Vrijzinnig Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen, Vervoederen van Aardappelen. RIJWIELBANDEN. Cent ontgoochelitig. flaagsche prieVeit. Yao het Westelijk ooriogstooneel. No. 2826. Zaterdag 10 November 1917. 28e Jaargang. Maximumprijzen Aanwijzing verkrijgbaar- stelling Levensmiddelen. x. ABONNEMENTSPRIJS: Per 8 maanden 76 oent voor binnen en buiten Ter Neuzen. Voor België 95 oent bij vooruitbetaling. Abonnementen worden aangenomen bij alle Boekhandelaren, Brievengaarders en den Uitgever. Telef. Interc, No 15. ADVERTENTIEPRIJS: Van 1 tot en met 6 regels 60 sent; elke regel meer 10 oent. Bij abonnement aanmerkelijk ver minderd tarief. Grootere letters naar plaatsruimte- Redactie-adres: Noordstraat 10, Ter Neuzen. Deze Courant verschijnt eiken Woensdag- en Zaterdagmorgen by den Uitgever M. DE JONGE, te Ter Neuzen. De Burgemeester van TER NEUZEN, maakt bekend ingevolge Circ. No. 2189, dato 1 Nov. 1917 Afd. Crisiszaken Bet vervoederen aan het vee en het berei den tot veevoeder of het vermengen met vee voeder van voor de consumptie geschikte aardappelen, met uitzondering van z. g. »kriel«, is verboden. Ter Neuzen, 6 November 1917. De Burgemeester voornoemd, J. HUIZINGA. De Burgemeester van TER NEUZEN, maakt bekend De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, Gezien zijne beschikking van 17 Oct. 1917,. No. 192 c. betreffende maximumprijzen voor rijwielbanden, HEEFT GOEDGEVONDEN: voor rijwiel-buitenbanden gemerkt E, de maximumprijzen als volgt te wijzigen Grootbandelsprijs II 4.tusschenhandels- prijs 11 4.65, kleinhandelsprijs 11 6.15. Ter Neuzen, 7 November 1917. De Burgemeester voornoemd, J. HUIZINGA. Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN maken bekend dat in de week van 12—18 Nov. geldig zullen zijn voor Aardappelen bon no. 11 en 12 4e serie. Bak-"en Braadvet bon no. 13 2e serie. Varkensvleesch 14 2e Groene Erwten 7 2e Gort 10 le N.B. Op bon No. 14 voor Varkensvleesch mag 0.400 K.G. worden afgegeven. Op bon No. 10 voor Gort mag slechts 0.200 K.G. worden afgegeven. Op bon No. 13 voor Bak en Braadvet mag 0.100 K.G. worden afgegeven. Ter Neuzen, 9 November 1917. Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. HUJZ1NGA, Burgemeester. L. WABEKE, Secretaris. .Zoo zal bet zijn voor het gansche onder wijzerscorps in Nederland, als ze kennis nemen van het wetsvoorstel van den Minister van Binnenlandsche Zaken. Door de Tweede en de Eerste Kamer was aangenomen de motie-Marchant om de onder- wjj/.erssalarissen met 100 gld. te verhoogen. Niet alleen de linksche partijen, maar ook verreweg het grootste deel van rechts ver klaarde zich voor deze motie. Men begreep, dat het noodig, dringend noodig was, dat althans iets gedaan moest worden om den nood in zoovele onderwijzers gezinnen iets te verminderen. Het was het minste, dat gedaan kon worden. Al was de verhooging miniem, toch bracht de aanneming der motie eenige opluchting in de kringen der belanghebbenden. Het behoort tot de zeldzaamheden, dat een voorstel in beide Kamers met zoo groote meerderheid aangenomen, niet door de Ko ningin wordt bekrachtigd. Toch heeft de regeering aan de Kroon naar het schijnt geadviseerd het veto uit te spreken. Die handeling is in-treurig. Ze toont, dat de regeering geen besef heeft van of geen gevoel heeft voor de nooddruft in zoovele familie's. Het verluidde al spoedig, dat de regeering zelf met een voorstel zou komen. Een voorstel, dat niet zoo ver ging als de motie-Marchant. Niet zoo ver als de motie Marchant. Hoe bespottelijk klonk dat leder was benieuwd naar de oplossing van deze puzzle. De regeering zou een voorstel doen tot verbetering en deze zou blijven beneden de aangenomen motie Dat de verwachtingen dus zeer laag ge spannen waren, begrijpt een ieder. En nu het voorstel er is, valt het nog tegen. Zoo treurig, zoo in strijd met de bestaande toestanden, had niemand het verwacht. De redenen door den Minister aangevoerd, als zou de verhooging met 100 gld. moeilijk heid brengen voor het bijzonder onderwijs kan men veilig voor dooddoeners verslijten. Een klein aantal zal op eenige verbetering kunnen hopen. Een ontzaglijk groote schare zal niets, letterlijk niets ontvangen. Terwijl voor alle werkzaamheden de loonen zeer terecht stegen, zal de Nederlandsche volks opvoeder met loodzwaar hart verder de treu rige en zware tijden mogen doorsukkelen. Op anderhalf millioen kosten stuitte de aangenomen motie bij den Minister af. Terwijl honderden millioenen telkens worden aangevraagd, moet eene schrale verbetering nog afstuiten op l'/a millioen. En dat terwijl de opbrengst der belastingen dit jaar weer beduidend hooger wordt dan het vorige. Terwijl men de herziening van art. 192 dorst vastkoppelen aan art. 80, deinst men terug voor eene kleine verbetering van de finantiëele positie van mannen, die deze zoo dringend behoeven. Het is te hopen, dat de Kamerleden zich zullen doen gelden en van het onbenullige voorstel nog trachten te maken, wat er van te maken is. Het blij ft eene bittere ontgoocheling. P. Op 3 November j.l. werd de algemeene vergadering van Vrede door Recht* gehouden. Weliswaar niet in de Residentie, maar te Utrecht, in de oude Bisschopsstad, zoodat wij feitelijk door een bespreking daarvan buiten ons boekje treden. Maar zoo ooit dan mag thans daarvan worden afgeweken het geldt immers Vrede door Recht. Vrede en Recht, die namen klinken ons in dezen tijd schier als geluiden uit lang ver vlogen tjjden in de ooren. Het is ons haast alsof we hooren spreken van begrippen, die niet meer van dezen tijd zijn, van ouderwet- sche denkbeelden, wel goed bedoeld, maar niet meer van pas, niet meer behoorend in dezen tijd van beschaving op elk terrein Gelukkig, zoo erg is het nog niet. Maar' toch voor het oogenblik is er bijna nergens meer vrede en geldt steels minder het Recht. Ons land vormt een der weinige uitzonde ringen op dezen vreeseljjken regel. Laten wjj dat waardeeren. In ons land is er vrede, in ons land is er recht. Zekerj ook ons volk beleeft thans moeilijke dagen, voor velen is het een zorgvolle tijd, maar al die moeiten en zorgen hebben de oorlogvoerende volkeren zeker niet in mindere mate en zij heoben de bloedige, vaak niet meer te helen, slagen van den oorlog daarbij. Na den vrede zullen de zware tijden weer vergeten worden, dan komen weer betere dagen. Maar de gevallenen, de verminkten, die komen niet terug, die kan men niet vergeten, die leegtea blijven. Vrede door Recht, wie denkt bij het hooren van dit schoone divies niet aan den man, die het hier te lande in praktijk brengt? Wij bedoelen Jhr. Dr. Loudon, onzen bekwamen Minister van Buitenlandsche Zaken, die zoowel den vrede als het recht zooveel mogelijk tracht te handhaven. Wat de vrede betreft is dit hem tot dusver steeds mogen gelukken en wij meenen, dat de hartewensch van alle weidenkenden hier te lande thans geen andere is, dan dat het Minister Loudon mogelijk zal blijken ons land buiten den oorlog te houden. Dat daarnaast ook het Recht in hem een even kundigen als doortastenden verdediger vindt, de feiten zijn daar om het te bewijzen. Inzake het internationale recht had ons land steeds, dank zij zijne bekwame staatslieden, een goeden naam en toonde het zich den grooteu Hugo de Groot niet onwaardig. De Bond »Vrede door Recht* werkt voort. Niet in de eerste plaats om den vurig-be- geerden vrede te verkrjjgen, maar vooral om de beginselen van den duurzamen vrede, scheidsrechteljjke uitspraak bij geschillen tusschen de volkeren, in de harten der menschen ingang te doen vinden. Daarvoor is nog veel te doen, ook na den vrede. Nog te velen staan hier sceptisch en ongeloovig terzijde. En waarom toch Wanneer de volkeren inderdaad den vrede willen en dat willen zij dan zal die vrede er niet alleen komen, maar blijven ook tot in lengte van dagen. Dan zal de Macht hebben afgedaan in den strijd tegen het Recht, dan zal er zijn Vrede door Recht J. B. AMENT. DE OORLOG. De algemeene toestand. De toestand in Rusland begint zeer dreigend te worden. Met den dag wordt het meer duidelijk, dat daar een burgeroorlog op banden is, die een steeds ernstiger vorm zal aannemen. De uiterste radicale groepen aan de eene zijde, de reactionairen aan de andere pogen de re- geeriüg, die met gematigheid en schipperen tracht zooveel mogelijk geordende toestanden in te voeren, het leven onmogelijk te maken. En alles wat er gebeurt is koren op de molen van de een of andere groep. Het zijn thans de maximalisten, de Bolsjewiki, die tegen de regeering optreden. Reeds lang is het duide- ljjk geworden, dat de maximalisten in de Sovjets een meerderheid hebben en dat de eischen dezer groep met den dag sterker worden. Om zich tegen de mogelijke handelingen dier groep te wapenen had de Russische regeering troepen uit de verschillende voorsteden van Petersburg naar de hoofdstad ontboden maar de Raad van Arbeiders en Soldaten gaf bevel aan de troepen, dat zij alleen de bevelen mogen uit voeren, die door de Sovjet zjjn goedgekeurd. Hierin werd een poging gezien van de maxi malisten, om zich van de heerschappij meester te maken de regeering nam krachtige maat regelen daartegen, maar is er tot nog toe niet in geslaagd zich te doen gelden. Want, over tuigd vau de medewerking der troepen in de hoofdstad, en wetend dat deze beveleD der Sovjet onverbiddelijk znllen gehoorzamen, heb ben u xaimalisten zich, t esteund door marine- detachementen, meester gemaakt van de bnreaux der P. T. A., van het hoofdtelegraatkantoor, de Staatsbank en de Admiraliteit. De regeeriog scbjjnt onmachtig om zulke gewelddadigheden der maximalisten te beletten. Want op de troepen kan zij niet vertrouwen en op de marine nog minder. En de Entente kan onder zulke omstandig heden elke hoop op de medewerking van Rusland voor de voortzetting van den strjjd wel opgeven. In Italië wordt de opmarsch naar de Piava voortgezet. De Italianen melden, dat zij, wegens den val van de fagliamento hun verdediging naar de Livenza moesten overbrengen, de Duitschers, dat bjj den opmarsch de Livenza- linie reeds werd bereikt, en dat weder eenige duizenden gevangen zijn gemaakt. In Vlaanderen hebben de Engelschen een hevigen aanval ondernomen en daarbij het dorp Pa8schendaele, dat zij reeds in de laatste dagen van October hadden genomen, doch weder verloren, herwonnen pogingen om dit succes uit te breiden, door aanvallen op Bece- laer en Gheluvelt mislukten. Dat na langdurige beschieting en by aan houdende regens de voorste loopgraven en stellingen onhoudbaar worden, en deze wel moeten worden ontruimd, is reeds herhaalde lijk betoogd. Het terrein waarin die stellingen gelegen zijn, is dan in zulk een modderpoel veranderd, dat de troepen die zich daarin wagen, den dood in de modder te wachien hebben. Een beschryving van zulk een molderlinie is reeds meermalen gegeven, en in Henri Bar- busse's Le Feu... een Fransch werkje over den oorlog, dat met den Goncourt-prys be kroond is wordt zulk een plastische voor stelling gegeven van de mannen in de mod- derloopgraaf, dat wjj daarvan enkele regels zullen aanhalen De vijandelijke loopgraaf is weggezonken in de diepte van terrein-inzinkingen en moe rassige myntrechters vol modder. Zjj vormt er een rij van plassen en putteu Dichtbij bemerkt men, dat hoopen aarde, naast elkaar uitgestrekt op de overblijfselen van de borstwering van dezen poel wezens zyn. Men kan de identiteit van die schepsels niet vaststellennoch aan hun kleeding met een dikte van slijk bedekt, noch aan de hoofdbe dekking noch aan de wapens zij hebben hun gewper niet, ot wel hun handen glijden langs een ding, dat zij echter zich aan gesleept heb ben, een vormlooze, glibberige massa, een soort viscb gelijkend. Al deze mannen, met ljjkachtige gezichten, die voor ons en achter ons zjjn, aan het eind van hun krachten, leeg van woorden als van wil, al deze mannen met modder bedekt, en die, zou men kumen zeggen hun doodskleed dragen, gelijken op elkaar, alsof zij naakt wa ren. Uit dezen verschrikkelyken nacht duiken van dezen of gindschen kant eenige spookver schijningen op, met percies dezelfde uniform van ellende en vuil bekleed. Dat is het einde van alles. Het is gedu rende een oogenblik de immense stilstand, het epische ophouden van den oorlog Dat zyn de loopgraven, die na dagenlange vuurvoorbereiding, na hevig trommelvuur, worden genomen. Dat is de overwinning, die in den positie-oorlog wordt behaald. In Palestina hebben de Engelschen, na de overwinning, bij Bar Sheba was dat te ver wachten, Gaza bezet. Zoo gaat ook aan de Sinai-grens de strjjd geleidelyk, maar zeer langzaam, voort Officieele communiqué's. PARIJS, 8 Nov. (Havas.) Communiqué van 's namiddags. In den loop van den nacht deden wjj twee overvallen een op de Duitsche loopgraven ten noordoosten van Reims, de andere in Woevre ten oosten van Mailly. Wjj maakten gevangenen, Bevestigd wordt dat bjj een aanval op de Duitsche stellingen en aau den Schönekold (Opper-Elzas) den tegen* neiizem

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensch Volksblad / Zeeuwsch Nieuwsblad | 1917 | | pagina 1