W.° 8c
Woensdag 28 Januari;.
1857
li
Woensdag en Zaturdag.
ZER1KZEESCHE
COURANT.
AB ON NE HI ENTS-PRIJS.
Per drie maanden ƒ2,00. Franco per post 2,25.
Inzending der Advert, daagsle voren, voor 1 I ure 'sntorgens.
BINNENLAND.
7. M. heeft mr. C. C. E. d'Enoelbronner eervol
ontslagen als secretaris-generaal bij het departement
van justitie met toekenning van wachtgeld in diens
plaats benoemd jhr. mr. W. A. C. de Jonge thans
refend. bij dat depart. en lol refend. mr. B. J. Gra-
tama thanssubslit. officier van justitie bij de arrond.-
reglb. te Leiden.
Den 22 dezer is van Engeland te Vlissingen
gearriveerd, de nieuwe stoomsleepbootwelke
voor rekening eener Middelburgsche maatschap
pij in dienst komt op de Westerschelde.
Aan het Kederlandscb Indisch leger een her
nieuwd blijk van belangstelling wenschende te geven
heeft het Z. M. den koning behaagd, hij besluit van
heden 7. K. II. Willem Nicolaas Alexander Frederik
Karei Hendrik, prins van Oranje, te benoemen lot lui
tenant-kolonel bij het wapen der infanterie van dat
leger en hoogsldenzelve te plaatsen a la suile van
hetzelve.
Ter voldoening aan de bepalingen vervat in de
wetten van 17 September S 849 en van 18 December
1852, is weder Ier algemeene rekenkamer overge-
bragt voor eene som van vier honderd duizend gulden
aan ingetrokken muntbiljetten van ƒ100 en 10, zoodat
thans met inbegrip der bij de vorige aankondiging
vermelde som van ƒ28,218,500 voor een bedrag van
acht en twintig millioen zes honderd achttien duizend
vijfhonderd gulden aan muntbiljetten krachtens eerst
genoemde wet uitgegeven en ten gevolge van laatstge-
melde wet gedeeltelijk in omloop is gebleven is inge
trokken.
Al deze muntbiljetten zijn bij de algemeene reken
kamer volkomen onbruikbaar gemaakt en zullen aldaar
blijven berusten tot dal de geheele vernietiging
overeenkomstig den inhoud van art. 5 der wel van den
17 September 1849 zal kunnen geschieden als wan
neer van die vernietiging op nieuw zal worden kennis
gegeven.
Omtrent het ontwerp van wet op het lager on
derwijs ontvangen wij uit 's Gravenhage het volgende
belangrijke berigl. «Men wil weten, dat het wets
ontwerp op het lager onderwijs zoo als het nu is ge
wijzigd thans bij den raad van ministers in overwe
ging is. Het denkbeeld van den laatstelijk afgetreden
minister van binncnlandsche zakenvolgens hetwelk
de slaat de meeste kosten van het onderwijs zou dra
gen (en welke kosten naar men verzekert, op drie
millioen gulden werden geraamd) moet thans opge
geven zijn. Men voegt er bij, datnaar het thans
opgemaakte ontwerp, aan heilager onderwijs de strek
king zou worden gegeven tol bevordering van Zcdelijk-
ChristeJijke deugden.'' [O. C.)
Naar men van goederhand verneemt leest men
in de Amsterdamsche Courant is de vrees, dal de maat
schappij van weldadigheid in staal van kennelijk on
vermogen zou verklaard zijn groolendeels geweken
ten gevolge van de hoop die men meent te mogen
koesteren dat die vaderlandsche instelling zal kunnen
behouden blijven ten gevolge van met een nieuw te
benoemen bestuur te maken schikkingen.
De sterkte der bevolking in de koloniën der
Maatschappij van Weldadigheid bestond op 1 Januarij
1857 als volgtGewone koloniën als n.° 1 kolonisten
huisgezinnen en bestedelingen 1028, ambtenaren 61
tezamen 1089. Kolonie n.° 2 kolonisten-huisge
zinnen en hesiedel. 699 ambten. 98 te zamen 737.
Kolonie n.° 3, kolonisten-huisgezinnen en bestedcl.
1055 ambten. 63 te zamen 1118 alzoo te zamen
in de gewone koloniën 2914. ümmerschans bede
laars kolonisten militaire kolonisten hoevenaars
enz. 2491 ambten. 80, te zamen 2571. Yeenhuizen
1ste gesticht, weezen bedelaarskolonislen-kinderen
arbeiders huisgez. en hoevenaars I4u3 ambten. 100,
te zamen 1503. Veenhuizen 2de geslicht hedelaars-
kolon. milit. kol. arbeiders huisgez. en hoevenaars
2052 ambten. 82 te zamen 2134. Yeenhuizen 3de
gesticht bedel.-kolon. milit.-kolon. arbcidcrs-
huisgez. en hoeven. 1984 ambten, met derzelver
huisgez. 131 te zamen 2115. Gesticht te Wateren,
kweekelingen 72, ambten. 32, te zamen 104. Amb
tenaren bij de algemeene directie en hunne huisgez.
26. Algemeen totaal 11,397. Op 1 Januarij 1856
bedroeg de geheele bevolking 10,880, alzoo is de
slerkte met 517 zielen vermeerderd.
VERSCHIJNT.
PRIJS DER ADVERTENTIEN
Gewone 15 cents de regel. Geboorte-, Huwelijks- en
Doodberigten van 1 -6 regels a 1 behalve hel Zegelregt.
Dezer dagen ontving de bouwman L. van Wijk
te licrkel een zoogenaamden brandbrief, ondertee
kend door twee personen uit de Omtnerschans met
bedreiging datwanneer niet binnen eenige dagen
door hem de som van 100 aan hun adres was be
zorgd alsdan zijne woning in brand zal worden ge-
Voken.
Nopens de stranding van de Engelsche bark
Haltwhistle deelt de Staats-Courant het volgend belang
rijk rapport mede
>Op den 19 dezer, des ochtends ongeveer ten 7
ute werd door de bemanning der Texelsche loods
boot no. 7 gevoerd door schipper C. Buis een bark
schip ontwaard zittende in de buitengronden bezui
den Calandsoog, waar het des nachts ten half vier ure
was gestrand. Het was de Engelsche bark Haliwliislle,
gezagvoerder James Pattersongeladen met rijst en
suiker, komende van lialavia en bestemd naar liremen.
Onmiddelijk beijverde men zich op hel loodsvaartuig
om de boot uit te zetten behoorlijk te bemannen en
daarmede het in nood verkeercude schip te hereiken
hetgeen na veel moeite en inspanning gelukte. Den
ketting ontsloten en een tros van het schip uitgebragt
hebbende, welke aan den mast van de loodsboot die
voor anker lag werd bevestigd wisten zij met zee-
mansbeleid omstreeks ten 10 ure in den morgen, het
schip van den grond af te draaijen en in vlot water te
brengen. Alle dienstdoende zeilen werden toen bij
gezet om verder op te zeilen en alzoo schip en lading
te behouden doch te vergeefs doordien de wind te
schraal werd om boven land te komen, waardoor zij
genoodzaakt werden te ankeren terwijl het schip in
vlot water lag. Doch door het breken van den ketting
geraakte het schip andermaal op strand even voor
dat de stoomboot welke ter adsistentic was geseind
aldaar aankwam. Het schip toen met geene mogelijk
heid meer af te brengen zijnde werden af- cn aan
varende veertien man der equipage gered en zooveel
mogelijk hunne goederen geborgen. De gezagvoer
der Patterson en den stuurman nog aan boord gebleven
zijnde hield men zich met de genoemde loodsboot no.
7 en de later door den inspecteur over het loodswezen
te Willemsoord te hulp gezondene loodsschokkers ns.
14 en 5 in de nabijheid van het scbip tot dat ook de
gezagvoerder en stuurman des ochtends van den 20
noodseinen doende werden gered. Daartoe waagden
de binnenloods J. C. Smit en de loodskweekeling Ja
cob lt'. de W ijn zich zonder aarzelen in eene vlet of
kleine booteven zoo deden de loodskweekelingen R.
P. Visser cn Jan W. de Wijnbenevens Andries Bom
melzeesjouwer aan den Helder niettegenstaande zij
gezien hadden dat de ecrstvermelde vlet vol water was
geraakten zij dus bijna een wissen dood te gernoet
gingen. Zij hadden vrijwillig zich mede aan boord
van den schokker no. 1 begeven. Aan de drie laatste
gelukte het, met levensgevaar, den gezaghebber en
den stuurman van het schip te halen en op den schok
ker no. 5 over te brengen. De vlet waarin de binnen
loods J. C. Smit en de kweekeling Jacob W. de Wijn
zich bevonden is door de hooge zee vol water ge
slagen waarbij genoemde loods het slagtoffer is ge
worden zijner opofferende menschenliefde. De kwee
keling Jacob W. de Wijn heeftna drie uren met de
golven te hebben geworsteld gelukkig nog het strand
mogen bereiken, na zijnen togtgenoot J. C. Smit naast
zich te hebben zien wegzinken in de diepte. De ge
heele equipage van het gestrande schip is vervolgens
behouden in het Nieuwe Diep binnengebragt.
Den 21 dezer is op het strand te Huisduinen aange
spoeld het lijk van den loods die bij zijne zelfopoffe
rende pogingen om het leven der schipbreukelingen
van het bij Calandsoog gestrande Engelsche barkschip
Haltwhistle te redden door het omslaan der boot het
leven verloor.
Als een bijzonder voorbeeld van oen talrijk na
kroost wordt vermeld dat dezer dagen de hoog be
jaarde Trijntje Geerts van der Ley weduwe van Koop
Rocls van der Velde te Uollevalle provincie Vriesland,
algemeen bekend onder den naam van de goede oude
Trjijnljemoe «bij haar overlijden heeft nagelaten: 10
kinderen, 10 aangehuwde kinderen, 50 kleinkinde
ren 10 aangehuwde kleinkinderen cn 22 achterklein
kinderen te zamen 102 personen.
Alen meldt uit Dongen van 22 dezer. In den
loop dezer week heeft men alhier eene opmerkelijke
afwijking in de natuurlijke gewoonten der dieren waar
genomen. Een ooijevaar heeft zich hier schier eene
gansche week vertoond. Alen wil hieruit een voort
durend zacht weder afleiden.
Naar men verneemt is de persoon van Kerkhof)
die ten gevolge van de inbraak in den nacht van 15
op 16 dezer bij de wed. II. da Kinderen te Verren-
hout gepleegd door de-gebroeders Vollers werd ge
vangen genomen (zie ons vorig nommcr), 11. dingsdag
avond in het tuchthuis te 's llertogenhosch aan de ge
volgen der bekomen slagen op het hoofd overleden.
De namen der twee te Schijndel gearresteerden zijn
van der Spank en Spijkers.
Te Nieuwe Pekel A heeft zich het zeldzame
geval vertoond dat de vrouw van deu gezagvoer
der van een schooncrschip hare echtgenoot in de
haren omgekomen wanende cn dien ten gevolge rouw
gewaad aangelegd alsook een doodberigt in de dag
bladen geplaatst hebbendethans in diezelfde cou
ranten het voor haar heugelijk herigt hoeft geplaatst
dat haar man door een Engelsch schip gered en te
New-York aangehragt is.
Men meldt uit Groningen van 23 Jan. Toen
op maandag 5 dezer jl. de bekende sneeuwstorm plaats
had werden hij den landbouwer li. II. Bietema te
Hornhuizen, drie schapen vermist. Hoeveel men oolc
zocht, men kon ze nergens opsporen en men waande
ze alzoo geheel verdwaald en verloren. Op zondag
avond den 18 dezer, evenwel ondekte genoemde
landbouwer aan den voet van den dijk nabij zijne wo
ning in een aldaar liggenden en langzaam ontdooijen-
den sneeuwduin zijne drie als verloren geachte scha
pen. Het eene was dood en geheel koud het andere
insgelijks overleden, maar nog warm, terwijl helderde
nog leefde en naar huis gebragt terstond eetlust
betoonde en thans geheel frisch en gezond is. Deze
dieren hadden alzoo 13 dagen onder de sneeuw gezeten.
Het gemis van behoorlijke afkondiging der in
struction voor de onderscheidene geneeskunstocfenaren
en hare onverbindbaarheid in regten heeft zonderlin
ge gevolgen. Men weet dat er eene klasse van ge
neeskundigen is die na een afgelegd examen o. a.
over de behandeling van inwendige ziektenlot de
uitoefening ook van de zoogenaamdcinwendige genees
kracht, ten platten lande zijn toegelaten. In een groot
aantal gemeenten van ons vaderland wordt de genees
kunde in haren gehcelen omvang uitgeoefend door die
geneeskundigen waaronder er gevonden worden
wier studie en ervaring hen eene eervolle plaats doen
innemen onder de mannen van dat vak. In Zeeland is
men op het denkbeeld gekomen dat deze anis periti,
nu er voor hen geene verbindende instructie bestaat
volgens de wet ook nergens cn in geen geval inwen
dige ziekten meer mogen behandelen. Deze meening
steunt op art- 7 der wet van 12 Maart 1818, houdende
»dat de heelmeesters ten platten lande worden toege
laten om ook inwendige ziekten te behandelen en ge
neesmiddelen te leveren op zoodanige wijze als bij do
instructie zal worden bepaald.'' Zoolang de instructie
zegt men niet wettig bestaat, ontbreekt de voorwaarde
waaronder de behandeling van inwendige ziekten aan
den heelmeester ten platten lande is toegestaan en
wanneer hij desniettemin dien tak der geneeskunde uit
oefent overtreedt hij de wet en zijn hare strafbepalin
gen op hem toepasselijk.
Dit gevoelen hetwelk daartoe zou leiden dat de
geneeskundige hulp in een zeer groot gedeelte van
ons land plotseling zou ontbreken is omhelsd gewor
den door den kantonregler te Ylissingen en door de
arrondissemenls-regthauk te Middelburg. De eerste
heeft namelijk hij vonnis van 29 Augustus 1856
den heer S.op de zoo evdn vermelde gronden tot
i eene boete van 25 veroordeeld en deze uitspraak is
I door de regtbank te Middelburg op het ingesteld hoo-
ger beroep den 24 Nov. daaraanvolgende bevestigd.
Daartegen is echter de veroordeelde in cassatie ge
komen en werd de zaak bij den hoogenraad behan
deld.
Nadat de heer mr. Voorduin verslag had uitgebragt
Irad de heer L. Helman voor den requirant van kassa-
tie op otu tc betoogen dat art. 7 der aangehaalde
wet door do vermelde uitspraken verkeerd was toege
past cn geschonden. Tot slaving dezer stelling beriep
hij zich op het verband van het kweslieuse artikel met
de overige bepalingen onzer geneeskundige wetge
ving op de woorden van de wet cn eindelijk op
hare geschiedenis.
Den 27 dezer maand zal de heer advokaat-generaal
mr. Gregory conclussie nemen.
De meelbereiding heeft in andere landen, vooral
in Engeland en Amerika, groote vorderingen gemaakt
cn verdient inzonderheid de aandacht van alle industri
ëlen in dat vak. In Engeland vooral heeft die meel-