eeuwóe
^Cerkbocle
BIRMINGHAM, Alabama
Wandelingen door de wereld
van het Oude Testament
Heidelberg
De Generale Synode
Pinksterconferentie
I-V.
17e JAARGANG No. 43
17 MEI 1963
OFFICIEEL ORGAAN TEN DIENSTE VAN DE GEREFORMEERDE KERKEN IN ZEELAND
Redacteur: Ds. W. C. van Hattem, Herengracht 15, Terneuzen, Telefoon (0 1150) 22 48.
MedewerkersJ. A. van Bennekom, Middelburg Dr. A. J. Boom, Vlissingen Ds. M. V. J. de Craene, Baarland
Drs. A. Elshout, Koudekerke Ds. A. Koning, Woerden Dr. P. C. Kraan, Vlissingen
Ds. J. v. d. Leek, Kapelle Ds. P. van Til, Middelburg Drs. J. Vlaardingerbroek, Ermelo
"ik wo*stel DS- B. Wentsel, Brouwershaven.
en ontkom"
Abonnementsprijs
3,per halfjaar
bij vooruitbetaling
Advertenties
12 cent per mm.
Bij abonnement lager
Losse nummers 12 cent
Drukkers-Uitgevers
Littooij Olthoff
Spanjaardstraat 47
Middelburg, tel. 24 38
Giro no. 4 22 80
Op het moment dat wij dit artikel
schrijven is het nog niet tot een oplos
sing gekomen in het geweldige rassen
conflict, dat in de plaats Birmingham in
Alabama is uitgebroken. Het laatste
wat we gelezen hebben is dat Ds. King
met nog een collega zijn aangehouden
en veroordeeld tot een half jaar gevan
genisstraf, een arrestatie bewerkstel
ligd door een groep blanken onder lei
ding van de aftredende burgemeester
van Birmingham, die kennelijk vlak
voor zijn aftreden nog ,,een daad wilde
stellen", zoals dat heet, terwijl zijn
nieuw-gekozen opvolger al met King en
Abernathy onderhandelde. Onderhan
delde over de nota bene in de wet vast
gelegde rechten van de negerbevolking.
Wij hopen vurig, dat wanneer deze
kerkbode verschijnt Ds. King en zijn
collega weer op vrije voeten zijn en ook
het conflict in Birmingham tot het ver
leden behoort.
Ook wanneer het echter tot het ver
leden mocht behoren betekent dat niet
dat we nu maar rustig kunnen voort
gaan alsof er niets gebeurd is. Er is
veel, teveel, gebeurd. Het wordt ons
duidelijk, dat in het land, dat zich er
op beroemt de kampioen voor de vrij
heid te zijn, een groot aantal mensen
leeft, dat in eigen land de democratische
vrijheden aan de medeburgers onthou
den wil. Daartoe schroomt men zich
niet om blanke medeburgers, die dezelf
de mening niet zijn toegedaan te ver
moorden, om kinderen bij honderden
tegelijk naar de gevangenis te sturen
en bedienaars van het Evangelie als
misdadigers te behandelen.
Dezelfde mensen vullen zondags in
Birmingham de kerken, hun kerken,
waar geen ander dan een blanke een
voet in mag zetten, en zij lezen daar
in dezelfde Bijbel als die ligt op de kan
sel van Ds. King. De Bijbel waarin
staat, dat God uit één enkele het ganse
menselijk geslacht gemaakt heeft (Hd.
17:26) en dat er in Jezus Christus
noch Jood noch Griek is (Col. 3:11).
Maar zij zetten niettemin hun acties
tegen de niggers" voort.
Wanneer je dit overdenkt, dan komt
de herinnering boven aan het verhaal
tje van die neger, die door evangelisa
tiewerk de Heiland gevonden had en
zich onlangs naar de kerk begaf. He
laas, hij mocht niet binnen, hij was
zwart. Hij meende echter dat het wel
licht kwam omdat hij geen zondags pak
had en de volgende zondag ging hij
weer op weg, maar werd weer gewei
gerd ondanks het zondagse pak Nu
schafte hij zich een buitenmodel kerk
boek aan in de stellige overtuiging nu
toch wel te worden toegelaten, maar
ook de volgende zondag kwam hij niet
verder dan de stoep. Bedroefd ging de
neger heen en ging thuis proberen in
de slaap vergetelheid te zoeken. En toen
in de slaap gebeurde het, daar stond
de Heer voor hem en vroeg hem waar
om hij toch zo bedroefd was. Hij ant
woordde: omdat ik zo graag naar de
kerk wil gaan en samen met de ande
ren van U wil zingen, maar ik kom
nooit verder dan de stoep. En dan zegt
de Here Jezus tegen hem: Ik kan daar
ook nooit verder komen dan de stoep.
Bidden wij, dat de Here Jezus ook in
Birmingham en vele andere plaatsen in
het Zuiden van de Verenigde Staten
verder dan de stoep mag komen, opdat
vanuit de kerken dit conflict een einde
mag vinden.
er weer een aantrekkelijk programma en
het geheel staat onder leiding van drs.
E. de Jong te Winterswijk.
De deelnemers krijgen op dinsdag
morgen een overzicht van het werk van
beide diensten van het Evangelisatie
centrum (advies en vorming), van het
weekclubwerk ,,de Poort" en van het
jeugdzorgwerk van Evangelisch Herstel
en Opbouw. Het geheel, bespreking in
begrepen, zal anderhalf uur in beslag
nemen en is in aantrekkelijke vorm ge
goten.
De dinsdagmorgen en -avond zijn
gewijd aan twee onderwerpen waarvoor
bij vele evangelisatiewerkers grote be
langstelling zal bestaan, sprekers A.
Pool te Assen over de ,,De plaats van
de georganiseerde evangelisatie in de
getuigende gemeente" en Ds. G. As
sies over Evangelisatie op het platte
land".
De woensdag is weer jeugddag. Zo
wel op de jeugdleiding van zondags
scholen, weekclubs en clubhuizen is bij
de onderwerpkeuze gerekend. Woens
dagavond leidt prof. Bakker het onder
werp in ,,Hoe spreek ik met de buiten
kerkelijke mens over God
U ziet een aantrekkelijk programma,
dat alles inbegrepen slechts 20,— kost.
Evangelisatiewerkers op naar Woud-
schoten
dr. Erik Wolf, de laatste over het the
ma: Ordening der liefde Godsge
bod en het recht der naaste in de Hei-
delberger Catechismus". Zondagavond
is er een ontmoetingssamenkomst en
maandag een tocht voor de gasten uit
de Oecumene met bezichtiging van ver
schillende gedenkplaatsen.
Mochten er onder onze lezers zijn,
die de week na Pinksteren in het buiten
land doorbrengen, dan is er zeker alles
voor te zeggen om ditmaal Heidelberg
in het reisplan op te nemen.
De Duitse Kerken vieren het 400-
jarig bestaan van de Catechismus in
Heidelberg en wel van 8 tot 10 juni a.s.
Het begint op"* zaterdagavond met een
ontvangst van de deelnemers door de
„Oberbürgemeister" van de stad Hei
delberg. Hierna spreekt de moderator
van de ,,Reformierte Bund" prof. dr.
Wilhelm Niesel over het onderwerp:
,,Het getuigenis van de kracht des Hei
ligen Geestes in de Heidelberger Ca
techismus". Op zondag 9 juni wordt in
de Heilige Geest Kerk een herdenkings
dienst gehouden, waarin Landesbis-
schoff Julius Bender voorgaat. Zondag
middag spreken in de ,,Stadthalle"
praeses Kurt Scharf uit Berlijn en prof.
De generale synode is geopend en
een zevental commissies zijn benoemd,
die elk een deel van het agendum voor
hun rekening zullen nemen om daarover
straks hun rapporten van pre-advies uit
te brengen. Hoewel er dus na de ope
ning een stilte rondom de synode hangt
totdat deze waarschijnlijk op 27 aug.
haar zittingen zal voortzetten, wil
dit niet zeggen, dat er geen arbeid ver
richt wordt. Integendeel de zeven com
missies hebben nog heel wat door te
nemen voordat de rapporten klaar op
de tafel liggen.
We willen dan ook in deze maanden
tussen de opening en de voortzetting
der synode zittingen en synodeleden en
hun arbeid in het gebed blijven geden
ken.
De commissies zijn de volgende:
I dogmatische zaken
II kerkrechtelijke zaken
III liturgische zaken
IV zending en evangelisatie
V oecumenische zaken en buiten
landse kerken
VI geestelijke verzorging
VII diaconale zaken
Van de Zeeuwse afgevaardigden ter
synode zijn de volgende broeders in de
commissies gekozen: Ds. Y. J. Tiemers-
ma in commissie III en VII, Ds. S. van
Wouwe in commissie VI, br. A. Schout
in commissie II en br. I. van Noppen in
commissie III. De diaken-afgevaardigde
br. Schreuder maakt met alle andere
diakenen deel uit van commissie VII.
We wensen de broeders Gods ze
gen en sterkte toe bij hun arbeid.
vH.
te Woudschoten.
Van 4 tot 6 juni wordt door Gene
rale deputaten voor de evangelisatie de
jaarlijkse evangelisatie-conferentie op
Woudschoten belegd. Ook dit jaar is
18. DE ZONDVLOED (3)
Vorige keer eindigde ik met te zeg
gen, dat het moeilijk uit te maken is,
welk verband er bestaat tussen 't zond
vloedverhaal van Gen. 6 tot 9 en dat
uit Babel. Dit probleem doet zich trou
wens ook bij andere gedeelten van het
Oude Testament voor (wetten, psal
men, wijsheid enz.). Wie heeft hier
van wie overgenomen of is er geen
sprake van overneming? Wat dan wel?-
toevallige overeenkomst of gemeen
schappelijke afhankelijkheid van nog
oudere overleveringen En hoe zit het
dan met de inspiratie
Een jaar of 40, 50 geleden waren de
meeste geleerden hier gauw mee klaar.
Men vond het zo'n moeilijk probleem
niet. Alles wat zowel in Babel als in
de Bijbel voorkwam, was natuurlijk uit
Babel afkomstig. Israël (en dus ook de
Bijbel) had domweg alles van Babel
overgenomen. Babel werd zoveel mo
gelijk opgehemeld: alles wat maar cul
tuur was of waarde had was uit Babel
afkomstig: wat er nog aan waardevols
in de- Bijbel stond, was van Babylo
nische oorsprong, enz. In die dagen was
de verhouding van Babels en Bijbels
zondvloedverhaal geen probleem: dat
van Babel is ouder en dus is het Bijbel
se ervan afhankelijk.
Sindsdien heeft men op dit soort za
ken wel een wat andere kijk gekregen.
Men is voorzichtiger geworden. Door-
dat men van die rijke en bont gescha
keerde oud-Oosterse wereld veel meer
te weten is gekomen, is men ook gaan
inzien, dat deze dingen zo eenvoudig
niet liggen.
Nu moeten wij van onze kant ook
oppassen voor misverstand. Mogelijk
zegt iemand: De Bijbel is het Woord
van God, ook Gen. 69 is geïnspireerd;
wij hebben dus ter verklaring van dit
verhaal Babel helemaal niet nodig. God
heeft het ingegeven en daarmeeuit.
Van andere verhalen, buiten Israël, kan
het niet afhankelijk zijn.
Ik geloof dat in deze redenering een
misverstand aan het werk is. De Bijbel
is zeker het door de Heilige Geest in
gegeven Woord van God. Staat dat
voor ons niet meer vast, dan heeft het
geen enkele zin dat we nog Gerefor
meerd zijn. Maar betekent dat, dat
God voor Zijn openbaring nooit mate
riaal kan gebruiken, dat bij andere vol
ken vandaan komt Dat is daarmee-,
geloof ik, nog niet gezegd. Integendeel.
Even goed als de schatten van Egypte
voor de tabernakel werden gebruikt:
even goed als God Zijn Woord sprak
door een heidense tovenaar als Bilean;
even goed als de bouwkunst van de
Phoeniciërs te pas kwamen aan de
bouw van de tempel van Salomo zo
goed kan Babylonische verhaalstof door
Gods openbaring in dienst genomen
worden. Waarbij we vanzelfsprekend
blijven vasthouden aan de waarheid en
de betrouwbaarheid van deze openba
ring. De Bijbel zelf legt verbindingen
met Babel, reeds in oeroude tijden,
(trouwens ook met andere volken). De
Bijbel vertelt, dat Abraham, de stam
vader van Israël en de vader van alle
gelovigen, afkomstig was uit Ur der
Chaldaeën, een zeer oude stad in het
Zuiden van Babylonië. Abraham kan
vandaar oude overleveringen hebben
meegebracht. Let wel: kan. Ik zeg niet
dat het zo gegaan is.
Daar weet ik niets van. Niemand
trouwens. Maar het kan. Overigens
dat het zondvloedverhaal van Genesis
alleen maar een overneming en bewer
king van dat uit Babel geweest zou zijn,
lijkt mij op verschillende gronden uit
gesloten. Veel meer valt er m.i. niet van
te zeggen.
Men kan ook een heel andere wijze
van redeneren volgen. En dan denk ik
aan iets, dat vooral vroeger onder ons
gewoonte was. De gedachtengang ver
liep dan als volgt. Eens, heel lang ge
leden, heeft de zondvloed plaats gehad.
De enige mensen die er later iets over
konden vertellen, waren Noach en de
zijnen. Die zullen het verhaal later vaak
aan hun kinderen vertelt hebben. Aan
gezien van hen alle volken afstammênT
is het geen wonder, dat we bij bijna alle
volken zondvloedsverhalen vinden. Die
komen allemaal van Noach en werden
van geslacht op geslacht oververteld.
Dat er in de loop van dat eeuwenlange
oververtellen aan die verhalen wel eens
iets veranderde, spreekt vanzelf en zo
komt het, dat de zondvloedverhalen van
de verschillende volken enerzijds tref
fende overeenkomsten, anderzijds grote
verschillen vertonen.
Deze redenering spreekt wel aan. Ze
lijkt een aantrekkelijke oplossing voor
ons probleem te bieden. Maar bij nader
inzien schieten we er niet veel mee op.
Want volgens de Bijbel stamt Israël af
van heidense volken. Abraham is uit
het heidense Ur geroepen. Behalve naar
Babylonië wijzen de sporen ook naar
Noord-Mesopotamië, waar toen Ara-
maeërs woonden (Paddan Aram). Ver
der spreken teksten als Jozua 24 2 en
Ezechiël 16:3 duidelijke taal. Dat wil
dus zeggen dat men, de zondvloedver
halen alle van Noach en de zijnen af
leidende, die mensen gelijk geeft, die
beweren, dat de Bijbel zijn stof uit Ba
bel heeft.
Wij zullen moeten volstaan met te
constateren, dat God in Zijn openba
ring vaak materiaal gebruikt, dat we
ook bij andere volken vinden: dat we
de vraag naar de oorsprong van zulk
materiaal niet kunnen beantwoorden:
dat de openbaring aan dat materiaal
vaak een andere vorm geeft en er een
totaal andere boodschap mee brengt
zo wordt het tot Woord van God;
en dat het zeer verhelderend is van de
verschillen en van de overeenstemming
tussen de Bijbel en zijn Oud-Oosterse
„omgeving" kennis te nemen.
De historiciteit van de zondvloed
moet ondertussen voor ons blijven vast
staan. Dat wil zeggen, dat we hier met
waar-gebeurde geschiedenis te doen
hebben. En daarmee duiken direct weer
nieuwe vragen op: le. Betekent dat,
dat inderdaad het totale landoppervlak
van de aarde onder water stond Of
was het een overstroming alleen van
een bepaald deel van de wereld, b.v. het
Nabije Oosten 2e. Van een zo ingrij
pende gebeurtenis in de geschiedenis
zou men verwachten, dat ze sporen na
gelaten heeft. Zijn er inderdaad zulke
sporen of overblijfselen aan te wijzen
3e. Kunnen wij ook iets zeggen met be
trekking tot de vraag hoelang geleden
dit vreselijke stuk geschiedenis heeft
plaats gevonden
Op onze volgende wandeling hopen
we een paar antwoorden, die op deze
vragen gegeven worden, kritisch te be
zien en tevens na te gaan of we zelf
tot een enigszins bevredigend antwoord
kunnen komen.