KfiBKBLIJK MY IBY.
Gods goedheid.
De Friesche beweging.
Het godsdienstig leven in Frieslands
Zuid-Oosthoek.
UIT DE PEBS.
De Mattheiis-Passion.
Om alle dezen keert Zijn toorn zich niet af,
maar Zgn hand is nog uitgestrekt. Aan dit
woord herinneren nog steeds de gebeurtenissen
van dezen tgd. Reeds vier jaar duurt de
bloedige worsteling onder de volken van Eu
ropa, en de getallen der verslagenen vervullen
ons met ontzetting. De tijdingen, welke dage
lijks tot ons komen, spreken van een verwoes
ting en een vernieling, welke onze voorstelling
te boven gaan. De stroomen van ellende,
welke zich over de volken uitgestort hebben,
zijn zoo groot, dat niemand er zich een juist
beeld van vormen kan. Elke dag predikt op
ontzaglijke wijze, dat de toorn Gods voortgaat
met zich te openbaren en dat Zijn geduchte
hand nog uitgestrekt blijft.
Merkt men nu, dat de meufchenkinderen er
op letten, dat zg met ontzag gadeslaan, wat
er voorvalt, dat zij tot zich zelf inkeeren en
met ernst vragen waarom komt dit alles over
ons? In 't algemeen kan er naar we meenen
gezegd worden neen er is een ongevoelig
heid, welke zorg wekken mag. Het is waar,
dat we slechts oordeelen kunnen over den
kring, waarin we leven, zoodat het er in andere
oorden geheel anders uit zien kaD, maar de
bericbteD, welke ons uit andere streken be
reiken, spreken uit, dat liet in alle landen
ongeveer is, als in onze eigen omgeving. We
wennen aan de toestanden we komen niet
meer onder den indruk van al wat er geschiedt;
we spreken nog wel over het leed, dat zoo
menig geluk heeft verwoest, maar we driDgen
niet door tot de oorzakeD, welke dit alles in
't aanzijn riepen. Wie denkt er aan, dat er
verband bestaat tusschen wat zoo zwaren druk
legt op 't leven en de zedelijke en geestelijke
gesteldheid van de volken zelf. Menigeen
denkt nog wel na over wat de volken tot dezen
strijd heeft bewogen over de bedoeling, welke
de leiders willen bereiken, doch wie hoort in
het kanongebulder de stem van Hem, die alle
dingen leidt naar den raad van Zjjn wil, die
ook in 't gebeuren van onzen tijd Zjjn hand
toönt
Vergeten willen we niet, dat Hg ook nu nog
werkt door Zjjn woord en Geest en het is ons
een oorzaak van vreugde, dat we daarvan nog
onderscheidene liefelijke vruchten aanschouwen
mogeD, maar we vragen tbaDS al'een, is het
merkbaar, dat overheden en volken zich ver
ootmoedigen onder de slaande hand Gods in
't besef, dat z$ gedaan hebben wat kwaad is
in Zijn heilige oogen. Kunnen we op goede
gronden zeggen, dat er een terugkeeren is van
den weg der verdwazing eu der verblinding
tot den Sprinkader des levens? Ach, dat het
zoo ware, welk een zegen zou dit zijn. Doch
daarvan wordt weinig gezien. De volken bloe
den uit duizenden wonden vele gezinnen eu
familien kwjjnen weg in rouw en droefenis,
maar de ware vernedering voor God blijft uit.
Van vrede met elkander wil men niet weten
en dit komt, omdat de Clemenceau's, de Wil
sons en de George's hun eigen doel willen
bereiken. Eerst, als hun tegenstanders krach
teloos ter aarde geworpen zijn, en zjj den vrede
opleggen kunnen, zullen zij het zwaard in
de schede steken.
Ook nu echter blgkt het duidelijk, dat de
barmhartigheden roemen tegen de oordeelen.
Doet de Vader, die in de hemelen is, niet eiken
morgen nog Zijne zon opgaan over goeden en
boozen en zegent Hg nog niet over recht
vaardigen en onrechtvaardigen Allerwegen
in ons land staan de vruchten goed. Iq klei
en zandstreken is men begonnen met den
oogst binnen te halen. De landman aanschouwt,
dat zgn verwachting niet in teleurstelling ge
ëindigd is. Hg moge klagen over onderschei
den maatregelen, welke de regeering genomen
heeft, maar over de opbrengst van den bodem
is hg tevreden en met voldoening vergadert
hg wat er gegroeid is.
In sommige weidestreken was de eerste snede
gras niet rjjk, heel wat beneden het middel
matige. Er was in 't laatste van Juni en
begio van Juli ook te weinig voedsel voor het
vee. Maar de tjjdig gevallen regen en het warme
weder hebben een omkeeriug bewerkt, welke
ieder opvalt. Het gras schoot opnieuw uit,
groeide haast zienderoogen en de overvloedige
witte klaver gaf kleur aan 't landsehap. Het
was een lust om het vee te zien grazen op de
frissche en ma'sche weiden. Eu de hoop is
gewekt, dat de boer bovendien nog heel wat
van de tweede snede in de schuur bijeenbrengt,
wat zeker van groot belang is, waar de overige
voedingsmiddelen zoo schaarsch zgn.
Welk «en groote weldaad ontvangt ons volk
daarin, vooral nu er haast geen sprake kan zgn
van invoer uit het buitenland. We beginnen
pas te verstaaD, dat zelfs een koning van het
veld gediend wordt en te waardeeren wanneer
een rjjke oogst de moeite en den arbeid van
den landman kroont. Als nu ook ons volk maar
met deze weldaad eindigt in Hem, die de uit
gangen des morgens en des avonds doet
juichen.
Hoewel we ver van Friesland afwonen en
hoewel Zeeuwen uitteraard weinig gevoelen
voor de Friesche taal en zeden, toch zullen zij
het in me dragen, indien ik enkele woorden
wgd aan wat genoemd wordt de Friesche bewe
ging, wgl vele lezers weten, dat ik een zoon
van dat gewest ben en als ik er nu nog bg
zeg, dat ik er weer enkele dagen vertoeven
mocht, dan is dit voldoende
Het is een opmerkelijk verschijnsel van dezen
tijd, dat bet nationale leven ook de kleine
volken zich zoo krachtig doet gelden. We waren
er zoo gewoon aan dat velen het nationale van
een volk niet lieten meetellen en er naar sten
den om een eenheid tu(seben de arbeiders van
alle landen in 't aanzijn te roepen dat menig
een meende, dat de dagen van het eigenaardige,
't welk een volk had, geteld waren. Wat deed
het er toe, of meu een Duitscher, een Fransch-
man of een Engelschman was wat deed het er
toe, of' men een Fries, een Hollander of' een Zeeuw
was de tgd was aangebroken waarop we alle
verschillen mochten vergeten en aansturen op
een vereeniging, welke voor de vierde klas
onder de menschen opkwamen. Maar toen de
oorlog uitbrak viel opeens deze internationale
bewegiüg ter aarde en het nationale deed zich
in al zgn kracht geld-n, zoodat zelfs de socia
listen zich alloererst Duitscher, Franschman of
Engelsch gevoelden. Daaruit bleek, dat wat
uit het leven zelf opkomt, wat uit de schepping
en de voorzienigheid in een volk gewerkt is,
wel onderdrukt kan wordeD, maar zich niet
uitroeien laat. Denk maar aan Polen. Hoe lang
heeft het gestaan onder vreemde heerschappij,
hoevele krachten hebbeu gewerkt om dit volk
van zgn taal en zeden te berooven, maar nog
blgft het de aandacht vragen van allen, die
thans zich opmaken om weer orde te brengen
in 't Oosten van ons werelddeel. Denk anders
maar aan Vlaanderen, dat veel dichter in onze
nabgheid ligt. Met welk een belangstelling
zien we uit, of deze oorlog soms het middel
zal zgn om het Vlaamsche volk te bevrijden
van den invloed, welke de Walen er tot dusver
op uitgeoefend hebben.
Dat ik aan de Friesche beweging dacht,
vindt zgn aanleiding in de vergadering, welke
ia Sneek en in 't nationale congres, dat in
Leeuwarden gehouden is. Beide vergaderingen
hebben geleerd, dat er een opwaking is om de
Friesche taal tot haar recht en eere te brengen.
Het is waar, dat het nog slechts een begin is,
maar wie weet, dat de gebroeders Halbertsma
in de vorige eeuw begonnen zgn met voor de
Friesche laai op te komen, verstaat, dat er
krachten in beweging zgn gekomeD, welke meer
en meer onder de Friezen doorwerken Toen
ik nog jong was, werd hoofdzakelijk het Frieseh
gebezigd inden dagelijkschen omgangen voor een
luimige voordracht. In de kerk en op de school
was de Friesche taal buitengesloten eu algemeen
was de gedachte, dat zij heeleuiaal niet geschikt
was voor den ernst. Vele zonen en dechteren
van het oude gewest waren dan ook niet bg
machte om een stuk in de Friesche taal te
lezen. Werd er eens op een jongelingsver-
eeniging een Frieseh vers voorgelezen, dit werd
als een hooge uitzondering geduld, maar het
mocht niet te vaak gebeuren. Dit nu begint te
veranderen en zelfs werden enkele preeken in
't Frieseh gekoudeD.
Gelijk het altijd gaat, zoo gaat het ook hier. De
een juicht bet toe, de ander keurt het af. Er
zgn warme voorstanders, terwgl de groote
menigte in Friesland er zich niet mee inlaat.
Thans is nog niet te zeggen, waartoe deze
beweging Fiden zal. Maar we zouden wel
willen, dat deze beweging in kracht toenam en
dat het nog eens gelukte om de Friesche
taal uit haar vernedering op te heffeD. Eeuwen
achter elkander is zg smadelijk verwaarloosd,
is zg blgven stilstaan op den weg van haar
ontwikkeling, zoodat zg het zich moet laten
welgevallen, dat vreemden uit de hoogte min
achtend op haar neerzien. Geef haar gelegen
heid om te toonen, wat zg vermag en mocht
het dan blijken, dat zg veroordeeld is om te
verdwijnen, het zg zoo. Het is opmerkelijk
echter, dat het Friesche volk haar eeuwenlang
bewaard en gesproken heeft, dat het onder
ongunstige omstandigheden haar trouw geble
ven is, en dat er steeds enkelen wareD, die hun
gaven er voor over hadden om haar voor den
ondergang te bewaren. Hoe men ook over het
Friesehe volk denken moge, toegeven moet men,
dat het een taai ras is, 't welk zgn traditie
bewaart en zgn plaats n©g weet in te nemen.
Van alle zijden heeft men gestreefd de taal
van dit volk der vergetelheid prjjs te geveD,
doch tot dusver waren alle pogingen te vegeefs.
Laten allen, die deze beweging leiden, met
kalmte en bezadigdheid te werk gaan en laat
het geheele Friesche volk hen steunen. Ruste
loos wordt er gearbeid om aan het vo'k den
Bijbel in eigen taal te geven en er zgn reeds
onderscheidene boeken gedrukt, waarvan som
mige best de vergelijking met andere verta
lingen doorstaan kunnen. Het is mg meer
malen bg het raadplegen van enkele boeken
opgevallen, hoe juist het Frieseh het oorspron
kelijke kan weergeven en boe schoon en tee-
kenachtig het uit laat komen wat ons in de
H. Schrift aangeboden wordt.
Deze beweging, mits zjj steeds meer in goede
banen geleid wordt. Kan er toe bijdragen om
het Friesche volk het besef bg te brengen van
de plaats welke de voorzienigheid Gods het
gegeven heeft in de historie en welke d8 eigen
aardige taak is, welke het te vervullen heeft.
Eenigen hebben tegen haar gewaarschuwd,
omdat zg vreesden, dat de doorwerking leiden
zou tot verzwakking van den band, welke er
zgn moet tusschen de verschillende provinciëa
van het land, maar zg zagen voorbij, dat juist
deze eenheid de meest hechte is, welke de
rgkste verscheidenheid toestaat. Ons land zai
er niet bg verliezen, maar er bg winnen, indien
fet Frie?che volk zich in de toekomst geheel
ontwikkelen kan naar zgn aard. Wg zgn niet
blind voor de schaduwen van het Friesche volks
karakter, maar dit is toch waarlijk geen reden
om te zeggen, dat het maar blijven moet, waar
het nu is, want dan zou men dit met hetzelfde
reeht kunnen zeggen tot elk volk.
Als we voor de Friezen schreven, zouden we
er een opwekking aan toe voegen om deze
beweging met ernst te steuneD, doch wgl dit
niet het geval is, kunnen we het hierbij laten,
in de hoop, dat wie onder de Zeeuwen het leest,
zeggen zal we kunnen ons best begrijpen, dat
het Friesche volk deze zgn schat bewaren wil.
Vijftig jaar geleden was Frieslands Zuid-
Oosthoek vrij we^ onbekend in onze kringen.
Ik herinner me nog, dat, toen de et rste rap
porten van den Bijbelcolporteur Veltman in
kwamen, ik me soms de oogen uitwreef en me
afvroegwaar liggen er ten Zuiden von Gor-
redgk plaatsen, welke dien naam dragen, ter
wijl ik toch niet ver van die oorden opgegroeid
was. En zooals het mg ging, zoo ging het
velen. Op de zendiugsdagen, destijds te Leeu
warden gehouden, wisten velen niet, boe zg
het hadden en gaven hun verwondering er
over te kenneD, dat in hun gewest zulke toe
standen heersehten.
Socialisten, mannen uit de Christelijk Ge
reformeerde kerk, Hervormden en anderen
vestigden de aandacht op de maatschappelijke,
zedelijke en godsdienstige gesteldheid der be
volking op onderscheidene vergaderingen
werd er over gesproken, in de bladen werd er
over geschreven eu in breeden kring begon
men van lieverlede te weten, dat daar een be
volking met uitzondering van enkele wel
varende dorpen in kommervollen toestand
leefde.
Kommervol was het leven er maatschappe
lijk. In hutten van heidezoden leefden soms
talrijke gezinneD. De verdiensten waren gering.
Het kostte velen groote moeite om de onont
beerlijke voedingsmiddelen te verkrijgen. Het
ontbrak haast aan de meest onontbeerlijke
meubelen en aan een opvoeding der kinderen
werd schier niet gedacht. Kommervol was het
vooral in zedeljjk opzicht. Menig huwelijk was
alleen gesloten over „den bezemstok", een uit
drukking, welke te kennen gaf, dat man en
vrouw waren gaan samenwoner), zonder dat de
ambtenaar van den burgerlijken stand er zich
mede bemoeid had. Kommervol, in vollen zin
gold het voor heel de bevolking, als men het
oog vestigde op den godsdienst. De H. Schrift
was er bijna onbekend, aan de prediking van
het evangelie had het jaren lang ontbroken en
de vraag is meermalen reeds toen opgekomen,
of de reformatie van de 16e eeuw er zich wel
ooit had doen gelden. Het was haast onbe
grijpelijk, hoe in een land als het onze zoo
groote onkunde der waarheid eu zoo groote
onverschilligheid kon voorkomen.
Sedert dien tgd is er groote verandering ge
komen. Bet socialisme heeft er het zaad der
ontevredenheid met kwistige hand gestrooid
en een rijken oogst gezien. Christenen van ver
schillende gezindheid hebben er het evangelie
gebracht en uit alle provincies zgn er gelden
gekomen om dezen arbeid te steunen. Dit
werk is ook niet vruchteloos geweest. Op on
derscheidene plaatsen wordt de waarheid ge
prediktenkele Christelijke scholen zgn ver
rezen op Zondagsscholen worden de kinderen
onderwezen vele Bijbels hebben hun weg ge
vonden naar de gezinnen en vele goede boeken
werden onder de bewoners verspreid
De vraag echter was nog onbeantwoord, hoe
is de toestand daar zoo geworden en om een
antwoord op onze vraag te vinden, was het
noodig om het verleden te kennen. Hier en
daar was er wel een kleiue bijdrage geleverd,
maar het veld was nog vrijwel onontgonnen.
Nu is er een brochure onder bovenstaande
titel verschenen en we hebbeu haar met be
langstelling ter hand genomen, in de verwach
ting, dat zg licht verspreiden zou Duidelijk
wordt eerst het onderwerp aangegeven, ver
volgens wordt het terrein afgebakend, opdat
elke lezer zich een voorstelling zou kunnen
vormen over de streek, waarvan hier sprake is.
Dan krijgen we een beschrijving van den toe
stand, zooals die thans is. De werkelijkheid
wordt hier tamelijk nauwkeurig aangewezen.
Eu eindelijk wordt ons gezegd, welke invloe
den hier aan 't werk zgn geweest om de be
volking te brengen, waar zg nu is
We waardeeren het allereerst, dat iemand
zich de moeite getroost heeft om dezen arbeid
te verrichten. Eveneens willen we gaarne een
woord van hulde brengen voor het resultaat,
dat bereikt is. Het is toch duidelijk geblekeD,
dat de geschriften van eeu zekeren Bril daar
zgn gelezen en hun werk hebben gedaan. Maar
we hebben tevens gevoeld, dat deze brochure
ons n et gebracht heeft, wat we moeten heb-
beD. Uit de actestukken van de kerken, welke
daar van de 16e eeuw af waren, moet als 't
mogelijk is aan 't licht gebracht worden, wan
neer en op welke wijze die streek van Roomsch
Gereformeerd geworden is. Welke mannen er
gearbeid hebben en welke verandering dit alles
uitgewerkt heeft op de bevolking. Historisch
moet aangetoond worden, dal Bril inderdaad
een zoo algemeene invloed hoeft uitgeoefend
als door den scbrgver verondersteld wordt en
ingeval dit zoo is, hoe het te verklaren is, dat
het zaad van dien man zulk een toebereiden
akker heeft gevonden. We hebben wel gekre
gen beschouwingen, maar we kunnen niet na
gaan of ze wel juist zijn. Het wil ons dan
ook voorkomen, dat de zaak lang zoo eenvou
dig niet is, als hier gezegd wordt en daarom
wenschen we, dat de schrgver zich eens zetten
moge tot een degelijke studie van de historie
dier streek om ons daarna te geven de vrucht
van zgn ijverig onderzoek.
In weerwil van de aanmerkingen, welke we
maakten, zijn we dankbaar voor wat hg ons
gegeven heeft. Al is het niet veel, dat hg ons
aanbiedt, het is in elk geval iets, dat reeds
voor hen, die daar arbeideD, tot nut kan zgn.
Misschien is het bovendien een eerste schrede
op dezen weg, waarop andere en nog meer
dere volgen zullen. Het is wel de moeite
waard, dat iemand zich eens er voor geeft
om een volledig licht te doen opgaan over
deze aangelegenheid. Het zou den moeilijken
arbeid, welke daar verricht wordt, vergemak
kelijken en onze historiekennis verrijken.
Bouma.
N. B. De brochure is geschreven door J.
Waterink, v. d. m. te Zutphen en uitgegeven
door E. J. Bosch Jbzn. te Ngverdal.
Van matiging in den strgd is nog gansch
geen sprake.
Eer schijnt het. alsof aanval en verweer met
meer felheid dan ooit geschieden.
Moorddadig gaat het er naar toe naar luid
van de tot ons komende berichten.
Van bezinning is geen spoor te ontdekken.
Al zwarter hangen de wolken aan het zwerk
over eene zich zelf moordende wereld.
Ook op eigen erve nemen de klachten toe.
De bezwaren nemen toe in aantal en in
gewicht.
Of hongersnood gemeden zal kunnen worden
Niemand die het zeggen kan, omdat niemand
weet, wat de aanstaande oogsttijd brengen zal.
Regen en droogte, vruchtbare en onvrucht
bare jaren zgn niet in 's menschen hand.
Als het daaraan toe komt, dan wordt het
oude woord weer in herinnering gebracht
„Gij zjjt mensehen, maar Ik ben God!"
Met alle hoog gevoelen kan dat niet wegge-
wischt en niet veranderd worden.
Op dat terrein doet Hg zich gelden, van
wien alleen de beslissing is over zaaiïag en
oogst.
Ocb, of het schepsel het leerde verstaan
Dan zou zeer zeker blgven het overleggen,
het zich bogveren, het zich beraden over te
nemen maatregelen; maar dan ging daarmede
gepaard het zoeken van het amgezichte des
Heeren.
Helaas, hoe ver is het daarvan verwijderd.
Muziek eu tooneelspel en allerlei jjdel ver
maak blijven nog aan de orde van den dag.
Dat moet de afleiding geven te middeu van
den pijnlijken nood.
Is het wonder, dat Gods hand al zwaarder
drukken gaat
Gods dienstknechten mogen niet moede wor
den dat te herhalen in het midden van eene
wereld, die bezig big ft zich toorn te vergaderen
als eenen schat.
Zg mogen echter tevens aan het volk des
Heeren blijven toeroepen dat rgke woord der
kostelijke vertroosting „Niets zal ons scheiden,
broeders en zusters, van de liefde Gods in
Christus Jezus".
Dat woord is waarachtig, omdat het een
woord is van den levenden God.
Amsterd. Kerkbode.
Onze meeuing werd gevraagd over de op
voering van Bachs grootsche kunstwerk, en
over het geoorloofde, er opvoeringen van bg
te wonen.
Laat ons beginnen met de opmerking, dat
het de oorspronkelijke bedoeling van Bach niet
geweest is, een oratorium te geven in den zin
vau „Der Messias" van Handel, „Panlus" en
Elias" van Mendelssohn en vele andere schoone
werken van godsdienstigen inhoud maar dat
hg heeft willen geveu in zgn „Mattheüs-Pas-
sion". ProtestantFche kerkmuziek, om op
Goeden Vrijdag bg de godsdienstoefening te
worden uitgevoerd Het eerste gedeelte vóór
de predikatie, het tweede gedeelte daarna te
zingen, terwgl dan de gemeente de er in voor
komende koralen had mede te zingen. Al
spoedig echter droeg men het zingen op aan
eeu bepaaldelijk daarvoor bestemd en geoefend
meerstemmig koor, en weldra werd opgeëischt
voor groote uitvoeriugen, zoodat het in den
hoogsten en uitgestrektsten zin populair werd.
Het gevolg daarvan was, dat allerlei soort van
menschen mede arbeidden aan de uitvoering,
en dat overal in Protestantsche en ook Kat
holieke Kerken, ia meer ernstige en in wereld-
sche kringen met geestdrift werd geluisterd
naar dit meesterwerk van muzikale en dichter
lijke toonkunst. In vele steden werd het sinds
dien een behoefte, telkenjare in de zoogenaamde
lijdensweek dit stuk opgevoerd te zien. En
vooral uit de beschaafde standen vereenigen
zich dan velen, die anders naar schouwburgen
of concertzalen gaan, om met vrome aandacht
te luisteren naar deze muziek, die zich door
bgzoi.dereu ernst van andere onderscheidt.
De vervaardiging van de Mattheüs-Passion,
en de oorspronkelijke bedoeling van uitvoering
er van, is heel wat onschuldiger dan hetgeen
men er later mee heeft ondernomen. Maar dit
neemt niet weg, dat ook het stuk niet kan
worden goedgekeurd, zoo min om de wjjze,
waarop het moet worden voorgedragen, alsook
om den inhoud hier en daar. Ging het alFen
om de vertolking in muzikale tonen van de
treffendste aller gebeurtenissen, het lijden van
Christus, dan was het heel iefs anders. Maar
hier moeten menschen woorden zingen, die of
vreeselijk zgn, als ze in koor het uitspreken
„Laat Hem gekruisigd worden en „Zijn bloed
kome over ons en onze kinderen!" öf profaan,
als woorden worden voorgedragen, die onze
Heiland uitte in het bitterst Igden om der
zonde wil.
Naar aanleiding van een vraag, of tooneel-
bezoek en Christelijk tooneel geoorloofd is,
antwoordde onlangs ds. Knap in „Oude paden"
o.a. het volgende
„Oas dunkt, dat op het tooneel steeds spel
te zien gegeven wordt. Wel een spel van hooge
kunst, maar 't is en blijft spel En ieder weet,
dat, als er een stuk wordt opgevoerd, het wel
waarheid lijkt, maar geen waarheid is. Volgt
hier nu niet met. noodzakelijkheid uit dat het
heilige nooif. of te nimmer op de planken thuis
behoort? Op de planken krijgt gg een voor
stelling, doch geen werkelijkheid.^ Eu nu ZQ
toch gevraagd, of dit geoorloofd is ten aanzitn