TV\ 14.
ZIERIKZEESCME
Vrijdag
A*. 1831.
C O U R'A N T.
den 18 Februarij.
NIE W'
.J DINGEN.
JEL G 1E.
Gend den 9 februarij. Gisteren avond tusschen 8 en 9 uur
geraakte hier-alles in rep-en roer door liet1 geruchtdat de Hol
landers voor de poortstonden. De gewapende magt kwam op de
been, er gingen sterke patroeljes rond en werden kanonnen voor
bet stadhuis geplant. Het gerucht bleek echter spoedig ongegrond
zijn. Men zegt; dat bet veroorzaakt is door eenige jongens:
clie langs de straat riepen: Zij zijn er! Zij zijn er!
Antwekpen den 9 februarij. (Uit oenen brief.) Wij hebben
thans hier in garnizoen bet 3de regement infanterie van linie,
sterk 1800 man en een gedeelte van het 4de regementnaar ik
meen, 5oo man; twee a driehonderd kavaleristen benevens eenige
kanonniers; in liet gelieel een getal van plus minus3ooo
man uitmakende. Het artilleriepark is in het oude arsenaal, maar
(T staat geen enkel stuk geschut op de wallen.
Voor een paar dagen moeten eenige stukken naar de grenzen van
Noord-Braband vervoerd zijn werwaarts men zegt zich ook weder
ineer krijgsvolk begeeft. Voor dien tijdlagen te Stabrotk 4°° matl
van bet 4de regement; te Capelle 5oö man van het legion JSaniu-
jvisedeze Iaalale zijn in blaauwe kielen gekleed en hebben fran
sche politiemutsen op, met eene N. er voor; terwijl onze linie-
troepen met uitzondering der uitmonstering-, die bij de Belgen
geel of rood is, even als de hollandsclie militie gekleed zijn. Te
ihUtcn zijn 3 of 4°° nian- van het gedachtelegion gekantonneerd.
Te Eeckeren 25 man te Calmhout ongeveer 15o man van het 2de
bataljon der 2de brigade, te Nu moer300 of 4°o; man van- dat
bataljon en te Esschcn 100 of 15o man, zoo van die brigade als
vé.n' dé .Naménaars; le Westwezel, LoenhoutBrassehaet en om
liggen de'plaatsen, ligt nog bet 5de bataljon jagers of antwerpscbe
vrijkorps sterk 700 mail dat uit In t uitvaagsel dezer stad' zamen-
géraapt is, zoo als gij kunt oordeelen wanneer ik u niet de- olil-
vieren .van die bende bekend maak. De majoor kommandant is
zékere iValkierseen Brusselaar, die te Breda een frandeieus ban
kroet geslagen geslagen beeft, zijn luitenant-adjudant, zekere Alle
maudshad als serjant majoor bij de i5de afdeeling zoodanig den
schel-ia- gespeeld—dat bij door den krijgsraad der provincie Ant
werpen veroordeeld is tot stokslagen en om als eerloozen schel in te
w >r.len weggejaagd. Terwijl een der kapiteins, de broeder -van
dn: majoor Wülkicrs, als lievig verdacht van oenen moord begaan
te hebben., doordien bet slagtoffer dat niet dadelijk overleden is,
zelve hem daarvan beschuldigde lang te Breda in hechtenis go-
Z"?e:i beeft. Ecu paar andere officiers zijn onder andere zekere
Ilnrfm, een verloop-en deurwaarder uil deze stad, dié* hier meer
sell aid dan goe-d achtergelaten beeft (bier vergist de briefsch rijver
sneb', 'want deze deurwaarder, die, wij moeien liet met spijt bc-
k:•ni.'UPV - een Nijinegenaar is, en te voren als adjudant bij 's ko-
ivings: leger gestaan heeft dient als kapitein bij bet 2de bataljon
der 2Te brigade en kommandeert. als zoodanig de voorpost te Es-
fkhen. Ook; meen ik wel te weten, dat de bedoelde smidsjongen
zh luitenant bij de gezegde brigade staat. De overige'in den tekst
Vvrmeuié personen staan echter allen bij hel bedoelde vrijkorps)
en een smidsjongen, die omdat hij niet deugeu wilde uit zijns
voters huis (die hier aan de burgerhoutpoort woont) onlloopen
v as tóen li.j zich tijdens de revolutie te Brussel bevond alwaar
bij dadelijk officier bij de brigands werd. Dat korps ziet er dan
hok ai zeer zonderling uit; want men kan wel juist niet zeggen
dat- zij r— zoo als in den beginne liet 'géval wats -4 ongekleek zijn
maar deze beeft :eene blaauwe, gene weder eéne grijze kapot aiui
en terwijl de eene eene fransche politiemuts op heeft, draagt.de
andere eene hollandsche of eene schako', hoewel altijd bun hoof}
deksel met. een koperen hoorntje en eene driekleurige kokarde
prijkt. De officiers dragen kielen en gewast linnen schakos111
den vorm van fransche politiemutsen ca groole drieklocirde strik
ken onder aan,
NEDERL A N D E N:.
Butda, den 21 februarij. Hit hoofdkwartier van den luitenant-
generaal san Geen is nog altijd te Vugt gevestigd. Zijne excellen
tie beeft de navolgende dagorder uitgevaardigd aan de troepen 0:1
,d( r -zijne bevelen
DAGORDER VOOR HET MOBIELE LEGER.
Wapenbroeder.'Een beid is onder ons den dood der belden
ge.-.torven bij verkoos denzeivea boven schande en mishandeling
van Int wreed en laag gemeen van het trouwlooze Antwerpen.
De kanonneerboot n?. 2 vóór de stad liggende, geraakte den 5
dezer, dour eene stormvlaag op lager walaan de zijde der stad;
t r-toü'l trachtte eene bende van het antwerpsche graanw zich van
de' liool meester te maken het scheepsvolk moest voor de overmagt
;zwi- bten /.ij baalden de ncdwlandsclic vlag, die sedert eeuwen oti-
i ie\ |i k 1 e sUg! ter neder, en vertrapten die onder de voeten. Dit
l.jdt (!-■ brave bevelhebber van bet schip niet; bij vloekt de ontrouw
fLi- Ai.I werpen a reu.,...die den wapenstilstand breken en niet eene
enversctjro.kkcn hand, steekt hij liet buskruid in brand eng schip,
en vriend ca vijand allés springt iu de lucht.
Ik behoef niet, krijgsliedenu het edele zulk eener daad te schet*
sengij allen gevoelt dezelve genoegzaamden naam van dezen
held wil ik u alleen nog zeggen, ten einde hem onuitwischbaar in.
uw geheugen te prentenbet was de brave van Speyk, luitenant
ter zee der 2de klasse, een jeugdig krijgsman nog maar 29 jaren
oud en onlangs eerst door Z. M. met het eerekruis begiftigd.
Laat ons ter eer van zijnen leeuwénnïöed en ten blijke onzer
deelneming in zijn verlies en hoogachting zijner daad, de rouw over
hem aannemen. Van den 14 af, zal het geheele leger, gedurende
drie dageiï, over den braven luitenant J. C. J. van Speyk de rouw
dragen, en zal ieder dezer dagen, ée'ns op het appel, deze dagor
der worden voorgelezen.
Hoofdkwartier Vugt, den 11 februarij 1831
De luitenant-generaal opperbevelhebber van het
mobiele leger.
(get.) VAN GEEN.
Terwijl bet geheele mobiele leger de nagedachtenis van den bra
ven van Speyk, op uitnoodiging van den opperbevelhebber van het
leger door liet dragen van drie dagen rouw viert, en dus beloo
ning vooi' moed en trouw is daargesleld, zwaaide vrouw geregtigheid
liet zwaard, en strafte ontrouw en laagheid. Vijf soldaten van ons
leger zijn door den permanenten krijgsraad te velde, veroordeeld
tot dwangarbeid .voor den lijd van tien jaren, e'e'n soldaat, voor
den tijd van vijf jaren en twee misdadigers ter dood welke von
nissen dezer dagen zijn ten uitvoer gebragt. De dagorder daarom
trent aan bet leger gegeven, eindigt met de volgende zinsneden:
Deze lieden den naam van militair onwaardig, hebben hunne
straffen dezer dagen ondergaan. Vele van ulieden hebben de voor
ben ooleerende ter executie ligging der vonnissen bijgewoond. Gij
ziet krijgslieden waartoe verzaking van eer en pligt den soldaat kon
brengen. Laat nimmer dit uit uw geheugen gaan, ook dan niet,
wanneer slechts gezinde burgersverraders van bun vaderland
mogten trachten u tot desertie te verleiden, daar waar gij gaat,
wacht u schande en minachting en hier, indien gij achterhaald
wordt, dwangarbeid of de dood. Zoo laat ons dan allen zweren
aan vorst en vaderland gehecht te blijven en liever den dood der
belden te sterven dan immer de heilige eer en den heiligen pligt
te vergeten."
Deze eenvoudige maar doeltreffende worden hebbenzoo als
te verwachten was, eenen diepen indruk bij liet leger gemaakt, en.
daar waar, belooning en strofen, op de schaal der geregiigheid ge
wogen worden uitgedeeld, kan bet niet missen, dat pligt gevoel
verhoogd wordt. Voor beiden vindt het leger, in deszelfs opper
bevelhebber, eenen onpartijdigen en reglvaardigen uitdeeler.
De dappere van Speyk zoude, volgens sommigen, nog levendig
opgevischt zijn maar hij was beide de beenen kwijt, en is, na twee
uren lijdens overleden.
's GiiAv»:.Nif\GEden i4 februarij. Zijne Majesteit lieeft den 11
dezer liet volgend-besluit genomen:
D ij Wdlctn enz.
Op de voordragt van onzen admiraal en kolonel-generaal van lie
den litter b, n°. 63
Willendé, behoudens onze nadere bepalingen tot bet oprigten cn
daarstellen van een blijvend gedenkteeken ter gedachtenis van de
heldendaad en de hoogst edelmoedige zelfopoffering van den lui
tenant ter zee van de 2de klasse J. C. J. vein Speyk, door zich
met de onder zijn bevel zijnde kanonneerboot n°. 2 op den 5
dezer, voor Antwerpen, liever in de lucht te laten springen, dan
te gedoogen dat onze vlag eene vernedering ondergingreeds
voorloopig zijnen naam aan de vergetelheid onttrekken;
Hebben goedgevonden en verstaan le bepalen, dat van nu voor
taan bij de nederlandsclie zeemigt altijd een der schepen of vaar
tuigen van oorlog den naam zal voeren van van Speyk; zullende al
aanstonds de tegenwoordig te Amsterdam in aanbouw zijnde korvet
Argo herdoopt en aan dezelve de naam van van Speyk gegeven
worden
Rotterdam, den i4 februarij. Heden liebbeu de schepen cn
schuilen, die binnen de havens dezer stad liggen de vlaggen ter
halver stok geliescben ter nagedachleuis van den braven van Speyk
en de verdere zeelieden die met hein op den 5 dezer den helden
dood zijn gestorven. De marktschuiten en ponen hebben dit voor
beeld gevolgd.
Men verzekert, dat een gedeelte van het lijk van den onvcrgetc-
1 ij ken van Speyk, aks mede zijn ridderkruis, te Antwerpen gevon
den is.
Zijne Majesteit beeft aan bet departement van marine bevolen
om met den njeesten spoed alle informatien in te winnen en aan
hoogstdenzclve in te zenden nopens de grootmoedige daad van den
luitenant ter zee van Speyk, op den 5 dezer voor Antwerpen aan
Tien dag gelegdde omstandigheden welke men daaromtrent nog
meer kan opgeven den staat van dienst van dien officier en zijne
betrekkingen zoo mede van de liedendie de equipage hebben
uitgemaakt op dat Zijne Majesteit daardoor in staat worde gesteld
zoodanige bevelen te geven, als tot vereeuwiging dezer groote zclfs-
oooffering en voorziening in bet lót der achtergeblevenen van gou-
vcrnemeritswege zal doelmatig geoordeeld worden.