H.WEGELING Draag en Aanbod JUBILEUM - GEDENKBOEK JUBILEUM-UITGAVE WINKELBONNEN HET EENE ONRECHT DRUKKERIJ EERSTE BLAD WEEK-OVERZiCHT DRUKKERIJEN WEEKBLAD VGÖRWALCHEREN H.M.Kon.Wilhelmlna en Z.K.H.Pr. Hendrik IS CENT. Drukkerij H WEGELING Drukkerij De Lange Ju SS. JAAROANQ VRIJDAO 8 FEBRUARI 1828 No. 8 f AN Dl D I I Q O E D WERK LEVEREN, IE EEN DER BESTE Bureaux van Uttqavr DRUKKERfl H. WEQELWO Noordstraat 44 Tel. 130 Vutsam postrekbhwo na 51407 DRUKKERQ DE LANOB JM Lamos DEUPTB 144 40 CEWT PER 8 MAAMDEN, FRANCO PER POOT 05 CENT LOSSE NUMMERS 5 CENT Advertentieprijs: TM 1—4 szbqels 60 cent, RBDBfiB B80BL MEER 15 cent. RIOEZONDENMEDEDEEUNQEM flOCENT PER REOEL (dubbele kolom) BS} CONTRACT AANMERKELIJK VERMINDERD TARIEF Is beschikbaar voor Advortentls VS.- por plaatsing. BIJ meerders plaatsing, speolsal tarief. Heden verscheen ter drukkerij H. Wegeling als extra nummer van Wegeling's Nieuwsblad een Dit gedenkboek, samengesteld met medewerking van Dr. van Amstel, bevat een literair-historische beschrijving van H. M. Koningin Wllhelmina en Z. K. H. Prins Hendrik, eenlge vaderlandsche liederen, opgeluisterd met een groot aantal foto's en teekeningen, momentopnamen uit de afge- loopen 25 jaar. Dit keurig uitgevoerde gedenkboek van groot formaat ia verkrijgbaar bij de Bureaux van Wegelings Nieuwsblad te VÜssingen en Middelburg, bij de Agenten op de dorpen en bij de colporteurs, die de boeken aan de huizen te koop aanbieden. Da prijs is, gezien de kostbare bewerking en de hooge prijs der cliché'* zeer laag gehouden, nl. op Wij gelooven dat deze lage prijs voor niemand een bezwaar zal zijn, zich ter herinnering aan dit huwelijks feest, eea exemplaar aan te schaffen. De tijd van voorbereiding voor deze uitgave was zeer kort, waarom er dan ook geen gelegenheid was, het ver schijnen er van aan te kondigen. Heerea adverteerders, die gewoon zijn in deze soort ■itgaven te adverteeren en niet zijn bezocht geworden, zoodat, zij deze prachtige gelegenheid voor reclame het boekwordtom zijn historische waarde natuurlijk bewaard hebben misgeloopen, verzoeken wij ons deze haast niet kwalijk te nemen. De Administratie Van een vermisten jongen. Enkele dagen geleden verscheen er in de bladen de klacht van een vader, die te Nijmegen gastvrij onderdak genoot, dat zijn zoon verloren was. Dagen en dagen, langer dan een week stellig, maakte de vader een periode van onrust door. Hij was gered en hij had ook gezien, dat zijn zoon behouden uit het overstroomde gebied was gekomen en met een boot vol menschen was weggevoerd In het eerst was er bij den man nog geen angst, want hij begreep dat na enkele dagen, als de vluchtelingen in de gastvrije gemeenten der burgerlijke stand was opgenomen, hij we! bericht zou krijgen waar zijn zoon was. Maar het bericht bleef uit; en ook de zoon. Tot hij dezer dagen opeens ont dekt werd. De zoon was met de bpot naar Arnhem gekomen en op het bureau van het huisvestingscomité op het Roer mondsplein had hij ervaren dat de een hier, de ander daar naar toe werd gezonden. Hij was er tezaam met zijn vriendje en de leeperd bemerkte, dat twee jongens wei bij elkaar mochten blijven als zij broertjes waren. En toen nu het vriendje zeide E. te heeten, verklaarde W. 't broertje van E. te zijn. Zoo werden beiden naar de barakken te Ede gezonden. En de snuiter, die wist dat zijn vader goed verzorgd in Nijmegen zat, vergat de gevolgen van zijn slimheid tot de alarmeerende be richten de waarheid aan het licht brachten. Postzegelvervaisching. Een ijverig postzegel' verzamelaar te Parijs, die beslag had gelegd op een Hollandschen jubileumzegel 1813—1913 van tien gulden, welke voor 250 frs. genoteerd staat in den catalogus, werd onlangs door een deskundige tereurgesteld, die hem er op attent maakte, dat de zegel valsch was. Na een nauwkeurig onderzoek is de recherche er in ge slaagd den dader op te sporen, die zijn atelier had in het quartier Lorette, waar nog twee andere verdachten zijn gearresteerd. De hoofd-dader is een 25-jarige jonge man, genaamd jean CividinI, die zich bezig hield met het vervalschen van postzegels voor verzamelingen. Hij breidde zijn „zaken" tot België uit en nog zeer onlangs had Cividini zich naar Brussel begeven, waar hij den verzamelaar Gerard aldaar wist te bewegen, een hoe veelheid echte Belgische postzegels, ter waarde van 30 Voor kleine zaken, die geen Cassa bezitten drukken wij tegen zéér lage prijzen Noordstraat 44 Vttssingea Delft B144 Middelb, duizend francs, te ruilen tegen door hem gemaakte val* sche zegels. Tot zijn medeplichtige behoort de Rus Makarof, die in het leger van Wrange! heeft gediend en in betrekking was bij vorst Crouy. Hij woonde in een door dezen af gestane kamer in de Rue Varenne. Voorts werd gear resteerd als medeplichtige een zekere Zagorfki, wiens vader correspondent is van verscheidene buitenlandsche bladen. Deze houdt het er echter voor, dat zijn zoon den ernst van zijn daad niet geheel beseft. De dappere redders van het s.t. Roose velt. Bij aankomst van het Amerlkaansche s. s. „Roosevelt" te Plymouth met de geredde bemanning van de „Antinoe" gingen vertegenwoordigers van de admiraliteit, van de marine-autoriteiten in Dcvonport, en van Vereenigingen in Plymouth, het schip tegemoet. De stoomschepen in de nabijheid lieten hun sirenen werken en de bevolking hief een luid gejuig ter begroeting aan. De ontmoeting van. den kapt van de Antinoe en zijn vrouw was hartroerend. De moed van Kapitein Pried en de bemanning van de „President Roosevelt" bij het redden der schipbreukelingen van het Britsche schip „Antinoe" heeft te Londen groote bewondering gewekt Koning George zond aan president Coolidge een telegram waarin hij zegt, diep getroffen te zijn door den in zulke moeilijke omstandigheden betoonden moed De koning zegt verder, dat zijn stem hier de gevoelens van alle Britsche harten weei geeft. Al zit b* nog zoo In de knol, Eon Uitroeper plaatson holpt wol 81 Die advokaat waoTony. Zijne studiën en natuurlijken aanleg, hadden hem In korten tijd zoo ver gebracht,! dat hij eene der schitte rendste plaatsen aan de balie bezette. Tony woonde met zijne zuster, en scheen in de oogen der wereld oen gelukkig mensch te zijn. Men wist echter niet, dat or heimelijk een worm aan het hart van den jongen rechtsgeleerde knaagde, en die worm was een denkbeeld aan het verledene. Als hij zijne gedachten op dit punt terugbracht, kwa men hem al de wezens te binnen, die hij gekend had i dan dacht hij aan het huisgezin van den schoolmeester en van Martha, en berekende de rampen en misdaden, die uit een onrecht, door zijnen vader, gepleegd, waren voortgevloeid. Nooit had hij eene betere les genoten, dan door het overwegen van de gevolgen cener handelwijs, die voor niets werd gerekend in den beginne, waarin hij zelf zedelijk gedeeld had en die took zoo verschrik kelijk geworden was. „Eene wanorde", schreef de schoolmeester eens, „is dikwijls een oneindig langs keten van misdaad en ramp, die zich van geslacht tot geslacht ontrolt", Tony had de waarheid hiervan ondervonden. „Het onrecht is begonnen", zeide hij soms tot zijne zuster toen Prans, door eene schandelijke omkooperij, dienstplichtig werd gemaakt„aan dat begin schakelen zich de dood van Martha, het sterven van Clara, de zin neloosheid van den armen Ivo, en het verderf vanPrans. Eéne onrechtvaardigheid, die soms niet hooger geteld wordt dan een onnoozele spelde-steek, stort eene reeks menschen In het ongeluk. Wat P^ans betreft, ik heb hem herhaalde raaien doen opzoeken doch ais ik eenig spoor van hem vond, leidde die weg immer tot de ledigheid en losbandigheid.". En sprak Tony nooit meer van Clara? Zeldenmaar de herinnering aan die eerste genegen heid was in hem levendig geoleven, niettegenstaande de veelvuldige bezigheden en beslommeringen van het pleitersleven. Het gevoel was echter kalm en het scheen hem toe soms een droom te zijn, die hem lang geleden ontroerd had Zoo gaat het In het leven. Eene zal Tony echter eene vrouw ontmoeten, welke zijne levensgezellin worden zal, hoe dikwijls hij dan ook elk andere vrouw dan Ciara, „dat gebiaakstte kwaad" noemdehoe lang hij dan ook gsene liefde meer op het levenspad zouden groeien. Dat zal vermeend heeft, dat er voor hem geenc bloemen van zóó zijn; maar of hl) nog wel ooit met die opoffering, met die reinheid, met die eindelooze zinsbegoocheling beminnen, zal, als in zijn eersten jongelingstijd, dit voor zeker mag men betwijfelen I Een bediende der rechtbank trad zijn kabinet binnen, en reikte den advocaat eenen brief over. De brief be richtte hem, dat hij aangeduid was vsn ambtswege, om de verdediging op zich te nemen van eenen misdadiger, die weldra voor het gerechtshof zou verschijnen. Het trof Tony, toen hij den naam des schuldigen las i het was die van Prans. Ontroerd, door duizendo ge voelens bestormd, ging hij uit en begaf zich naar de gevangenis. BI) den pllchtige gebracht, hield hij zich onbekend. Hij zou ook den misdadiger niet herkend hebben, zoodanig was dat, voorheen zoo regelmatig, gelaat ver anderd. De driften, die in de ziel stormden, deden den sterkste haar uitwerksel op het aangezicht van den schuldige zien. Deze verhaalde zijne levensgeschiedenis. Prans verzweeg nietszijn leven voor en gedurende de diensttijdden dood zijner moeder, dien van Ciara, zijne hardheid jegens den schoolmeester alles kwam, in volle waarheid, over de lippen. Hij was, van misdrijf in misdrijf vervallende, eindelijk ▼oor goed de prooi der gevangenis gewortjpn. Prans was het treffendste voorbeeld dat men vinden kon, om het gevaar te doen zien van eene plotselinge standverwisseling, en vsn de aanraking met net slechte der wereld, als onze zedelijke kracht hiertegen, niet be stand is. „Frant", sprak de advokaat. nadat hij het levens verhaal had aangehoord„kent gij mij niet meer 9" De misdadiger zag hem een oogenbiik strak aan en schudde ontkennend het hoofd. „Evenwel hebben wij als kinderen dikwijls samenga* speeldals jongeling elkander gekend", Prans bleef zijnen verdediger scherp aanstaren. „Zijt gij Tony?" vroeg hij eindelijk „ja was het antwoord„ja, ik ben Tony. Ik heb jegens u nog een ouc'ei plicht te vervullen; ik zal beginnen met u uit al de krachten die ik bezit, te verdedigen. Heb moed." „Gij kunt mij niet vrijpleiten van den diefstal, dien ik pleegde." „Dan zal ik de straf lichter makenwant Ik heb hoop u tot het goede te zien terugkeeren." Nooit had de advokaat met meer Ijver eene zaak doorgrond; nooit had hij zijne weisprekendheid meer gescherpt. Nimmer sprak hij zoo schoonnimmer trof hij de aanwezigen zoo diep. De toon zijner stem alleen was genoeg, om Frans de tranen in do oogen te dringen, al verstond hij dan ook de vreemde taal waarin er ge sproken werd, niet voldoende. O, welk machtig middel van bekeering ware de pleitrede voor hem geweest sis hij deze had kunnen verstaan Tony schetste het leven van zijnen speelgenoot, in zijne wieg, in zijne jeugd, in zijne jongelingschap in zijn •laafsch en gedwongen leven, zoo strijdig met de per- soonlijke vrijheid van den mensch. Hij volgde hem ia zijn leven bulten het dorp, wees op de stronkelsteenen, die in zijnen weg geworpen werdenonrechtvaardigheid lijden, honger, en eindigde op het berouw te wijzen, dat de ziel des jongelings doordrong. Toen men het vonnis uitsprak, drukte de pleiter ds hand des ongelukkigen, als om hem kracht te gevso in den slag. Onnoodïgl hl) ontving hem gelaten. „GIJ zijt veroordeeld'sprak Tony„boet het kwaad dat gij deedt in de gevangenismaar gedenk steeds uwe moeder, uwe verloofde, uwen weldoener allen in lijden gestorven. Keer met hetzelfde berouw, dat u thans bezielt, uit de gevangenis terug en kom daarna aan het huis van uwen ouden speelkameraad kloppenhij zal u ontvangen als een weergekeerden broeder, opdat gij nog een eerlijk en braaf man ia de wereld worden zoudt" EINDE. In hst nummer ven volgende week maken we een begin met een nieuw vervolgverhaal getiteld «DE GEVANGENE VAN IF." NOORDSTRAAT 44 TKLKFOON No. ISO VLiSSINQEN Wegeling'sïïieumsblad TIR GELEGENHEID VAN DK 1B-JARIQE KOHTVERKENIQINQ VAN

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Nieuwsblad/Wegeling’s Nieuwsblad | 1926 | | pagina 1