ZIFiBIK/MSrill COUEAIVT.
scmeiit Zierikzee.
voor het arrondis-
1874. No. 43.
Woensdag 3 Juni,
77ste jaargang.
NIEUWS- en ADVERTENTIE-BLAD
HET
PEIJS DEK ADVEETENTIEN-
Per gewonen regel 10 cent. Huwelijks-, Geboorte-
en Doodberichten van 16 regels 60 cent.
Dienstaanbiedingen van 15 regels, mits contant betaald, 25 et.
Deze Courant verschijnt DINSDAG eh VEIJDAG avond,
uitgezonderd op FEESTDAGEN,
Prijs per drie maanden 1,Franco per post 1,-
Afzonderlijke nommers. 5 cent, met Bijblad 10 cent.
Alle stukken, de redactie betreffende, gelieve men uiterlijk een dag voor de uitgave in te zenden aan den uitgever II. LAKENMAN.
CONGRES.
i.
Nu wij de maand Juni zijn ingetreden na
deren met rasscbe schreden een viertal belang
rijke dagen voor de gemeente Zierikzee. Den
23en, 24en, 25en en 26en Jnni zal alhier
gehouden worden het XXVIII" iVederlandscll
Landluiislioudkundig Congres. Indertijd is in
ons blad reeds door een belangstellend inzender
de aandacht op dit Congres gevestigd; wij
achten het noodig dat wij daaraan ook eenige
artikelen wijden. Wij onthouden ons van een
uitvoerige verklaring wat zulk een Landhuis-
houdkundig Congres eigenlijk is. Wie dat nog
niet weet zou door een beknopte verhandeling
over die zaak toch niet op eenmaal veel wijzer
worden. Genoeg zij 't dat wij wijzen op eenige
der belangrijkste zaken die op 't Congres in
bjhandeling zullen komen, of althans in 't pro
gramma zijn opgenomen.
De vraagpunten en onderwerpen ter bespreking
zijn eigenaardig geschikt onder twee afdeelin-
gcn, de eene van direct practisehen aard, de
andere zich meer uitstrekkende op 't gebied
der theorie en der bespiegeling, beiden bij uit
stek wetenschappelijk. De eerste afdeeling
bestaat uit 29 punten en omvat den „Land
bouw in zijn ruimste opvatting, Veeteelt, Zui
velbereiding, Houtteelt." De tweede afdeeling
is gewijd aan de „Staathuishoudkunde, Statistiek
en Natuurwetenschappen in verband met Land
huishoudkunde."
De eerste afdeeling vangt aan met een zeer
actueele kwestie, de Meekrapteelt en de haar
bedreigende concurrentie der kunst-alizarine.
Dat het vraagpunt eenigszins uitgaat van de
veronderstelling dat de meekrapteelt zal moeten
worden opgegeven en door den verbouw van
andere gewassen vervangen, vinden wij, zal
wel aanleiding geven tot een belangrijke ge-
daehtenwisseling over deze gewichtige zaak.
Hoewel wij den tijd nog niet gekomen achten
om in deze tot bepaalde resultaten te komen,
zal de bespreking dezer zaak in alle opzichten
nuttig kunnen zijn.
Een gewichtig deel van den landbouw, de
bemesting, wordt behandeld in de punten 814.
Daar zullen omtrent de chemische meststoffen,
de guano, de faeeale stoffen, de gaskalk en
't rioolwater mededeelingen, waarnemingen en
wenken worden gegeven en ook de wijze van
bemesting en de irrigatie worden besproken.
Ook onder cle tweede afdeeling komen eenige
belangrijke vraagpunten voor die tot dit on
derwerp behooren.
De invloed van den stand van het polder
water met betrekking tot de hoogte der gronden
en den aard van 't water zal besproken en
naar den meest wenschelijken waterstand in
bemalen polders een onderzoek ingesteld worden.
Het draineeren komt hierbij natuurlijk ook ter
sprake.
Mr. Amersfoordtvan Haarlemmermeer
zal, behalve over andere punten, ook advies uit
brengen over een gewichtig punt, n.l. de in
voering van een stamboek voor Nederlandsche
veerassen. Het is bekend dat in de nieuwere
tijden het ontwerpen en bijhouden van stam
boeken en geslachtsregisters van 't vee dat men
wil veredelen van ruim zooveel belang geacht wordt
voor de maatschappij als in den ouden tijd dat van
lang en breed uitgewerkte geslachtsceelen en
stamboomen der edele menschen.
Ook de tweede afdeeling vangt aan met een
zeer actueele zaak, en wel de coöperatie. Daarna
volgt een belangrijk vraagstukn.l. de inéén
smelting der hier te lande bestaande afzonder
lijke landbouw-maatschappijen tot één groot
lichaam, en zoo dat onmogelijk mocht blijken
te zijn, de stichting van een centraal-huveau,
waaruit later die inéénsmelting zou kunnen
voortkomen en dat ook op zichzelf aanvankelijk
reeds nuttig zou kunnen werken. Hieraan
schakelt zich geleidelijk de kwestie van de
Dorpsvereenigingen, die in punt 3 wordt aan
gegeven.
Ouder de belangrijke vraagpunten ten opzichte
der wetgeving komen in aanmerking de vraag
der rechten op den overgang- en de hypotheek
rechten op onroerend goed, en de grondbelas
ting, alsmede de kwestie der „slapende tienden."
Wij hebben slechts eenige punten van de
48 die het geheele programma bevat, aange
stipt, doch achten deze meer dan voldoende
om te kunnen wijzen op de belangrijkheid en
de- bijzonder practische richting van het Congres.
Houdt men daarbij in het oog dat velen van
de eerste Nederlandsclie landhuishoudkundigen
en landbouwers het Congres zullen bijwonen,
dan behoeven wij niet te zeggen dat elk land
bouwer die zijn wezenlijk belang begrijpt als
't ware zedelijk verplicht is aan het Congres
deel te nemen, ten einde van de voorlichting
van zooveel verlichte en ervaren mannen te
profiteeren. Het is immers niet noodig dat
elk lid van 't Congres daarheen ga om zijn
gaven ten toon te spreiden Van weinige de
gelijke sprekers en des te meer zelfdenkende
en goedwillige hoorders verwachten wij 't meeste
praktisch nut.
Maar er is meer te wachten dan liet Congres.
Hoewel deze samenkomst, aan de belangen van
de voor ons gewest zoo bij uitnemendheid ge
wichtige landbouw-nijverheid gewijd, als hoofd
zaak te beschouwen is, door menigeen, door
velen zal zij wel niet als zoodanig gerekend
worden.
Aan het noodige en nuttige, doch uit den
aard der zaak altoos te veel afgetrokkene en
geleerde, is ook het aangename verbonden door
een gelukkige combinatie van festiviteiten met
het te houden Congres.
Als overgang van 't eene tot het andere kan
eenigszins aangemerkt worden de Tentoonstel
ling van Landbouw, omvattende producten van
landbouw en veeteelt, de landbouwwerktuigen
en gereedschappen. Onze Zeeuwsche landbouw
tentoonstellingen zijn in lange niet wat zij wezen
moesten als alle vrome wenschen eens vervuld
werden. Wij bevinden ons geïsoleerd door
breede wateren, moeten ons behelpen met zeer
onvoldoende middelen van gemeenschap, zijn
daardoor zelf ook nog te veel locaal en pro
vinciaal om onze landbouw-tentoonstellingen iets
meer dan zeer locaal te doen zijn, zoodat de
producten uit een wijder kring worden bijeen
gebracht, 't welk alleen van bepaald practisch
nut zijn kan. Het vee dat A. bij B. gisteren
op stal of in de wei zag, ziet hij heden op
de tentoonstelling, en zoo omgekeerdmet het
werktuig dat hij verleden week te Goes of
elders in de buurt zag beproeven, ziet hij nu,
wat dichter bij huis, nog eens exerceereneen
massa winkelwaar ziet hij als in een groote
kermiskraam vereenigd, doch 't is niet veel
anders dan 't geen hij in eiken ijzerwinkel
zien kan en wat hem bQvendien bekend is uit
de pakken van prijscouranten en albums van
prenten, waarmede de post hem wekelijks be
schenkt. Op de keper beschouwt beduidt dit
alles niet veel. Toch beduidt het wel iets en
heeft ook zulk een tentoonstelling haar nut.
Wij willen hierover nu echter niet uitweiden
en ook niet aanroeren wat er op 't stuk van
bekroningen zou te zeggen' vallende geheele
zaak en wij vinden dit zeer gepast komt
ook in behandeling onder punt 15 voor de
tweede afdeeling van 't Congres. Wat we
wel willen opmerken is dat een landbouwten
toonstelling in alle geval dient tot opluistering
van de Congresfeesten en dat wij dus ook die
tentoonstelling een talrijk bezoek toewenschen,
te meer daar er van de Congresleden ook met
betrekking tot het tentoongestelde nog wel een
en ander voor inzenders en belanghebbenden
zal te hooren en te leeren zijn.
Evenzeer achten wij het wenschelijk dat deze
tentoonstelling al strekt zich haar gebied over
geen wijden kring uit, dan toch binnen haar
kring zoo volledig, en goed bezet zij als mogelijk
is. Hoe meer inzendingen en dan van verschil
lende inzenders, des te meer nut zal de tentoon
stelling kunnen stichten. Hoe algemeener de
deelneming is des te meer wint het geheel aan
belangrijkheid en kan 't mede strekken om de
eer van onzen Zeeuwschen landbouw op te
houden tegenover de vele deskundigen die van
elders zullen komen.
We gebruikten daar het woord Congresfeesten.
Misschien wordt door de meeste ingezetenen
wel zoo reikhalzend uitgezien naar die „feesten"
als naar 't meer zakelijke Congres. En waarom
niet? Waar 't nuttige met het aangename
goed verhonden wordt, daar wordt het geheel
des te beter en aangezien wij maar menschen
zijn en de uiterlijke aantrekkelijkheden bezwaar
lijk kunnen missen ook waar wij belangstelling
toonen te bezitten in het meer innerlijke en pittige,
zoo meenen wij dat van de aanstaande voor
Zierikzee zoo belangrijke Juni-week, ook dat
gedeelte wat men „het feest" kan noemen en
dat als zoodanig met belangstelling wordt ver
beid, wel in 't bijzonder onze aandacht verdient.
Feestelijkheid en pret kunnen geen kwaad,
als ze, zooals we dit van onze uitstekende