Algemene Vergadering der Z.L.M. ADVIESBUREAU VOOR OORLOGS SCHADE. MEDEDELING VAN DE KEURINGSDIENST ZEELAND. de oorlog wel gebleken, dat noch Overheid, noch arbeidsbureau, noch de Stichting voor de Land bouw het afdwingen en betalen van te hoge lonen behoorlijk tegen kunnen gaan in deze periode. Ons vorig Overzicht was aan dit euvel gewijd. Daar naast biedt het werken met losse arbeidskrachten een administratieve ellende voor de boer, die hij hoe ianger hoe meer verwenst. Ook op dit gebied blijft de Overheid volledig in gebreke. De sociale en fiscale wetgevers beijveren zich integendeel de uitvoering van hun maatregelen zo ingewikkeld mogelijk te maken. Het schijnt noch tot Minister Lieftinck, noch tot Minister Joekes door te dringen, dat wij, door de uitvoering van de fiscale en sociale maatregelen drastisch te vereenvoudigen, naast een geweldige besparing, tevens de werkgevers een enorme hoeveelheid nutteloos werk en veel erger nis zouden besparen en dat deze werkgevers ver moedelijk hierdoor heel wat gemakkelijker hun steun aan een en ander zouden verlenen. Maar daar er van een vereenvoudiging nog geen sprake schijnt te zijn, ondanks ingestelde Staats commissies, wordt de tegenzin van de werkgevers in de landbouwsector steeds groter en zal de nei ging toenemen niet méér arbeidsintensieve gewas sen te verbouwen, dan men met de eigen vaste arbeidskrachten kan verwerken. Ook de komende wachtgeld, en werkloosheids regeling, volgens welke immers een hoge premie voor de losse arbeiders betaald zal moeten worden, zal in dezelfde richting gaan werken. Dat de suikerbietenteelt van deze factor nadelige gevolgen zal ondervinden, staat voor ons vast, mits tiaar wat tegenover staat! Opbrengst en weersomstandigheden. Als tweede factor spelen de opbrengsten van dit jaar en de weersomstandigheden in de laatste twee najaren een ongunstige rol. Het is nu eenmaal een feit, dat er vele boeren zijn, die wat men noemt .achter de markt" aan- zaaien. Nu moet men bij een gewas als suikerbie ten „markt" vervangen door financieel resultaat, maar dit doet aan het verschijnsel niets af. Op vele percelen in die gebieden, die gedurende de zomermaanden een overvloed van regen hebben gehad, is de opbrengst van de bieten, wat gewicht betreft, bedroevend. En daar ook het gehalte dit jaar aan de lage kant is, zal de financiële uitkomst slecht zijn. Stelt men hier de resultaten van andere akker bouwgewassen tegenover, dan is hetduidelijk, dat de animo om veel bieten te verbouwen het volgend jaar niet groot zal zijn. Daarbij komt dan nog het structuürbederf van de grond, door de geweldige waterplassen, die vooral deze maand naar beneden zijn gevallen. Een structuurbederf, dat verleden jaar weliswaar in sterkere mate is opgetreden, doch waarvan de ge volgen juist dit jaar zeer duidelijk naar voren zijn getreden. Ook dit is dus geen aanmoediging voor volgend jaar.- Dat de dalende tendenz zich reeds heeft geopen baard, moge blijken uit het volgende staatje, waar in de aantallen ha staan vermeld, die in Zeeland met suikerbieten zijn beteeld. Jaar. Areaal. 1949 19537 1950 18781 1951 17630 1952 *7 Waar moeten de suikerbieten geteeld worden? Het mag als bekend worden verondersteld, dat de Overheid de uitbreiding van de suikerbieten teelt niet in de eerste plaats verwacht op de zee kleigronden. Maar al mag de stimulering van de bietenteelt op de betere zandgronden veel aantrek kelijks hebben, toch is men onzes inziens op de ver keerde weg, als men de teelt op de daarvoor het meest geschikte gronden niet op peil houdt. Want een ha goede kleigrond met suikerbieten levert economisch bezien heel wat meer op, dan wanneer men deze ha met een extensief gewas beteelt. Men zal dus zeker het huidige areaal in gebieden als Zeeland, dienen te behouden, wil men ooit het ge wenste doel benaderen. Daarnaast kan men dan in andere gebieden trachten belangstelling voor dit gewas te wekken. Doet men dit eerste niet, dan zou men de dwaze toestand kunnen krijgen, dat men op de zandgron den suikerbieten gaat verbouwen, die het grootste rendement voor onze nationale economie op de klei geven, terwijl men op de kleigronden in het Zuid- Westen zich meer en meer zal wenden tot de maïs, een gewas, dat men juist voor de zandgronden be stemd had, althans in hoofdzaak. De resultaten financieel bezien met de maïs behaald in Zee land hebben dit voor onze streken nieuwe gewas als een ernstige concurrentie van de biet naar voren gebracht. Slechts een goede prijs kan teruggang voorkomen. De enige aanmoediging, die de overheid kan geven, ligt in een aanzienlijk hogere prijs. Zij regelt de prijs van de bieten indirect door aan de fabrieken een bepaalde suikerprijs te garanderen. Deze bedraagt voor de suiker, die gewonnen wordt uit de oogst van dit jaar 44 cent per kg Wanneer men bedenkt, dat de prijs, die de consument in de winkel moet betalen 91 cent per kg bedraagt en weet dat het verschil van 47 cent als volgt ver deeld wordt: 11 cent winkeliers- en grossiersmarge. 29 cent Accijns (belasting). 4 cent Omzet enz. (belasting). 3 cent Egalisatiefonds (belasting) dan menen wij, dat een flinke verhoging van de prijs, die de fabrieken gaan ontvangen, gemakke lijk te halen valt uit de belastingpenningen, die deze suiker opbrengt. Als men het verlies voor de schatkist dan eens haalde, door bezuiniging op de uitvoering van' de sociale wetgeving (vereenvoudi ging), dan sloegen wij twee vliegen in één klap! Het is alleen jammer, dat de oren van onze regeer ders voor dergelijke simpele (te simpele?) oplos singen zelden openstaan. Als men ons vraagt, welke bietenprijs een terug gang van het Zeeuwse areaal zal kunnen voor komen, dan zijn wij geneigd een prijs van 45, te noemen. De enige jaren geleden door de Over heid vastgestelde prijs, die inderdaad stimuleerde tot de sprong van 15196 ha in 1948 tot 19537 ha in 1949, een prijs die wel wat verhoogd is sinds dien heeft door de geweldige kostenstijgingen haar stimulerende werking verloren. Een kosten stijging, die zich zowel bij de boer als bij de fabrie ken heeft geopenbaard. Bij gelijke prijs een nationaal verlies. Blijft de prijs gelijk of komt er slechts een ge ringe verhoging, dan zien wij een teruggang van het areaal. Een zienswijze, die wij delen met de deskundigen op dit gebied. Behalve het verlies op deviezengebied, op het gebied van onze veevoeder voorziening en op het gebied van de werkgelegen heid, dreigt er tevens een verlies te ontstaan, door dat de fabrieken zich juist nu langzamerhand heb ben ingesteld op het grote areaal. Hiervoor zijn geweldige investeringen nodig geweest. Deze zul len slechts dan hun rente kunnen opbrengen, in dien zij volledig gedurende de komende jaren be nut zullen kunnen worden. Hopenlijk gaat de Minister van Landbouw dus niet af op de adviezen van die ambtenaren, die naar ons bekend, verkon digen, dat de huidige bietenprijs de boeren nog altijd de kostprijs plus 20 ondernemersloon op levert. Vergeleken bij de resultaten van sommige andere gewassen valt dit zeker in het nadeel van de bieten uit. Als afschrikwekkend voorbeeld gelde het sterk verminderde tarwe-areaal. Moge de Minister zijn woorden gestand doen, die hij in de Memorie van Toelichting op de Begroting van Landbouw met betrekking tot de suikerbieten tot de Kamerleden richtte: ,,De prijs voor de sui ker zal wederom zodanig worden vastgesteld, dat de verbouw van suikerbieten voldoende aantrekke lijk blijft." En wij leggen dan vooral de nadruk op het woordje „blijft". Een tweede gebeurtenis, die wij mochten mee maken was de Volkshogeschoolcursus te Domburg. Nadat reeds enige jaren geleden pogingen in het werk zijn gesteld om ook in Zeeland te komen tot het in andere delen des lands zo goed geslaagde Volkshogeschool werk, werd gedurende het nu bij na achter ons liggende jaar deze zaak opnieuw krachtig aangepakt. In het begin van de zomer werden in de verschillende delen van Zeeland pro- paganda-bijeenkomsten gehouden, waarna op Don derdag 22 Nov. j.1. de eerste cursus geopend kon worden door de Voorzitter van de Commissie van voorbereiding, die heer H. d'Olivat, die een 35 tal deelnemers kon welkom heten. In de dagbladen hebben reeds de verslagen van deze cursus een plaats gevonden, zodat wij kunnen volstaan met enige algemene opmerkingen. Wij merken dan met vreugde op, dat de dagen, die te Domburg zijn doorgebracht, volledig geslaagd zijn. Er heerste een uitstekende stemming, mede dank zij de uitstekende leiding van de heer Schouten. De 35 deelnemers kwamen uit verschillende delen van Zeeland en behoorden tot zeer uiteen lopende beroepen. Naast een flink contingent uit landbouwkringen, waren er een aantal werk nemers van de Vitritefabrieken, van de P.Z.E.M. en van de gemeenten, alsmede enige mensen, die hun dagtaak in de administratieve richting vervul len. Hierdoor werd de doelstelling van de Volks hogeschool, een gesprek mogelijk te maken tussen mensen uit verschillende bedrijfstakken en van verschillende richting bereikt en ontspon zich na de inleidingen ook steeds een op behoorlijk peil staande discussie. Tenslotte waren wij geestdriftig over de twee inleidingen. De heer Mr. v. d. Weel behandelde op de hem eigen degelijke wijze de geschiedkundige vorming van Zeeland en de huidige volksaard der Zeeuwen, terwijl de heer Ir. Horstmann de sociale gevolgen van de industrialisatie besprak, speciaal bezien in verband met het agrarische karakter van Zeeland. Des Zaterdagmiddags togen de deelnemers te vreden huiswaarts, de meesten een ervaring rijker. Het voorlopig bestuur van de Zeeuwse Volkshoge school stelt zich voor op dit pad voort te gaan en nog deze winter een of meer cursussen te organi seren. De derde gebeurtenis was de Ontwikkelings- en ontspanningsavond in Tholen. De Z. L. M., de Bond van Plattelandsvrouwen, de L. J. G. en de Z. P. M. van Tholen hadden op Vrijdagavond 23 November hun jaarlijkse ontwik kelingsavond georganiseerd. Het succes was over weldigend. De belangstelling voor het op hoog peil staande programma was zo groot, dat men te elf der ure in twee zalen hetzelfde programma moest geven. te houden op Maandag 17 December 1951 a.s., des namiddags te V/2 uur, in de zaal van de heer J. C. Krijger, Beestenmarkt 12 te Goes. Agenda: 1. Opening en openingsrede door de Voorzitter. 2. Notulen van de Algemene Vergadering van 20 Juni 1951. 3. Mededelingen en ingekomen stukken. 4. Begroting 1952 en contributievaststelling 1952. De begroting werd aan de Afdelingen toege zonden. 5. Rede door de Weledelgestrenge heer, Ir. P. R. Bouman, Rijkslandbouwconsulent voor Zeeuws-Vlaanderen. OnderwerpLandbouwbedrijfsorganisatie en Onderzoek. 6. Gedachtenwisseling 7. Rondvraag. 8. Sluiting. M. A. GEUZE, Voorzitter. J. F. G. SCHLINGEMANN, Secretaris. Het Adviesbureau voor Oorlogsschade van de Stichting voor de Landbouw maakt hiermede be kend, dat de eerstvolgende zittingen in de provin cie Zeeland als volgt zijn vastgesteld: Op Woensdag 12 December 1951 van 13.3017.00 uur te Oostburg in Café „De Vuijst" (Marktplein). Op Donderdag 13 December 1951 van 1116 uur te Zierikzee in het „Huis van Nassau" en van 13.30 17.00 uur te Middelburg, Dam 43 (Bouwbureau van de Landbouw in Zeeland). Er wordt nogmaals op gewezen, dat het nood zakelijk is, dat degenen, die van de diensten van de adviseur gebruik willen maken, alle bescheiden, die op de te bespreken onderwerpen betrekking hebben, naar de zitting medenemen. Het was tot op heden gebruikelijk om zowel de lijst van goedgekeurde gewassen als het jaarver slag van de Keuringsdienst Zeeland gratis aan de deelnemers van de keuringen te verstrekken. De sterk gestegen papierpijzen en de drukkosten nood. zaken ons om hierin verandering te brengen. Het Bestuur van de Keuringsdienst Zeeland heeft dan ook besloten, dat voor oogst 1952 de regeling zal gelden, dat hij, die gewassen voor de keuring aangeeft bij de aangifte van de zomerge wassen de wens te kennen kan geven of hij de lijst van goedgekeurde gewassen en/of het jaar verslag t.z.t. wenst te ontvangen. En voor de volledige lijst van goedgekeurde ge. wassen en voor het jaarverslag is een bedrag van 1 per exemplaar vastgesteld, dat tegelijk met de aangifte van de zomergewassen dient te worden betaald. Zij, die alleen wintergewassen voor de keuring aangeven, zullen hierover nader bericht onzerzijds ontvangen. Als overgangsmaatregel zal het jaarverslag over het boekjaar 1950/1951 gratis worden toegezonden aan die deelnemers aan de keuring, handelaren en coöperaties in zaaizaden en pootgoed, die uiterlijk 15 December 1951 aan de keuringsdienst Zeeland, Grote Markt 9, Goes, hebben medegedeeld dat zij het jaarverslag wensen te ontvangen. Wat ons het meest is opgevallen is, dat indien een aantal enthousiaste lieden een dergelijke avond organiseren en zich hier volledig voor inzet ten, succes verzekerd is. Het is wonderlijk te con stateren, hoeveel verborgen krachten er onder de boerenbevolking schuilen. Alle hulde aan de orga nisatoren. Wij zouden de besturen der andere kringen der Z. L. M. willen toeroepen: Gaat vol gend jaar eens kijken en pakt deze zaak dan in eigen kring ook aan. Loonronde. Zoals men in de dagbladen heeft kunnen lezen heeft de Regering toegestaan, dat, ter bestrijding van het dure leven, door de werkgevers aan iedere in hun dienst zijnde arbeider een bedragje wordt uitgekeerd, dat 11 van het weekloon mag be dragen met een maximum van ƒ8,50. Deze uit kering, die dus slechts éénmaal mag geschieden, bedraagt voor een landarbeider op uur- of week loon ƒ5, Deze uitkering wordt dus niet verplicht gesteld, doch er wordt alleen vergunning verleend. De ge organiseerde landbouw beraadt zich momenteel over de vraag welke raad aan de leden moet wor den gegeven. U kunt dus het beste voorlopig nog niets doen, tot een nieuwe aankondiging in het Landbouwblad. S.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1951 | | pagina 2