ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTiEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN Arabella de Verschrikkelijke No. 9964 WOENSDAG 13 SEPTEMBER 1939 79® Jaargang Binnenland Feuilleton ABONNEMENTSPRIJS: Binnen Ter Neuzen f 1,25 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen ir. per post 1,55 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post 5,60 per jaar Voor Belgie en Amerika 2,overige landen 2,35 per 3 maanden fr. per post Abonnementen voor bet buitenland alleen bij vooruitbetaling. ritgeefster: Firma P. J. VAN DE SANDE GIRO 38150 TBLEFOON No, 25. ADVERTENXlfiNVan 1 tot 4 regels 0,80 Voor elken regel meer 0,20. KI,F.INE ADVERTENTIENper 5 regels 50 cent bij vooruitbetaling. Grootere letters en cliche's worden naar plaatsruimte berekend. Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwelk op aanvraag verkrijgbaar is. Inzending van advertentien liefst een dag voor de uitgave. DIT BLAD VERSCHIJNT IEDEREN MAANDAG-, WOENSDAG- EN VRIJDAGAVOND. PRINS BERNHARD OP INSPECTIE TE ROTTERDAM. Z. K. H. Prins Bernhard heeft Dinsdag- ochtend namens H. M. de Koningin een be- aoek aan Rotterdam gebracht, ter bezichti- ging van verscheidene militaire objecten, die hier zijn ingericbt. Hij was vergezeld van zijn waarnemend adjudant majoor H. J. Pfaff en van den kolonel van den generalen staf H. H. Thoden van Velzen en van overate Van Houwelingen. Het gezelschap begaf zich het eerst naar de hospitaaltreinen, welke op den Rechter-Maasoever op bet terrein van Warn- bensie staan. De troepen presenteerden zich bier aan den Prins. Daarna ging men naar de Lloydkade, waar het vaartuigendepot is gevestigd. Majoor C. D. H. Dijxhoom nam hier de honneurs waar. Nadat het hooge gezelschap den dienst in oogenschouw had genomen, vertrok het circa 12 uur per auto. DE BELANGEN VAN DE GEMOBIU SEERDE DIENSTFLICHTIGEN. Verhooging van het maximum der kostwinnersvergoeding. tDe regeeringspersdienst meldt: Bij de regeering zijn eenige maatregelen in voorbereiding, welke strekken om de maat- schappelijke zorgen van de buitengewoon onder de wapenen geroepen dienstplichtigen zooveel mogelijk te verlichten. Daartoe zal o.a. het bedrag, dat ten hoogste aan kost- winnersvergoeding kan worden toegekend, van f 2,50 op 3 per dag worden gebracht, terwijl in bijzondere gevallen het bedrag van f 3 met machtiging van den minister van de- fensie nog eenigermate zal mogen worden overschreden. Dit wil niet zeggen, dat alle vergoedingen verhooging zulen ondergaan, maar dat in sommige gevallen, waarin thans reeds /2,50 per dag aan vergoeding wordt genoten, doch waarin dit bedrag niet voldoende blijkt, in verband met den achteruitgang van de ge- zins-inkomsten en b.v. in verband met de grootte van het gezin, de vergoeding kan worden verhoogd. Verder zal de verhooging soma noodig blijken ten aanzien van gezinnen, die in het buitenland verblijf houden,, daar in verschillende streken in het buitenland een andere maatstaf voor levensonderhoud moet gelden dan hier te lande. Steun voor hen, die met kostwinners- vergoeding niet geholpen zijn. Voorts is een regeling te wachten, welke beoogt steun td verleenen aan diegenen, die door opkomst in militairen dienst in onover- komelijke moeilijkheden zijn geraakt en met toekenning van kostwinnersvergoeding niet of niet voldoende geholpen zijn. De regeering heeft het hoofdbestuur van de koninklijke nationale vereeniging tot steun aan miliciens bereid gevonden zich met de uitvoering van deze regeling te belasten. Daar deze vereeniging voor dit doel niet over voldoende geldmiddelen beschikt, heeft de regeering haar een zeker bedrag aan subsidie toegezegd met de bepaling, dat deze subsidie zal worden verhoogd met een gelijk bedrag als de vereeniging van andere zijde aan brjdragen mocht ontvangen. Wanneer dus iemand de vereeniging steunt, hetzij met f 100, hetzij met een kwartje of een dubbeltje, kan hij er op rekenen, dat het rijk er evenveel bijlegt. Het adres van de vereeniging is: Amsterdam C., Weteringschans 96, terwijl het nummer van de postrekening is 12459. Beroep op aller medewerking. Uit maatschappelijk oogpunt is het ge- EEN VROOLIJKE LEEFDESROMAN van Berta Ruck. Vertaald door TEO DE WITTE. 32) Vervolg. HQGFDSTUK XVI Arabella verliefd. Het spreekt vanzelf, dat de Cattermole's een dergelijk tooneel niet ongestraft konden laten voorbijgaan. Dat zou zelfs Peggy Delamere van hen niet hebben willen en dur- ven verwachten. Mrs. Cattermole vond een zoen (onder alle omstandighedeniets ,,vreeselijk weerzin- wekkends" en haar dochters evenzeer. Hun walging voor een kus in het algemeen werd nog vergroot door het feit, dat die ontzet- tende Arabella zich had laten zoenen in hun tegenwoordigheid door... Dat deed werkelijk de deur dicht. Zij verdwenen. Zij lieten het veld geheel vrij voor de jonge vrouw. Niet om haar een genoegen te doen, want het staat te bezien of Arabella nog eenig idee had, dat er ook nog andere menschen op hetzelfde tuinpaadje stonden, waar zij met een van opwinding gloeiend gezicht aan den jongen Sharpe stond te beloven, dat zij hem voortdurende zou sehrijven, o ja, heele meters en elke week, natuurlijk! Zij zou alle brieven naar zijn oude adres sturen en als er niet iederen dag een regeltje van hem kwam aanwaaien, zou ze wel begrijpen, dat de post der soldaten vreeselijk onder censuur stond. In een broeiende donderwolk van ontstem- ming en ongenoegen verdwenen de dames Cattermole naar de hondenhokken. Maar niet om hun onmogelijke vocabulaire van wenscht, dat de plaatsen, die als gevolg van de mobilisatie zijn opengevallen, weder ge heel worden bezet. De regeering heeft in dit verband met groote waardeering vemomen, dat zeer vele werkgevers hun onder de wape nen geroepen personeel, niet of althans slechts tijdelijk hebben ontslagen en de opengevallen plaatsen ook slechts tijdelijk hebben doen be- zetten door niet-gemobiliseerden, opdat de gemobiliseerden, wanneer zij weder uit dienst komen, in him oude betrekking kunnen terug- keeren. Bovendien hebben vele werkgevers het ver- schil tusschen loon en kostwinnersvergoeding geheel of voor een deel weggenomen door het toekennen van een bijslag. De regeering beseft volkomen, dat niet alle werkgevers aldus kunnen handelen, met name niet zij, die ten gevolge van de algemeene mobilisatie zelf in min of meer groote moei lijkheden zijn komen te verkeeren. Echter moge de regeering een opwekking richten tot alle werkgevers, die tot heden in dit op- zicht hun standpunt nog niet hebben bepaald om ten behoeve van onze gemobiliseerden z66 ver te gaan, als in verband met hun eigen omstandigheden mogelijk wordt geacht. Ook het publiek kan onder de huidige om standigheden steun aan gemobiliseerden ver leenen. Vele zaken kunnen in stand worden gehouden, indien men eenige inschikkelijk- heid betoont, bijvoorbeeld door waren, welke anders aan huis worden bezorgd, zelf af te halen of te doen afhalen. In sommige zaken blijft de echtgenoote van den gemobiliseerde achter, die niet in staat is het bedrijf gaande te houden, terwijl hulp niet is te krijgen of niet kan worden betaald. Hier kan alleen uitkomst worden gebracht, wanneer anderen die over vrijen tijd beschikken belange- loos de behulpzame hand bieden. De regeering doet een beroep op iedereen, die daartoe in staat is, om te doen wat in zijn vermogen ligt om de zorgen van de ge mobiliseerden te helpen verlichten. VOORZIENING IN EEN WETTELUKE LEEMTE. Ook in een overgangstijdperk moet er gezag zijn. Bij de Tweede Kamer is ingediend een wetsontwerp tot wijziging van de wet van 10 Januari 1920, houdende nadere voorzienin- •gen betreffende de grensbewaking. In de memorie van toelichting wordt o.m. gezegd In den tijd van haar totstandkoming werd deze wet gedacht als een voorziening, be- stemd om een overgangstoestand. in te leiden tusschen den toenmaals in de grensgebieden nog geldenden staat van beleg en een meer normalen toestand, waarin aan bijzondere bepalingen op dit gebied geen behoefte meer zal bestaan. De ontwikkeling der gebeurtenissen sinds 1920 is niet een zoodanige geweest, dat van bijzondere voorzieningen op het stuk van grensbewaking kon worden afgezien, het- geen tot gevolg heeft gehad, dat intrekking der wet niet kon worden overwogen. De vraag kan zelf rijzen, hoe de gang van zaken zou moeten zijn, wanneer het onverhoopt noodzakelijk mocht blijken den door de wet van 1920 geschapen toestand in het grens- gebied wederom te vervangen door den staat van beleg. In een overgangstijd. Afkondiging van den staat van beleg in het gedeelte des lands, dat de bewakingsge- bieden omvat, heeft automatisch tot gevolg, dat de wet van 10 Januari 1920, ophoudt te gelden. Aangezien op dat tijdstip bijzondere voorzieningen noodiger zijn dan ooit, zouden deze zoo spoedig mogelijk op nieuw moeten allerlei vleinaampjes voor de vijf schatten van hondjes ten toon te spreiden. Men hield krijgsraad Ofschoon de verschillende commentaren op het juist aanschouwde en ongehoorde tafe- reel gegeven werden op dien geheimzinnigen fluistertoon, die op zich reeds een protest was tegen Arabella's schreeuwerige geluid en de keurige zinsbouw en smettelooze uitspraak in alle opzichten dames van stand verrieden, toch zou men bij het eenvoudige kind, dat hier werd becritiseerd nimmer die bijtende harteloosheid hebben aangetroffen, waarvan elk woord getuigde. „Het is altijd een ontzettend kind ge weest," zei Beryl scherp, ,,maar had men ooit kunnen Vermoeden dat ze zoover zou gaan in haar ongehoorde gedragingen?" „Om zich te laten omarmen op die uitge- sprokendie uitgesprokenzedelooze manier," kwam het heel zwakjes uit mrs. Cattermole's omshawlden mond, „door een slagersknecht, of wat hij ook geweest moge zijn. Voor mijn oogen. Op den drempel van mijn eigen keukendeur!" ,,lZag u wel, dat ze zich liet omarmen, heerementijd, ze drukte hem finaal tegen zich aan, moeder," zei het enfant terrible, dat de laatste tien minuten geen enkel detail van al het gebeurde had laten verloren gaan. ,,En ze kuste hem terug ook, en niet zoo zuinig. Ik heb het zelf gezien, en gehoord..." ,,En dat na haar pretenties, dat ze inder- daad zoo difficile was. Dat alles nadat ze twee uitgesproken gentlemen heeft gewei- gerd... waarvan er een niemand minder dan een officier uit Eric's regiment was. Sinds Eric haar zoo duidelijk heeft te verstaan ge geven, dat hij van haar banaliteit allerminst was gediend, heeft ze in een heel verklaar- bare reactie toegegeven aan haar natuurlijke voorkeur voor de jongelui van haar eigen soort. Ik moet je eerlijk bekennen, dat ik het kind, dat overigens mijn algeheele ver- achting had, toch niet dorst te verdenken van dergelijke, lage handelingen. Een clandestien liefdesavontuur met een slagersjongen. En worden getroffen. Het is echter niet te ver- mijden, dat er tusschen de afkondiging van den staat van beleg en het van kracht wor den der nieuwe, door het militair gezag te geven voorschriften en beslissingen eenigen tijd verloopt. De contimuteit wordt dus ver- broken, een omstandigheid, die eenig gevaar in zich bergt. Het is daarom raadzaam het ontstaan van deze consequentie te voorkomen. Dit kan op zeer eenvoudige wijze geschieden door het- geen bij en krachtens de wet is bepaald zijn kracht te doen behouden, zoolang het niet door andere, door het militair gezag vast- gestelde, voorzieningen wordt vervangen. De overgang wordt dan geleidelijk, mitsdien wordt voorgesteld door middel van een redac- tiewijziging van artikel 1 der wet dezen ge- leidelijken overgang vast te leggen. Het ligt voor de hand om in de nieuwe redactie naast den staat van beleg ook den staat van oor- log te vermelden. Voorts lijkt het wenschelijk de gelegenheid te benutten nog een andere verbetering in de wet van 10 Januari 1920 aan te brengen. In ge volge haar artikel 3 kan het verblijf binnen de bewakingsgebieden worden ont- zegd aan personen, wier aanwezigheid aldaar in het belang van de grensbewaking niet kan worden geduld. Aangezien de wet met grens bewaking kennelijk alleen bedoelt de politio- neele grensbewaking en niet de militaire grensbeveihging, moet de wettelijke formule »in het belang der grensbewaking" strikt ge nomen te eng worden geacht. Op grond hiervan wordt voorgesteld voor ..in het belang van de grensbewaking", te lezen: ,,in het belang van 's lands veiligheid of van de grensbewaking". De strekking van de voorgestelde wets- wijziging brengt met zich, dat zij zoo spoedig als mogelrjk is in werking trede. 4 DE RAMP VAN DE „WHXEM VAN EWIJCK". Kranslegging bij het monument „Voor hen die vielen". Naar gemeld wordt, zal begin volgende week op een door den marine-commandant nog nader te bepalen dag door den schout- bij-nacht H. Jolles, namens de geheele marine, aan den voet van het monument ,,Voor hen, die vielen" op het Havenplein te Den Helder, een krans gelegd worden, ter eere van de nagedachtenis der vermisten bij de ramp van de ,,Willem van Ewijck". Deputaties van alle schepen en maritieme inrichtingen zullen hierbij, evenals een depu- tatie van de landmacht, tegenwoordig zijn. Bij deze plechtigheid, die zal worden opge- luisterd door de stafmuziek der Kon. Marine, zal ook aan vereenigingen en particulieren in beperkte mate gelegenheid worden ge geven door het leggen van een krans de nagedachtenis der slachtoffers te eeren. Behalve het telegram van rouwbeklag, dat aan den commandant der marine te Willems- oord met betrekking tot de ramp van de ,,Van Ewijck" door het hoofdbestuur der Kon. Nederlandsche Vereeniging ,,Onze Vloot" werd gezonden zal tevens namens genoemd hoofdbestuur een krans worden gelegd bij het monument ,,Voor hen die vielen" te Den Helder. Pleehtige Kequidm-mis voor de R.K. slachtoffers. Woensdagochtend te negen uur zal in de R. K. parochiekerk van de H.H. Petrus en Paulus te Den Helder door den vlootaalmoe- zenier, majoor H. J. Bangert, een pleehtige Requiem-mis worden opgedragen voor de zielerust van de elf omgekomen R. K. slacht offers bij de ramp van de „Van Ewijck". dat na al haar pretentieuse eischen... ik vrees zelfs dat deze betreurenswaardige handelin gen al den tijd, dat zij de gastvrijheid van een der eerste Engelsche huizen heeft aan- vaard, zijn door gegaan. Zonder dat wij ook maar eenig vermoeden hadden, dat de eer van ons geslacht, van onze familie, van ons eerbiedwaardig familiegoed door dat ver schrikkelijke schepsel door het slijk werd gesleurd. Het moet zelfs voor dien onmogelijken dwingeland van haar ouden vader verborgen zijn geweest. Ik vermoedde altijd, ondanks mijn groeiende ontstemming voor onze gast, dat ze tenminste 'n zekere openhartigheid bezat, al geef ik toe, dat die ons herhaalde malen op het randje van ons uithoudingsver- mogen heeft gebracht. We hebben nu het sprekende taewijs, dat ze door en door sluw en gemeen en achterbaks is. Ik herhaal, dat ze doortrapt gemeen, stiekum en eerloos was en blijven zal... door en door slecht, door en door.'.." Zij was in staat om aan dit bijwoord al de adjectieven te koppelen die men zich maar uit kan denken om de vermetelste ondeugden van zijn evenmensch af te schilderen. Maar Peggy Delamere, de eenige van het geheele gezelschap, die werkelijk eenig in- zicht had op het zeer origineele karakter van hun onbehouwen gast, viel haar in de rede. Het goede kind, dat immers zooveel aan Arabella had te danken, kon zich niet weerhouden haar thans de hand boven het hoofd te houden. Zij kon het niet uitstaan, dat dit zonnige kind door de kortzichtige nichten en haar onmogelijke tante .gewoon- weg aan stukken werd gereten. Daar kwam nog bij, dat Peggy sinds enkele dagen haar bedeesde houding van verschoppeling en arm famiiielid geheel had laten varen. Ze slaag- de er maar al te goed in om zich te doen gel den, tot groeiende ontstemming en veront- waardiging der drie nichten. Voordat Ara bella haar op zoo'n doorslaande wijze aan het verstand had gebracht, dat ieder meisje pre- cies waard was, wat ze zelf wenschte te zijn, De marine-commandant, schout-bij-nacht H. Jolles, zal deze plechtigheid bijwonen. Ook de overlevende leden van de bemanning van het verongelukte schip en de overige R.K. schepelingen zullen, voor zoover de dienst toelaat, tegenwoordig zijn. SLACHTOFFERS VAN DE „WILLEM VAN EWIJCK" BEGRAVEN. De vlaggenparade te Willemsoord had Dins- dagmorgen een bijzonder karakter. Van alle in de haven en op de werf liggende schepen en van de maritieme gebouwen aan de buiten- haven werden vlag en geus halfstok geheschen ten teeken van rouw om de slachtoffers van de ramp, die Vrijdagmiddag den mijnenveger Will em van Ewijck"' trof en waarvan er heden vier ten grave werden gedragen. Op de algemeene begraafplaats te Huis- duinen werd ter aarde besteld het stoffelijk overschot der beide officieren, den comman dant van de „Willem van Ewijck", den luit. ter zee lste klasse J. E. ten Klooster en den luit. ter zee der Kon. Marine-reserve G. Anema. Tegen een upr werd de rouwstoet voor het Marinehospitaal en het directiegebouw gefor- mcerd. Voorop de tamboers en pijpers van de mariniers, daarachter de stafmuziek der Kon. Marine onder leiding van kapelmeester Leistikow. Vervolgens kwam het vuurpeleton der mariniers. Achter het vuurpeleton volgenden 24 onder officieren, die als dragers fungeerden. 12 voor elke baar. Hierachter reden de twee lijkauto's. Aan het hoofd der in ceremonieel tenue gestoken militaire troepen liep de luit. ter zee lste klas G. B. Salm, die het commando voerde. Langzaam, in paradepas, onder de treur- muziek van de stafmuziek, die treurmarschen van Chopin en Beethoven speelde, afgewisseld door het geroffel en gefluit van de tamboers en pijpers, bewoog de lange, indrukwekkende stoet zich naar de begraafplaats. Overal langs den weg, doch vooral in de binnenstad, hadden zich duizenden opgesteld, om het plechtig en indrukwekkend schouwspel van deze militaire begrafenis gade te slaan. Mannen ontblootten eerbiedig het hoofd brj het passeeren van den rouwstoet; militairen brachten een saluut. Op de begraafplaats had zich intusschen ook reeds een groote menigte belangstellenden verzameld, waaronder tal van militaire auto- riteiten. H. M. de Koningin werd vertegen- woordigd door den gep. schout-bij-nacht C. baron de Vos van Steenwijk. Kapt. ter zee J. G. v. d. Berg vertegenwoordigde den Minis ter van Defensie en kapt. ter zee J. W. G. van Bengel den chef van den marinestaf. Elke kist, gedragen door 12 onder-officieren was bedekt met de Nederlandsche vlag, waar- op gehecht waren sabel, steek en epauletten van den overledene. Na twee eere-salvo's daalden de kisten in het graf. Daarop werd het derde en laatste salvo gelost. Vele kransen, waaronder een van de Kon. Marine, dekten de beide graven. K. J. J. LOTSY LEIDER DER ONTSPANNING VOOR MILITAIREN. Naar het Handelsblad verneemt, is de heer K. J. J. Lotsy door de militaire autoriteiten aangezocht zich te willen belasten met de algemeene leiding van de ,,ontspanning voor militairen De heer Lotsy, wien daarvoor de rang van kapitein wordt toegewezen, heeft zich daaroe bereid verklaard. Naar wij voorts vememen, ligt het in de bedoeling een Algemeen Bureau voor Ont- spanning voor militairen te Den Haag te vestigen. De heer Lotsy zal daar door ver schillende officieren geassisteerd worden. had Peggy zich bepaald tot een figuur van den achtergrond. Thans kwam ze steeds bewuster en zelfverzekerder naar voren. Ze had haar eigen plaats ingenomen in het kwar- tet, dat hierdoor tot een kwintet was uitge- groeid. Zij was vast besloten succes te heb ben bij den Eric van haar hart. Nu de eenige concurrente zich bewust en opofferend had teruggetrokken, kreeg Peggy den moed, die alleen de liefde aan een meisje kan geven. Peggy Delamere was .een vrouw geworden met een eigen oordeel, een hernieuwd besef van eigenwaarde en een onbuigbaren wil, dit oordeel en die eigenwaarde voorgoed tot gel ding te laten komen. Peggy Delamere sprak dus en ze deed het met die vastheid en over- tuiiging, die op zich reeds waarde schenken aan het betoog. Tante Sybil, ik geloof absoluut niet, dat Arabella ook maar iets verdient van den smaad, dien u haar aanwrijft. Ze is in mijn oogen nog nooit verraderlijk gemeen of stie kum geweest en ik kan u toch wel verzeke- ren, dat ik wellicht de eenige ben, die haar van dichtbij ken. Neen, u mag miss Ames niet zoo betichten, vooral indien uw oordeel slechts steunt op een verbazend toevallige ontmoeting met een vroegeren kennis. Ik kan me voorstellen, dat u zich eenigszins vreemd te moede voelde, toen Arabella op haar im- pulsieve manier afscheid nam van dat jong- mensch. Het is overigens in het geheel geen slagersjongen, maar de vertegenwoordiger van denzelfden tongenfabrikant, dien u elken middag hemelhoog prijst om zijn goede kwa- liteiten. Hij de vertegenwoordiger bedoel ik deed altijd heel drukke zaken met Ara bella's vader en zoo kwam het, dat de jonge lui elkander intiem leerden kennen. Zij zijn als het ware jeugdvrienden geworden." Zelfs te/genover je allerintiemste kennis- sen," viel Amber haar in de rede met een stem van ijsgekoelde azijn, „ben je niet zoo demonstratief, indien het jongelui blijken te zijn." ..Maar hij vertrekt hhar het front, tante! Ovbr enkele weken zit hij in dien verschrik- Het betreft niet alleen de ontspanning voor militairen op sport-, doch op allerlei ander gebied als onderwijs, muziek, voordracht enz. De heer Lotzy zal zijn geheele persoon in dienst stellen van dit groote belang voor de militairen. DE NEDERLANDSCHE ONZIJDIGHEID EN DE PERS. Uit de onderscheidene persorganisaties hier te lande heeft zich een commissie ge- vormd, welke zich ten doel stelt, eensdeels in 's lands belang een zoo groot mogelijke ob- jectiviteit in de pers te bevorderen en ander- deels die belangen der pers, welke met de huidige tijdsomstandigheden samenhangen bij de overheid te behartigen. In deze commissie hebben zitting de heeren J. W. Henny, voorzitter van de vereeniging De Nederlandsche Dagbladpers; Leo Arts, voorzitter van de Nederlandsche R.K. Dag bladpers; G. Polak Daniels, vice-voorzitter van den Nederlandschen Joumalistenkring en Mr. H. F. A. Geise, voorzitter van de Neder landsche R.K. Journalistenvereeniging. Voor zitter van deze commissie is de heer J. W. Henny, secretaris is Mr. H. F. A. Geise, Lorentzkade 23, Leiden. (N. R. Crt.) DRIJVENDE MIJNEN GEMELD. Dinsdagmorgen te 10.30 uur werden in de Vliestroom drrjvende mijnen gemeld. In Texelstroom hij Oude Schild zijn twee drij- vende mijnen gemeld, welke door marine- vaartuigen werden gevolgd. PE AVRO-MORGENWIJDINGEN. Naar aanleiding van geruchten, welke ons bereikten over het aftreden van den predi- kant-N.S.B.-raadslid ds. mr. W. C. Ekering, deelde men van de zijde van de AVRO mede, dat inderdaad ds. mr. Ekering is afgetreden als leider van de morgenwijdingen bij de AVRjO en dat hij is vervangen door ds. J. C. Koningsberger. De reden van zijn aftreden is gelegen in een conflict met het bestuur. (Volksblad.) DE ALGEMEENE VORDERINGSWET 1939. Dinsdag is uitgegeven Staatsblad no. 685, bevattende het besluit van 6 September, hou dende uitvoering van artikel 4, le lid der algemeenen vorfleringswet 1939. Blijkens dit Kon. besluit kunnen vanwege den Minister van Oeconomische Zaken perso nen worden aangewezen om namens hem vor- dcringen krachtens de algemeene vorderings- wet 1939 te doen. Een dergelijke machtiging zal geen langeren looptijd hebben dan edn maand. De gemachtigden zullen slechts goe- deren ter beschikking in gebruik mogen vor- deren voor ten hoogste een maand. CHR.-HIST. TWEEDE KAMERFRACTIE. De Chr.-Historische Tweede Kamerfractie heeft benoemd tot voorzitter den heer H. W. Tilanus en tot secretaresse mevr. mr. C. F. Baronesse Mackay-Katz. PERIODIEKE VERLOVEN VOOR DE GEMOBILISEERDEN. De Regeeringspersdienst meldt, dat een regeling is getroffen voor de periodieke ver- loven. Deze komt hierop neer, dat het per soneel der landmacht, een enkele categorie uitgezonderd, in elke kalendermaand twee maal twee dagen verlof kan krijgen. Het personeel der marine krijgt drie dagen per drie weken of vier dagen per vier weken. Er zullen extra treinen worden ingelegd, waarmede de betrokkenen voor rijksrekening zullen kunnen reizen. De regeling treedt Zondag in werking. kelijken oorlog! Denk daar eens even over na!" pleitte Peggy. De jongen heeft geen vader en moeder en Arabella heeft altijd een bijzonder zwak gehad voor weeskinderen. Ze staat in het geheele dorp bekend voor haar buitengewone vriendelijkheid en hulpvaardig- heid. Ze leeft gewoonweg op, als ze een kraamvrouw of een zieke moeder wat kan helpen in het huishouden. Ze heeft altijd iets van een moedertje weggehad. Ik kan me best voorstellen, dat je dan niet precies meer weet of wenscht te weten, wat wetenschap- pelijk nog gepast of niet gepast is," vlijmde Peggy Amber terug, terwijl ze inmiddels dacht aan wat ze zelf nog zou doen, indien Eric ineens voor haar kwam staan om af scheid te nemen... wellicht voor goed. Niemand antwoordde. Eindelijk verbrak Peggy de stilte weer. ,,Dat maakt toch onmiddellijk een groot verschil tante Sybil," drong ze nog eens aan. ,,Ze zoende hem slechts, omdat het wellicht voor het laatst zou zijn." ..Beste Peggy, je staat allerlei dwaze taal uit te slaan bij je gebrekkig pogen om dat onmogelijke kind nog te vergoelijken in een daad, die een uitgesproken beleediging tegen ons geslacht en tegen ons huis is," velde mrs. Cattermole ten slotte een onherroepelijk von- nis. Zij had zich in al de waardigheid van meesteresse van een eeuwenoud landgoed op- gericht. Haar oogen vlamden ditmaal van werkelijke verontwaardiging. Ze kende de schande, die spoedig over 't geslacht Catter mole zou neerkomen. Want, de meiden en de jongens zouden kletsen en spoedig zou de geheele Londensche society weten en het glunderend verder vertellen, dat de meeste resse van ,,De Schuur" logees had, did in haar tegenwoordigheid stonden te vrijen met slaigersjongens. ,,'Het kan best mogelijk zijn, dat het de laatste keer geweest is," vervolg- de ze. ,,Ik kan je daar zelfs wel mijn eigen onverbiddellijk woord op geven. Maar het was in ieder geval niet voor de eerste maal." (Wordt vervogd.)

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1939 | | pagina 1