor gerst, gedurende de laatste jaren. Deze daling heeft tot gevolg, dat voor dezelfde hoeveelheid dollars een veel grotere hoeveelheid granen aangekocht kan worden, terwijl een com binatie hiervan met de veel grotere dollarreserve van ons land met zich meebrengt, dat voorhands deze aankopen geen moeilijkheden met zich mee zullen brengen. Of deze ruime markt die hoofdzakelijk wordt veroorzaakt door de overvloedige oogsten in de exporterende landen zal blijven bestaan hangt van vele factoren af, die niet te overzien zijn. De toename van de wereldbevolking en de grotere koopkracht in gebieden die bezig zijn zich te ont wikkelen, gepaard aan de algemene tendenz om zelf de granen om te zetten in dierlijke producten, vormen een natuurlijke tegenhanger van deze voorraden. Zodat het niet onmogelijk is dat we momenteel op een top zitten en straks weer een daling tegemoet gaan. Wat de aankoopprijzen op de wereldmarkt aan gaat, deze zijn zowel afhankelijk van de beschik bare hoeveelheid als van de landbouwpolitiek in landen als de U.S.A. VRIJE IMPORT. De afschaffing van de distributie heeft verder nog het gevolg dat de importeurs zelf tot aan koop van grondstoffen over zullen kunnen gaan. Vooral in het begin zal dit geen gemakkelijke taak zijn wegens het grote gebrek aan ervaring met deze import bij velen van het personeel. Ook de prijs- en andere risico's komen nu weer neer op het hoofd van deze groep. Overigens loopt deze import nog niet zo'n vaart, daar eerst de Overheidsvoorraden, die nog voor 4 k 5 maan den toereikend schijnen te zijn, opgeruimd dienen te worden. Dit laatste is een begrijpelijke wens van deze groep, omdat het achter de hand houden van deze voorraden de Overheid steeds de gelegen heid zou geven om regulerend t.a.v. de graan markt op te treden. De importeurs zouden door deze manipulaties schade kunnen ondervinden en in hun vrijheid beperkt worden. Ook is het de vraag of het technisch en economisch wel ver antwoord is om deze Overheidsvoorraden nog aan te houden. Het is ook niet te verwachten dat de gezamen lijke handel even grote voorraden aan zal leggen als de Regering tot nu toe placht te doen. De hoge kosten van bewaring in ruimten, die zich hier niet bij uitstek voor lenen, zouden alleen al een rem vormen. Al met al zal de handel er wel kans toe zien om goedkoper te gaan importeren dan de Regering placht te doen. Combineert men deze kleiner wordende voor raden met het wegvallen van de richtprijzen, die tot nu toe golden voor het gedistribueerde veevoe der, dan is het begrijpelijk dat de enigszins kunst matige stabiliteit die de Regering tot nu toe op deze markt heeft gehandhaafd, plaats zal maken voor een grotere fluctuatie. Dit maakt het o.i. noodzakelijk dat voor het binnenland steeds garanties gegeven zullen moeten worden voor een lonende productie van granen op het akkerbouwbedrijf. Ook de veehouderij heeft hier in verband met een regelmatige grondstoffenvoorziening behoefte aan en toonde in het verleden reeds hier geen be zwaren tegen te hebben. Een vooral voor de veehouder niet te vergeten gevolg van de ontheffing is het wegvallen van het menggebod. De veevoeders zullen dus ook weer ongemengd verkocht mogen worden. Of dit veel gebeuren zal valt te betwijfelen, omdat het zelf mengen veel tijd kost en nooit zo goed kan ge beuren op het landbouwbedrijf. Het verkopen van mengvoeders is wel zeer spe ciaal een zaak van vertrouwen, omdat het hier in het bijzonder geldt dat de vlag d.w.z. de label met de daarop vermelde percentages van de grondstoffen de lading moet dekken. Niet altijd wordt echter deze samenstelling vermeld en deze kwestie is een bron van onenigheid tussen coöpe raties, molenaars en een deel der groot-industrie tegenover het andere gedeelte van de groot-indu strie, welke laatste groep van vermelding der samenstelling niets wil weten. Wel zijn er nog de z.g. raamvoorschriften die de grenzen aangeven waartussen de samenstelling zich moet bewegen, hoe dwaas ze wel zijn. Een afdoende garantie geven deze voorschriften de veehouder dan ook niet. Het is te hopen dat deze kwestie spoedig afdoend geregeld zal worden. De Scandinavische landen zijn ons in dit opzicht ver vooruit. ALLE ZEILEN BIJZETTEN. Met het vrijgeven van de veevoederdistributie is een Overheidstaak overgegaan op het bedrijfs leven. De kosten van deze distributie, die jaarlijks een 10 millioen gulden bedroegen en direct dan wel indirect door de boer betaald werden zijn komen te vervallen. Het is echter niet alles rozegeur en maneschijn rondom deze afschaffing. Het is daarom zaak om alle zeilen bij te zetten teneinde de grotere verant woordelijkheid die onherroepelijk voortvloeit uit de grotere vrijheid productief te maken. Dit geldt voor de handel zowel coöperatief als particulier het geldt ook voor de georganiseerde landbouw. Het gaat er immers enerzijds om de binnen landse voederproductie zover op te voeren als dit economisch verantwoord is. Het gaat er verder om, dat de landbouw die hoeveelheid deviezen krijgt toegewezen, waarop ze recht heeft uit hoofde van haar exporteursfunctie in onze samenleving. Deze deviezentoewijzing moet niet alleen afdoende zijn voor een redelijke import; ze moet ook zodanig regelmatig zijn dat de binnenlandse markt er zo min mogelijk door verstoord wordt, tengevolge van onnodige prijs- sprongen. Zonder bezwaren en risico's is dit af scheid dus niet. Doch moeilijkheden zijn er immers om overwonnen te worden. BOS. BESTELT UW bij het Zeeuwse Maïskweekbedrijf KONINKLIJK KWEEKBEDRIJF ZAADHANDEL KAPELLE-BIEZELINGE

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1953 | | pagina 1