Noord-Brabantsche Mij van Landbouw
STEMMEN UIT DE PRACTIJKI
EEN EXCURSIE
NAAR DE PROEFBOERDERIJ TE HEINO
UIT EN VOOR DE POLDER
HEEFT UW BEDRIJF VOLDOENDE SILORUIMTE?
ZITDAGEN BOEKHOUDBUREAU:
DINTELOORD: Woensdag 25 Juli, 11,301 uur in
Hotel Korf, Fijnaart; Vrijdag 27 Juli 10
12,30 uur Hotel De Graanbeurs.
Ingevolge een besluit genomen op de laatste ver
gadering van de kring Oost-Brabant zou er dit jaar
een excursie worden gemaakt naar de proefboer-
derij te Heino in Overijssel. Op 5 Juli j.l. is deze
excursie gehouden, waaraan door leden der N.-Br.
Mij van Landbouw uit verschillende afdelingen
werd deelgenomen. Graag maak ik op verzoek
van vele deelnemers van de gelegenheid gebruik
om ook in ons Iblad iets te vertellen over deze zo
schitterend geslaagde en leerzame dag. En
te meer ook nog hierom, omdat dit bedrijf juist
voor Oost-Brabant ons zo veel kan leren.
Immers dit proefbedrijf had ook in Oost-Brabant
kunnen liggen, voor wat betreft de grondsoort,
water, huishouding enz. Om 6 uur vertrok de bus
uit Valkens waard, over Bladel, Eindhoven,
St. Oedenrode, Schijndel en St. Michielsgestel (op
welke plaatsen overal onze leden stonden te wach
ten) op Grave aan om via Nijmegen, Arnhem,
Deventer naar Heino te rijden. Jammer was het
dat enkele onzer mensen uit St. Michielsgestel en
Dinther verhinderd waren wegens een sterfgeval.
Ook van deze plaats onze innige deelneming met
deze familie.
Om circa 11 uur reden we de poort van de proef-
boerderij te Heino binnen en was het doel van onze
tocht bereikt. We werden door de heer Oosterveld,
(bedrijfsleider, hartelijk welkom geheten. In een
boeiend betoog, dat ongeveer een uur en een kwar
tier duurde, legde de heer Oosterveld ons het een
en ander uit over het ontstaan van dit bedrijf,
de werkwijze, de proefnemingen en de resultaten
om tenslotte te wijzen op de bedoeling die achter
de oprichting van dit bedrijf zat en zit; n.l. opvoe
ring van de inkomsten der zandbedrijven. Dit be
drijf, aldus de heer Oosterveld, is ontstaan als ge
volg van een prachtige samenwerking tussen de
Overijsselsche Maatschappij van Landbouw, de
C.B.T.B., de A.B.T.B. en de Overheid.
Het bedrijf is groot 39 ha, waarbij 11 ha ontgin
ning. Hiervan zijn 6 ha blijvend grasland, 6 ha
kunstweide en 2 ha rode klaver. De bemesting van
het grasland is: 100 kg K2O100 kg P2O5 en 700
kg kalkammonsalpeter per ha, terwijl éénmaal in
de 3 jaar het grasland een stalmest-bemesting ont
vangt.
Op deze 14 ha werden gehouden 22 melkkoeien,
10 stieren (K.I.-station), 15 stuks jongvee (vaar
zen en pinken), plus 1012 kalveren.
De overige gronden waren meest proefvelden,
kunstmestproeven, vergelijkingsproeven, bespui-
tingsproeven enz., enz. Ook vormden de mestproe-
ven met varkens een voorname rol in dit bedrijf.
Na de uiteenzetting van de heer Oosterveld die aan
het einde van zijn betoog er op wees, dat de op
brengst op een bedrijf doorslaggevend is voor de
rentabiliteit, werd door een onzer leden de heer
Oosterveld hartelijk dank gezegd voor zijn vriende-
We gaan deze week weer verder over de schurft
en bezien eerst eens, welke omstandigheden er toe
kunnen leiden, dat de schurftzwam de kwekers
zulks een last kan veroorzaken.
In de eerste plaats zijn er dan de weersomstan
digheden. De schurft heeft bondgenoten nodig om
zich gemakkelijk te kunnen verspreiden. Dat zijn
n.l. de factoren vocht en warmte. Hoe vochtiger
het seizoen is, des te ernstiger zijn over het alge
meen dan de schurftaantastingen.
Dit kan trouwens iedereen waarnemen in voch
tige zomers; dan vieren de schimmels hoogtij. In
droge, warme seizoenen daarentegen krijgen de in
secten een betere kans.
Wanneer we in het voorjaar enkele mooie dagen
achter elkaar hebben gehad, waarbij we een be
hoorlijke temperatuur meten, welke worden ge
volgd door enkele dagen met wat regenval, dan
kan in April reeds sporenuitstoting plaats hebben.
Er zijn dan optimale omstandigheden voor de
ontwikkeling van de schurftzwam, welke tevens
zeer gunstig zijn om de schurftsporen over een
groot gebied te verbreiden. De kwekers van fruit
voelen zulk weer als het ware aan en men spreekt
onderling van „echt schurftweer." Op dergelijke
tijdstippen ziet men dan ook dikwijls de schurft op
zeer veel plaatsen gelijktijdig optreden. Er is dus
geen grote hoeveelheid regen nodig om een sporen-
uitstoting te bevorderen, integendeel een vochtige
lucht, gepaard met milde temperatuur is veel be
langrijker en Inderdaad gevaarlijk wat betreft het
ontstaan van een schurftaantasting.
lijke woorden van welkom en zijn duidelijke uiteen
zetting en leerzaam betoog.
Daar het inmiddels één uur geworden was werd
besloten eerst wat te eten voor we het bedrijf zou
den gaan bezichtigen. Dit werd in snel tempo ge
daan, waarna een aanvang gemaakt werd met het
bezichtigen van het bedrijf. Daar de heer Ooster
veld ons niet kon rondleiden daar er 's middags nog
twee gezelschappen zouden arriveren, stelde hij ons
een assistent ter beschikking. We heblben dit wel
kunnen constateren, dat de heer Oosterveld een
staf van deskundig personeel bezit. Geen vraag of
hij werd beantwoord en het bleek wel, dat ook deze
man het bedrijf door en door kende, ja het geheel
onder de knie had. Ik zal U niet vermoeien met
een opsomming van al wat dit bedrijf te zien geeft,
daar is maar een antwoord op tot iedere boer in
Oost-Brabant n.l.: Ga en zie, een dag naar een der
gelijk bedrijf is leerzamer dan 100 artikelen in een
landbouwblad. Daar kan men zich met eigen ogen
overtuigen, wat een behoorlijke kunstweide-systeem
een goede inkuilmethode, een goede hooiwinning
en niet te vergeten een behoorlijke bemesting met
desnoods een zware stikstofbemesting de opbrengst
van een bedrijf met sprongen kan doen omhoog
gaan. We hebben die middag ontzaglijk veel ge
zien en geleerd en menigmaal tot' elkander gezegd,
dit is bij ons en door ons ook mogelijk en wat doet
dit bedrijf een mooi werk voor de zandbedrijven,
door steeds maar weer uit te kienen wat het beste
zaadmengsel, de beste zaadsoort, de meest verant
woorde bemesting, de beste bewaarmethode, de
voordeligste en juiste wijze van grondbewerking is
enz., enz. Het was dan ook ongeveer vijf uur toen
we moe van het lopen en kijken, maar uiterst vol
daan afscheid namen van dit zo leerzame bedrijf
en steeds bleek ook uit de gesprekken daarna dat
deze excursie een diepe indruk had gemaakt op
allen die daar aan hadden deelgenomen. Ik ben er
ook van overtuigd, dat menigeen die dit heeft
medegemaakt, vele dingen over zal nemen en toe
zal gaan passen op zijn eigen bedrijf. Als dit zo is
dan zal deze dag voor onze leden geen verloren dag
geweest zijn, maar zeker rente afwerpen.
De Z.
Wie het komende najaar wil gaan kuilen en niet
de beschikking heeft over een silo, dient zich nü
eens te beraden over de bouw van dit onmisbare
hulpmiddel.
Kan men bij grondkuilen feitelijk slechts A.I.V.-
zuur gebruiken, bij een silo kan men kiezen tussen
dit zuur, melasse, gemoesde bieten en ingedikte
wei. Over warme kuilen behoeven we toch niet
meer te schrijven? Deze hebben afgedaan!!
Hebt U wel eens nagegaan hoeveel kantverliezen
(over de andere verliezen spreken we hier niet!)
U hebt als er bij een kuil van 3 meter doorsnede en'
1,5 meter hoogte 10 cm (geen uitzondering!) moet
worden weggegooid? Dit bedraagt ongeveer een
achtste! We moeten alle verliezen tot het uiterste
beperken, dus ook deze!
Wie straks over een nieuwe silo wil beschikken,
moet thans gaan bouwen. Vraagt de assistent van
de Landbouwvoorlichtingsdienst om inlichtingen
over de bouw, en vooral over de sterkte!
Naast de weersomstandigheden is ook de stand
plaats van de bomen een factor van groot belang.
Bomen, die vrij op de wind staan, zullen over het
algemeen, althans met een goede behandeling, met
minder schurftaantasting hebben te maken, dan
bomen, welke verscholen staan tussen of onder
houtgewas. Het kan ook zijn, dat de standplaats zó
is, dat ze geheel van de wind en zon zijn uitgesloten,
doordat ze te dicht zijn geplant of doordat er niet
in wordt gesnoeid. In dergelijke omstandigheden
kunnen we allemaal wel begrijpen, dat dan de mo
gelijkheden van schurftaantasting sterk in de hand
worden gewerkt.
Er wordt wel beweerd, dat de toestand van de
bodem op een eventuele schurftaantasting van in
vloed is; en zelfs de bemesting wordt als een be
langrijke factor niet uitgesloten.
Men beweert aldus: wanneer een boom een
sterke stikstofbemesting krijgt, wordt de groei
periode verlengd. Een logisch gevolg hiervan is
een slechter afrijpen van het hout. Het hout zou
daardoor vatbaarder zijn voor de schurftzwam.
Anderzijds zou een zware bemesting met kali en
fosfor, een vroegere rijpheid van het hout in de
hand werken. Het grote bezwaar is echter, dat,
wanneer men een zware bemesting geeft van één
en de middelen voor de che
mische bestrijding zijn verkrijgbaar bij:
Fa. P. J. DE PUNDER, Kwadendamme,
telf. K. 1194—235.
•f andere meststef, ie mogelijkheid bestaat, «lat
egn ander element in de minderheid raakt» waar,
door óók weer narigheden kunnen ontstaan in de
vorm van gebreksziekten.
Men is dus nog niet zó ver, dat men met een
gerust hart kan zeggen „wanneer men deze kunst
mest zaait, is men vrij van schurft". Dit blijft
voorlopig nog wel een raadsel.
Van de omstandigheden, die we hierboven heb
ben genoemd, zijn er, die we gedeeltelijk in de
hand hebben, o.a. de standplaats van de boom en
de snoei. Met deze factoren kunnen we dus bij het
planten en verder onderhoud van de boom rekening
houden.
Eén grote factor is nog de rassen zelf; hierin zit
groot verschil wat betreft de vatbaarheid.
Dit geldt zowel voor appels als voor peren. Daar
bij komt nog, dat het éne ras veel dankbaarder is
voor een bespuiting met een schurftwerend middel,
dan het andere.
Het is nu éénmaal zó, dat er rassen zijn, die in
de praktijk beslist blijken erg vatbaar te zijn en
deze toch vrij gemakkelijk schoon zijn te houden.
Het ligt niet in mijn bedoeling om alle rassen op
te noemen en deze onder te verdelen in diverse
klassen van vatbaarheid. Toch is het van belang
dat we enige rassen bij name noemen, waarmee
we dit artikel besluiten.
Als „zeer vatbaar" staan o.a. bekend de appels:
Cox Orange Pippin, Perzikrode Zomerappel, Goud-
reinet of Schone van Boskoop en Transparente de
Croncels. Hoewel erg vatbaar, zijn ze toch wel
schurftvrij te kweken, hierbij de richtlijnen, welke
we verleden week beschreven volgende.
Als „vatbaar" kennen we de rassen: Jonathan,
Laxton Superbe, Manks Codlin, Yellow Transpa
rent of Madeleinen, Glorie van Holland, Bramley
Seedling Golden Delicions, Allington Pippin, Elli
sons Orange, Zigeunerin, Sterappel en nog verschil
lende andere.
De zoete rassen kunnen we ook bij deze groep
indelen.
Bij de peren zijn als „zeer vatbaar" bekend:
Beurre Hardy, Bonne Louise d'Avranches, Clapp's
Favorite, Jut en Précoce de Trevoux.
Als „vatbaar": Beurre Alexander Lucas, Doyen
ne du Cornice, Kruidenier of Oomskinderenpeer,
Triomphe de Viënne, de stoofpeer Saint Remy,
Comtesse de Paris, Zwijndrechtse wijnpeer, Gieser
Wildeman.
Nog vele rassen zijn hier aan toe te voegen.
Laten we echter dit onder het oog houden, dat
voor al deze rassen de omstandigheden, zoals deze
in dit artikel zijn besproken, van groot belang zijn.
R. A. ADGEVER.
Aardbeien.
Het is met de aardbeienoogst dit jaar wel eigen
aardig verlopen. Toen we in ons laatste artikeltje
schreven, dat de regen nog vele percelen van ver
droging kon redden moesten we een paar dagen
later constateren dat het goud, dat er gevallen was
voor vele telers in blik was overgegaan. Ze kregen
van het goede te veel en rijpe, half rijpe en niet
rijpe vruchten rotten voor de vuist weg.
Een grote teleurstelling voor menige teler, die
dacht zijn aardbeien nu maar voor het grijpen te
hebben. De aanvoer stagneerde, de prijzen liepen
sterk omhoog en iedereen dacht „het is zo ge
leurd". Maar moeder natuur gaf milder weer, de
ontkomenen uit de rottingsperiode kwamen te
voorschijn en wel in groter aantal dan verwacht
werd.
Men begon weer te plukken en het werd weer
druk op de veilingen om ze te verwerken. Voor de
kopers een volkomen verrassing. Resultaat lagere
prijzen, maar men kan niet zeggen lage prijzen. De
prijzen zijn goed gebleven. Zeer verschillend zal
de uitkomst zijn voor de telers. De stand van het
gewas, de ligging der percelen, het ras, de neer
slag zelf, dit alles is verschillend geweest.
De prijs is best geweest als men de kg maar ge
had heeft. Er zijn er ongetwijfeld, die geboft heb
ben. Er zijn er óók, die het hun neus voorbij ging
zonder dat ze er schuld aan hadden. Met dit kort
overzicht is de aardbeienoogst weer verleden tijd en
liggen de velden weer te wachten om van vuil ont
daan te worden, terwijl tevens een aantal oude
percelen zwart gemaakt worden. Een aardbei heeft
n.l. een korte levensduur en moet in zijn goede tijd
veel opbrengen. We laten de aardbei thans rusten
en kijken eens rond wat we verder zien.
Kersen.
Een ander weer gevoelig gewas, dat nu aan de
orde is, is de kers.
Ook de kersen hebben geen mooie tijd gehad.
Bij de kers is het zo, goed weer, goede-kwaliteit»
hetgeen betekend, weinig werk en goede prijzen.
Een nette aarbei gaat toch het vat in, doch natte
kersen moeten gegeten worden en zijn zo rot of
beschimmeld. Het is te hopen, dat de laatste
etappe voor de kersentelers nog meevalt. Zo niet,
dan zal er niet veel goud van binnenkomen. De
spreeuwen en de toeristen zullen er het beste mee
zijn. De eerste omdat ze helemaal niet betalen en
de laatste omdat ze voor weinig geld zich langs de
wegen dilc kunnen eten in de kersen.
Het ziet er naar uit, dat vele kersenbomen, die
wat in de hoogte steken en de smaak niet mee hefl>
ben kennis zullen maken met de bijl wat m.i. zeer
verstandig is.
Een kersen teler is geen filantroop; hij wil er ook
wat voor ontvangen. Mogelijk houden wij daar
later nog eens een praatje over.
Frambozen en bessen.
De frambozen komen ook weer ter veiling en
beginnen met goede prijzen. De rode beeeen liepen,
7MM