eeuwóe
3£erkbocle
Wandelingen door de wereld van het Oude Testament
Uit de Gemeenten
KLEINE
VOSSEN
18e JAARGANG No. 7
23 AUGUSTUS 1963
OFFICIEEL ORGAAN TEN DIENSTE VAN DE GEREFORMEERDE KERKEN IN ZEELAND
Redacteur: Ds. W. C. van Hattem, Herengracht 15, Terneuzen, Telefoon (0 1150) 22 48.
Medewerkers J. A. van Bennekom, Middelburg Dr. A. J. Boom, Vlissingen Ds. M. V. J. de Craene, Baarland
Drs. A. Elshout, Koudekerke Ds. A. Koning, Woerden Dr. P. C. Kraan, Vlissingen
Ds. J. v. d. Leek, Kapelle Ds. P. van Til, Middelburg Drs. J. Vlaardingerbroek, Ermelo
"ik wo"teln Ds. B. Wentsel, Brouwershaven.
en ontkom
Abonnementsprijs
3,per halfjaar
bij vooruitbetaling
Advertenties
12 cent per mm.
Bij abonnement lager
Losse nummers 12 cent
Drukkers-Uitgevers
Littooij 6 Olthoff
Spanjaardstraat 47
Middelburg, tel. 24 38
Giro no. 4 22 80
22. Getallen en namen van vroeger (2)
Wanneer U er een familie-album op
nahoudt, doet U er verstandig aan, bij
iedere foto niet alleen te vermelden,
wie er door wordt voorgesteld, maar
ook wanneer het betreffende familielid
gefotografeerd werd en als het over
lang geleden gaat wanneer hij leefde.
Anders zou het kunnen gebeuren, dat
U later niet meer precies de weg kon
vinden in uw album voor uw kinderen
later zou het nog moeilijker zijn en la
tere geslachten zouden er helemaal geen
raad meer mee weten. Ze zouden weten,
dat die-en-die in hun voorgeslacht voor
kwam, maar zouden hem niet goed we
ten te plaatsen. Zo ongeveer is het ook
met het oudste familie-album van ons
menselijk geslacht, de registers in 't
boek Genesis, vooral in de hoofdstuk
ken 5, 10 en 11. We ontmoeten in Gen.
5 onze voorouders, we horen hun na
men, maar kunnen ze in de geschiedenis
niet goed plaatsen. Wanneer ze leefden,
weten we niet. Een jaartelling zoals wij
nu hebben (ieder jaar krijgt een num
mer nummer zoveel na de geboorte
van Christus) bestond nog niet. Het zijn
losse, totaal vergeelde prenten uit over
oude tijden. We zijn blij dat we ze heb
ben we behandelen ze met zorg en eer
bied maar veel verband onderling en
met de grote geschiedenis van ons men
selijk geslacht kunnen we niet ontdek
ken.
Maar er worden toch getallen ge
noemd en 't begint toch bij 't begin,
bij Adam, en gaat vandaar verder van
vader op zoon dan is er toch samen
hang en dan kunnen er toch berekenin
gen opgesteld worden Helaas, zo een
voudig liggen de dingen niet. Als we
zulke berekeningen maken, is de uit
komst namelijk vele eeuwen te laag. We
vonden immers van de schepping van
Adam tot de zondvloed: 1556 jaar;
van de zondvloed tot de geboorte van
Abraham 292 jaar van de geboorte
van Abraham tot de geboorte van
Christus: 2165 jaar. Maar het staat
vast, dat de eerstgenoemde twee perio
den veel en veel langer geweest zijn.
De mensheid bestaat al veel meer dan
6000 jaarwaarschijnlijk ongeveer
500.000 jaar. Het onderzoek van de
aardkorst en van de aan 't licht gekomen
fossielen (versteende levende wezens
van zeer lang geleden) heeft dat op
verscheidene manieren kunnen vaststel
len. Behalve de natuurwetenschap heeft
ook de wetenschap der geschiedenis
duidelijk gemaakt, dat 6000 jaar veel te
kort is. De geschiedenis van Babylonië
kunnen wij vrij goed volgen tot 3000
voor Christusde voor-geschiedenis
vertelt ons van nog veel andere tijden.
Zo moet, blijkens de opgravingen, Jeri
cho al vele duizenden jaren voor Chr.
bewoond zijn geweest deze stad kan
dan ook aanspraak maken op de eer de
oudste stad van de wereld te zijn (al
thans, voorzover nu bekend). Én dan
is er nog steeds van de zondvloed geen
spoor te vinden die moet nog veel
verder terug gelegen hebben. Ook zo
wordt ons duidelijk, dat we met 6000
jaar mensheid niet uitkomen.
Een derde moeilijkheid duikt op. De
cijfers, die in Gen. 5 gegeven worden,
zijn niet in alle oude bijbelhandschriften
gelijk. In de oude Griekse vertaling van
het O.T. zijn de getallen samen 600 jaar
meer dan in de Hebreeuwse handschrif
ten in de Samaritaanse rollen 350 jaar
minder. Daaruit blijkt, dat de getallen
niet vaststaan. Niemand weet meer hoe
't precies was. En dat is geen wonder
ook. Want men schreef in het He
breeuws de getallen niet met cijfers,
maar met letters (a 1, b 2, j F 10,
k 20 enz.). Verschillende van die
letters lijken veel op elkaar en bij het
overschrijven moesten op de duur wel
fouten insluipen. Dat dit metterdaad
ook gebeurd is, zou gemakkelijk te be
wijzen zijn. In de vierde plaats blijkt
dat de getallen en de geslachtsregisters
in de Bijbel soms niet kloppen met an
dere gegevens, die we ook in de Bijbel
vinden. Een voorbeeld om dit duidelijk
te maken. In Ex 12:40 lezen we, dat
de Israëlieten 430 jaar in Egypte heb
ben gewoond, van het ogenblik dat Ja
kob met z'n familie er heen trok tot de
dag van de uittocht. Toen Jakob naar
Egypte ging, was Kehath, de zoon van
Levi, al geboren (Gen. 46: 11). Maar
nu komt het register van 1 Kron. 6:1—3
ons vertellen, dat Mozes' vader, Am-
ram, een zoon van Kehath was. We
krijgen dus, van vader op zoon Levi-
Kehath-Amram-Mozes. Kehath trok
met Jakob mee naar Egypte en zijn
kleinzoon Mozes leidde het volk er
weer uit. Daar zit maar één geslacht
tussen (Amram). Kan het verblijf in
Egypte dan 430 jaar geduurd hebben
Hier klopt iets nietöf met het getal
430, öf met het geslachtsregister is er
iets niet in orde. Dat maant ons tot
voorzichtigheid met betrekking tot ge
tallen en registers ook in Gen. 5 en an
dere hoofdstukken.
De hier gesignaleerde moeilijkheden
zijn tot op heden onoplosbaar. Geen
van de door verschillende geleerden
voorgestelde oplossingen helpt ons ver
der. Zo wordt wel verondersteld, dat
er geslachten zijn overgeslagen, zodat
de lijsten dus niet compleet zouden zijn.
Dat" is heel goed mogelijk bij verge
lijking van Matth. 1 (geslachtsregister
van de Here Jezus) met de registers in
het O.T. blijkt, dat Matthaeus verschil
lende geslachten heeft overgeslagen, om
3X14 geslachten te krijgen. Geslachts
lijsten behoeven dus niet compleet te
zijn, ook die van Gen. 5 niet. Maar het
blijft maar een mogelijkheid en boven
dien helpt 't nietde verschillen zijn
veel te groot (6000 jaar tegenover hon
derdduizenden jaren). Wij moeten vol
staan met de moeilijkheden èn de on
oplosbaarheid daarvan te constateren.
Wie weet of er niet nog eens nieuw
licht over komt te vallen.
Dat wil niet zeggen, dat zulke hoofd
stukken voor ons niets te betekenen
hebben. Ze tonen ons de samenhang in
het mensdom. Ze laten zien hoe de
mensheid „uit enen bloede" voortkwam
en zich vertakte. De mensheid is één in
haar geschapen-zijn door God en in
haar gevallen-zijn in de zonde. Van die
eenheid hangt de leer van de erfzonde
af, die voortgaat van geslacht tot ge
slacht. Maar evenzeer de leer van het
verbond Gods, dat bevestigd wordt
„van kind tot kind". Was er die een
heid niet, waarvan de geslachtslijsten
getuigen, dan konden wij niet spreken
van de eerste Adam, maar ook niet van
de tweede Adam. Zou Gen. 5 verval
len, dan ook Rom. 5 (vss. 12—21). Dit
is de belangrijkste betekenis van ons
oeroude familie-album. Bovendien kun
nen we op de vergeelde en maar sum
mier getekende plaatjes hier en daar
een trekje herkennen zeer lang gele
den, maar mensen zoals wij. Een
herdenking, die strekken kan tot ver
maning èn tot troost.
J. V.
In het Bejaardencentrum zie je een
wereld-in-het-klein. De bewoners van
deze inrichting zijn echter allen op re
tour, ze zijn op de terugweg.
Het is een droevig gezichtzo iets
stel ik me voor van de terugtocht van
een verslagen leger. Iets daarvan zagen
we in 1940 rond Middelburg, toen de
ons tehulp gesnelde Fransen hals over
kop op de vlucht sloegen om zo moge
lijk de Westerschelde te bereiken. Alles,
wat enigszins gemist kon worden, wier
pen ze van zich af, lieten zelfs tiental
len paarden los, die in de buurt van
Souburg vrij rondhuppelden, zodat
iemand uit Sint Laurens thuis kwam met
een pracht vosje achter de fiets gebon
den, menend, dat deze oorlogsbuit hem
nu rechtens toekwam.
Ja, een vluchtend leger is een triest
gevalmen heeft de krijg gestaakt,
voelt zich niet opgewassen tegen de
vijand, ziet kameraden naast zich neer
sabelen, ontdoet zich van waardevolle
uitrustingsstukken, laat zelfs papieren
en brieven wegfladderen, waarvan ik er
nog een paar heb gevonden en bewaard.
Wat even te voren onmisbaar leek,
is opeens waardeloos, ja hinderlijk.
Zo zie ik de bevolking van een Be
jaardencentrum als een gedrost leger.
Men moest de strijd opgeven, afstand
doen van vroeger zo geliefkoosde meu
beltjes, men moet hulp aanvaarden, die
men vroeger glimlachend afwees. Als
aangeschoten vogels hipt en hupt me
nigeen, die voorheen holde en draafde
naar z'n werk.
Dit vind ik steeds weer een triest ge
zicht die sterke kerels met bevende
handen een stokje omklemmend, mach
teloos en werkeloos toeziend bij een
klein karweitje, waar hij voorheen de
hand niet voor omdraaide. Te zien, hoe
een pittig, bedrijvig moedertje nu met
haar gerimpelde handen maar afwacht,
wat haar voorgeschoteld wordt. Triester
is nog, wanneer een vroegere kwiek en
guitig mens, nu somber en naargeestig
het laatste gedeelte van 't levenspad
afstrompelt zonder zich nog om iets te
bekommeren, dan alleen op tijd z'n natje
en droogje, hoogstens nog een lichte
flits van vroeger herinneren, soms ver
kreukelde glimlach over ervaren levens
smart.
Wel sta je er soms versteld van, hoe
Nicuwcrkcrk.
Vacantie-brief.
Ja, gemeente, een groet wil ik u zenden
vanuit het Oosten van ons land, waar ik
in een hotel zit te schrijven.
Wat 'n zegen is het om vacantie te mo
gen hebben. Sommige mensen op bedrijven
of huismoeders van gezinnen komen er
nauwelijks aan toe.
En toch is het zo goed, om van de din
gen eens even afstand te nemen, en zo
ontwaakt ook de nieuwe lust tot de arbeid.
We mogen wel spreken van bewaring,
als een mens veilig heen en weer veilig
terug mag komen door de soms verbijste
rende verkeersdrukte heen. In ons hotel
is een gezinnetje, dat zo heel anders moet
terugkeren dan ze dachten, ze kregen een
ongeluk. Hun jongetje moet met een am
bulance naar huis, en zij gaan mee, zonder
hun auto. Wij zijn niet beter dan zij. „Ge
leid ons weer veilig thuiswaarts", neen,
't is geen dode formule.
In deze vacantietijd zijn er ook veel ge
meenten, die een predikant zoeken voor
de zondag. En zo hebben we dan het
Woord bediend in de kerk van Benschop,
in de provincie Utrecht. Hoe landelijk is
het daar, met een water, vol kroos, waar
niet meer gevaren wordt, en met bruggetjes
voor de huizen. De predikant had zelf va
cantie. 's Avonds hadden we bij onze gast
heer en -vrouw nog een ontmoeting met
de heer E. van Oostrom, wel bekend door
zijn boekjes over bijbelse raadsels, de Ca
techismus op rijm, en over de bijbelverta
ling. Ook daarover hebben we nog van
gedachten gewisseld, op aangename wijze
overigens. Dit bleek, scherp gesteld het
verschilmoet ik, met de tegenwoordige
kennis de soms moeilijke grondtekst zo
getrouw mogelijk weergeven, verdere uit
leg aan de exegeet overlatend of mag ik
(zoals onze broeder) met mijn vrome ge
voelen te werk gaan, en zo vaststellen wat
ik acht dat er in vertaling moet staan
Ja, zalig die het Woord horen en het
bewaren, hetzij in de vertaling der 70, met
Jezus' tijdgenoten, of in de bahasa indo-
nesia, in oude of nieuwe Javaanse verta
ling, of in een dier meer dan 1000 ver
talingen.
Zondag laatstleden hadden we een ge
geven belofte in te lossen om n.l. „vanuit
het Oosten van ons land komende, in Wol-
phaartsdijk te preken. Nu, ik heb deze
velen zich nog aan het leven vastklam
pen, liefst maar keuvelen over 't voor
bije leven, waarin de een dit, de ander
wat anders heeft gepresteerd en vooral
niet weinig trots zijn op kinderen, die
het toch maar ver gebracht hebben in
de wereld en een of andere baan heb
ben, die hun vergunt alles te genieten,
wat 't hart begeert, een grote villa be
wonen, een pracht slee berijden, en de
vacantie doorbrengen in streken, waar
slechts de zeer fortuinlijken over den
ken kunnen maar over wier geestelijke
bagage men maar zwijgt, omdat ze die
sinds lang hebben verloren.
Nee, als je denktin zo'n Bejaarden
centrum wordt dicht bij de Bijbel, dicht
bij God geleefd, dan ben jer er naast.
Het leven van vroeger wordt, zij het
dan in zeer vertraagd tempo, voortge
zet men leeft veelal in 't verleden, siert
dat nogal op, tracht de donkere blad
zijden uit 't levensboek onleesbaar te
maken en vlucht in de vergetelheid om
van het verlepte leven nog wat te ma
ken.
Tragisch is het leven van hen, zeker,
wier verstand verdonkerde, die de dagen
doorbrengen in voortdurende herhaling
van het verleden, dikwijls van gemiste
kansen, mislukte liefde, miskende goed
heid en uit deze cirkel nimmer zich kun
nen losmaken en daarbij, wat nog tra
gischer is, onbereikbaar zijn voor de
stem van Jezus, tenminste, voorzover
wij kunnen oordelen.
Maar, Gode zij dank, er zijn er ook,
wier oude en versleten leven wordt ver
licht door de voortdurende herinnering
aan wat God de Here voor hen was en
de naglans van hun leven een voorglans
is van 't volle leven, dat ze in Christus
gevonden hebben èn verwachten
Aan de oevers van de Oude Rijn.
gelofte gaarne ingelost. En met aangenaam
heid vertoefd in Oud-Sabbinge. We heb
ben zelfs nog groeten over te brengen van
hen, die bij de inundatie van Schouwen-
Duiveland verdrevenen hebben geherbergd.
Zo is in het zondagavondgesprek veel
gepraat over het kerkelijk leven en werk
in onze provincie.
Zulke weekenden zijn gauw om. Met
nieuwe bemoediging wordt dan weer de
terugreis op de maandagmorgen naar het
gezin aanvaard.
Ik eindig met een hartelijke groet, in
zonderheid aan de ouden en zieken, en tot
ziens D.V.
de uwe, Ds. Becker.
Arnemuiden,
Maandag 12 augustus j.l. was het voor
de Geref. Kerk alhier een dag van dank
baarheid en blij herdenken daar het 75
jaar geleden was, dat zij in 1888 tot open
baring kwam, na afwerping van het Sy
nodale juk.
In de avonddienst ging voor de pastor-
loei Ds. G. S. Oegema die naar aanleiding
van Hebr. 8 5a een herdenkingsrede uit
sprak. Na afloop van de officiële kerk
dienst werden de verschillende afgevaar
digden van B. en W., Classis Middelburg
en de oud-predikanten Ds. Scholing, Ds.
Veldhuizen en Ds. Poelman een hartelijk
welkom toegeroepen, nog werden bijzonder
welkom geheten Ds. Th. P. van Belzen
uit Mariënberg, die als oud-lid der kerk
deze samenkomst bijwoonde en Ds.
Everaars uit Schiedam, die gehuwd zijnde
met een dochter van wijlen Ds. J. Runia,
als plaatsvervanger aanwezig was.
Felicitaties werden uitgebracht door
de oud-predikanten door Ds. Gommer na
mens de Classis en door Burgemeester
Hack namens de burgerlijke gemeente,
waarbij een bloemstuk werd aangeboden,
terwijl dhr. J. Kwekkeboom het woord
voerde als loco-burgemeester van Nieuw
en St. Joosland.
Tijdens deze samenkomst werd de heer
J. Dekker, schoonvader van Ds. Oegema,
in verband met zijn 80e verjaardag juist
op deze dag, hartelijk toegesproken door
ouderling J. Tramper, waarbij hem als ver
jaardagsgeschenk het boek „Eenzaam, maar
niet alleen" van wijlen Kóningin Wilhel-
mina werd aangeboden. De heer Dekker
werd uit Ps. 71 enkele verzen toegezongen.
Enkele oude broeders die de Doleantie
nog hadden meegemaakt, werden getrac-
teerd op bonbons.