Woensdag 18 April. N°. 31. 1849. Woensdag en Zaturdag. RADICALISME. Ef" 1H as onwememts-pbijs: Per drie maanden f 2,00. Franco 'per post f 2.15. Inzending der A dvert. daags te voren's namidd. vóór 41 ure. vsrsc hijmt: phij3 bsfi advertentie»: Gewone 5 cents de regel. GeboorteHuwelijks- en Doodberiglen van 1-6 regels af 1 behalve het Zegelregt In de rekbare uitdrukkingen staatsbelang, zedelijkheid en dergelijkeligt, blijkens overvloedige «r^arfna, geen behoedmiddel tegenmaar veeleer een alle zins geschikt omkleedsel voor eigendunkelijke maatregelen. Centraal verslag over bet voorstel over de uitoefening van bet reyt van vereeniging en vergadering Zelfszucht is do eigenaardige groodlrek van het karakter der mannen van het behoud. Wij verstaan onder deze benaming immer de partij die zich in het verleden jaar hardnekkig aankantte tegen elke hervor ming die zich vastklampte aan de bestaande instel lingen hoe vol gebreken ook hoezeer in strijd met den maatschappelijken vooruitgang, (net «de stoute wending (om hunne uitdrukking te geltrui ken) der volken van Europa huiten Nederland." Deze mannéndie zich niet uitnemende bekwaamheid de traagheid onzer hervormers hebben ten nutte gemaakt die in de wan kelmoedigheid van een bestuur, hetwelk «de droevige strekking aantoont eener staatkunde, die voor de ge volgen der beginselen door haar gehuldigd bevreesd" j (cent. versl.) is geworden eenen gewenschten grond hebben om zich weder op te rigten aan wie de Iransi- geerende grondwetsbehaudeling van het tijdelijk mini sterie de gereede gelegenheid gaf het hoofd weder op te beuren deze behoudsmannen zetten zich na de onge lukkige wetsvoordragten der definitieve ministers de pluimen op don hoed en geven niet ondubbelzinnig te kennen dat zij eerstdaags hel bestuur zullen hebben heroverd. Om daarin te slagen verklaren zij zich wars van alle 4 reactie, en zeggen zij eene volledige ontwikkeling der aangenomen grondwet te willen verzekerende dat /ij «-zich niet verlangen met den vrijzinnigen mantel te omhangen maar hopen ware liberaliteit en verdraag zaamheid te blijven prediken." Om deze reden nemen zij de algemeene afkeuring der voorgedragene wets ontwerpen te baat en geven zij daarbij hoogst voorzigtig te kennen betere te zullen leveren wanneer bet overgangs-ministerie" zal zijn gevallen. Daarom be rekenen zij vooraf de kansen die er bestaan voor een ministerie Thorbeckeen trachten zij door vleijerij de weifelende leden der tweede kamer van zijne partij af te trekken immers «die leden zijn te gemoedelijk om aan partijzucht gehoor te geven." Daarom spreken zij niet van een door hen beoogd ministerie van halfslach tige mannen een ander overgangs-ministerie gelijk zij hopen om voor hunne volkomen herstelling klaar haan te maken. Daarbij verwijzen zij onverdroten op de schrikkelijke weeën der europesche hervorming en spreken zij nimmer althans hoogst spaarzaam van de vrucht die de alwijzer beschikking der hoogste Goed-, heid uit dezen nacht van verwarring gewisselijk tot heil van het menschdom zal doen geboren worden. Diezelfde partij des behouds schermt niet alleen met radicalen en radicalisme ook het staatkundig terrein schijnt haar niet genoeg. Zij beweert zich buiten alle godsdienstige twisten te willen houden en wendt voor, in het staatkundige noch in het godsdienstige partij te zullen trekken maar werpt op de Protestantsche bladen harer tegenpartij die naar eigene inzage algemeene ordelijke vrijheid verdedigen eene beschuldiging of van radicalisme of van catholicismewaarom niet van je- zuilisme? (het geweten het geweten verklarende zij zichzelve neutraal en alleen het goede, het ware, het voor het gemeene welzijn nuttige te bedoelen - een oude versleten taktiek der zoogenaamde groote wereld Eerstelijk een weinig zoetsappigheid wij wenschen eene volledige ten uitvoerlegging der aange nomen Grondwet dan eene magt van hrusqueriën gij zijt radicalen in hel staatkundige dat is (volgens hen) omverwerpers en vernietigers van al wat orde pligt en deugd is verzakers van uw geloof, zoo al niet vari alle geloof- eindelijk autocratie en militair despotisme «zie zoo wij zijn wéér de haas voortaan zal een ieder naar onze pijpen dansen Altemaal riaaperij van eenen Talleyrand. Maar zij laten te zeer hunne naaktheid zien. - Luistert naar hunne leer, Nederlanders! en gij wordt verlost van uwe radicalen neen jgan een tweede honderd- zeven-en twintig millioenprH door zoodanige aspi ranten naar de portefeuille van financiën «fie indien zij het in waarheid wel met het vaderland meenden niet zouden vermeenen dal het «ollezins mogelijk is hij de heffing van eene belasting op de inkomsten de klip te vermijden waarop die in ons vaderland steeds zal dreigen te verongelukken - de verpligting, namelijk, om de rijks ambtenaren bekend te doen worden met het juist bedrag van ieders bezittingen maar hunne meening gelijk het brave, rondborstige mannen die in waarheid ten nutte van het vaderland werken be taamt aan de algemeene beoordeeling zouden onder werpen. Ik vermeen «vindingrijker" te zijn en het middel te kennen maar ik zeg het niet of gij moet mij minister van financiën maken. Radicalisme - verstaan wij het woord wel, dan schuwen wij het niet - het beteekent naar onze meening uilroeijing tot op den wortel van al wat aan hel algemeen welzijn knaagt of in de toekomst knagen kan. Het woord is echter niet minder rekkelijk dan staatsbelang en zedekunde en staat in den mond der behoudsmannen gelijk met socialisme en communisme. Elk verstandig man moet het radicalisme in den eersten zin evenzeer goedkeuren en prijzen als hij het in den hotsten zal verwerpen en laken, t- De radicalen in de geneeskunde worden om hunne harre kuren, door den groolen hoop vermeden en ontvloden de palliérvende heeren genieten een grooter deel van de gunst van hel algemeen. Wa nneer echter de schimmen der slagt- offers dier zoetsappige handelwijze, die hunner doc toren eens mogten ontmoeten dan is het te vreezen dat menige protesilaus hun zijnen vroegen dood zal te verwijten hebben. - Evenzoo ontzien en vermijden zeer velen in het staatsburgerlijk leven hen die niet aflaten met op afdoende dat is radicale middelen tot herstel van den zieken toestand van onzen staat aan te drin gen - terwijl de vrienden der palliativen alle middelen aanwenden om h«n die in de zich schier algemeen gevestigd hebbende overtuiging der noodzakelijkheid van radicale middelen aanvankelijk stonden langs allerhande wegen het spoor hijsier te maken en door j de schrikbeelden der voorzeker betreurenswaardige voorvallen in andere landen eene dergelijke vrees aan te jagen, als de palliérende geneesheer den patiënt aanjaagtdien hij nog eenige jaren zeer profijtelijk onder behandeling hoopt te kunnen houden. Voor eene kleinigheid zullen zij u den zieken staat, - (dat hij ziek is en wel ongemakkelijk ziek erkennen zij gaarne, nog eens opknappen en optooijen zij zullen hem zoo bepleisteren dal gij met ongewapende oogen niet eens bespeuren zult dat er onder die menigte lappen en pleisters een ziek ligchaam schuilt tot dat het, voor al de misleiden hoogst onverwacht, den laatsten adem zal uitblazen. «Onze tijd is men bedenke het wel een huilenge wone tijd. Het is niet slechts om eenige goede wetten om eene verbeterde wijze van bestuur te doen. Wij gaan de allergewigtigste gebeurtenissen te gemoet. Wij treden een tijdperk in van strijd een tijdperk waarin vreemde elementen zich in het volksleven be ginnen te mengen en waarin bet anormale normaal moet gemaakt worden. Daartoe wordt een meerdan gewoon brein en eene meer, dan gewoon krachtige hand vereischt (Arnh. Cour. A7 Maart) met één woord een radicaal geneesheer is de volstrekte behoefte. Die behoefte werd in het verleden jaar algemeen ge voeld. Het is hoogst te bejammeren dal men terwijl van alle kanten de kreet om bezuiniging werd gehoord zoo kwistig te werk is gegaan met den in dergelijke oogenblikken hoogst kostbaren tijd. Daardoor zijn de schoonste verwachtingen reeds zoo goed als vervlogen en zal ten zij onverwachte, gansch niet onmogelijke gebeurtenissen het gevoel dier behoefte nogmaals op wekken en dan levendiger houden een rusteloos in vretende kanker ons staatsleven ondermijnen om het eindelijk geheel te vernietigen. (Z. C.) bekendmaking. Achtervolgens art. 3 van Zijner Majesteits besluit van den 6 Januarij 1831 n.° 68, Staatsblad n.° 2 heeft Zijne Excellentie de Minister van Financiën bij reso lutie van den 13 dezer maand bepaald de prijzen het opgeld daaronder begrepen, waarvoor de collecteurs, splitters er. dehitanten der Stanls-Loterij de loten en gedeelten van dien voor de vierde week der trekking van de laatste klasse der 207de Loterij zullen mogen uilgeven le weten Bij verkoop Geheele loten f 90,00 Halve - 45,00 Vijfde - 18,00 Tiende - 9,00 Twintigste - 4,50 Wordende de belanghebbenden bij deze herinnerd dat hij voornoemd artikel van Zijner Majesteits besluit uitdrukkelijk is vastgesteld dal de collecteurs split ters en dehitanten gehouden zijn om zich naar die prijs bepaling le regelen en dezelve gedurig ter inzage voor het publiek beschikbaar te hebben. Zieriltzee den 1G April 1849. Voor Zijne Excellentie den beere Staatsraad Gouverneur van Zeeland De Burgemeester der Stad Zierikzee DE CRANE. BUITENLAND. 2>tjïtschxiajsie>. Frankfort 12 April. De oostenrijksche regering heelt thans werkelijk den eersten stap gedaan om ziedt van het overige Duilschland af le scheiden. Zij heeft namelijk aan hare gevolmagtigden hij het centraal be- skiur last gegeven de afgevaardigden in de nationale vergadering uit lennodigen, dadelijk huiswaarts te kee- ren daar die vergadering door haar besluit van 28 Maart den weg van regl en wettigheid verlaten had. Omtrent de kwestie van het keizerschap wordt gemeld dal thans reeds van 26 stalen toesteinmenda verklaringen ontvangen zijn, De toestand van het Ooslenrijksche leger in Hon garije moet thans allergevaarlijkst wezen; slechts een maglige hulpbende kan hierin waarschijnlijk verandering brengen. Hamborg 10 April. Ook Apenrade is den 5 dezer weder door de Denen verlaten. In den namiddag van den 8 had bij Hahersleben eene schermutseling plaats in welke de Denen twee dooden een gekwetste en twee gevangenen verloren. Van meer ernsligen aard was het gevecht hij ïlens- burg den 6 dezer. Het verlies aan de deensche zijde is niet juist hekend maar de Duitschers hadden ruim 80 gekwetsten grootendeels Badensche en Hanoveranen waaronder 12 officieren. Hamburg, 13 April. Uit berigten van Kopenhagen, blijkt dat «Ie oorlogstoerustingen met kracht worden doorgezet de verbittering legen Duilschland is weder hevig de koning heeft eene dagorder uitgevaardigd waarhij op de uitstekende houding van hel leger wordt gewezen. Alle voor de zeedienst ingeschrevenen to Kopenhagen en omstreken tot zijdie den ouderdom van 50 jaren bereikt hebben, ingesloten, zijn opgeroepen. f k a ht k k ij k. Parijs 13 April. In de jongste dageri is de na tionale vergadering gekenmerkt door woelige tooneelen. De neef van Raspaillid der vergadering heeft een zijner medeleden die tegen deu veroordeelde getuigd

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1849 | | pagina 1