XlllllkZIIMIII HU ISAM
voor het arrondis- sement Zierihaee.
1874. No. 18. Woensdag 4 Maart.
77ste jaargang.
NIEUWS- en ADVERTENTIE-BLAD
De Loonsverhooging en haar Vruchten.
Deze Courant verschijnt DINSDAG en VRIJDAG avond,
uitgezonderd op FEESTDAGEN.
Prijs per drie maanden 1.Franco per post 1.
Afzonderlijke nommers 5 cent, met Bijblad 10 cent.
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
Per gewonen regel 10 cent. H u w e 1 ij k s -Geboorte-
en Doodberichten van 16 regels 60 cent..
Dienstaanbiedingen van 15 regels, mits contant betaald, 25 ct.
Alle stukken, de redactie betreffende, gelieve men uiterlijk een dag voor de uitgave in te zenden aan den uitgever II. LAKEMIAA.
Wellicht kan het eenigszins voorbatig geacht
worden nu reeds de vraag te stellenwelke
zijn de vruchten geweest der thans nagenoeg
algemeen in 't land tot stand gekomen ver
booging der arbeidsloonen Immers hoe kort
heeft de loonsverhooging nog pas gewerkt.
Wanneer men echter zich herinnert hoe drin
gend de verhooging der arbeidsloonen is ge-
wensclit en gevraagd door de arbeidende klasse
zelf, door de belangstellende pers en door allen
wien 't volksheil ter harte gaat, en hoe die
verhooging inzonderheid beschouwd werd als
het eerst voor de hand liggend middel dat
kon aangewend worden otn den steeds toene-
menden nood te bezweren en het pauperisme
tot staan te brengenhoe loonsverhooging al
lengs geworden is een dringende kwestie van
't oogenblik, waarvan liet uitwerksel, 't heil
zame uitwerksel zelfs, bijna oogenblikkelijk
moest te zien komen; wanneer men dit alles
in aanmerking neemt dan is werkelijk op dit
oogenblik de vraag niet voorbarig: wat beeft
het middel gebaat? Wat heeft bet volk met
zijn liooger loon gedaan?
En allerbedroevendst is het antwoord op die
vraag
In wel wat platte taal, doch helaas niet ge
heel onwaar, ja maar al te juist, hoorden we
't dezer dagen door een werkman aldus uit
spreken „boe meer er wordt verdiend zooveel
te meer wordt er gezopen. De grootere ver
dienste is voor de meeste huisgezinnen eer
kwaad dan goed."
Treurig voorzeker, doch naar 't schijnt maar
al te waar!
Ziet men vruchten van de hoogere ver
diensten Heerscht er meer welvaart in huis
Kan men 't aan 't uiterlijk voorkomen der
menschen en aan den inwendigen staat dei-
woningen bemerken dat er door velen 20,
30 a 40 meer verdiend wordt dan voor
een jaar of drie
Neen, belaas neen! Maar veeleer 't tegendeel
is op te merken. Ons zijn gevallen bekend
van huisgezinnen waar een wekelijksch inkomen
van gemiddeld meer dan twintig gulden ont
vangen wordt dat voor drie of vier personen
moet strekken en waar een blind paard in huis
geen schade zou kunnen teweegbrengen, waar
niet is om een cent hoofdelijken omslag te
betalen, boewei deze belasting door zoo menig
schraal ambtenaartje met f 400 a ƒ500 inkomen
geregeld geofferd wordt, kortom waar geen
welvaart, geen schijn of glimp van fatsoenlijk
heid te bespeuren is.
Hier is de gezichtskring echter wat beperkt.
Laat ons hooren wat de comniissiën uit de
departementen van Nijverheid te 's Gravenliage
en te Amsterdam bijna eenstemmig gerappor
teerd hebben als antwoord op de bovengestelde
Zoowel van 's Gravenhage als van Amsterdam
wordt verklaard dat het oordeel over den in
vloed der loonsverhooging over 't algemeen zeer
ongunstig is. Op enkele gezinnen heeft zij
gunstig gewerkt en was waardeering van de
meerdere verdiensten en dus ook vooruitgang
te bespeuren. Het aantal van deze welgezinden
was evenwel zeer gering; men durfde bet niet
op een tiende deel van de geheele arbeidende
klasse schatten. Bij verreweg de meesten werkte
de loonsverhooging in omgekeerde reden tot
de verwachting. Men nam waar moer dron
kenschap, meer onverschilligheid, meer uithui
zigheid, meer moedwillig verzuim van den
werktijd, toenemend wantrouwen jegens patroons
en werkgevers, kortom men meende te moeten
wijzen op bittere, wrange vruchten van een
maatregel, waarvan men zich zooveel goeds
beloofd had.
Dit ongunstig oordeel wordt met cijfers en
voorbeelden gemotiveerd en versterkt. Er worden
gevallen geciteerd van werklieden, die eerst 10
's weeks verdiendenwaarvan zij geregeld
f 4 naar de kroeg brachten en die later f 12
verdienden, waarvan zij er nu 6 even geregeld
voor jenever uitgeven. Andere gevallen zijn
nog bedroevender. Want na 't aanvankelijk
inwilligen van ,'t verlangen om hooger loon is
nu ook bij velen gekomen de eisch om minder
uren of 'dagen te werken. Meer loon en minder
werk dat wordt nu de vraag en deze vraag
lossen velen eenvoudig op door één of twee
dagen 's weeks te verzuimen en die dagen
geheel of ten deele in de kroeg door te brengen.
Hoe meer verdienste boe meer jenever, boe
meer geld hoe meer dorst, ziedaar de treurige,
akelige, nare logica der feiten
Maar dit is nog niet alles. Aan de droevige
logische reeks schakelt zich als van zelf ook
dit: meer verwildering, grooter venvaarloozing
van vrouw en kinderen, kortom een oneindige
reeks van ellende.
We herhalen nog eens er zijn er, hoewel
dan ook nog geen 10 percent, van welke een
geheel ander en veel gunstiger getuigenis kan
afgelegd worden. Wé willen hieruit de ge
volgtrekking opmaken dat men al die toenemende
ellende niet wijten mag aan de loonsverhooging
op zich zelf; maar toch de ervaringen zijn
voor 't oogenblik nog niet anders dan treurig,
zeer bedroevend.
Welke les ligt er nu als boven op in deze
treurige ervaring? Ons dunkt deze: dat het
meer dan tijd wordt om ook nog andere mid
delen tot lotsverbetering der volksklasse aan
te wenden dan enkel vermeerdering der gelde
lijke inkomsten.
Het behoeft nauwelijks gezegd te worden
dat in de eerste plaats krachtig de hand moet
worden geslagen aan de bestrijding van den
sterken drank. Wij willen niet beweren dat
wij Nederlanders juist, in onderscheiding van
andere natiën, een volk van dronkaards zijn
wij weten dat in Engeland, de Nöordsche
Staten, Rusland en Frankrijk nog veel meer
wordt gedronken en dat Nederland als 't om
't behalen van een prijs in liet zuipen, te doen
was, slechts den derden zou verwerven,, mis
schien zou moeten overkampen om den twee
den maar toch, er wordt schrikbarend veel
sterke drank door ons volk gebruikt, voor
circa 33 millioen gulden 's jaars; en, wat nog
treuriger is, er wordt door ons niets, hoege
naamd niets gedaan om dat kwaad te bestrijden.
Engeland maakt wetten tegen kroegen en dronk
aards in Amerika steunen de publieke opinie
en het initiatief der vrouwen de maatregelen
der regeering. Wij doen niets. Onze regeering
doet niets dan de jeneverbelasting innenonze
publieke opinie doet weinig meer dan de po
gingen der afschaffers met futiele excepties
dvvarsboomen; onze kapitalisten en gefortuneerde
philantropen bonden de handen op de beurs
als de afschaffing vraagt om een enkele/ 100,000
ten einde wat meer te kunnen doen dan 't geen
zij nu doet wegens gebrek aan geld, en ons
christendom zingt psalmen, haalt de schouders
op onder biddend opzien en laat het zoo ge
worden.
Dat moest zoo niet zjjn.
Men moest niet enkel den werkman hooger
loon bezorgen men moest ook trachten hem
des noods met geweld het vervloekte jene
verglas uit de hand te slaan, dat jeneverglas,
dien noodlottigen afgrond, waarin hij met zijn
gezin, met zijn geheele hebben en zijn verzinkt
en te gronde gaat.
Wonderlijk Nederlandscbe volk honderd mil-
lioenen hebt gij over, met koppige gulheid, voor
spoorweg-roofridders en effecten-baronnen maar
geen ton, geen enkele ton voor die goedwillige
en welmeenende ijveraars die den drankduivel,
uw grootsten vijand, willen aantasten en pogen
te overwinnen
De kroeg kweekt verwildering en verbastering,
onverschilligheid en ruwheid.
Het middel tegen deze kwalen, 't is genoeg
bekend, is 't onderwijs, die. verstandelijke en
zedelijke opvoeding van 't jonge geslacht.
Wat hiervoor gedaan wordt is ook in lange
nog uiet voldoende, en 't is er verre van af dat het
onderwijs van de meer ontwikkelden dien steun
zou ondervinden waarop 't recht heeft cn die
de plicht is van die meer ontwikkelden. Zoo
lang geen andere dan melk- en broodjes-argu
menten worden aangevoerd on het schoolgaan
te bevorderen zoolang nog door zoovelen liet
volksonderwijs in minachting en verdenking
wordt gebracht bij hen voor wie 't bestemd is
en dat uit allerlei bekrompen kerkelijke inzichten
zoo lang de publieke opinie niet met luider
stem roeptbet volk moet ouderwezen worden
en de onschuldige jeugd mag niet langer door
verdorven ouders verwaarloosd worden, zoolang
zal bet volksonderwijs ook nog weinig practisclie
resultaten voor de volksklasse opleveren. Och
mocht men toch eindelijk eens genoeg hebben
van de myriaden cijfers die men nu al, zwart
op wit, verzameld beeft en opgeteld en afge
trokken, vergeleken en verknutseld op de sta
tistieke tabellen en mocht, men er ten laatste
eens toe besluiten om de achterbuurten, in te
gaan, daar de havelooze jeugd op te vangen