I DRUKKERIJ De Gevangene van If EERSTE BLAD WEEK-OVERZICHT DRUKKERIJEN LAD VÓÓR WALCHEREN e Drukwerk ZAAIT, il orders OOGSTEN I Drukkerij H. WEGELING Drukkerij De Lange Jan JAA*«AM« VKUDAO 1» FEBRUARI 1MB rr O 5 Q 2 rr c cr r c 2 tv -n rr cr 3 6 VAN Dl OIK «OKD WINK LKVEREN,IS a I EEN DER BESTE NOORDSTRAAT 44 TKLirOON N®. ISO VUSSINQSN Bureaux van Uitgave DRUKKERIJ H. WEOEUNO BDOOTmAT44TKt,qO POtTREKEMNO NX 0RUKKERQ DB UNQB JNN en Aanbod cm 40 cm PCS 1 MMMDSM, FRANCO PER POST VS CENT kV tOSSB NUMMERS CENT AUWWEM i lijpRgs fm 1—4 RBGELS 00 CENT, IBDB8B REGEL MEER 15 CENT. TOEZONDEN MEDEDEEUNOEN 60 CENT PER REGEL BQ CONTRACT AANMERKELIJK VERMINDERD TARIEF n os nem loeoeaacmo porno, uo oesoneiaen werd steeds minder en wa^ nagenoeg geheel leder had zijn rechtvaardig aandeel gehad. Ook nt Fergusson. Toen nu rergusson van dcfrst Een duur glaa water. Een burger uit San Fran cisco Frederico Clough is plotseling erfgenaam gewor- den van een ja«rlijksche lijfrente van 5000 dollar. De oorzaak voor dit onverwachte buitenkansje ligt in het verre verleden en dateert van omstreeks 1890. De heer Clough bevond zich toen aan Doord van een schip, dat op den weg van NewYork naar San Francisco in brand ge raakte en volkomen een prooi der vlammen werd, 15 man van de passagiers en bemanning, onder wie zich ook bevonden Clough en een student, wisten zich in een sloep te redden. Ze dreven gedurende 43 dagenen nachten op zee rond met een voorraad levensmiddelen, die nauwelijks toereikend was voor een week. Vier per sonen stierven dan ook uit ontbering, Ciough, die een bijzonder krachtig persoon was, werd belast met de|rant- soeneering van net weinige drinkwater. De nood werd steeds grooter en de van dorst versmachtende schip breukelingen trachtten zich met geweld van den nog aanwezigen voorraad meester te maken. Clough dreigde echter ieder, die het wagen durfde een aanval te doen, met een hamer het hoofd in te slaan. Niemand kreeg meer dan de hem toebedachte portie. De bescheiden voorraad Sebruikt. e student Fergusson. dreigde om te komen, gaf Clough hem nog de helft van zijn eigen rantsoen, namelijk een drinkglas vol. Kort daarop werd de sloep door een schip opgemerkt en de bemanning aan boord genomen. Tusschen Clough en Fergusson entstond nu een vriendschap die tot aan den dood van den student voortduurde. Toen het testament van Fergusson werd geopend vermaakte hf) daarin aan zijn vriend een jaariykaone lijfrente van 50Ó0 dollar uit dankbaarheid. Woestelingen. Zaterdagavond omstreekshalftien wilde een viertal personen bij de halte Kapel, onder Heerterheide, in een wagen van de Limburgsche tram •tappen. Daar zQ in staat van dronkenschap verkeerden, wilde de conducteur hen niet in den wagen toelaten. Toen zij toch in wilden stijgen, werd hun dat door den agent van politie P. Theelen, die in burger in den wagen aanwezig was, belet. Hierop gingen zij Theelen, die zich als agent van politie bekend maakte, met hun messen te lijf en ontrukten hem zijn wapenstok. Theelen feti- roerde in de richting van de politiepost. Tevergeefs trachtte hij zijn aanvallers schrik in te boezemen door een schot te lossen. Zij lieten hem geen rust en toen hij struikelde over een trottoirband, vielen op hem aan. Een tweede schot trof den mijnwerker B. in den buik, terwijl een derde, eveneens door den agent afgevuurd, zskeren j. V. in den arm trof. Nb. 7 besohlkbaar voor Advertent!» f6.- por plaatsing. Bij meordera plaatsing, speciaal tarief. In volle woede bleven de anderen echter vechten. Zij poogden hem de revolver te ontnemen, Idoch inmiddels naderde assistentie, welke den agent wist te ontzetten. De toestand van B. Is zeer ernstig. Hij moest in het hospitaal waarheen hf) werd vervoerd onmiddelQk een zware operatie ondergaan. De man staat ongunstig bekend. Er wordt eea onder zoek ingesteld. Een al te Ijverig vakvereenigingsman. De voorzitter van den Noorscben Zeeliedenbond te Rotterdam, kapitein E. A., is een overtuigd vereenigings- man, die geen gelegenheid ongebruikt laat om propa ganda voor zijn bond te maken. Vrijdagavond was hij op inspectie getogen, of hij ook niet-aangesloten Noorsche zeelieden kon ontdekken. Deze tocht voerde hem na tuurlijk naar den Schiedamschendijk, waar hij verschil lende café's heeft bezocht en in eenigzins opgewekte stemming geraakt Is. Toen ontmoette hij een Noorsch zeeman, die niet tot den bond bleek te behooren, maar, wat erger was, die ook niet voor overreding vatbaar bleek. De argumenten over en weer werden steeds krachtiger, totdat de kapitein zijn zelfbeheersching ver loor en den ander te lijf ging Deze eerste vechtpartij eindigde met een knock-out Tn het voordeel van den kapitein, die onmiddeliik daarna een tweeden zeeman met dezelfde handtatstelijke argumenten te lijf ging, ditmaal zonder eerst de kracht der rede beproefd te hebben. Er kwamen nog een paar zeelui aan te pas en het werd een formeele vechtpartij, waaraan de politie een einde maakte door den kapitein aan te houden en een nacht}e op te bergen. De Noorsche Zeeliedenbond heeft Ihtus- schen dien avond geen nieuwe leden geworven. Weer valsche munters. De Parijsche politie heeft een bende valsche munters gearresteerd. Ér is voor een bedrag van 25 000 francs aan valsche zilver stukken aangetroffen. Eenigen tijd geleden had de po litie een zekeren Billart gearresteerd in de Rue de Temple. Deze man was in het bezit van valsche zilverstukken- De machine bevond zich ten huize van een zekeren. De oogst zal des te overvloediger zijn indien U zich bedient van onderstaande adressen Noordstraat 44 Vlissingen Lange Delft B 144M'burg DOET UW SCHOENEN GOED_ George Palmer, waar zoowel gouden alt zilveren mun ten werden geslagen. Geldmaken. De Grieksche regesring is voornemens binnen korten tijd een internationale aanbesteding te houden van het recht tot lichting van de overblijfselen der vereenigde Turksche en Grieksche vloten, die in 1627 bij den bekenden zeeslag van Navarino zijn ver nietigd, evenals van andere schepen, die op verschil lende tijdstippen in de Aegeïsche of loniscne Zee bin nen het Grieksche territoriale gebied zijn gezonken. Een metalen-smelterlj ontdekt. Sedert eenige weken was het de Rotterdamsche politie bekend, dat in een pakhuis in de G. van der Lindenstraat te Rotterdam groote partijen goud werden gesmolten. Men besteedde daaraan in den aanvang nog niet denoodige aandacht, doch toen Zaterdag te Parijs verschillende arrestaties plaats hadden, in verband met valsche mun- terijen, stelde de Rotterdamsche recherche daar ter plaatse een onderzoek in, omdat de berichten luidden, dat naar Nederland verpakkingen plaats vonden. Maan dag werd in bovengenoemd pand een inval gedaan. De politie kwam hierbij tot een belangrijke ontdekking. In het pakhuis bevonden zich 5 .groote smeltovens, een polijstmachine en een galvanisccrinrichfuig. Ook wtrd een enorme hoeveelheid goud, zilver en koper gevonden. De huurder van het pakhuis, de 52-jarige Belg J. C., werd aangehouden. Hij bekende, in dienst te zijn van zekeren Merlé te Parijs. Hij deed niets anders dan me talen smelten, het goud kwam uit Engeland, terwijl het koper in Rotterdam werd gekocht. De politie begreep echter niet, waarvoor de galvaniseerinrichting noodig was, en stelde daarom een verder onderzoek in. Ten slotte vertelde de Belg waarvoor deze gebruikt was. In Frankrijk werden gouden munten opgekocht tegen hoog# prijzen. Deze werden daar dan gesmolten en als baren goud in den handel gebracht. Het complot te Parijs moest zich echter dekken, wanneer geïnformeerd werd, hoe zij aan het goud kwam. Daarvoor was aanvoer uit In stad sn dorp, Ja ovsral Leest nan de Ultrospsrs eerst van al 2. „En gij wist ook," vervolgde deprocureur dea koninga tot hem, „dat er ook een adres bij was aan den baron De Villefort, vroeger mattre dea reauêta bij den keizer." „ja, zeker," antwoordde Dantee, „daar ik Immers In eigen persoon de brieven moest overgeven, moest Ik ook don naam van dengene kennen, aan wien zij ge* adreaseerd waren," „En hebt gij 't opschrift van den brief aan geen ander laten zienf" vroeg De Villefort met klimmende onrust, terwijl hij het adrea herhaalde malen over las. „Op mijn woord van eer, aan niemandhernam Dantes. „En gij zegt dat de inhoud van den brief u ten eenen male onbekend is," herhaalde de Villefort met een door dringenden biik op den gevangene, en daarop gaf Dantea s(|n woord van eer. „|a." daoht de procureur dea koninga bt) zioh zalven, „als hn den inhoud van dezen brief aan mijn vader kent, dan ben Ik voor altoos verloren Mij blijft slechts een enkele uitweg over en dezen moet ik inslaan zonder mij een oogenbtik langer te bedenken. „Komaan," vervolgde hij tot Edmond„ik moet u wel Is waar nog eenigen tijd In verzekerde bewaring houden, maar toch zoo kort mogelijk. De gewichtigste aanklacht, die tegen u bestaat, is deze brief; gij kunt nu zelf oordeelen of (k het goed met u meen of niet I" En met deze woorden wierp hij den brief in het haardvuur en liet hem geheel door de vlam verteren, „Gij ziet dat ik hem heb ver* brand," ging gij voort. „Tot van avond gaat gij naar uwe gevangenis terug, en dan zult gij weTlioht in't ver hoor worden geroepen door een ander, en aan dezen moet gij alles juist zoo verhalen ala aan mij. Maar wacht u wel dat ge geen woord van dezen brief spreekt I Dat zult ge doen, niet waar?" „|a, dat beloof ik u." antwoordde Dantea, die niet wist waaraan hij zich moest houden, „maar als men mij nu vraagt of ik nooit een brief aan dat adrea heb gehad, en aTs ik dat ontken „Dan zult gij gered zijnl" sprak De Villefort en trok aan de echel. Een politie-beamte trad binnen en begaf zich naar De Villefort, die hem iets in het oor fluisterde. Daarop ging de politie-bediende naar Dantes, en toen deze een dankbaren blik op De Villefort geworpen en eene buiging had gemaakt, volgde hij den dienaar der gerechtigheid buiten de deur. In de voorkamer namen drie gendarmen hem In hun midden en brachten hem door een van die donkere lange gangen, die den ge vangene reeds doen huiveren en sidderen eer hij zijn eigenlijken kerker binnen treedt. Na verschillende bui gingen en krommingen, langs trappen en gangen, kwamen zij aan eene zware ijzeren deur, op welke de politie dienaar met een ijzeren klopper drie zware slagen deed weerklinken, en eik dezer alagen drong ale een dolk eteek in Edmonda hart. De deur ging open en toen de jonge zeeman min of meer draalde op den drempel, stieten de gendarmen hem naar binnen. Een zware ver stikkende, vunze dampkring omgaf hem nu, hij waa in een kerker. Traag ging de dag voorbij. De avond daalde, het sloeg tien uur en Edmond was reeds der vertwijfeling nabij toen hij voetstappen hoorde. Weidra zag hij zijn kerker openen en bij het fakkellicht blonken hem de pallassen en karabijnen van vier gendar men het eerst in het oog. Edmond beefde onwillekeurig op dat geziohtwant zulk eene gewapende maoht voorspelde weinig goeds. Hij stelde zich echter gerust met de gedachte dat men hem slechts kwam afhalen om Hem teverhooren en gewillig ging hij met de militaire bedekking mede. Voorde deur der gevangenis echter, stond eene geslotene koets, en tot zijne niet geringe verbazing stiet men hem met ze keren geheimzinnigen haast er binnen. Het rijtuig pas seerde de stadspoort, waar de wacht bij zijne kornet onder 't geweer kwam en de schans tusschen de poort en het fort bezette. Aan het einde der schans lag eene boot, waarin Edmond, omringd door de gendarmen, moest plaats nemen, en daarop stak het ranke vaartuig terstond van wal. Edmonds angst en verrassing groeiden aan, toen de boot zich uit het binnsngsdcelte der haven wendde, en langs de batterijen naar Huiten roeide. De gendarmen wilden hem op zijne angstige en herhaalde vragen over het doel VAn hun tocht geen antwoord geven. Maar eindelijk drong de vreeaelljke waarheid tot nem door t de boot naderde de donkere rotsen, die het kasteel If dragen, welks kerkermuren reeds sinds drie eeuwen de bewoners van Marseille met achrlk vervul len en tot duizenderlei akelige geruchten aanleiding heb ben gegeven. Dantes geraakte op het gezicht daarvan in woedende vertwijfeling en hij deed een gevaarlijke noging om over boord te springenmaar dat mislukte. De tromp van een karabijn werd nu als een ijzeren ring dicht tegen zijne slapen gehouden en men dreigde hem dat men 't geweer zou losbranden, indien hij zich voor de tweede maal durfde verroeren. Toen hij echter den voet der zwarte rotsen naderde, werd hij zoo zeer overweldigd door 't innig gevoel van den vreeselljke toestand waarin hij zoo onschuldig was gekomen, dat hij nauwelijks meer kon gaan, maar om zoo te spreken, de stelle trappen, die naar de rota geleiden, moest op gedragen worden. (Wordt vervolgd.) r r (A Wegeling'sTlieumsblad (DUBBELE KOLOM) Ell IG

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Nieuwsblad/Wegeling’s Nieuwsblad | 1926 | | pagina 1