ZIERIKZEESCIIE COURANT. PP. 74. A°. 1831. den 16 September. v-'zV, Vrijdag NIEUWSTIJDINGEN. D U I T S C H L A N D. Berlijn cleto <7 septeniber. Zijne Majesteit de honittg en de prin sen lieBben Charlottenburg betrokkenwaar het slot en de tuinen afgesloten zijqterwijl in een nabij slaand buis maatregelen geno men worden tot berooking en zuivering der personen, die uit Ber lijn komen en boogsldezelve moeien naderen. Ondertussehen gaat de koning en prins 'Wilhelm van tijd tot tijd naar de hoofstad en de kroonprins bewoont steeds liet kasteel'te Berlijn. In Berlijn warensedert bet 'uitbreken van de cholera tot op den 6 dezer des middags, 64 lieden ziek geworden, waarvan 36 ge storven Waren 27 nog ziek lagen en 1 genezen was. In Steltin hebben oproerige bewegingen plaats gehad. Onder liet volk was bet gerucht verspreid, dat de dood van de cholera zieken, die naar het hosp'taal gebragt warén, niet opzet bevorderd wasten einde de aanstekende ziekte 111 haré geboorte te stikken, Dit had aanleiding gegeven tot een volksoploop, die zich weldra aan bet plegen van geweld en bet inwerpen der venstens bij eenige ambtenaren overgaf en zelfs bet buis van den regerings-persoon die met bet oppertoezigt over de maatregelen tegen de cholera be last was, plunderde. Na te vergeefs getracht te hebben deze moed- willigen tot rede te brengen is men genoodzaakt geweest ben met geweld uit een te drijven. De voorriaamsten der oproerigen zijn gegrepen en gebonden naar de vesting gebragt. Hierdoor is de goe de orde hersteld geworden. In een berigt uit bet hoofdkwartier der Russen te Nadarzyn van den 28 augustus, vindt men, dat de poolsche partijganger Gedroitz zich, zoo als.generaal Biid'tger den 21 augustus schrijft, met zes honderd man op zijne communicatie-linie met de Weichsel heeft geworpen, ten oogmerk hebbende een transport met levensmiddelen dat van Lubïin komen moest, op te vangen. Ten einde dit plan te verijdelen, waren een battalion van bet regement pultavva en twee eskadrons van bet regeimot dragonders van den overste Bul- fdrow afgezonden, die bet korps van Gedroitz bij Kwatka, Krolevvs- a ontmoetten en 11a een hardnekkig gevecht dien den aanvoerder zelveu met dertien andere officieren en honderd en vijf jagers ge vangen namen; hel overige van dit detachement was in de bosschen gevlucht. Het zelfde berigt vermeldt nog, dat 'de generaal baron Bcsén ten gevolge dor hem gegeven bevelen, naar Kaluszyn terug getrok ken was en daar vernomen bad, dat eene sterke divisie van bet poolsche leger naar den regtei-oevcr van de Weichsel was overge gaan. Een eskadron poolsche lansiers van bet regement van Ka lisch bad zicti'voor Milosna vertoond en was door de kozakken, die aldaar wacht hielden, aangevallen, welke eenige lansiers dood* den en een dertigtal krijgsgevangen maakten. De poolsche ti;oëpen zouden zich naar de Wkra gerigt hebben. De hoofdarmee der .Russen, hield steeds dezelfde nosilien bezet, welke de opperbevelhebber bgar aangewezen bad. "Den 27 augus tus hebben de Polen eene verkenning beproefd, en zijn met vier bataillons en.c zes eskadrons op de russische voorposten aangerukt die terug getrokken zijn. De poolsche. infanterie geraakte op den straatweg en vatte daar met vier stukken geschut post, terwijl hunne ruiterij den linkervleugel uitmaakte, Graaf Witte begaf zich naar die plaats en liet daarop de ruiterij door bet regement kozakken van den Helman en bet greekhofsche aantasten f dié de Polen over hoop wierpen en twee wersten wijd vervolgden. Hierbij verloren de Polen een. groot aantal dooden en gekwetsten en 42 gevangenen. Ondertussehen was eene batterij rijdende artillerie tegen bet voet volk opgerukt en begonnen dit te beschieten, waardoor de Polen aan bet wijken gebragt werden en nii hieuw een regement kozak ken ondersteund door een Eskadrons huzaren en jagers van de garde, op ben in. De Polen ruimden bet veld, en om den Rus sen bet vervjolgen te beletten werd van de batterijen uit de ver schansingen der stad op hunne ruiterij geschoten. De Polen ver loren hierbij tachtig dooden en gekwetsten. Den 24 naderde bet detachement onder dert luitenant-generaal Knorring Kalisch; de regering en vele inwoners kwamen hem te gemoet en hij trok de stad binnen onder veel vreugdegejuich. De wettige orde van zaken is aldaar terstond hersteld en de inwoners zijn ontwapend, behalve drie honderd man der nationale garde, waaraan pieken gelaten zijn en die voor de rust der stad moeten waken. De generaal Knorring liet zijne troepen in den omtrek kam peren ten einde deverriglingen der Polen in bet oog te houden. De poolschemajoor San.drowf.cz stond den 22 in Kalisch doch op het berigt, dat de Russen in aautogt waren, trok hij in allerijl met'zijne ruiterij-af; zijne infanterie liep meestal uit elkander. Van Kalisch schrijft men ctat de Russen die stad op nieuw heb ben verlaten en naar Gzenstocbau' opgebroken zijn, om die streken van de omzwervende poolsche benden te zuiveren. De twee eerste echelons van; het korps van den generaal Crculz zijn bij de russische hoofdarmee aangekomen, en wel op den 26. -en 28 augustus; het laatste werd den 29 verwacht. Uit tijdingen vau Warschau over Iirakau blijkt, dat deu 20 au gustus de generdal Kruhowiezki werkelijk dictator geworden en met e6n onbepaald gezag belsleed is. De rust en orde waren in de stad hersteld en de dictator had veertig der belhamels van het oproer doen doodschieten. Men zegtdat Skrynnetzki weder generalissimus is geworden. t Van de poolsche grenzen wordt den 3 september geschrevenda men er een berigt had van de Beueden-Weichselvolgens welk een poolsch korps, dat op vijf a zes duizend man geschat werd, in de laatste dagen van augustus van Plock over Lipno naar Ostek doorgedrongen was, denkelijk met plan, om zich aldaar van een russisch magazijn meester te maken en misschien wel om over de brugdié daar ligtdé Weichsel over te trekken ten einde zoo in den rüg dér riissisehé armee te komen. Dé russische generaal Sonne, die hij het bruggenhoofd te Ostek stondhad op het eer ste berigt van het aanrukken der Polen in den nacht van den 29 en 3o t éen detachement kozakken naar Lipno gezonden om den vijand te verkennen. Dit detachement keerde na een gevecht met eene veel talrijker magtwaarbij twee kozakken sneuvelden terug, ten einde niet afgesneden te worden, en vervolgens zag zich gene raal Twnne genoodzaakt de brug tusschen den regter-oévcr der Weichsel en liet kleine eiland raidden in de rivier te doen afbre ken. Hierdoor en door het in zekerheid brengen van den voor raad die iti het magazijn was, werd het voornemen der Polen, welke dén volgenden ochtend werkelijk in die streken aankwamen, verijdeld. Den 2 heeft men van den kant van Ostek liooren schieten doch sedert is alles rustig gebleven 'zoo dat men vermoedtdat de Polen zijn terng getrokken; ook zegt men dat eene aanzienlijke russische magt van het corps van Tolstoi uit Lithaue naar die plaats in marsch zijn zoU. NEDERLANDEN. Nïmegen, dén 10 september. Zoodra het gisteren morgen be kend was geworden dat Nymegen op heden door Z. K. H. den prins van Oranjeveldmaarschalk opperbevelhebber van het le ger te veldezoude bezocht worden heersqhtc er eene vrolijke drukte in de stad en beijverden de ingezetenen zich ais om strijd om de huizen groen te maken met guirlandes, en op andere wij zen opschriften van deze, zoo wel als die, welke men elders zag, strekten om der ingezetenen hoogschatting van den dapperen vorst, den edelen telg van den braafsten koning, aan den dag te leggen. Fraai was het gezigthetwelk de alzoo groen gemaakte en met vlaggen versierde straten dezen morgen opleverden. Omstreeks 7 ure des morgens is Z. K. H. de vesting binnen ge reden na huiten de stad door de booge overheid van vesting en gemeente te zijn ontvangen geworden. De vorst, de Molenpoort binnen gekomen zijnde, gevolgd door eenen luistervollen staf, werd hoogstdenzelven door onzen geachlen stadgenootden heer C. ten Hoet, Jz.,,het volgend zesregelig vers aangeboden: Den held uit Nassau's stam door wiens beleid en moed Oud-Neèrlands roem herrees, en 'thelgisch vuig gebroed Geregte straf ontving, of, 't wraakzwaard laf ontloopen Terugvlood in zijn kracht, waar 't stout was uitgekropen Snelt Nymeegs burgerij thans juichend te gemoet En brengt hem vreugdevol haar hulde, dank en groet. Deze warme uitboezeming werd met de meeste belangstelling ontvangen. Aan de plaats royaal uitgestapt zijnde steeg Z. K. H. dadelijk te paard en inspecteerde zoo de hoofdwal dezer vesting als derzel- ver heide forten, waarna hoogstdezelve audiëntie verleende zoo aan de militaire en civiele autoriteiten als aan de commissien uit de onderscheidene kerkgenootschappen en die personen welke gewenscht hadden hunne opwachting bij den prins te maken. Na de gelioorgeviug heeft Z. IC. PP. het dejeuué dat de generaal- majoor George opperbevel hebber dezer vesting in de plaats roi- jaal hoogstdenzelven heeft aangeboden wel met deszelfs hooge te genwoordigheid willen vereeren. Z. exc. de luitenant-generaal von Heldring, ,dc generaal-majoor Behrprovinciale kommandant van Gelderlandbenevens al dq hoofd officieren van dit garnizoen en de civiele autoriteiten hebbqn daaraan mede deel genomen. Bij deze gelegenheid is door den generaal opperkommandant een toast gebragt aan Z. Ii\ H. als hersteller van Nederlands krijgs roem, en door den heer burgemeester., jh. D. R. J. van Lvnden aan de jonge prinsen den weDSch dat zij de voetstappen huns va ders en grootvaders in krijgskunde en beleid mogten volgen. Uit hooide der kortheid van tijd heeft Z. IC. PI. het garnizoen hetwelk op verscheidene plaatsen alwaar Z. IC. H. moest voorbij komen, onder de wapenep bevond, niet kunnen inspecteren. Ongeveer ten 1 ure is de vorst van hier naar Grave vertrokken om nog des avonds te Tilburg terug te zijn. Groot was het gejuich waarmede de prins telkens op zijnen weg begroet werden met innemende minzaamheid werden deze blijken van liefde en hoogachting door Z. IC. II. beantwoord. 's GiiAVEtjH.VOEden 11 september. In de particuliere correspon- lie van het fransche dagb'ad le Quetidiennevindt men uit deze stad onder dagtcekening van den 2,6 augustus, gemeld: »H. ICK. IP. de prinses van Oranje rigt thans op hare eigene kos ten een hospitaal voor de gekwetsten op. Reeds vroeg in den mol')

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1831 | | pagina 1