5 zwerven Amerika Het leven op de Boerderij ORGMN VAN DE LANDBOUW JONGEREN GEMEENSCHAP ZEELAND N eg eens ff INGEZONDEN Je itiolcr^racc99 SPORTIVITEIT EN PROVINCIALE EXCURSIE. WEKEN DOOR (Tweede prijs.) Dat kunnen wij zeer verschillend zien, temeer daar de boerderij een toegrip is in den ruimsten zin des woords; het gaat van kippenhouder tot here- boer. Er zijn prachtige oude boerderijen, waar land, bedrijfsgebouwen en dieren als het ware één geheel vormen, waar harmonie in zit. En daartegenover de machtige gemechaniseerde bedrijven, waar de grote stenen schuur meer op een garage of werk plaats, dan op een .boerderij gelijkt. Laten we echter een gemiddeld type nemen als voorbeeld, en ons daar trachten in te denken, hoe het leven daar zou kunnen zijn. Daar het Terwijl ik dit zit te schrijven nog winter is, zullen we ook bij de winterperiode beginnen. Als werkzaamheden hebben we de verzorging van een tamelijk omvangrijke veestapel en onder houd van de aanwezige machines. Binnenshuis zit de boer 's avonds zijn zaaiplan klaar te maken en de zoon zit voor een cursus te blokken. Een ander is verdiept in een streekroman of tijdschrift. Zo raakt men zachtjes de winterperiode door. Maar niet meer alleen deze rust die, men hier overal in kan vinden, maar er komt meer kijken: vergade ring hier, lezing daar, de vakpers en de organisa ties vragen heel wat winteruren. En daarbij komen de jongeren nog met hun vergaderingen en gezel lige avondjes; die zijn haast geen enkele avond thuis. Zo raakt men ongemerkt in het voorjaar, dat men op een mooie dag in Februari al ruikt. Als in Maart de grote invasie begint, dan zijn de boeren bijna even dartel als de paarden, en die trappelen ook van ongeduld, doch hebben stijve spieren van het stilstaan. Men is dan de hele dag op de akker en 's avonds stellen we weer een nieuw werkplan op voor de volgende dag, als het dan maar niet regent, dan is Leiden natuurlijk in last. Men ziet niet alleen over dag de tractoren, maar hoort hen de gehele nacht en ziet koplampen over het land kruisen, 't Is toch een tied eë, zeg gen de oude boeren die nu rentenieren, wat een haast, en wij kwamen ook altijd klaar. Maar de moderne boer heeft liever zijn gewassen in tien dagen in de grond dan in veertien. En als de jeugd dan de hele week van 's morgens tot 's avonds gewerkt heeft, dan gaat ze het week end op stap, immers het spreekwoord: „In de lente kiest iedere jongen zich een meisje", geldt nog. Hoewel de tijden hier ook wel iets veranderd zijn. Waar men vroeger placht tot 's avonds negen uur in de kete te zitten, zit men nu wel eens tot drie uur op de divan. Voorwaar een betere service. Maar kom, ik dwaal af, hoewel het amoureuze gedeelte toch ook weer bij de boerderij hoort. We naderen met rasse schreden de zomer, en we gaan op reis met de bus naar binnen- en bui tenland, iets wat onze ouderen moesten missen; we bezoeken tentoonstellingen, fokdagen en keuringen en al de tijd die wij hierin steken moet weer inge haald worden. Misschien kunnen onze groot ouders nu begrijpen waarom wij de hele nacht doorrijden met de tractor. Maar dan komt ineens de oogst; als men hier vroeger aan begon mobili seerde de (boer al zijn arbeidskrachten. Voorname lijk bij de vlasoogst was het dan feest, en ook bij het dorsen van koolzaad, met 24 man, waar dan vaak veel ouwe klare werd gedronken. En dan be weren onze vaders nog dat wij onze oogst vermor sen als wij met twee man met de combine per dag een vier tot- vijfvoudige oppervlakte oogsten. Maar 't kan verkeren zegt het spreekwoord, en wij machineren steeds verder. En ons zomer seizoen is ook al weer voorbij, maar de tegenwoor dige spits bijten we in de herfst af, met de aard appelen-, bruine bonen- en de suikertoietenoogst. Maar ook met het huisslachten de winterprovisie. Dan is er ook weer handenvol werk. Zo kunnen wij enigszins het leven op de boerderij beschrijven, tenminste dat trachten we, en laten we hopen, dat we het er goed afbrachten. Als dit niet het geval is, zal men maar tevreden moeten zijn met de goede wil die er is geweest. Maar dat wij het beter weten te doen dan onze ouderen stemt ons tot troost, die deden het immers helemaal niet, en laten wij hopen dat de volgende generatie het weer beter zal doen. J. J. DE PUTTER, Axel. Redactie: Ad. Doeleman, N. Filius, Koos Janse, M. Kosten, Z. Poppe, M. Polssonnier en J. J. de Putter Redactie-adres: Secretariaat L. J. G., Landbouwhuis, Goes. Met veel belangstelling heb ik de inhoud van „De Boeren jeugd" van Zaterdag j.l. gelezen en daarbij genoten van de gevarieerde artikelen. Het laatste ingezonden stuk echter van een Schouwenaar, die schrijft onder het motto: „Vooruit, geeft-gas!", heeft mij wel enigszins kippevel bezorgd om van erger nog maar niet te spreken. Zoals alle L.J.G.-ers hebbenkunnen lezen, stelt schrijver van genoemd artikel voor, om naast de algemene sportdag nog 'n tweede sportdag te hou den. Van deze laatste sportdag zou dan 'n motor race worden gemaakt. Een motor-race waarin natuurlijk alleen maar L.J.G.-ers kunnen mee rijden. Schrijver stelt vast, dat er genoeg leden in 't be zit zijn van een motor. Welk aantal we zo onge veer onder „genoeg" kunnen verstaan, is mij on bekend, maar schrijver meent, dat 't aantal motor rijders in onze L.J.G. wel voldoende is om een race te doen slagen. Persoonlijk ken ik 'n betrekkelijk groot aantal L.J.G.-ers waarvan slechts 'n zeer klein percentage in 't bezit is van 'n motor. Voor zover ik kan nagaan is er in Zeeuws-Vlaanderen zegge en schrijve: één; en dat exemplaar zou, wan neer het bij 'n hoop oud ijzer stond, beslist niet in 't oog lopen. Dit laatste is een opmerking van de eigenaar van de motor in kwestie. Ondanks zijn moedig initiatief is schrijver wel zo voorzichtig, dat hij neerzet, dat ze wel aan 'n race zouden „kunnen" deelnemen. Ik wil beslist niet op alle slakken zout leggen maar tussen „kunnen" deelnemen en deenemen ligt nog 'n aanmerkelijk verschil. Of 't nu 'n behendigheids-race, 'n terrein race of zuiver 'n snelheids-race op de weg met staande of vliegende start wordt, doet minder ter zake. 't Voornaamste is dat onze motorbezitters zich wel eens achter het oor zullen krabben eer ze hun toch altijd vrij kostelijke machines in een race én of meerdere malen gaan laten verjaren. Heus, ik ben geen pessimist, integendeel zelfs, maar enige moeilijkheden, waar schrijver bij het organiseren te kampen denkt te hebben, zouden wel eens beslist onoverkomelijke moeilijkheden kunnen zijn. Tenslotte mogen we ook de factor „gevaar" niet uit 't oog verliezen. Zoals schrijver misschien wel bekend is, kwamen nog zeer onlangs twee jeugdige buitenlandse amateur-motorrijders bij een wedstrijd in Zuid-België om het leven. Neen, mijn waarde Schouwse vriend, ik geloof, dat je plan, hoe mooi je het jezelf misschien ook voorstelt, beslist niet veel kans van slagen heeft. Als we dan toch met alle geweld nog een sport dag willen houden en we willen dan racen, laat ons dan een wielerwedstrijd organiseren, dan kun nen ook de minderbedeelden meedoen Bij de wie lersport gaat het om kracht, uithoudingsvermogen en behendigheid, gepaard gaand aan 'n sterk mo reel, terwijl bij een motorrace de twee eerstgenoem de factoren slechts zeer ondergeschikte rol spelen. (Buiten verantwoordelijkheid der Redactie). Naar aanleiding van het artikel in de Boeren- jeugd van 23 Juni j.l. van W. de W. te Duivendijke, waarin schrijver gewaagt van een zeer onsportieve houding van de één of andere partij, dus in deze öf Zeeuws-Vlaanderen öf Schouwen, vragen de leden van de excursiecommissie zich af, of hier nu werkelijk wel onsportiviteit in het spel is. De vertegenwoordiger van Schouwen en het Schouwse L. J. G.-bestuur meenden terecht dat het hier een L. J. G.-excursie gold, die alleen voor L. J. G.-leden bestemd was (en, daar Schouwen helaas nog geen Z. P. M.-afdeling heeft, óók voor Schouwse meisjes van 1530 jaar). Daarentegen meende de Zeeuws-Vlaamse verte genwoordiger dat er geen bezwaar was tegen de deelname van enkele ouderen. Hij was er zich daarbij helemaal niet van bewust, dat andere streken in dit geval een andere mening zouden hebben en zeker zal deze er niet over ge dacht hebben, dat hem nu onsportiviteit zou kun nen worden verweten. Waar echter steeds het volgen van dezelfde richt lijnen in alle streken ook door de excursiecommis sie als de juiste gang van zaken wordt beschouwd, heeft zij besloten dat aan volgende provinciale excursies enkel en alleen door leden der L. J. G. Zeeland kan worden deelgenomen. Namens de Excursiecommissie, M. C. J. KOSTEN, Voorzitter. 't Is helemaal niet mijn bedoeling om hier propa ganda te maken voor de wielersport, maar als we dan toch van twee kwaden de minst slechte moe ten kiezen, laten wij dan in L. J. G.-verband eens proberen 't werelduurrecord van Fausto Coppi, neen, niet op de Fiorelli-baan maar op Zuid-Beve- landse betonwegen, te slaan. Groetend, 'n L. J. G.er van beneden de Westerschelde. Naschrift: De redactie kwam door het polsen van diverse leden der Sportcommissie tot de overtuiging, dat bovenstaande mening sterk verbreid is in de L. J. G.-gelederen, en dat de motor-rijwielen voorlopig niet tot groter snelheden behoeven te worden aan gezet. Zij is overigens dankbaar voor alle suggesties, die ten doel hebben het werkterrein van de L. J. G. verruimen en zal verdere bijdragen over dit onder werp dan ook gaarne opnemen. RED. (Zesde vervolg.) Vanuit Tyuana zijn we nog 60 mijl Zuidelijker gegaan naar het vissersplaatsje Ensenada. De weg liep door een zeer arme bergachtige streek. Hier kregen we de eerste cactussen in het wild te zien. Tegen donker kwamen we in Ensenada aan. Eerst het stadje wat bekeken, waarna we het idee kregen om eerst maar te gaan slapen, om dan tegen 2 uur de stad weer in te gaan, daar we, zoals alle Ameri kanen, waren gekomen om het nachtleven in Old Mexico mee te maken. We hebben onze slaapzakken langs een zandweg uitgerold, doch erg rustig hebben we niet gesla pen. Om nu rondweg te (bekennen, dat we bang waren, wil ik óók niet, maar erg gerust waren we niet. Om 2 uur stapten we ons „bed" weer uit, waarna we enkele nachtclubs hebben bezocht. Ik hoop dat u niet verwacht dat ik hierover nader uit zal wijden, daar dit natuurlijk minder geschikt is om in de boerenjeugd te publiceren. Soms kregen we de neiging elkaar als kleine jongetjes 'n handje te geven, dat we elkaar niet zoek zouden raken. Want in de stille straten liepen verschillende niet al te betrouwbare figuren rond, dus was het werkelijk zaak bij elkaar te blijven. Vooral omdat ze natuur lijk door hebben dat je vreemdeling toent. Tót be sluit van deze nacht nog wat gegeten en in Mexico zijnde, wilde ik dus ook Mexicaans eten, wat ik niet gauw zal vergeten. In ieder geval was mijn maag zo van streek, dat ik de hele dag niet meer behoefde te eten. Na ongeveer 24 uur in Mexico te zijn ge weest, kwamen we weer veilig en wel in Amerika terug. Van San Diego uit was nu ons hoofddoel de Hooverdam. Tot San Bernardino zagen we nog tamelijk vruchtbaar heuvelland met sinaasappel boomgaarden. Later bleek, dat we een andere weg hadden moeten nemen, daar we dan door de vrucht baarste vallei van Californië waren gekomen, doch sinaasappels hadden we toch niet meer van de bomen kunnen plukken, want dat was al gebeurd in die tijd van het jaar. Enige kilometers ten Noorden van San Bernar dino legden we ons ter ruste om de volgende dag (6 Nov.) het laatste stuk naar Boulder City (Hoo- verdam) af te leggen. Deze dag kwamen we tot de ontdekking, dat Californië niet alleen vruchtbaar land heeft, want al spoedig kwamen we in de Mo jave Pesert, wat een grote dorre vlakte is met op sommige gedeelten grote cactusbomen; ook had men hier op verschillende plaatsen erosieverschijn selen; zachte steenlagen waren op sommige plaat sen scherp afgescheurd, zodat men de verschil lende steenlagen goed kon onderscheiden. Half in de middag kwamen we in Las Vegas in de staat Nevada aan. Dit is dezelfde staat waarin ook Reno ligt, waarover ik al eerder schreef. Ook Las Vegas is een plaats met ontelbare speeltuinen. AD. DOELEMAN. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1951 | | pagina 5