Vrijzinnig Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen.
Voorloopig bijgelegd.
Apeldoorn.
Fitiantieelc plannen.
De titan, die nooit ongelijk
bekennen Ijai».
No. 2655.
Zaterdag 4 Maart 1916.
27e Jaargang.
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden 76 eent voor binnen en buiteD Ter Neuzen.
Voor België 96 cent bij Tooruitbetaling.
Abonnementen worden aangenomen by alle
Boekhandelaren, Brievengaarders en den Uitgever.
Telef. latere. No 15.
ADVERTENTIEPRIJS:
.Van 1 tot en met 6 regels 60 aent; elke regel meer
10 cent. By abonnement aanmerkelijk ver
minderd tarief. Grootere letters naar plaatsruimte
Redactie-adres: Noordstraat 10, Ter Neuzen
Deze Courant verschijnt eiken Woensdag- en
Zaterdagmorgen
bij den Uitgever M. DE JONGE, te Ter Neuzen.
De ruzie in de anti-rev. partij is voorloopig
bijgelegd, de twist over het leiderschap wordt
voor het oogenblik gestaakt,
De vijf mannen Heemskerk c. s., die hunne
brochure uitgaven tegenover de reeks drie
starren in De Standaard van Dr Kuyper,
hebben met den leider eene samenkomst
gehad.
Over den twist zelf zal uitspraak gedaan
worden door eene te benoemen commissie
van arbitrage.
De komende verkiezingen voor de Provinciale
Staten dezen zomer schijnt de heeren bang
gemaakt te hebben.
En zoo heeft ook Dr Kuyper, zooals we
trouwens vroeger reeds voorspelden, water in
zijn wjjn gedaan.
Toch is deze twist leerzaam geweest.
Waar in de kleine anti-rev. partij zoo'n
diep verschil van inzicht kon ontstaan, moet
vooral in deze dagen ieder huiverig zijn, hen
de overwinnig te zien behalen.
Dubbel gelukkig mogen wij ons prijzen,
dat de vrijzinnigen in 1913 de overhand (al
is het ook eene kleine) kregen in de Tweede
Kamer.
Niet dan met schrik kunnen wij er aan
denken, zoo het anders geweest ware.
Waar zouden wij dan nu staan
Laat iedere kiezer dat voor de a. s. verkie
zingen onthouden.
Bij de Dinsdag gehouden stemming voor
lid van de Tweede Kamer in het district
Apeldoorn (vacature Graaf van Bijlandt) wer
den uitgebracht 10413 stemmen, waarvan 117
van onwaarde.
De heer Snoeck Henckemans (Chr.-Hist.)
verkreeg 5737 stemmen, de heer J. Ësmeijer
(vrijz.-dem.) 4005 en de heer K. v. Trigt
(S. D. A. P.) 554.
Gekozen is dus de candidaat der coalitie
Snoeck Henckemans.
Een oogenblik scheen het of de anti-rev.
roet in het eten zouden wei pen en dit zou
den kansen der vrijzinnigen in dit oeroude
coalitiedistrict ten stade gekomen zijn.
De anti-rev. zijn als één man medegegaan,
al heeft Dr. Kuyper op zijne eigenaardige
manier in De Standaard te kennen gegeven,
dat er wel anti-rev. zouden thuisblijven.
De anti-rev. meenen, dat het district hun
toekomt.
En dreigend is dan ook reeds gezegd, dat
de beslissing van nu niet als bindend moest
beschouwd worden voor de verkiezingen in
1917.
Maar thans zijn ze zoo bedachtzaam geweest
zich bij de candidatuurSnoeck Hencke
mans neer fe leggen.
Eene anti-rev. candidatuur 2ou o. i. zeker
de zaak der vrijzinnigen ten goede gekomen zijn.
Toch mogen de linksche partijen den moed
op de Veluwe niet opgeven.
Het groote aantal stemmen, door hen
behaald, blijve een spoorslag om hunne rijen
in de toekomst te versterken.
De Minister van Financiën heeft een voor
stel gedaan tot het sluiten van een geldlee-
ning van 125.000.000 en een heffing in eens
van ruim 80 millioen.
Wie zou een jaar geleden gedacht hebben
dat een dergelijke voorstel mogelijk ware?
Een heffing in eens was een economisch
onding, kapitaalvernietiging zou de onderne
mers, wier bedrijven op den raod stonden, in
den afgrond jagen. Ze was een vage, weinig
doordachte opwelling, weinig eer doende aan
de oppervlakkige geesten, bij welke ze was
opgekomen. Thans heeft de crisis verder door-
gewoed. Het aantal ondernemers dat in weer
wil van de grove winsten van enkelen in
ongunstiger omstandigheden is gebracht, is
er zeker niet kleiner op geworden. Het ge
vaar van kapitaalvernietiging zal er ook niet
geringer op worden. De kwijting van het
belastingbiljet zal nog wel steeds bij het ver
krijgen van crediet niet gelijk staan met de
obligatie eener leening, zooals destijds werd
aangevoerd. Thans komt de regeering zelve
met eene heffing in eens
Zij noemt ze verdedigingsbelasting 1 en II,
ofschoon het niet is gebleken dat ons land
of zij zelve is aangevallen. En het bedrag is
kleiner dan door ons voorgesteld. De heeren,
die zoo blij waren dat men het vorige jaar
geld voor 5 °/0 kon krijgen, zien nu dat het
thans voor 4l/2 °/u gaat.
Of de Kamer bij dit bedrag der heffing
zal blijven staan Het is te betwijfelen. Er
loopt een sterke strooming in andere richting,
En of die stroom zal worden tegengehouden
door de argumenten van December 1914 en
het overbrengen van den zwaren last uit de
toekomst naar het heden den Minister Van
Gijn zoo onwelgevallig zal zijn, het blijft af
te wachten Maar de voorstanders eener aan
zienlijke heffing in eens, zijn vol moed. Ons
volk moet in zijn ontwikkeling, zijn geeste
lijke, stoffelijke en bovenal maatschappelijke
ontwikkeling na den oorlog met volle kracht
vooruit.
Daarvoor drage men thans de lasten. Straks
zal onze stap te veerkrachtiger en sneller zijn.
Aldus (dr.) B(os) in »De Vrijzinnig-Demo
craat*.
Men weet, dat Dr. Kuyper zich in zijn lijf
orgaan krachtig heeft verzet tegen de Eeds-
wet en dat het hem bepaald hinderlijk was,
dat de Christelijk-Historischeu ten dezen be
wijs geven van eigen inzichten te willeu volgen.
Naar aanleiding van de redevoering door den
heer De Savoruin Lohman schreef Dr Kuyper:
»In de - finale van zijn zaakrijke en
doorwrochte rede denkt de heer De Sa-
vornin Lohman Dr. Kuyper schaakmat
te hebben gezet met een "beroep op Glad
stone*.
Deze Engelsche staatsman nu is door Dr.
Kuyper in zijn Stone-lezing geroemd als
^Christen-Staatsman, Calvinist in merg en
been*.
Het beroep op dezen man was dus alleszins
gerechtvaardigd.
Wat deed nu de heer Kuyper in zijn Orgaan
van 15 Februari.
Hij schrijft
Dr. Kuyper had in zijn Stone Lec
tures in Gladstone den Calvinist geroemd
en Gladstone's Kabinet gaf in Engeland
den eed vrij.
Klopt dit op ons geval
Niet heel raak.
Al lagen er in Gladstone's idealen
sterk Calvinistische trekken, toch was
hij allesbehalve een Calvinist in zijn
politiek optreden als geheel genomen*.
Dr. Kuyper wijt dit aan het heterogene ka
rakter van Gladstone's kabintt.
Zeer terecht antwoordt de »Nederlander« op
deze uitvlucht aldus
»Het beroep op Gladstone was voor
Dr. Kuyper doodeod Daar deze echter
als leider nooit ongelijk bekennen kan,
stelae bij in de plaats van den Gladstone
der Stone-lezing een anderen Gladstone,
voor deze gelegenheid opgetuigd*.
Vele zijn de karakterteekeningen des grooten
Leiders,
Hij is het laatst nog op zeer karakteristieke
wijze geschetst door de vijf heeren, aan wier
ad res Prof. Visscber een brochure zond.
Ihans legt het blad van den heer De Sa-
vornin Lohman een karaktertrek bloot, die
ons toch recht geeft de vraag te stellen
Hoe is het mogelijk, dat in zulk een Christen
zooveel vertrouwen wordt gesteld, dat men
hem de leiding der rechtsche politiek toever
trouwt
In de oogen van ernstige Christenen ont
breekt den heer Kuyper toch een der voornaam
ste christenplichten, dat is oprechtheid.
DE OORLOG.
De aigemeene toestand
Voor het oogenblik schjjnt de aanval be*
noorden Verdun tot staan te zijn gekomen.
Volgens de Duitsche legerberichten zijn de
Duitsche troepen in bet noorden van Verdun
in de linie die van Champneuville aan de
Maas benoorden Bras en Douaumont loopt,
gebleven is verder vooruitgaan onmogelijk
gebleken, door het hevige vuur van de ves
tinglinie en de forten aan de overzijde van
de Maas, Champneuville, in een bocht van
de Maas gelegen, is nauwelijks drie kilometer
van het fort de Marre verwijderd. De »Frankf.
Ztg. m°ent, dat de artillerie van dit fort
door de Duitschers moet zijn tot stilzwijgen
gebracht, anders ware het voor de Duitsche
troepen onmogelijk in Champneuville te blijven.
Douamont en de werken bij Hardaumont
zijn in handen der Duitschers gebleven, on
danks alle tegenaanvallen door de Franschen
gedaan.
ien oosten van het vestingstelsel van
Verdun, in Woëvre, zijn de Duitsche troepen,
in krachtige aanvallen, vooruit gekomen tot
in de lijn Dieppe AbaucourtBlanzéeWa-
tion ville Haudiomont, ManheullesCham
pion. Maar daardoor zijn zij nu gekomen
tot aan den voet van de Cöte Lorraine, een
bergrug, die voor de Franschen een tamelijk
sterke stelling vormt.
De »Times« meent echter, dat de aanval
niet het succes heeft gehad, dat de Duitschers
zich ervan voorstelden. Wel waren de Fran
schen genoodzaakt, ODder den druk der Duit
sche aanvallen zich uit de vooruitgeschoven
posities aan het noordelijk front van Verdun
terug te trekken, en is de toestand er nog
steeds ernstig. Maar het blad legt er den
nadruk op, dat de Franschen nog in het vol
ledige bezit zijn hunner hoofdverdedigingslinie,
en dat zij het vaste vertrouwen hebben, Verdun
te kunnen behouden.
Nu de Duitschers uit het noorden en oosten
hunne stellingen nader bij de stad hebben
gebracht, is de beschieting en de aanval op
erdun waarschijnlijk; maar deze moet ar-
tilleristisch eerst worden voorbereid.
De »Times« verwacht nu ook, dat het zwaarste
nog komen moetmaar het blad vertrouwt,
dan zal blijken, dat de Franschen, die alle
hoogten om Verdun bezet houden, in staat zijn
de aanvallende strijdmacht van den vijand tegen
te houden.
Decorrespondent van de Times* beschrijft
dan verder, hoe de Franschen aan het oostelijk
front van Verdun wijselijk hun linie ingetrokken
en de loopgraven in de vlakte ontruimd heb
ben, en zich geconcentreerd hebben op de
hoogten, die de weiden aan hun voet bebeer-
schen. De terugtocht was volkomen vrijwillig.
De Franschen vergelijken hem zelf met de
ontruiming van Gallipoli door de Engelschen,
want de vijand had zestien uur noodig om te
ontdekken, dat de Fr&nsche loopgraven ledig
waren. De Fransche troepen houden nog den
voet van de heuvels bezet en hun aanwezig
heid in het spoorwegstation van Eix doet ver
moeden, dat zij op dit oogenblik nog aan den
Oostkant sommige vooruitgeschoven stellingen
behouden hebben.
Intusschen doet de zware artillerie der
Duitschers gestadig moeite om de stad Verdun
plat te schieten. Deze poging om Verdun
in de positie van Yperen te brengen, was
bijtijds voorzien. Vóór den slag was de stad
door de burgerlijke bevolking ontruimd.
Van Duitsche zijde gaf de berichtgever van
de »Köln. Ztg.*, die den strijd in het gebied
bij Verdun bijwoonde, een beschrijving, die
ook een denkbeeld geeft van de ontzetting
van den slag. Hjj schrijft, dat de dichte
sneeuwval den strijd niet in bet minst kon
ophouden. Van een hoogte zag hij de geheele
linie, van Douaumont tot de Cóte de Froide.
In* dit gedeelte woedde de felle strijd.
Voortdurend zag men over de hoogtelinie
de wolken der zware projectielen, wier tref
fers duidelijk te zien waren. Hier en daar
ontstond brand. Achter Douaumont toonden
roodzuilen het voortgaan van den strjjd aan
en ten westen van Douaumont bleek uit de
voortdurend vallende Fransche granaatkartes-
ten, dat daar een Duitsche infanterie-aanval
in ontwikkeling was.
Het Fransche artillerievuur hield zicb klaar
blijkelijk slechts met de voorste gevechtslinies
bezigtegen de meer achterwaarts geplaatste
Duitsche artillerie werd geen enkel schot ge
lost. In Verdun was duidelijk brand te zien.
Ook naar het zuidwesten en aan de over
zijde van de Maas in de richting van de bij
Vacherauville gelegen werken woedde de strijd.
an de aanvallen in Champagne, waarvan
wij gisteren melding maakten en waarbij een
strook van 1600 Meter breedte door de Duitsche
troepen werd bezet, werd in het Duitsche
legerbericht niet meer gesproken, evenmin als
in het Fransche. Slechts werd in beide be
richten melding gemaakt van een Duitschen
aanval bij Badonvillerhet Duitsche bericht
meldde, dat daar een vooruitspringende
Fransche stelling in een stormaanval werd
genomen het Fransche bericht erkende dit,
doch voegde eraan toe, dat in een tegenaan
val de verloren loopgraven hernomen werden.
Een ernstige ramp heeft de Fransche ma
rine getroffen. Een hulpkruisen, die aange
wezen was voor het troepenvervoer naar Sa-
loniki, is in de Middellandsche Zee gezonken.
Aan boord van het vaartuig bevonden zich
1800 man, van wie er ongeveer 900, dus de
helft zijn gered. Over de oorzaak van het
vergaan van dit schip is weinig te zeggen.
Een der geredden, de FraDsche afgevaardige
Bokanowsky, die tot den generalen staf van
het leger behoort, deelde mede, dat waar
schijnlijk het schip op een mijn gestooten is.
Noch voor, noch tjjdens het zinken van het
schip werd een periscoop van eed onderzeeër
gezien, en evenmin werden de verschijnselen
opgemerkt, die gewoonlijk het afschieten van
een torpedo vergezellen geen »silson« in het
water, geen opspringende waterzuil bij het
ontploffen.
De heer Bokanowsky verklaarde, dat het
weer helder was, en dat de wachtposten op den
uitkijk waakzaam waren. Ook de bemanning
aan de stukken was voortduren op post en
bleef daar tot het laatste oogenblik.
Zooals wij zeiden, werden van de troepen
die aan boord waren, ongeveer 900 man ge
red. De mogelijkheid bestaat echter, dat nog
meer opvarenden gered zjjn. Er waren aan
boord een voldoend aantal vlotten, voor het
opnemen van schipbreukelingenmaar men
weet niet of deze gelegenheid hadden van die
vlotten gebruik te maken. Het schip zonk in
14 minuten. Op de radiografische seinen
snelden een aantal Fransche en Engelsche
partrouille-vaartuigen toe, die een vierhon
derdtal schipbreukelingen konden redden
Eenige dier vaartuigen bleven omstreeks de
plaats waar de schipbreuk plaats had, om
het onderzoek naar mogelyke booten of vlotten
met schipbreukelingen voort te zetten.