Buitealandsch Overzicht. Struik millioenen zou bezitten, heeft zij nooit erkend. Alleen de bron barer inkomsten is een geheim. Dit wordt bovendien gezegd, dat zij ten slotte in handen van enkele oplichters is gevallen, de goeden niet te na gesproken. Wat van 't een en ander zij, 't is te bezien, of de behendige juffrouw ten slotte zich niet in moeilijkheden zal wikkelen, die een minder aangenaam einde nemen. Als een nieuw staaltje van hondentrouw deelt het L. Dbl. het volgende medeDezer dagen overleed te Leiden een Israëlietische vrouw, tot wier nalatenschap o. a. niet minder dan elf honden behoorden. De over blijvende familiebetrekkingen waren er minder op ge steld dit gedeelte der erflating te aanvaarden en besloten zich van de dieren door middel van den sedert lang gebruikelijken weg te ontdoenzij werden namelijk verdronken op één na, die echter spoedig in zijn verlaten toestand te Katwijk het graf van zijn vrouw had opgezocht en daar bereids in de aarde wroetende was, toen het er door den doodgraver werd opgemerkt. Niets mocht baten om het dier van die plek te verwijderen; men moest het er zelfs van voedsel voorzienmaar het liet er zich niet door ver lokken om mee te gaan. Over kolonisatie in Oost-Indië bevat het N. v. d. D. een artikelwaarin het uiteenzethoe de agra rische wet van 1870 voor particulieren de gelegenheid tot beschikking over vrij staatsdomein heeft opengesteld, en van die gelegenheid tot dusver is gebruik gemaakt. Had men nog sterker vestiging van Europeanen dooi de milde bepalingen der wet verwacht, toch werden reeds meer dan 300 perceelen woeste grond in 't jongste tiental jaren in erfpacht uitgegeven. Die uitgifte zal tot meer duurzame nederzettingen in de binnenlanden aanleiding geven. De onderneming, die de Europeaan er schept, moet door voortgezetten arbeid de gewenschte vruchten dragenhij hecht zich aan 't geen hij heeft geschapen; hij beheert liefst zelf zijn eigendom en neemt hij er afscheid van, dan vertrouwt hij de exploitatie meest aan betrekkingen. De erfpachtsper- ceelen zullen minder en minder geïsoleerd worden, naarmate de gemeenschapsmiddelen verbeterd worden, men zal conversable buren krijgen, en de Europeaan j zal ook in de binnenlanden een tehuis bekomen. Zoo geraakt men tot een duurzame Europeesche vestiging in Indië. Is echter de Nederlander wel geneigd tot verhuizen naar een ander land? Er gaan voortdurend Nederlanders naar Amerika, er gingen er en er gaan er nog naar Zuid-Afrika. Naar Indië gaat men gewoonlijk om ervan terug te keeren. Toch -is er geen reden, om zich door 't klimaat te laten terug houden. Er is thans gelegenheid om in de koelere bergstreken zich te versterken, als de warmte den Europeaan heeft aangegrepen. Sinds '1857 is te Sindanglaja in de Preanger door wijlen dr. Ploem een heerlijke inrichting gevestigd tot herstel van geschokte gezondheid. Er zijn buitendien zeer gezonde streken, geschikt voor ontginning. Het plateau van Pengalengan is 2 a 3 uur gaans in middellijn. De 8000 hectaren aldaar liggen in een gemiddelde temperatuur van '17 a 18 gr. Celsius; 'tis er als in onze zomers. Daar konden geheele gemeenten verrijzen, met kerken, scholen, enz. De ijzeren banen dringen langzaam tot in het hart van de Preanger; de afstand tot Pengalengan zal weldra geen beteekenis meer hebben, 't Wordt tijd, dat Nederland denke aan een duurzame vestiging in Indië. In de bergstreken van Java en Sumatra is daartoe door de heerlijke natuur, de vruchtbaarheid en 't klimaat uitstekende gelegenheid. Ze moeten de voorraadschuren worden voor de kustplaatsen. Tot kolonisatie van Indië moet dus worden opgewekt. Itenoemingeii, Besluite», enz. Z. M. heeft benoemd tot gezworen van het Water schap Baarland J. Steketee Andrieszoon; tot dijkgraaf van den Calandpolder en van den Sebastiaan de Lange polder J. W. van Nieuwenhuijzcn. Benoemd tot commies in de burgerlijke en militaire gevangenis te Leiden de adjunct-cipier van de cellu laire gevangenis te Goes v. d. Lijke. Door Z. M. is benoemd tot administrateur der ge nerale thesaurie bij het Depart, van Financiën, de heer jhr. mr. W. M. De Brauw, thans referendaris bij het Dep. van Koloniën. kuiist, Weteuscliap en Lettereii. Op denzelfden dag als Berthold Auerbach is ook diens oude trouwe secretaris en vriend gestorven, de stenograaf Wilhelm Badlander, die sinds jaren Auerbachs trouwe hulp was, die hem zijn werken dicteerde. Te Gronsveld in Limburg heeft men bij een uit graving een Romeinsche begraafplaats gevonden, en daaruit o. a. een aantal vazen en urnen te voorschijn gebracht, alle nog gaaf. Er is een nieuw boek van Ludwig Büchner uitge komen, getiteld: »Licht en Leven". Op de thans geopende tentoonstelling van aquarellen te Parijs heeft Jaquet een stuk geëxposeerd getiteld: »Marchand Juif" en voorstellende Alexander Dumas als schacheraar. Dit is een wraakneming op Dumas, omdat deze vroeger een stuk van Jaquet heeft gekocht en dit dezer dagen weder verkocht met een honderd tal andere schilderijen zijner collectie. De schoonzoon van Dumas, Maurice Lippmann, is op de tentoonstelling gekomen en heeft met zijn stok het glas der schilderij van Jacquet verbrijzeld. Het gerechtshof heeft bovendien last gegeven het stuk te verwijderen. Onlangs is bij Hadder and Stoughton te Londen een 4e druk verschenen van de Engelsche vertaling van Oosterzee's Bijbelsche theologie des Nieuwen Verbonds. Een Utrechtsche firma in antiquiteiten kocht dezer dagen te Wageningen '14 porseleinen schoteltjes voor f 570. Niet alle donkere wolken zijn onweêrswolken en niet alle onweêrswolken brengen zoo rechtstreeks donder voort; anders zou men zich op dit oogenblik ernstig ongerust kunnen maken over de verschijnselen in den politieken dampkring. Reeds lang was het op te merken dat Duitschland zijn best deed om in het Oosten, bepaaldelijk te Kon stan tinopel, een mate van politieken invloed te krijgen, die het nieuwe Rijk kon verheffen tot mededinger van Engeland in die streken en tot tegenstander van de Russische politiek aldaar. Engeland heeft voor 't oogenblik in eigen boezem nog al iets te doenverder heeft het met Frankrijk de splinterige Egyptische zaken af te handelen, zoodat het zich, voor 't oogenblik althans, te Konstantinopel weinig doet gelden. Rusland moedigt blijkbaar de Pan-Slavistische woelingen aan, die de Donau-volken in onrust houden en de Porte voortdurend bedreigen, terwijl zij Oostenrijks heerschappij in de pas door dien staat geannexeerde provinciën langs de Adriatische zee in gevaar brengen. Nu treedt Duitschland op als Turken-vriend. Keizer Wilhelm heeft een speciaal gezantschap van hoog aanzienlijke personen naar Konstantinopel gezonden en dit heeft Zaterdag aan den Sultan het grootkordon van den Zwarten Adelaar en het grootkruis van den Rooden Adelaar overgebracht met een eigenhandig schrijven van den Keizer, waarin hij den Sultan van zijn vriendschap verzekert. Twee adelaars tegelijk, dat is waarlijk wel een koppel roofvogels, die in 't oog kan vallen. Het is nu wel niet zoo positief te zeggen dat dit een mani festatie is tegen Rusland, doch het heeft ei- wel iets van, als men daarbij de teekenen des tijds in aan merking neemt, die Rusland te zien geeft. De Russische generaal Skobeleff, die zich op dit oogenblik te Parijs bevindt, heeft vóór zijn vertrek uit Petersburg in de laatstgenoemde stad een rede gehouden, waarin hij zich zeer Pan-Slavistisch en zeer anti-Duitsch heeft uitgelaten. Dat baarde nog al opzien en men meende zelfs te Petersburg of te Berlijn? dat de Czaar wel een démenti zou geven aan 't door den stouten generaal gesprokene. Het tegendeel heeft plaats gehad. Bij gelegenheid van het te water laten van een paar nieuwe oorlogs schepen op de Kaspische zee heeft de Keizer één dier vaartuigen doen doopen Skobeleff", tot eer van dien generaal en in de gegeven omstandigheden zeker aller minst een démenti van de anti-Duitsche uitingen, die deze te Petersburg zich had veroorloofd. Een bericht uit Parijs aan de Köln. Ztg. maakt gewag van een nog veel schei-per uitlating van Sko beleff aldaar. In een toespraak tot een redacteur van de Voltaire zou n.l. Skobeleff al zeer vijandige taal ten opzichte van Duitschland en van het Duitsche element in Rusland geüit hebbenja zelfs zou hij pertinent de wenschelijkheid van een Russisch-Franscli bondgenootschap tegen Duitschland hebben uitgesproken. De Köln. Ztg. ziet in het door den Russischen generaal gesprokene een zaak van niet geringe be teekenis. »Zonder gevolgen kunnen zijn woorden niet blijven", zegt het blad, »en wat die gevolgen zullen zijn, moet spoedig blijken." Welke de verhouding van Duitschland is tot Oos tenrijk ten aanzien van den opstand in Bosnië en Herzegowina, is nog niet gebleken. Ingeval van ver wijdering tusschen Rusland en Duitschland kon wel eens een verbond van Duitschland met Oostenrijk in de lucht zitten. op 't kleine wiel en Pieternella de Jong, Adriana Geyers, Pieternella Kasman en Maria Ouwiers kregen elk een rijksdaalder voor haar spinsel. De prijzen voor het spinnen van hede of werk (grof vlas) vielen toe aan Elisabeth Three, die f 4, en aan Theresia Gout, Maria Stoffer, Neeltje de Visser en Maria Gerrits, die ieder f 2 kregen. Voor het katoenspinnen won Frans Johannes Lespieds den eersten prijs, n.l. een gouden dukaat, en Maria Lespieds, Maria Secrit, Catba- ina Krijgsman en Anna Hek kregen elk een rijksdaalder. Op een ander gebied werd den 9 Februari ook nog een prijs behaald, en wel een gouden eerepenning ter waarde van 25 dukaten, door mr. Rhijnvis Feith, den bekenden dichter, destijds ontvanger der con- vooien en licenten te Zwolle. Hij verwierf de medaille voor een prijsvers »De aanspraak van Keizer Karei V aan zijn zoon Philips bij de overdracht van de regee ringen der Nederlanden." Een lange titel voor een versmaar 't Dichtlievend Genootschap Kunstliefde spaart geen vlijt, te 's Gravenhage, dat de prijsvraag had uitgeschreven, zag niet tegen lange titels op. Het land ging gebukt onder den last des oorlogs; doch men moet onzen vaderen toch de eer geven dat zij deden wat ze konden, en dit was niet weinig. Men had in Februari '1782 een vloot van 60 oorlogsschepen in zeewaardigen staat en besloot nog tot den bouw van 19 nieuwe linieschepen van 60 a 70 stukken, waarvoor bestemd werd f 8,409,700. Geen wonder dat men de belastingen aanmerkelijk moest verhoogen, om dit geld te vinden. We teekenden hierboven aan, dat de winter van 1781 op '82 een kwakkel winter was; toch was het de laatste helft van Februari overal besloten water, inzonderheid in het noorden des lands. De gezondheidstoestand liet veel te wenschen over; er heerschten kwade koortsen, die veel menschen weg namen, en waarvan men de oorzaak toeschreef aan den ongewoon drogen en heeten zomer van '1781. De sterfte was inzonderheid groot te Brielle onder het talrijke garnizoen dat daar lag wegens den staat van oorlog. De oorlog was niet voor alle zakendoenden een kwaad. Zoo tierde b.v. de houthandel weliger dan ooit. Een bericht van den Bovenrijn, van Januari'1782, meldt het volgende: »Het oorlog der Hollanderen geeft ook aan de bos- schen in de Paltz en andere naburige landen weder een grooter waardij. De zware houtvlotten die jaarlijks ten getale van 7 of 8 vooorbij Koblentz den Rijn afzakten, zijn in het verleden jaar (1781) veel menig- vuldiger geweest, en zelfs tot '18 toe aangegroeid, 't Is als iets bijzonders aan te merken, dat zelfs Fransch hout uit Holland naar Frankrijk gaat. Aan den Bovenmoezel, waar 't Lotharing en ander Fransch grondgebied is, wordt het eikenhout door den Hol lander opgekocht, den Moezel en Rijn af naar Holland gevoerd, aldaar tot den scheepsbouw bearbeid, en dus onder den naam van Duitsch of Noordsch hout naai de Fransche magazijnen getransporteerd. Voor 't overige was de Rijnvaart uit Holland Duitsch land in toen zeer slap, wegens de hooge tollen. Holland voerde toen zijn koloniale waren over Bre men in. Van Bremen gingen de goederen langs den Wezer tot Minden en van daar met groote Hessen- karren tot Frankfort, waar de stapelplaats van de Oost-Indische waren was. En nu deed zich het curi- euse feit voor, dat de aldus over Bremen naar Frank fort ingevoerde Hollandsche koloniale producten aldaar nog 30 kreutzers per centenaar vracht goedkooper aankwamendan wanneer zij direct uit Holland werden betrokken. De zuinigheid bedroog de wijsheid bij de tolheffers van den Rijn. Tot slot volgt hier nog een lijstje der markprijzen, aan de markt te Rotterdam den 21 Januari 1782. Tarwe oude Zeeuwsche f 5,70 a 6,30 per Zeeuwsche Zak. nieuwe 5,10 5,85 blauwe 4,80 5,10 zomer 3,904,50 4,80 v 5,10 D 5,40 6,30 j> 4,80 6,00 3,60 4,20 3,90 5,10 Vlas allerbest f 1,95 a 2,10 per steen. best 1,65 1,70 ordinair '1,45 1,50 slecht 1,20 1,25 Koolzaad f 228 a 234 't last. De oude Zeeuwsche zak was bijna 75 kop of liter; de prijzen met ys verhoogd geven dus nagenoeg de prijzen per hectoliter aan. 't Last was 36 zak. Erwten grauwe blauwe witte Boonen

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1882 | | pagina 2