We ge ling's Draag en Aanbod
Bijblad van
XX <XXXX*
X - - -
X - -
X -
X
X
x
X
Vroolijk hoekje t
31e JAARGANG
VRIJDAG 16 JANUARI 1925
No. 2
De Avonturen van Dikke Dorus
133 Op zekeren dag stond plotseling zijn ouwe
vriend Karl voor z'n neus. „Ik moet jt
eens even iets vragen, Doris", zei lij
WEGEf ING's VRAAG EN AANBOD VAN 16 jANUARF 1925.
VOOR DE JEUGD.
Raadsels.
Qploss iTEgeii der raadsels
uit het vorige nummer
Voor Grooteren
t. Ik speel het liefst met
JfteTA AGatha en Leonie.
(Taag)
„Wat heb ik weer een
pijn in mijn krriE BROmde
ée oudie man. (Ebro)
ffoe gAARNE WAren wij
hem öe hulp gekomen (Aar
en WewaL)
Ut zag HortenSE IN Een
ftuto voorbij rijden. (Seine.)
2. Loosdrecht Sloot, Soest
pecht doos, slecht.
3; Ee, Eem, Eems, Theems
4. Bever, wijk Beverwijk
VOOR Kleineren
f. Waal Winschoten
gier
A m N a
poe S
esCh
tfïee
OT ie
OTto
be E r
beeN
2. Spoe^ kom Spoelkom
3» Huis, muis, buis, abuis.
At. Marmot
Om op te lossen.
Voor Grooteren
t. Mijn geheel wordt met
10 lietters geschreven en
ban door geen naaister ge
wist worden
Een 7 2 3 10 9 is een
BÏervoe fcig dier.
Een 6 8 5 6 is een deel
ran een schip.
I 2 5 6 is een getal.
Eeir 10 9 4 5 3 is een
wapen.
Een 2 I 5 6 is een
straom
2. Op de kruisjeslijnen
komt de naam van een
keizer
le rij *t gevraagde woord
2e rij een roofvogel.
3e rij een water in Noord-
Holland.
4e rij een zangspel.
5e rij een ander woord
voor slimmen streek.
6e rij een badplaats in
Duitschland.
7e rij een viervoetig dier
8e rij een medeklinker
3. Van welke meisjesnaam
van drie letters kun je, door
de middelste letter te ver
dubbelen, een rivier in Italië
maken
4. Mijn eerste deel is een
toiletbenoodigdheid, mijn
tweede deel is ijzer(Eransch)
en mijn geheel ruikt sterk
en jaagt sommige schade
lijke insecten op de vlucht
Voor Kleineren
1. Verborgen viervoetige
dieren
Heb jij al deze bramen
geplukt, Liesje?
Het papier* voelde erg
klam aan (2)
)an ging met Ko en Bert
fietsen.
Ga je dikwijls naar Am
sterdam.
2* Van welk klein vischje
kun je door omzetting der
letters een deel van een
ladder maken
3. Vul in deze 16 vakjes
6E2M4L1 Z2K1V
zóó in, dat je van links naar
rechts en van boven naar
beneden te lezen krijgt:
le een voedzamen drank.
2e een koppig dier
3e een uitroep, waarop een
naam volgen moet
4e een voorwerp, dat dient
om sommige dieren te van
gen.
4. Met k als eindletter
noem ik een kleedingstuk,
met g een visch, met b een
zeedier, met 1 een lang rond
voorwerp en met s een
paard.
Kattekwaad.
Kind'ren, wat moet dat beduiden
zeg, we zijn hier niet aan 't strand
waarom toch schep je die schoenen
na met zoo'n ijver vol zand?
Vadertje's stevige stappers.
Moedertje's laarsjes, zoo fijn,
en dan nog tanteje's schoentjes
Kindertjes, mag dat zoo zijn?
'k Vind jullie wel wat ondeugend
komt, houdt er nu maar mee op I
geef mij je emmertje, Willem,
en jij, Marinus, je schop.
'k Neem kleine zus in mijn armen
zand zit er zelfs 't in haar
komt, jongens, leegt nu die schoenen
en zet ze dan bij elkaar.
Zoo en nu gaan we naar buiten
en ik vertel je van 't strand,
ook van de schepen en duinen
en van de schelpen in 't zand.
Mogelijk gaan van den zomer
wij met ons allen daarheen,
maarzijn de kinderen ondeugend,
dan gaan de „grooten alleen" 1
Grootmama voor Heerst In de stad.
Hoe grootmama het raadsel oploste 1
Voor Jong en Oud
134 Dorus liet hem binnen en het bleek dan
dat Karl, die het erg arm had graag Dons
bretels zou leenen. Doris had ze toch niet
zoo noodig.
136 en tafels. Dorus half jongen half dienstbode
in den grootsten angst En odomme jon
gen hij liet zijn pruikje in de haast midden
in de kamer liggen
135 Maar daar hoorden ze de voordeur. Meneer
kwam thuis! Ze vlogen onder stoelen....