N°' 104.
ZBERULZEiSSCHE
A°' 1831,
COURANT.
Vrijdag
den 30 SPecember
BESTUREN EN ABM1NISTRATIEN.
De Prijs dezer Couranl is, in de drie maanden f 2 en jranko per Post, 2,26 cents.
De Adyertentien worden berekend tegen 25 cents de regel.
- De Abonnementen i/oör de Courant Worden voor niet minder dan drie maanden aangenomen, at de betaling geschiedt compiantof lij het
einde van ieder vierendeel jaars; dit niet geschiedende, zal het aatigemcrlct Worden ah geëindigd zijnde.
Voorts wórdt andermaal dringend verzocht'dat dé inzending der Advèrtcntienbehoorlijk op Formaat-zegel geschreven., 'daags vóór dé
uitgave geschiedeindiëti men dezelve in het eerst uit te geven Numero Wil hebben geplaatst; alsook Om van bet Papier der Zegels
niets af te snijden dewijl géene Formaat-zegels anders, dan in derzelvér geheel, als voldoende htogert aangenomen en bij dé Administratie
overgelegd worden.
b.
De GOUVERNEUR van de Provincie ZEELAND.
Gelet op de wet van het Patentregt van dén 21 Mei 1819 en
de Resolutie: van Zijne Excellentie den Minister vat) Financien de
dato 22 Julij daaraanvolgende, no. 833 betrekkelijk de. executie
dier wet alsmede op de wet van deu 6 April i8ï3, houdende
Wijzingen en uitbreidingen der even [aangehaalde wet speciaal op
de daarbij gearresteerde 16de tabel,, welke, iii vervanging van bet
Binnenlatidsch tonnegeld alle eigenaars schippers of directie voer
ders van schepen, schuiten en vaartuigen, de binnenwateren Van
het Rijk bevarendemede aan eeii regt van Pateut onderworpen
zijn1; en op de Resolutie van Zijpe Exc. den minister van Slaat,
belast niet dc generale directie der ontvangsten, van den 12 Mei
1823; no. 1 nopens de uitvoering van laastgemelde wet;
En willende regelen den tijd tot'de werkzaamheden,' betrek
kelijk de beschrijving der Pateutpligtigen over de dienst 1832 te
bezigen.
Heeft go'edgpvori den',
1Te' bepalen.1
ITen aanzien der Pafentpligtigen iii de' 16 eerste tabelleri
der wet.
<1. Dat de verklaringen tfer verkrijging van Patent, voor deze Pa
teutpligtigen binnen de provincie,) zullen worden uitgegeven
van den 3- Jirntiarij 1832 tot den 11 dier maand-.
Dat die verklaringen behoorlijk'.ingevuld zullen moeten
zijn ingezamemeld er. ingediend in de Steden Middelburg
Vlissingen Goes en Zierikzeeop den 28 Janbarij en in
de overige Steden en Gemeenten op den 19 diei' maand.
e. Dat de registers van gemelde Patentpligtigen gesloten en
d.iaPiia ggëiie verklaringen meer zullen Worden aangenomen
in de Stad Middelburgop den 21 Februari]in de Ste
den F lissingen, Goes en Zierikzeeop den )4 Februari),
en in dé verdere Sleden en Gemeenten op dén 27: Jariuarij
aanstaande.
d. Dat de werkzaamheden der Zetters betrekkelijk het Patent
regtzullen behooren volbragt te zijn in de Stad Middel
burg vóór den 1 Maart, in de Stédert F lissingen"; Goes en
Zierikzee, vóór den 21 Februari] en in de andere Stedeu
en Gemesnten vóór den 4-dier maand,
2. Ten aanzien dér Pateittpligtigé- schippers eigenaars en
directie-voerenden van binned-schepenschuiten en vaar
tuigen vermeld in'de 16de tabel:
a. Dat zij zich voor bet Patent van i83i zullen beliooren aan
te geven bij bet Bestuur der Plaats, waar zij zich zullen
bevinden, en wel vóór den 15 Januari] van dal jaar, ouder
overlegging vati eeii Biljethetwelk daartoe bij die Bestu
ren verkrijgbaar gesteld is.
Dat deze Aangift-Biljetten (met uitzondering evenwel van
die der genoemde Patertpligtigen welke verklaard hebben
gebruik te maken van de vrijheid bij i5 van tabel 16 ver
leend en ten aanzien van welke volgens het daarbij voorge
sehrevene zal dienen gehandeld te worden door de
Plaatselijke Besturen geregeld tweemaal 's weeks aan den
Controleur en de Zetters zullen gezonden worden.
Dat de Controleurs en Zetters, onverwijld, met deze Aan
gift-Biljetten zullen bandelen, overeenkomstig het vöórgé-
schrevene bij de in het hoofd dezer aangehaalde Resolutie
van den 12 Mei 1823, zorg dragende, dat 'dezelve alle
vóór den 20 Januari] bij de Ontvangerk zijn overgelégd.
Dat de Ontvangers deze Pateutpligtigen door tóezending
van Aanslag-Biljettenvóór den i Februarijtot het doen
der verschuldigde betaling oproepen 11a de aanslagen
zoo als die door den Controleur en de Zetters aan den
voet der Aangift Biljetten geregeld zijn, te hebben gebragt
op bet voorioopig kohier, bedoeld bij art. i'4 der gemelde
Besolutie van 12 Mei 1823, no 1.
Ter kennisse te brengen van dé kramers en andere perso-
in de 7de en 8ste tabellen van de wet van den 21 Mei 1819
genoemd, alsook van de debitanten van Loterijbriefjes
Dat zij, krachtens Zr. M9. besluit van den 17 October 1820,
(Staatsblad no. 22 op de boete bij 1 en 2 art. 32 der boven
aangehaalde wet bepaald, verpligt zijn steeds hun gezegeld Patent
met zich te voeren en wel tot deu afloop van den tijd voor de
b.
d.
3.
Tien
1).
inlevering der verklaringen bij het eerste gedeelte 1 litt. b, be
paald, dat van bet vorige jaar, én na dien tijd dat van bet als
dan Ioopendé jaar i83z; zullende tot het laatstgenoemde einde,
bet gezegeld Patent aan dezelve, op bun verzoek en tegen Voldoe
ning der regten dadelijk na de aangifte ter bekoming Van patent
«orden, uitgereikt.
3'. Mede ter kennisse te brengen van de schipperseigenaars
en directie-voerende van biunen-scbepen schuiten en vaartuigen
hiervoren bedoeld
a. Dat het Patentregt door hem zal moeten worden voldaan ten
kantore van den Ontvanger ter plaatste van de aangifte en
wel in eensvoor zoo ver die plaats niet isof die van
bun vast verblijf, of dfe vaste legplaats van hun vaartuig,
of wel eindelijk die, alwaar het bedrijf wordt uitgeoe
fend, doch anders bij twaalfde gedeelten.
Dat nogtans van de laatste wijze van betaling bij twaalfde
gedeelten ookdoor [die eigenaars schippers of directie-
voerende welke zich niet in hurine vaste woon-leg of ver
blijfplaatsen bevinden zal kunnen worden gebruik gemaakt
mits zij zich gedragen naar het voorschrift van i5 der
16de tabel van de wet van den 6 April 1823door zich
in den loop der maand Januari] voorzien van een bewijs
van aangifte hetwelk echter niet langer dan die maand
Van kracht, zal zijn naar hunne vaste woon- leg- of ver
blijfplaats te begeven of wel dat bewijs van aangifte der
waarts op te zenden, om aldaar te worden gepatenteerd,
in vvelk geval de betalingen bij den Ontvanger dier plaats
zullen moeten geschieden.
Dat door al de Pateutpligtigen van de. 16de tabel, vóór den
1 Februarij eerstkomende, geheele of gedeeltelijke betaling,
invocge voorschreven zal moeten zijn geschied en ook de Pa
tenten op vertoon der kwitantien van de Ontvangers ;,óór
dien tijdbij fle .Plaatselijke Besturen doorben zullen moe
ten worden afgehaald aangezien van dien dag af de recher
che op de niet gepatenteerde Schippers een' aanvang zal
nemén.
zal dit besluit, door insertie in het Provinciaal blad, tor
kénmsse worden gebragt van de Burgemeestrs en Wethouders der
Steden en v?n Burgemeesters en Wethouders of Assessoren der
Gemeenten ten, platten Lande in de Provincie ter fine van exe
cutie, met hitnoodigingom aan het bepaalde bij het jste lid,
1 ab, c en 2, a, mitsgaders aan het ade en 3de lid,
door afkondiging en aanplakking, de noodige publiciteit te geven
terwijl op .gelijke wijze daarvan zal worden kennis gegeven aan
de Hoofd-Ambtenaren de Controleurs en Ontvangers der Direc
te Belastingen In- en uitgaande Regten en Accijnsen tot informa
tie en narigt; zullende, eindelijk, de hiervoren. gemaakte bepalin
gen ook in de Couranten van MiddelburgGoes en Zierikzee,
worden geinsereerd.
En
Middelburg, den 16 December
i83,r.
VAN VREDENBURCH.
PUBLICATIE.
BURGEMEESTER en WËTHÖUDÊRS der Stad ZIERIKZEE
Provincie Zeeland.
Iii aanmerking riemende de bestaande verordenirigen tot wering
dér Bedelarij in het algeméén.
Hebben g o.e d g e v o n d e n
i°. Om aan alle behoeftigen te verbieden, gtflijk geschiedt bij
déze óm op deri eer-po .Tsnriar'i Achttien honderd twee en
dcrligaanstaande aande Woningen der Ingezetenen rond tegaan om
ónder roorveidsel van Nieuwjaur.veusclicn tebedeiei.
1 20. Ter kennis van de ingeseteueu te brengen dat ter verlig-
tine van den nood der Armen op den 2 Januari] des mid-
dags eene Collecte zal gedaan worden, om uit het 1 eloop
derzelve eene Extra uitdeeling aan alle de behoeftigen dezer
Stad te doen.
Téii welken einde Burgemeester en Wethouders de ingezetenen
uitnoodigen om op den genoemden Nieuwjaarsdag geene giften
aan hunne' woningen uittèreiken of te doen uitreiken aan zooda
nige Armen, die, ondanks dit verbod, aan de woningen mogten
komen bedelen maar willen daarentegen de ingezetenen gelegen,
beid géven tot weldadigheid en om alzoo op den 2 dag des Jam's
milde bijdragen in de Collékte te willen doen, fen voórcfééle der