Weekblad voor de Gereformeerde Kerken in Zeeland
29e Jaargang.
Vrijdag 19 November 1915,
No. 47,
LIT HET WOORD,
Redacteuren Ds. L. BOUMA te Middelburg en Ds. G. F. KERKHOF te Oost-Souburg.
Vaste MedewerkersD.D. R. J. v. d. VEEN, J. D. WIELENGA, F. J. v. d. ENDE, A. D. C. KOK, J. H. LAMMERTSMA, L. v. LOON, 0. POL en F. W. J. WOLF.
Abonnementsprijsfranco aan huis per half jaar 70 cent.
PERSVEREENIG1NG ZEEUWSCHE KERKBODE.
Adres van de AdministratieA. D. L1TTOOIJ Az.
Middelburg.
EEN IEGELIJK DIE GELOOFT.
Johannes is de Apostel, die de geloovi-
gen gaarne beschouwt in het licht hunner
hemelsche geboorte. Elk waarachtig dis
cipel van Jezus is hem niet een mensch
van beneden, maar van boven, uit God
geboren, die daarom den hoogen en tee-
deren naam »kind van God" dragen mag.
In de geboorte van boven ligt de aanvang
des levens, daarin wordt voor het eerst de
ontferming der Goddelijke liefde uitgedra
gen tot zijne ziel, die zich dan verder aan
hem verheerlijkt, in zoo milde en over
vloedige genade, dat deze straks zelf neder
daalt tot den zoom zijner kleederen.
Van die wondere geboorte is nu het ge
loof de openbaring en vrucht. Kind van
God is niemand van nature of uit kracht
van schepping, want wij zijn allen van
God afgevallen en door onzen val kinderen
des toorns, ja des duivels geworden, maar
alleen wie gelooft. Slechts wanneer wij
in den Zoon gelooven, in wien God ons de
hand der verzoening toereiktwanneer wij
gelooven dat Jezus is de Christus, die zich-
zelven voor ons heeft overgegeven, wordt
de toorn weggenomen, ontsluit zich het
Vaderhart en mogen wij in zalig kindschap
ons verblijden. »Een iegelijk zegt Jo
hannes die gelooft dat Jezus is de Chris
tus, die is uit God geboren", juist het
zelfde als wat hij in zijn Evangelie neer
geschreven heeft»Maar zoovelen Hem
aangenomen hebben, dien heeft Hij macht
gegeven kinderen Gods te worden, namelijk
die in zijnen naam geloovenwelke niet
uit den bloede, noch uit den wil des vlee-
sches, noch uit den wil des mans, maar
uit God geboren zijn" (Joh. 1 12, 13).
Welke genade is ons dan gegeven, in
dien wij ootmoedig bekennen mogen dat
ook in onze ziel het geloof mag wonen.
Wel te verstaanhet oprechte en echte
geloof, dat waarlijk Jezus eert en liefheeft.
Aan een historisch, wonder- of tijdgeloof
mag hier in geen geval gedacht worden.
Al zulk geloof noemt Jezus wel Heere,
Heere«, maar 't geeft geenerlei gemeen
schap met Hem, niet met zijn persoon en
evenmin met zijne weldaden. Niemand kan
zeggen Jezus den Heere te zijn dan door
den II. Geest. De H. Geest alleen werkt
het mysterie der wedergeboorte, waaruit
het geloof der kinderen Gods opkomt, dat
van Jezus zeggen doetAl wat aan Hem
is, is gansch begeerlijk 1
De natuurlijke mensch ziet in Jezus niets
dat hem zou kunnen aantrekken hij kan
niet anders dan instemmen met het woord,
dat bij Jesaia te lezen staatAls wij Hem
aanzagen, zoo was er geene gestalte, dat
wij Hem zouden begeerd hebben. Wat deze
Jezus heeft en geven wil, het wordt door
wie onbegenadigd is in geen enkel opzicht
van waarde geachthij heeft de zonde
lief en vraagt de dingen die beneden zijn,
het brood dat uit de aarde opkomt, en
Jezus wil van zonde verlossen en biedt het
brood dat uit den hemel nederdaalt. En
wat Jezus eischt, ach, het strijdt ten eenen-
male met den hoogmoed en de zelfzucht
van het verdorven hartde natuurlijke
mensch wil in eigen kracht zich groote
dingen zoeken, maar Jezus zegtWie achter
mij wil komen om mijn discipel te zijn,
die verloochene zich zeiven, die neme zijn
kruis op en volge mij.
Wie zal, wie wil, wie kan in dezen Jezus
dan den Christus zien, den gezalfden Hei
land der wereld, den grooten Leeraar der
gerechtigheid, den eenigen Hoogepriester
der verzoening, den eeuwigen Koning van
het Godsrijk, den eenigen naam waarin de
zaligheid is en buiten welken wij niet
kunnen zalig worden Voorwaar, niemand
komt daartoe, dan die van God ontfermd
en gezocht is, die zich als een schuldig en
verloren zondaar heeft leeren kennen, en
die nu door de genadegave des geloofs in
Jezus den Christus ziet, aan wien hij zich
met lichaam en ziel, voor tijd en eeuwig
heid leert toevertrouwen.
Zalig, als het ons zoo gaan mag. Volop
een deel van dit leven ontvangen te hebben,
en toch ons arm te kennen voor God.
Misschien eiken dag aan een welvoorzienen
disch aan te zitten, en toch honger en
dorst te kennen, die door geen aardsche
spijze of drank gestild wordt. Niet ont
bloot zijn van kennis, wijsheid en weten
schap, en toch zonder ophouden tot God
te roepen om licht en waarheid ons neder
te zenden. Een goeden naam in de wereld
te hebben, eer en achting bij de menschen
en toch onszelven in 't verborgen voor den
Heilige Israels neder te buigen, om met
verbroken en verbrijzeld hart te bidden
o God, wees mij zondaar genadigIn één
woordons zeiven zondig, schuldig en ver
loren kennend, aan Jezus' voeten neder te
zinken en tot Hem, den Christus, te zeg
gen Ik geloof, Heerekom Gij mijne on-
geloovigheid te hulpe
Want waarlijk, als het zoo bij u zijn
mag, dan hebt gij in dat uw ootmoedig
geloof in Jezus, dat Hij de Christus is,
het zegel en onderpand dat gij uit God
geboren zijt. Uwe zekerheid ligt hierin,
dat gij er toe gebracht zijt in Jezus te
gelooven, d.i. Zijne heerlijkheid te zien
en u zeiven aan Hem over te geven en
toe te vertrouwen. Dat kan geen vrucht
van eigen akker zijn, dat zou in u niet
bestaan, zoo God het in u niet gewerkt
had, d.i. zoo gij uit God niet geboren
waart. Vleesch en bloed hebben u dit
niet geopenbaard, maar uw Vader die in
de hemelen is. Alleen de Vader trekt
met liefdekoorden ons tot den Zoon, en
het is de H. Geest, die de blinde ziels-
oogen voor de verborgenheden van Jezus
ontsluit.
Twijfelt dan niet aan uw kindschap,
al is uw geloof ook klein, al vindt het
zijn kenteeken misschien meer in het
toevlucht-nemen dan in het vertrouwen.
Benaarstigt u veelmeer om in de kennis
en de genade van den Heere Jezus op te
wassen, en door Hem van 's Vaders liefde
en gunst verzekerd te worden.
Dan zal de Heere zich haasten tot uw
hulp. Dan zal Hij meer en meer uw
geloof sterken. U het merkteeken geven,
waarbij gij vast vertrouwen moogt, steu
nende op zijn heilige toezegging, dat gij
uit God geboren zijt. U geven een toe-
nemenden afkeer van de zonde, voor welke
uw Heiland aan het kruis moest. Een
stillen vrede in uw binnenste, die alle
verstand te boven gaat, en hart en zinnen
bewaart in Christus Jezus. Een blijde
hope en verwachting dat gij het geloof
behouden zult, om na volbrachten loop en
strijd de kroon der rechtvaardigheid te
ontvangen.
Moedig voorwaarts dan, gij allen die ge
looft dat Jezus is de Christus. Gij zijt niet
van beneden, maar van boven, want
gij zijt uit God geboren. Nog een weinig
tijds en uw reize door het aardsche
jammerdal is geëindigd, en gij zult opge
nomen worden als kind en erfgenaam in
't Vaderhuis.
'k Zal dan gedurig bij U zijn,
In al mijn nooden, angst en pijn
U al mijn liefde waardig schatten,
Wijl Gij mijn rechterhand woudt vatten.
Gij zult mij leiden door Uw' raad,
O God, mijn heil, mijn toeverlaat
En mij, hiertoe door U bereid,
Opnemen in Uw heerlijkheid
Ps. 73 12.
Een goede lijding uit een ver land.
Zendings-Zondag.
Jubileum Ds. H. Dijkstra teSmilde.
Goes en V. U.
Afzonderlijke nummers 3 cent.
Advertentieprijs 15 regels 30 centiedere regel meer 5 cent
Familieberichten 10 cent per regel.
UITGAYE YAN DE
Berichten, Opgaven Predikbeurten en Advertentiën tot
uiterlijk Vrijdagmorgen te zenden aan den Drukker A. D.
LITTOOIJ Az., Middelburg.
Een iegelijk die gelooft dat
Jezus is de Christus, die is uit
God geboren.
1 Joh, 5 la.
Van der Veen.
KDBKELÏJK IiEVEN,
Aan belangstellenden wordt meegedeeld dat
te Medan is opgericht een Vereeniging tot
behartiging der Godsdienstige belangen der
verstrooide Gereformeerden ter Sumatra's Oost
kust en Atjeh, en verzoeken wy de leden of
doopleden der Geref. kerken welke naar Oost
Sumatra vertrekken dringend, zich by aankomst
't zy persoonlijk of schriftelijk te vervoegen
bij een der ondergeteekenden.
Doel der Vereeniging is, om zoolang de in-
stituteering der Geref. kerk te Medan nog niet
heeft plaats gehad den band tusscben de ver
strooide Gereformeerden te versterken, trachten
saam te binden wat krachtens belijdenis saam
hoort en door woord, geschrift en samenkom
sten mee te werken aan den opbouw van ons
geloofsleven en de verbreiding der Gerefor
meerde beginselen, terwijl kracbtigen steun
verleend zal worden aan de pogingen welke
worden gedaau om een reizend predikant voor
Sumatra te verkrijgen.
Het Bestuur der Gereformeerde
Vereeniging te Medan,
Me. R. Slotema, Voorzitter.
P. A. Coltjn, Secretaris.
J. Hogervorst, Penningmeester.
J. J Meeuwse.
Is dit niet een goede tijding uit een ver
land We hebben er ons over verheugd en
we hopen van harte, dat er een rijke zegen op
rusten moge. Bouma.
ZENDING.
Evenals ten vorigen jare heeft de commissie
voor den Zendings-Zondag aan alle kerkeraden
het verzoek gedaan den laatsten Zondag in
November daartoe te bestemmen.
Wie zou dit verzoek niet toejuichen? Het
gebeurt hoogst zelden, dat de belijders van
Christus allen op één dag over dezelfde zaak
spreken en voor dezelfde zaak biddenwant er
zijn zoo weinig aanrakingspunten. Des te meer
stellen wij het op prijs, als zulk een gelegen
heid zich voordoet. En wat de christenen in
ons vaderland ook gedeeld houdt, inzake de
Zending zijn zij toch ééndaarin hebben wij
een gemeenschappelijke taak.
Temeer ondersteunen wij dit verzoek, omdat
de Zending in deze droeve oorlogsdagen ernstig
gevaar loopt en reeds veel schade lijdt in menig
opzichtwij hebben reeds een en andermaal
hierop gewezen. De krijg tusschen de christen
volken kan niet anders dan bü heidenen en
mohammedanen een wonderlijken indruk geven
aangaande de toepassing van den eisch der broe
derliefde als iets vloekt met het Evangelie van
Christus dan zeker dit moorden op groote schaal.
Zij dan 28 November ook in de Geref. kerken
van Zeeland een Zendings-Zondag. Acht men
het onnoodig beide diensten aan de Zending te
wijden, dan gebeure dit in één dienst. En heeft
men voor dien datum reeds een ander onder
werp voor de prediking, dat dan in het bijzonder
aan de Zending worde gedacht in den gebede
niet alleen bij de eigen Zending op Magelang
en de andere Geref. Zending worde stilgestaan,
maar het werk der Zending in het algemeen,
in verband met den oorlog, worde herdacht.
En God verhoore uit genade de gebeden.
In de Nederlandsche Zendingsactie in het
algemeen, en in de Gereformeerde Zendingsactie
in het bijzonder, neemt ds. H. Dijkstra van
Smilde een vooraanstaande plaats in. Hij is
een voorman op dit gebied, en onze leider, reeds
tientallen van jaren.
Vóór 40 jaren werd hij op 21 November 1875
in het predikambt bevestigd; en meer dan 30
jaren heeft hij zich aan de Zending gegeven.
Hij heeft gewoekerd met zijn tijd en ook met
zijn gavenhij heeft geen moeite, en ook geen
kosten ontzien, om zich met de historie der
Zending op de hoogte te stellen, en hij is er
„een baas" in geworden by weel de dingen niet
van-hooren-zeggen en oppervlakkig, doch gron
dig als vrucht van studie.
Ds. Dijkstra heeft de Zending niet bestudeerd
uit liefhebberij, maar nit liefdehij heeft een
heiligen hartstocht voor de Zending typeerend
is dan ook zijn zeggen dat hij het jammer
vindt reeds zoo oud te zijn, omdat hij zoo gaarne
de rijpe vruchten van onzen Zendingsarbeid
zou aanschouwen. Wij verstaan ditin een tijd,
toen de Zending wel niet vergeten was, maar
toch achtergesteld bij allen anderen ehristelijken
arbeid, is ds. Dijkstra de man geweest, die het
Zendingsvuur heeft aangeblazen wat op dit
oogenblik onze Geref. Kerken op Midden-Java
en Soemba verrichten is grootendeels resultaat
van zjjn werken. En nu zag hij gaarne dezen
jongen, flink-groeienden boom, groot en met
vele vruchten beladen. Nu, wie weet wat God
hem nog vergunnen zal te aanschouwen.
Onder de werken van zijn hand neemt „Het
Evangelie in onze Oost", 2 dln., de voornaamste
plaats in. Hoe hij door het „Zendingsblad" en
de „Zendingskalender" onze Zending finantieel
met duizenden steunt, hebben wij vóór enkele
maanden reeds uiteengezet, en zullen dat nu
niet herhalenook De Macedoniër" is een
papieren kind, waarop hij trotsch mag zijn.
Hoewel ds. Dijkstra op jaren komt en heel
zijn leven buitengewoon hard gewerkt heeft,
is hij toch nog kras zelfs de dubbele taak van
het presidentschap, zoowel van de Gener. Zen-
dingsdeputaten als van de Soemba-Zending,
neemt hy nog steeds met opgewektheid waar.
Het zij ons vergund aan ds. Dijkstra ook onze
hulde toe te brengenhet is onze bede, dat hij
nog vele jaren voor onze kerken en onze Zen
ding gespaard moge blijven en wij danken God,
dat Hij ons zulke mannen geeft.
J. D. Wielenga.
Voor een door het zeer ongunstige weer niet
groote, maar zeer aandachtige schare sprak
Woensdagavond 10 November prof. dr. P. A.
E. Sillevis Smitt in Goes voor de V. U. Na
het zingen van Ps. 75 vs. 1, 4 en G en het lezen
van Spreuken 8 vs. 114 sprak hij het uit,
dat het doel, waarvoor wy te samen waren,
weinig wordt gewaardeerd in onzen tijd. De
gemeenschap van wetenschap en geloof, van
denken en bidden wordt niet erkend. Toch
ligt juist in die gemeenschap onze kracht, ook
al dreigt in onzen tyd verslapping in te treden.
Om de belangstelling voor de V. U levendig
te houden, wenschte hy de gedachte„Wijsheid
is beter dan kracht" te ontwikkelen aan de
hand van het Schriftwoord Prediker 9 vs. 1318.
Het volk, dat waarlijk den Heere vreest, is als
een kleine stad en weinig lieden behooren er
toe. Steeds gering is het aantal dergenen, die
waarlijk gelooven, en dan worden ook zy ernstig