T
H.° 1.
Zaturdag 3 Januarij
1851
"TKSTM admimratieiT
«WSTIJIM
7
r
Woensdag en Zaturdag.
ZIERIKZEESGH
ABONNEMENT S-PRIJS.
Per drie maanden f 2,00. Franco per post f 2,25.
Inzending der Advert, daagste voren, voor 11 ure 'smorgens.
VERSCHIJNT.
PRIJS DER ADVERTENT1EN
Gewone 15 cents de regel. Geboorte-, Huwelijks- cv
Doodberigtenvan 1-6 regels a f\ behalve het Zegelregi.
Bij het verschijnen van het 1ste nummer
dezer courant, in het nieuwe jaar 1857, brengt
de Redactie haren heilgroet aan de geëerde
Lezers. Zij smeekt's Hemels beste zegeningen af
voor koning eri vaderland, - voor den bloei en
de welvaart van dit gewest en deze gemeente.
Zij beveelt allen en alles aan de hoede en be
scherming des Almagtigen aan.
PUBLICATIE.
NATIONALE MILITIE.
Burgemeester en Wethouders van Zierikzee.
Gelet hebbende op tie bestaande wettelijke bepalingen betrekkelijk
de Nationale Militie.
Brengen bij deze ter kennis van een iegelijk, die zulks zouden mogen
aangaan dat het register tot inschrijving der personen, welke voor
dit jaar aan de Loting voor de dienst der Nationale Militie deel
moeten nemen op het Stadhuis ter Secretarie zal gereed liggen van
den 1 Januarij 185? tot den 20 daaraanvolgende, iederen dag, uit
gezonderd des zondagsvan des morgens ten negen ure tot des na
middags ten één ure en dat hetzelve alsdan opgemaakt en door het
hoofd van het bestuur onderteekend zal wordenen dat dé zoodanigen
welke daarna worden bevonden in hunne verpligting nalatig te zijn
gebleven tot en met den 28 Januarij nog op het register zullen
worden gebragtdoch met eene boete vau a tot 100 guldens gestraft
moeten wordenen dat de nalatigen die eerst na den 2S Januarij
zullen worden ontdektdadelijk gearresteerd moeten worden om tot
de dienst te worden ingelijfd zonder tot het aanvoeren van eenige
reden vau vrijstellingen te kunnen worden toegelaten.
En worden mitsdien alle jongelingen huii domicilium of vaste
woonplaats binnen deze gemeente hebbende, welke op den 1 Januarij
1.857 hun negentiende jaar zijn ingetreden en hetzelve niet hebben
volbragten dus allen 'die in bet jaar 1838 geboren zijn bij deze
opgeroepen en aangemaand om zich op voorschreven tijdstippen, plaats
en uren voor den 20 Januarij c. k. ter inschrijving in het register
aan te dienen, met overlegging van een extract van geboortetot op
gave van den datum hunner geboortegelijk de ouders voogden,
curatoren of gemagtigden van afwezigen worden opgeroepen om hunne
kinderen of pupillen binnen den bepaalden tijd ter inschrijving aan
te geven en alsdan aan het gemeente-bestuur zoodauige ouderrig-
tingen te verschaffen of te doen verschaffen als vau de lotelingen
zelve zoude kunnen worden verlangd wordende voorts aan alle de
jongelingen die hun negentiende jaar zijn ingetreden, hij deze te ken
nen gegeven dat zij zich naden 1 Januarij 1S57tot op den 1 Juuij
daaraanvolgende tot geene vrijwillige militaire dienst bij de Armée
te land of ter zee kunnen of mogen verhinden, naar aanleiding der
bepalingen, dienaangaande vervat in art. 94, litt. gg, der wet van deu
8 Januarij 1817 terwijl al verder tot voorkoming van alle misvat
ting welke zoude' kunnen ontstaan met betrekking tot de verplig-
tingen van inschrijviug die bij de bestaande wetten worden voorge
schreven aan de belanghebbende ingezetenen dezer gemeente bij deze
wordt onder het oog gebragt
1. Dat alle jongelingen in den jare 1838 alhier geboren, en
alhier hunne woonplaats hebbendemoeten worden ingeschreven
zonder onderscheidof voor hen al dan niet cenige reden van vrij
stelling kan worden bijgebragt.
2. Dat gehuwden en afwezenden ook in de inschrijving moeten
worden begrepen en dat de gehuwden hunne bewijsstukken bij den
Militie-Raad moeten overleggen op hetzelfde tijdstip hetwelk tot
overlegging van andere bewijzen van vrijstelling bepaald wordt.
3. Dat ouders voogden en regenten verpligt zijn hunne kinde
ren of pupillen in persoon of door iemand daartoe gemagtigdte
doen inschrijven en daarin nalatig blijvende, verbeuren zullende
boeten bij de bestaande wetten bepaald.
4. Dat nopens de woonplaats of^het domicilium van inschrijving
bij art. 50 der wet vau den S Januarij 1817 het navolgende is bepaald
„De wettige woonplaats of Nfrfnicilie voor de inschrijving hierboven
„vermeld wordt gehouden: voor hen die ongehuwd zijn, de woon
„plaats der ouderenen bij overlijden van beidendie van den eersl-
„benoemden voogd voor de gehuwdende plaats alwaar zij hun be-
„staan hebben in twijfelachtige gevallen omtrent gehuwden zal voor
„de wettige woonplaats gehouden worden die plaats alwaar zij op den
„1 Jan. van elk jaar tot de uitoefening van eemg beroep patent heb-
„beu bekomen of wel voor het middel van het personeel en mobilair
„of dathetwelk in dc plaats daarvan zoude mogen worden geïntro
duceerd beschreven zijn en voor zooverre zij daarin niet beschre
ien zijn noch patent hebben hekomen de plaats waar zij zich be
iinden met deze verdere bepalingen dat zij in een vreemd land uit
„ouders ter oorzake van 's lands dienst afwezend of anderzints op
„reis zijnde, buiten het rijk zijn geborenzullen worden ingeschreven
„binnen de plaats alwaar zij hunne wettige woonplaats hebben dat
„jonge lieden door hun vader of moeder, voogd of curator achterge
laten en geen beslaan hebbendeop de lijsten van die gemeente
„zullen worden gebragtalwaar hunne ouders eerst in rang benoern-
„den voogd of curator, het laatst hunne woonplaats hebben gehad
„en wanneer deze woonplaats niet bekend mogt zijn of dat dezelve
„buiten het Rijk is gelegen op die van de plaats alwaal' zij zich
„bevinden."
„Zijdie geene ouders voogden of eigen bestaan hebben zullen
„worden .ingeschreven op dc plaats alwaar zij zich bevinden."
„De geiillimenteerden en kinderen in Godshuizen en liefdadige Ge
stichtenzullen worden ingeschreven in de plaatsen alwaar de Gods
huizen zijn gelegen, of de alimentatie geschied."
En eindelijk 5. Dat buitenlanders welke zich als ingezetenen van
het rijk, binnen deze gemeente met der woon hebben gevestigd over
eenkomstig art. G der "Wet van dei: 27 April 1820 zich voor zoo
verre zij nog in de jaren der Militie vallen, insgelijks binnen den be
paalden tijd moeten aangeven tot inschrijving in dat register waartoe
zij volgens hunnen ouderdom behooren.
En opdat niem&nd ten dezen onwetendheid zoude kunnen voorweu-
denzal deze worden afgekondigd en aangeplakt, waar zulks binnen
deze gemeente te doen gebruikelijk is.
Gedaan te Zierilczeeden 19 December 1S56.
B. C. CATIVoorzitter.
C. de JONGE, Secretaris.
BINNENLAND.
Ziebikzee, 2 Januarij. Gisteren had alhier
eene vechtpartij plaats tusschen twee jongelingen
welke in eene kroeg twist met elkander kregen,
ten gevolge waarvan, naar men zegtde een den
ander met een mes op eene vreeselijke wi jze het
voorhoofd verwondde. Sterke drank schijnt hier
al weder de hoofdrol te hebbeö gespeeld.
In de zitting der staten-generaal van jl.
maandag werden onder anderen de beraadsla
gingen geopend over hoofdstuk VIII (marine).
])e heer Paspoort van Grijpskerke doet eene
vraag betrekkelijk het plan om het koninklijke
stoomjagt de Leeuw tot eene pennyboot temaken;
hij wenscht inlichtingen deswege te ontvangen
nopens de mogelijkheid eener verwezenlijking
van dat plan. De heer van der Lek deClercq zal
voor het hoofdstuk stemmen; hij verwacht toch
veel van de optreding van het tegenwoordig
hoofd van het departement; hel is een man van
een helderen geest en bezield met het verlangen
oin ten algemeenen nutte werkzaam te zijn. Hij
maakt enkele opmerkingen en doet eenige vra
gen: 1. wat de questie betreft van het leggen
van een vuurschip op den Banjert; hij wijst op
het rapport deswege in der tijd uitgebragt en op
het opmerkelijk feitdat de leden uit de handels
marine er eenstemmig voorwaren en die van de
rijksinarine allen tegenhij acht het dus wensche-
lijk dat de zaak andermaal onderzocht worde in het
belang van den handel en de scheepvaart en de
verliezen van kapitalen en menschenlevens2.
nopens de betonning en de bebakening der
Zeeuwsche stroomenwaar wel veel verbeterd
ismaar toch nog veel te doen over isvooral
wat betreft het zeegat de Roompot, waarvan
deskundigen meenen dat de betonning niet juist
is. De heer van Rijkevorsel heeft verleden jaar
tegen het hoofdstuk gestemd, doch zal er nu voor
stemmen ofschoon het cijfer nagenoeg hetzelfde
is, want er komen thans op voor de kosten voor
het dok te Willemsoord, die er verleden jaar
niet op voorkwamenmaar de voorname reden
waarom hij nu voor de begrooling zal stemmen
is, dat deze begrooting los is van het stelsel van
den vorigen minister van marinedat stelsel van
den vorigen minister zou voor vele jaren groote
geldelijke offers kosten deze minister heeft zich
echter niet stellig verklaard voor het stelsel van
zijn voorganger, of gezegd zich er onvoorwaar
delijk aan vast te houden; daarom kan hij nu
gerust zijne 9tem aan het hoofdstuk geven. De
heer van Swinderen legt dezelfde verklaring af.
De heer Cremers blijft tegen het hoofdstuk om
dezelfde redenen als in het vorige jaar.
De minister van marine dankt den heer van
der Lek de Clercq voor de welwillende gevoelens,
door hem ten zijnen opzigte ontwikkeld. Wat
het vuurschip op den Banjert betreft, deze
zaak is nog niet afgedaan en blijft nog onder
zoek verdienenmaar men moet toch in aan
merking nemen, dat ook de Engelsche kusten
niet doelmatig voor vuurschepen zijn; onze
havens zijn daarvoor nog zooveel minder ge
schikt, de vuurschepen zijn in de Noordzee
niet goed te houden volgens de verklaring
van Engelsche kapiteins nopens een vuurschip
op de kust van Ierlandziet men liet niet vóór i
men er vlak bij is; hij zal de zaak echter nader
laten onderzoeken. Wat het zeegat de Room
pot betreft, daaromtrent zijn in de laatste maan
den onderzoekingen gedaan. Wat de verbete
ring van het koninklijk stoomjagt de Leeuw aan
gaat daaromtrent is men in onderhandeling
doch er zullen geene kosten voor besteed wor
den, als men niet de zekerheid van voldoende vlug
heid in liet varen kan bekomen. Verder zegt de
minister, dat door sommige sprekers teregt begre
pen is, datdeze begrooting los is van het stelsel des
vorigen ministers van marine; de minister ver
klaart verder ook niet gebonden te zijn aan
het stelselvooral niet wat betreft de geheele
uitvoering van het plan nopens de schroeffre-
gatten.
De beraadslagingen worden gesloten en hoofd
stuk VIII aangenomen met algemeene stem
men op eene na (die van den heer Cremen-
De zitting wordt daarna gescheiden tot mor
gen ochtend ten elf ure.
De kamer heeft jl. dingsdag al de nog overii i
hoofdstukken der staatsbegrooting als ook dal
op de middelen en de kredietwet aangenomen
meest met algemeene stemmen. Oorlog met
tegen 8 stemmen.
De kamer is daarop uiteengegaan.
Onder de gemeente Loosduinen is den
29 Dec. aangespoeld een zwart scheeps-naam
bordwaarop met witte lettersW'ensleydale
Eene vreeselijke gebeurtenis greep dings
dag avond onder de gemeente Berkel plaats
Des avonds omstreeks elf ure meldde zich hij
den landbouwer P. van Santen aldaar een per
soon aan als vrouw gekleed, welke voorgaf tot
hem te zijn gezonden met een brief van een:-
zijner familiebetrekkingen en daarop verzocht,
aangezien het reeds zoo laat in den avond was
den nacht in de woning van van Santen temo
gen doorbrengen toen dit haar geweigerd was
verzocht zij den bouwman haar den weg naar
Bleiswijk te wijzen, waaraan deze gereedelijk
voldeed en zich daartoe met de boodschapster-
op eertigen afstand van zijne woning verwij
derde. Eensklaps werd van Santen daarop door-
vier mannen aangevallendie hem onder aller
lei bedreigingen bonden en op eene mestvaalt,
wierpen, waarna zij de woning van den land
bouwer in den brand staken, met dit treurige
gevolg, dat die woning, met stalling, schuur,
koeijen, paarden, den oogst enz., grootendeels
eene prooi der vlammen werden. Toen de
knecht van van Santen denbrand ontwaar werd
en naar buiten snelde om hulp te roepenriep
zijn meester hem van de mestvaalt toe om hem
te bevrijden, waarop hij terstond de touwen,
waarmede hij gebonden waslos sneed en het
voorgevallene vernam. Het vreemdste van dit
geheele geval is, dat van Santen heden morgen
na de blussching van den brand vermist werd.
BUITENLAND.
STJlXSCHIiAVJO
Reueen 27 December. De onder de verstan-
digen in den lande te weeg gebragte spanning
en ontevredenheid over het artikel van het nieuwe
konkordaat, dat aan de Katholijkegeestelijkheid
de rnagt geeft, om in den staat geestelijke huwe-
lijksregtbanken in te stellen, vermeerdert naar
mate het tijdstip nadert, waarop die exceptionele
regtsbedeeling zal in werking treden. Vooral
in Hongarije ontmoet deze nieuwe instelling het
krachtigste verzet, daar is hare uitwerking lijn-
regt in strijd met die welke de bisschoppen er
van verwachten. Uit genoemd land verneemt
inen, dat een groot aantal Katholijken de schoot
der kerk verlaten om zich niet aan de geestelijke
regtbanken te onderwerpenen overgaan tot het
Protestantsche geloof. Zelfs wordt een aanzien
lijk grondeigenaar genoemd, die met zijn gezin
het ff atholicismus afgezworen en de Protestantsche
godsdienst omhelsd heeft; de op de bezittingen
van dien heer werkzame boeren hebben het voor
beeld huns meesters gevolgd. De Katholijke gees-
telijkheici is blijkbaar ongerust over de vorderin
gen, die het Protestantismus met eiken dag in
Hongarije maakt. Het nieuwe konkordaat heeft
de verandering niet kunnen voorzien die meer
en meer onder de Hongaren in hun godsdienstig
geloof merkbaar wordten derhalve heeft het ook
geenè dwangmaatregelen geene wereldlijke straf
fen kunnen bepalen tegen die Katholijkendie
tot de Luthersche belijdenis overgaan. Velen zijn
echter van oordeel, dat als die geloofsverandering-
dus aanhoudt, de bisschoppen al hunne midde
len van overwigt zullen aanwendenom door hét
burgerlijk gezag eene wet te doen afkondigen,
houdende bedreiging van geldboete en strenge
ligchamelijke straffen tegen ieder, die geborenen