Vrijzinnig Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. GEMEENTERAAD. Van liet Westelijk oorlogstooneel. No. 2639. Zaterdag 8 Januari 1916. 27e Jaargang ABONNEMENTSPRIJS: Per 6 maanden 75 oent voor binnen en buiten Ter Neuzen. Voor België 95 oent bjj vooruitbetaling. Abonnementen worden aangenomen bij alle Boekbandelaren, Brievengaarders en den Uitgever. Telef. Intero. No IS. ADVERTENTIEPRIJS: Van 1 tot en met 5 regels 60 oent; elke regel meer 10 oent. Bü abonnement aanmerkelijk ver minderd tarief. Grootere letters naar plaatsruimte- Redactie-adres: Noordstraat 10, Ter Neuzen Deze Courant verschijnt eiken Woensdag- en Zaterdagmorgen bij den Uitgever M, DE JONGE, te Ter Neuzen. Hoe hevig de hartstochten kunnen oplaaien, waar het kerkeljjke strijd betreft, leert ons opnieuw het volgende stuk, dat we onverkort uit de »N. Rotterd. Crt* overnemen Van een misdadig Oranjevorst, van een cipier en vankoeien. Als een staaltje van de bombastische over drijving, waarmede het Gereformeerde volk wordt opgezweept ten heiligen oorlog om de verovering der Ned. Herv. Kerk, diene het volgend redactioneel artikel uit de Waarheids vriend (hoofdredacteurds. M. van Grieken). De schrjjver heeft het over »de grootste ramp voor ons vaderland.c Men denkt aan de mogelijkheid van oorlog? Lezer, er zijn erger dingen dan oorlog. Luister slechts. »De grootste ramp voor ons Vaderland is de pressie, de inzinking, de verwarring, op het erf der aloude Gereformeerde Kerk. Want niet alleen, dat heele streken van ons vader land door het modernisme verwoest zijn en overgegeven aan allerlei zondebedrijf, onver schilligheid, ellende en jammer. Maar door héél de Kerk heen is die verwarring, dat de Kerk niet meer zich zelf is, geen eigen karakter heeft, geen eigen leven heeft maar luk raak heen en weer gaat om van alles te proeven, over alles te spreken en niets ta doen dan verwarring stichten. Het is een volksramp geweest toen men de Nederlandsche Kerk der Reformatie in 1816 gemuilkorfd heeften in boeien heeft geslagen. Toen men haar beljjdenis heeft vastgelegd en krachteloos ge maakt door allerlei dwaze, zondige bepalingen en omschrijvingen. Toen men geloof en on geloof, waarheid en leugen ging gelijk stellen in de Kerk des Heeren, welke alleen te vragen heeft naar Gods Woord en zich te bewegen heeft in Gods wegen. Der natie is onnoemelijke schade berokkend door die hoog hartige, dwaze, zondige, der waarheid vijandige daad, op Kerkelijk erf bedreven, onder leiding van een van de Oranje-vorsten. Lezen wij goed? Vormen »God, Oranje en Nederland* bij dezen Gereformeerden schrij ver niet langer een onverbrekelijk bondge nootschap Neen Aan een Oranjevorst wordt veel vergeven, maar dat Willem I „het insti tuut van 1816* heeft ingesteld, maakt hem in de oogen der belijdenismannen weinig minder dan misdadig. »Koning Willem I,« heet het bij ds. van Grieken, »heeft het aangedurfd de Kerk des Heeren in dezen lande van haar karakter te berooven en haar te klinken in een synodaal- dwangbuis, dat den dood zou worden voor het gezonde, krachtige leven van het lichaam des Heeren, welks hoofd de verheerlijkte Ko ning in den Hemel is en welks schat is Gods dierbaar en eeuwig-blijvend Woord. Regeeren met administreeren verwarrend heeft deze na zaat van den Vader des Vaderlands de Kerk des Heeren in dezen lande een slag toege bracht, die ontzettend is geweest, waarin een volksramp besloten lag." Het requisitoir is niet malsch een volks ramp veroorzaken, de Kerk des Heeren een ontzettenden slag toebrengen en in een dwang buis klinken het lichaam des Heeren dooden. Doet deze griezelige vorst niet denken aan de bloederige sprookjes van Grimm Maar het is een sprookje van Grimm Wapt de booze koniDg heeft een cipier, en gelijk in de overige sprookjes is deze cipier ook een oude, honderdjarige vrouw. De Ned. Herv. Kerk zegt ds. van Grieken, is »onder regime van de synodale organisatie" nu »een gevangene onder de hand van den cipier, door den Koning aangesteld welke cipier, tot eere gekomen, zijn tyranniek karakter hoe langs hoemeer heeft geopenbaard op onverdragelijke, stootende, ergerlijke wijze. Men gruwt en snakt naar het eind van het sprookje, waarin alles ten slotte immers won derbaarlijk goed pleegt af te loopen. De ver teller gaat voort, en vraagt zich af„En zal nu de Kerk des Heeren geknecht blijven, om zich te bukken onder de hand van den ge weldigen verdrukker, die haar beroofd van haar vrijheid, die haar verhindert naar 's Heeren Woord te spreken, in 's Heeren wegen te wandelen en 's Heeren waarheid uit te dragen naar allen kant Neen God zal haar verlossen. »Hoe? Ja, dat weten we niet. Maar als de Heere het redeloos gedierte wist te gebruiken om de ark weer terug te brengen in het midden Zijns volks, toen deze om der zoode wil, door de Filistijnen was meegevoerd, och, dan weet de Heere ook in onzen tijd wel een weg te vin den. om het huis, dat naar Zijn naam genoemd is, te herstellen en weer op te bouwen." Het beeld van de koeien, dat »redeloos ge dierte,* schijnt de schrijver op den beden- daagschen belijdenisstrijd bizonder toepasselijk te vinden. Immers hij herhaalt het. »Wij wijzen,* zegt hij, »nog eens op de zogende koeien uit het land der Filistijnen, die de arke des Heeren weer terug moesten brengen naar het heilige land in het midden van het volk, waarvan de Heere gezegd had hier wil Ik wonen.* Sprookjesachtig is ook het slotde betoo- verde prinses, door een boos koning in de gevangenis geworpen, door een tirannieken cipier bewaakt, doch ten slotte door koeien gered. Als nu de Gereformeerde lezers, die (want dit blijkt eindelijk de strekking van het artikel) aangespoord worden zich niet van de NeL Herv. Kerk af te scheiden, maar in die kerk te blijven, »om daar mee te lijden, mee te strijden, mee te bidden, mee te werken om, door God gezegend, straks ook mee te deelen in den heerlijden buit,* als, zeggen we, die Gereformeerde lezers zich nu door die verge lijking met vredeloos gedierte* en »koeien uit het land der Filistijnen* maar niet driedubbel beleedigd gevoelen, zal deze sensationeele pro paganda haar opzweepende werking wel niet missen. DE OORLOG. De algemeene toestand. Het Oostenrij ksche oorlogsperskwartier spreekt beslist de juistheid tegen van de Engelsche en Russische mededeeli ngen, dat Tsjernowitsj, de hooldstad van de Boekowina, door de Oosten- rjjksche troepen is ontruimd, en dat de hoogten, die deze stad domineeren, door de Russen bezet zijn. Er zijn, naar dit bericht meldt, zelfs geen maatregelen genomen, die op de mogelijkheid van een ontruiming wijzen. Maar het Oosten rij ksche bericht gaat nog verder, en zegt, dat de Russen nog steeds ten oosten van Tsjernowitsj staan, aan de grens van Bessarabië, waar zij sedert maan den stonden, zonder dat de Russen een stap zijn vooruitgekomen. Het Russisch bericht is sedert een paar dagen reeds met deze meededeeling in strjjd. Het maakt nog steeds melding van gevech ten ten noorden van Tsjernowitsj, waar, naar de Russen beweren, opnieuw stellingen van de Oostenrijkers in Russische handen gevallen zjjn, en waarbij 18 officieren en meer dan 1000 soldaten werden gevangen genomen. Daartegenover meldt het officieele Oosten- rijksche bericht, dat in Oost-Galicië en in de Boekowina alle Russische aanvallen werden afgeslagen, en dat ook de met groote hevig heid ondernomen aanval aan de Bessarabische grens met groote verliezen werd verijdeld. Bij zulke pertinent met elkaar in strijd zijnde berichten wordt het wel moeilijk een goed denkbeeld te krijgen van wat er aan de grens tusschen Bessarabië en de" Boekowina voorvalt, en moet onze kennis van den toe stand op dat deel van het oorlogsterrein zich bepalen tot de overtuiging, dat daar wordt gevochten. Ook op andere fronten, maar zonder dat daar bijzondere voorvallen zijn voorgekomen, die ds vermelding waard zijn. Officieele communique's. PARIJS, 5 Jan. (Reuter.) OfficieelOnze artillerie heeft zware schade toegebracht aan de vijandelijke verdedigingswerken tusschen Soissons en Reims en ook de zwakke punten van het front in Champagne bestookt, waarbij loopgraven werden vernield en munitie-depots opgeblazen. De arbeidsconferentie. LONDEN, 5 Jan. (Reuter.) De buitenge wone conferentie voor de arbeiderspartij, bijeengeroepen ter bespreking van de dienst- plichtvoorstellen, werd heden te Londen ge houden. Alls trade-unions waren vertegenwoordigd, behalve de mijnwerkers. Hodge, de leider van de partij, stelde een motie voor, waarin het verzet van de arbei ders tegen conscripte tot uitdrukking komt blijdschap wordt uitgesproken over bet schit terend resultaat van het vrijwilligers-stelsel, maar den individueelen arbeidersafgevaardig den in het parlement het recht wordt gelaten naar eigen inzicht te stemmen. Hodge zeide, dat, indien het ontwerp niet werd aangenomen, er volledige dwang zou komen, hetgeen voor de arbeiderspartij de ernstigste gebeurtenis zou zijn. De spreker werd herhaaldelijk in de rede gevallen. LONDEN, 6 Jan. (Reuter.) In de namid- dagzitting van het Congres ging het zeer levendig toe. De leiders hielden zeer gema tigde redevoeringen, zij werden echter her haaldelijk in de rede gevallen door onverzoen- lijken. Het rumoerigst was het toen minister Hen derson het woord voerde en verklaarde, dat hij zich niet tegen het wetsontwerp (op den dienstplicht) zou verzetten. Sexton zeide, dat hij wilde, dat de oorlog zoodanig gewonnen zou worden, dat van een herhaling nooit sprake kan zijn en dat hij daarom aan iedere regeering steun zou ver- leenen om er een einde aan te maken. De conferentie nam met 1,715,000 tegen 934,000 stemmen een motie van de spoor wegbeambten aan, waarin werd voorgesteld, dat de conferentie zich zou verzetten tegen het wetsontwerp. Dit geschiedde niettegenstaande de verkla ring van Henderson, Roberts en Brace, dat zij hun ontslag zouden indienen, wanneer hun niet de vrije hand werd gelaten. De parlementsleden van de arbeiders partij houden thans besprekingen over den toestand. LONDEN, 6 Jan. (Reuter.) (Officieel.) Henderson, minister van onderwijs, Brace, parlementair ondersecretaris van buitenlandsche zaken en Roberts, »Lord Commissioner of the Ireasury*. de tot de arbeiderspartij be- hoorende leden der regeering, die voorstanders zjjn van dienstplicht, hebben hun ontslag inge diend. Nieuwjaar aan de grens Zeven vlieg tuigen boven Nederland Geweer schoten Drie tijdsaanwijzin gen Voor de tralies. De correspondent aan de grens schrjjft 't Is Vrijdag een schieten en poefen geweest langs de grens van Zeeuwsch-Vlaanderen, Niet minder dan zeven vliegtuigen vlogen bij St. Kruis en Eede boven Nederlandsch gebied en 't was of de Nederlandsche militairen aan de verschillende posten elkaar in 't schieten wil den overtreffen. Van alle zijden werden de ge weren op de vreemde vogels gericht. Natuurlijk volgden deze kalm hun weg. Ze verdwenen boven België. Hun nationaliteit? De Duitsche afweerkanonen zwegen. Wil men dus nog nader bewijs Maar aan de grens kan men dolen en 't was natuurlijk weer een ver- gissing 't YVerd weer stil langs de grens, tot des avonds twintig na elf langs de gansche lijn talrijke schoten de rust braken. Op de Bel gische kerktorens, welker klokken gedwongen zijn Duitschen tijd aan te wijzen, sloeg het middernacht en de Duitsche schildwachten schoten het nieuwe jaar in. En toen het op de Nederlandsche torens twaalf uur sloeg, vuurden de Nederlanders hun geweren af lwintig minuten later was het naar de Bel gische tijdaanwijzing Nieuwjaar. En vluchtelingen, getrouw aan hun tjjd, vluchtelingen, die weemoedig vergaderd war9n in een of ander huis, hieven een lied aan En plechtig en aandoenlijk klonk het, nadat 't schieten bedaard was Mijn Vlaanderen heb ik hartelijk lief Mijn Vlaanderen bovenal En dan, optimistisch weer voor het nieuwe jaar Zij zullen hem niet temmen De fieren, Vlaamschen Leeuw. En eindelijk werd het weer stil langs de grens. Overal doofden de lichtjes, patrouillee- rende soldaten gleden langs de versperring, schildwachten stonden op hun post, gewis ook denkend aan hun geliefden. 't Nieuwe oorlogsjaar was begonnen. Op Nieuwjaarsdag waren veel bewoners van Maldegem en omstreken naar de grens ge komen, hopend bij de poort en de versper ring met familieleden in Nederland te mogen spreken. De Duitschers zouden op Nieuw jaarsdag toch wel wat lankmoedig zijn. Maar de hoop werd teleurgesteld. Gebleven en gevluchte Belgen mochten met elkander geen nieuwjaarswensch wisselen. Alleen een moeder kreeg genadiglijk verlof door de tralies aan haar dochter dezes papieren toe te reiken, welke het meisje voor haar aanstaand huwe lijk noodig had. Grensgesprekken worden echter bemoeilykt, daar de Herr Oberste van Maldegem met den IIerr Oberste van btroobrugge (de grenspost) als kat en hond leeft. Wat de een toestaat, weigert de ander en omgekeerd. Geen inillioenengift. Eenige dagen geleden deed het bericht de ronde, dat de Amerikaansche millardair Carnegie een aanzienlijk bedrag had beschik baar gesteld voor de Belgische krijgsgevange nen. Het bericht vond geloof en in armoede verkeerende familieleden van Belgische krijgs gevangenen voelden zich reeds gelukkig in liet vooruitzicht, dat een bescheiden deel van de beschikbare gelden ook hun te beurt zou vallen. De ongelukkigen hebben zich echter blij gemaakt met een doode musch. Aan de »Köln. Zeit.* wordt n.l. uit Brus sel medegedeeld, dat het geheele verhaal van de schenking een verzinsel is. TER SBLAD. I)u Burgemeester der gemeente TER NEUZEN maakt bekend, dat Openbare Vergadering yan den Gemeenteraad zal worden gehouden op Donderdag den 13 Januari 1916, dcB voormiddags ten 10 ure. Ter Neuzen, den 7 Januari 1916. De Burgemeester voornoemd, J. HUIZING A

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensch Volksblad / Zeeuwsch Nieuwsblad | 1916 | | pagina 1