ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSGH-VLAANDEREN
Marion's grooteavontuur
No. 9850
WOENSDAG 14 DECEMBER 1938
78e Jaargang
Binnenland
Feuilleton
EERSTE BLAD
NEUZENSCHE CO If RANT
ABONNEMENTSPRIJSBinnen Ter Neuzen f 1,25 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen
fr. per post f 1,55 per 3 maanden Bg vooruitbetaling fr. per post f 5,60 per jaar
Voor Belgie en Amerika 2,overige landen 2,35 per 3 maanden fr. per post
Abonnementen voor het buitenland alleen bg vooruitbetaling.
Uitgeefster: Firma P. J. VAN DE SANDE
GIRO 38150 TELEFOON No. 25.
ADVERTENTIeNVan 1 tot 4 regels 0,80 Voor elken regel meer f 0,20.
KLEINE .ADVERTENTIeNper 5 regels 50 cent bg vooruitbetaling.
Grootere letters en clichd's worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bg regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwelk op aanvraag
verkrijgbaar is. Intending van advertentien liefst een dag voor de uitgave.
DIT BLAD VERS^IUJNT IEDEREN MAANDAG-, WOENSDAG- EN VRIJD.AGAVOND.
PRINS BERNHARD NAAR ENGELAND.
Prins Bernhard is Dinsdagavond om half elf
aan boord van het stoomschip Vienna" van
de Harwich-lijn uit Hoek van 'Holland naar
Engeland vertrokken. Ook dr. Schacht, de
president van de Duitsche Rijksbank, reisde
met dit schip.
PRINS BERNHARD BESCHERMHEER
VAN „STEUN AAN MILICIENS".
Het hoofdbestuiur der koninklijke nationale
vereeniging ,,Tot Steun aan Miliciens", deelt
mede, dat Prins Bemhard der Nederlanden
het beschermheerschap dezer vereeniging
heeft will en aanvaarden.
De genoemde vereeniging gefiiet reeds
hooge bescberming van H. M. de Koningin.
DER
WIJZIGING
ONGEVALLENWETTEN.
Bg de Tweede Kamer zijn ingediend twee
wetsontwerpen tot wijziging van de Ongeval-
lenwet en van de Land- en Tuinbouwongeval-
lenwet.
Zooals de onigevallenwetten thans luiden,
heeft een arbeider, die tengevolge van oor-
iogsdaden wordt getroffen gedurende het ver-
richten van zijn werkzaamheden of op den
gang van zijn huis naar zijn werk of omge-
keerd, aanspraak op schadeloosstelling over-
eenkomstig die wetten.
De mogelijkheid van verliezen onder de
burgerbevolking, en derhalve ook onder de
arbeiders, kan in een modemen oorlog zo6
groot worden, dat de ongevallenpremie te
zwaar zou gaan dnukken op de verzekerings-
plichtige bedrijven. Ook is het duidelijk, dat
dit risico met kan worden beschouwd als een
risico, verbonden aan het werkzaam zijn in
een bepaald bedrijf.
Daarom schijnt het den minister noodig,
dat de werking der beide ongevallenwetten
wordt beperkt tot schaden, ontstaan uit ande-
ren hoofde dan uit gewelddaden, gepleegd in
een gewapend conflict. Deze beperking be-
hoort, naar het hem wil voorkomen, niet
slechts te gelden voor het geval van een
gewapend conflict, waarin ons land als partg
is betrokken, maar zij behoort algemeen te
gelden, derhalve bij elk gewapend conflict,
waarin Nederland al of niet als partij is be
trokken.
Zoodra de Regeering het noodig acht maat-
regelen te treffen ten behoeve van de strate-
gische veiligheid, zullen in het grensgebied
vain ons land door burgers verschillende
werkzaamheden moeten worden uitgevoerd,
als de aanleg van verdedigingswerken, het
maken of voorbereiden van versperringen of
vemielingen en het vervoer van materialen.
De billijikheid eisdht, dat, zoolang de staat
van oorlog of van beleg niet is afgekondigd,
de vorenbedoelde burgerpersonen, die aldus
ten bate der gemeenschap werkzaamheden
verrichten, verzekerd zijn tegen geldelijke
gevolgen, van hun in verband met die werk
zaamheden overkomen ongevallen, zonder
onderscheid of de betrokkene voor zijn arbeid
al dan niet een belooning ontvangt.
Een daartoe strekkend nieuw artikel wordt
voorgesteld.
DE NATIONALE COLLECTE.
Thans J 430.000 bijeen.
De vanwege het Nederlandsche jeugdleiders-
instituut georganiseerde geldimzameling ten
bate van de vervolgden om geloof of ras
Roman van I. F. J. Groothedde.
Nadruk venboden.
36)
Vervolg.
Met zwaar-ronkende motoren kwam het
vliegtuigen opdagen, streek weg over hun
hoofden en weer viel iets naar beneden.
„Begrepent We landen bij terugkeer. Bhjf
bg den boschrand", las Pat in de tweede bood-
schap.
Jim Pavlick opende plotseling zijn oogen en
staarde angstigverbaasd naar de zoldering
van de shack.
Wat was dat voor geraas? ,,Een vliegtuig",
schoot het door zijn hoofd, „ik kan me niet
vergist hebben, een vliegtuig! Huddlesfield!
Politie!*"
Het scheen of die woorden zijn hersens
beukten. Met een gesmoorde kreet richtte hij
zich op, doch viel als een blok lood weer neer,
kreunend met pijnlijkverwrongen gezicht.
„Vervloekt, mijn beenen zijn gebroken."
Weer naderde het vliegtuigengeraas. Hij
luisterde ernaar, terwijl het angstzweet op
zijn voorhoofd kwam parelen, „Huddlesfield,
hg komt me halen om zich te wreken", kreun-
de hij, ,,en ik, ik kan niet weg."
De ontzettende angst der vervolging kwam
op hem aanstormen. In zijn oogen verscheen
een gloed van waanzin, van pure doodsangst.
,,Ik... ik... ze krijgen me niet... ik..."
Koortsachtig tastte hij rond naar zijn revol
ver, maar vond hem niet. Zijn verwilderde
blik zwierf door de kamer en bleef als ge-
magnetiseerd op de kachel rusten. ,,Ik... ik...
ze krijgen me niet." Hij steunde op zijn han-
den en wist zich, ondanks de ondragelijke pij-
nen, naar de kachel te slepen. Even bleef hij
hijgend liggen, verwarde klanken uitstootend.
Dan wentelde hij zich op zijn borst, greep de
pooten van de kachel en trok hem met een
geweldigen ruk omver.
Baby, Tom, Pat en Hall keken met span-
heeft Maandag een totaal van 430.000 be-
reikt. Van eenige tientallen, meest kleine
gemeenten is nog geen opgave binnengeko-
men. In deze plaatsen is later in vele
eerst Zondag gecollecteerd.
HUTSPOT TE GRONINGEN.
Te Groningen is een nieuwe keuken ge-
bouwd, waar de van gemeentewege ver-
strekte schoolvoeding voor 1300 kinderen op
de meest mod erne wijze wordt bereid. Deze
installatie is eenig in ons land. B. en W.
van Groningen hebben een bezoek aan de in-
richting gebracht waarbij zij gelegenheid
hadden den juist klaargemaakten hutspot te
proeven.
EEN NATION A AL-SOCIALISTISCH
VOORST EI..
Het nationaal-sociailistische Tweede Kamer-
lid De Marchant et d'Ansembourg heeft aan
Minister Colijn de volgende vragen gesteld:
1. Heeft de Minister er kennis van geno-
men, dat de opbrengst van de collecte voor
Joodsohe vluchtelingen, gehooiden 3 Decem
ber j.l., meer dan vierhonderdduizend gulden
zou hebben bedragen?
2. Heeft de Minister er kennis van geno-
men, dat de opbrengst van de inzameling voor
de winterhulp aan het Duitsohe volk, gehou-
den op 3 December j.l., den dag van de Duit
sche colidariteit, meer dan vijftien millioen
Reichsmark zo,u hebben bedragen
3. Is de Minister niet van meening, dat
gezien de sub 1 en 2 genoemde bedragen een
b.v. op Zaterdag 17 December van regeerings-
wege te houden Kerstinzameling „zorg voor
eigen volk" tenminste een millioen gulden zou
behooren op te brengen, waarmede de nijpende
nood van vele tienduizenden volksgenooten
zou kunnen worden gelenigd?
4. Is het den Minister befcend, dat de lei-
der der Nationaal-Socialistische Beweging
bereid is, tienduizend collectanten en collec-
trices voor het doen slagen van de sub 3 be-
doelde Kerstinzameling beschikbaar te stel-
len
5. Is de Minister bereid de sub 3 bedoelde
inzameling te organiseeren en het aan bod van
den leider der Nat. Soc. Beweging ter aan
vaarden
UITBREIDING PROV. GRIKF1E VAN
ZEELAND.
Bij de overweging in de afdeelingen der
Eerste Kamer van het ontwerp van wet tot
verklaring van het algemeen nut der onteige-
ning van perceelen, enz. noodig voor en ten
behoeve van het uitbreiden van de bureel-
ruimten der Provinciale Griffie van Zeeland
en van de gelegenheid tot bewaring van archi-
valia in het rijks-archiefdepot in Zeeland te
Middelburg, werd vrgwel algemeen instem-
ming er mede betuigd.
En in verband met de noodzakelijkheid van
een minder beperkte huisvesting van het
Provinciaal gouvemement iij Zeeland, zoo
werd opgemerkt, en uit een oogpunt van vei-
ligstelling van de belangen van het Abdij-
oomplex en daarmede van groote belangen
der gemeente Middelburg, en om financieele
redenen, moet de juistheid van de voorstellen
der regeering worden erkend.
TWEE-EN-TWINTIG KINDEREN DIE NIET
WERDEN TOEGELATEN.
De correspondent van het Handelsblad te
Nijmegen schrgft:
Naar aanleiding van het feit, dat Zondag-
ning toe, hoe het vliegtuig laag over de hun
kwam aanzielen. Plotseling zwegen de moto
ren, zoodat een vreemde, adembenemende
stilte de lucht vulde. In een sierlijke boeht
daalde het vliegtuig als een reuzenvogel,
zweefde vlak over den grond en streek neer,
terwijl de motoren opnieuw ronkten, doch even
plotseling weer zwegen. Statig gleed de ma
chine voort. De mannen konden zich niet meer
bedwingen en snelden toe met groote spron-
gen. Pat gleed uit in zijn haast en sleepte Tom
en Hall in zijn val mee, zoodat de kleine Baby
als eerste het vliegtuig bereikte en de inmid-
dels uitgestegen bemanning de hand reikte,
zegevierend naar de andere drie knipoogend,
toen deze aankwamen. Ook zg begroetten de
drie vliegeniers en Pat beet Baby toe:
,,Ik zal het je betaald zetten, je hebt me een
beentje gelicht."
Baby had al een spottend antwoord op de
lippen, maar ineens sperde hij zgn mond ver
open en riep, verschrikt wijzend: ,,De shack!"
Ze draaiden zich bliksemsnel om en zagen
grijs-zwarte rookwolken uit de geopende deur
naar buiten zwalpen. Brand!", kreet Pat en
sprong weg. De anderen volgden hem zoo snel
ze konden, ook de vliegeniers, waarvan er een
een snelbluschapparaat uit het vliegtuig haal-
de. Pat had de hut het eerst bereikt en stoof,
zonder op vuur en rook te letten, naar binnen.
Eenige seconden later kwam hij weer naar
buiten, Jim* Pavlick met zich meesleepend. De
vliegenier duwde de anderen opzij, richtte zijn
apparaat op den vuurgloed in de kamer, sloeg
er met zijn vuist op en had met de schuim-
straal in enkele minuten tijds het vuur, dat
nog in het beginstadium verkeerde, bedwon-
gen. Hall sleepte de nog brandende kachel
naar buiten en de Ieren, die blijkbaar nog niet
gerust waren, brachten hun kisten in veilig
heid.
,,Dat had slechter af kunnen loopen", lachte
een der vliegeniers, ,,mag ik me even voor
stellen, ik ben Huddlesfield, inspecteur van de
Berenden Politie. Dit hier is Culham, ook van
de Bereden en dat is onze piloot, Mr. Middle-
ford."
De mannen bogen zwijgend. In het Noorden
noemde men geen namen. De inspecteur
scheen dit ook niet te verwachten en vervolg-
de: ,,We zijn op zoek naar een zekeren Jim
Pavlick uit Kansas."
avond 22 Joodsche kinderen, die met een
trein, waarmede 600 kinderen uit Weenen in
een officieel transport te Nijmegen waren
aangekomen, eveneens de grens hadden over-
schreden, maar die later weer naar Duitsch-
land waren teruggezonden, hebben wij te be-
voegder plaatse geinformeerd naar de motie-
ven, die aan deze beslissing ten grondslag
liggen. Men wees ons er in de eerste plaats
op, dat deze kinderen van geen enkel docu
ment voor grensoverschrijding waren voor-
zien. Bovendien waren zij afkomstig uit
Berlijn en daar de route BerignNederland
niet over Nijmegen gaat, stond wel vast, dat
het hier een poging betrof om langs den weg
van den minsten weerstand ons land binnen
te komen. Dat hiervoor Nijmegen was uitge-
kozen vindt zijn verklaring in het feit, dat
thans een officieel transport van honderden
kinderen te Nijmegen zouden aankomen en de
Berignsche kinderen hebben vermoedelijk ge-
dacht, dat zij er bij deze gelegenheid wel door
konden glippen.
Een tweede omstandigheid is, dat de laat-
ste weken in Nijmegen kinderen, die op eigen
gelegenheid naar ons land waren gekomen, na
overleg met de betrokken instanties en alhoe-
wel zg niet in het bezit van de vereischte
papieren van toelating waren, toch nog wer-
den toegelaten. Als regel gold hierbij als
maatstaf, dat him vader in een concentratie-
kamp vertoefde en de moeder overleden was,
zoodat de kinderen geheel aan hun lot waren
overgelaten.
Nu deed zich het opmerkenswaardige geval
voor, dat door de strenge voorschriften der
laatste weken het verschgnsel, dat mede-
lijdende reizigers kinderen uit Duitschland
medenamen, vrgwel tot het verleden behoor-
den. Evenwel het feit, dat te Nijmegen toch
kinderen, die niet de vereischte papieren had
den, waren toegelaten, was in Duitschland,
door briefwisseling met betrekking van de
betrokken kinderen, wereldkundig geworden
en het gevolg daarvan was, dat het aantal
kinderen, dat op eigen gelegenheid naar ons
land kwam, te Nijmegen zeer sterk toenam.
Hierdoor ontstond een onhoudbare toestand
en daarom werd van hoogerhand bepaald, dat
deze kinderen in den vervolge onvoorwaarde-
igk moesten worden teruggestuurd. Men
meent te moeten aannemen, dat de kinderen
niet geheel op eigen gelegenheid naar ons
land gekomen zijn. maar dat zij tot aan het
Duitsche grensstation, in dit geval Kranen-
burg, onder geleide zijn gebracht en daama
op den trein gezet naar Nijmegen. De afwij-
king van de route BerignNederland wijst
ook in deze richting. Maar, hoe dan ook, er
worden nu officieele kindertransporten toege
laten en aan de laatstelijk voorgeschreven
gedragsig'n wordt onverbiddelijk de hand ge-
houden, zoodat de pogingen om voor de 22
van Zondagavond alsnog toelating tot ons land
te verkrijigen, zonder resultaat zijn gebleven.
Nog denzelfden avond zgn zij naar Duitsch
land teruggezonden.
DE HERDENKING VAN DEN
„GROOTEN TREK".
Het A. N. P. meldt uit Pretoria: De voor-
bereidmgen ter viering van het eeuwfeest van
den ..grooten trek" zijn thans gereed. De
feestelijkheden zullen haar hoogtepunt berei-
ken op Vrgdiag 16 December, d.w.z. precies
honderd jaar na den slag biji de Bloedrivier,
waar een kleine boerenmacht de Zoeloe's ver-
sloeg en daarmede het Noorden des lands
open legde voor de blanke kolonisten. Dien
dag zal de eerste steen gelegd worden voor
een gedenkteeken. waarvoor een fonds ten be-
drage van 130.000 pond bijeengebracht is. De
Vier paar oogen wendden zich naar de roer-
looze gedaante in de sneeuw, dien ze in hun
constermatie geheel vergeten hadden.
„Waarachtig, we hebben hem", riep Cul
ham, die zich over hem heengebogen had, ,,een
plotselinge meevaller na al den tegenspoed."
Hall en Pat namen Jim op en droegen hem
op bed in de kamer, waar intusschen alle rook
uitgetrokken was. Tom en Baby brachten de
kachel weer op zgn plaats, die blijkbaar door
een of ander toeval omgevallen was. Hall
boog zich over Jim heen en fluisterde
,,De kerel is er leelijk aan toe, hij is over-
de'kt met brandwonden. Een geluk nog dat hij
zgn kleeren niet aan had. Hij moet uit de
dekens gekropen zijn, waarin we hem gewik-
keld hadden".
Op dit moment opende Jim zijn oogen,
kreunde zacht en begon ineens fluisterend te
spreken, terwgi de aanwezigen ademloos toe-
luisterden.
,,Ben jij het, Pennock?'
,,Wat zegt hij, Pennock?" vroeg de inspec
teur verrast, Culham aanstootend. Hall wenk-
te om te zwijgen en Jim, die blijkbaar de Ln-
terruptie niet gehoord had, vervolgde:
..Gelukkig, ik dacht, dat het Huddlesfield
was. Ik hoorde een vliegtuig en trok de kachel
om, om te verbranden, voor hij kwam. Hij
achtervolgt me al sinds maanden, ik schoot
hem neer, maar zijn geest zal me blijven ver-
volgen. Was er geen vliegtuig? Ik hoorde het
toch duidelijk". Hij sloot zijn oogen, ademde
diep en hervatte, nog zachter sprekend dan
tevoren
,,Ben jij daar. Hall Pennock? Ik moet je wat
vertellen. Jij hebt gewonnen, want ik ga ster-
ven. Maar toch heb je het verspeeld. Ik joeg
het vee weg, ik stak Marion's Ranch in brand,
maar ze denken, dat jij het gedaan hebt en
daarom kun je nooit terug gaan naar Marion'
Weer maakte de inspecteur een verraste
beweging en keek Culham veelbeteekenend
aan. Jim's handen grepen krampachtig in de
dekens. Hij richtte zich half op, sperde zijn
oogen wgd open en hijgde:
,,Je hebt het gewonnen, Pennock... ik zeg, je
hebt het verspeeld, want want... ik schoot
haar dood."
Hg viel achterover. Vol entzetting staarde
Hall in de brekende oogen. Hij greep hem
steenlegging zal worden verricht door drie
vrouwelijke afstammelingen van de oorspron-
kelijke voortrekkers, te weten mevr. D. P.
Ackerman, achterkleindochtervan generaal
A. H. Potgieter; mevr. J. C. Muller, klein-
dochter van A. W. J. Pretorius en mevr. J.
C. Preller, achterkleindochter van Piet Retief.
De plechtigheid zal voorts worden bijgewoond
door ruim 100.000 Zuid-Afrikanen, gekleed in
historiseh costuum.
Het officieele program begint Dinsdiag
alhier met een godsdienstoefening en een
film voor kinderen. Dien dag zullen de
,,Ossewa", die vier maanden geleden hun
herdenkingstrek in Kaapstad en andere ste-
den aanvingen, arriveeren en op grootsche en
feestelijke wijze worden ontvangen. Des avonds
zullen fakkeldragers uit Kaapstad en Din-
gaanstad aankomen. Aan dezen fakkelloop
is deelgenomen door 1400 jongemannen, die
elk een mijl afgelegd hebben in omstreeks 12
minuten. De eerste fakkeldrager vertrok op
30 November uit Kaapstad.
Den volgenden dag Woensdag zullen nabg
de plaats van het gedenkteeken vijftig jonge
paren door predikanten van de Hervormde
Kerk in den echt verbonden worden. Alle
bruidsparen zullen gekleed zijn in voortrek-
kerscostuum. De bruiden zullen geen schoon-
heidsimiddelen mogen gebruiken en lang haar
moeten dragen onder hun ,,kappies". De brui-
degoms moeten een baard dragen, en overi-
gens geheel in voortrekkerscostuum, met
,,veldskoene" en groote hoeden gekleed zijn.
Vrijdag, Dingaansdag, zal de groote her-
denkingsdag zijn. De overwinning op de
Zoeloe's zal om te beginnen bij het aanbreken
van den diag gevierd worden met het lossen
van schoten uit achttien stukken geschut.
Daarop wlgt een godsdienstoefening op de
plaats, waar het gedenkteeken wordt opge-
richt. De omringende heuvels zullen dan
weerklinken van de plechtige oude liederen,
die door duizenden zullen worden meegezon-
gen. Na de godsdienstoefening wordt de
eerste steen gelegd.
Van de verdere schouwspelen, die de eeuw-
feesten zullen bieden, kan nog genoemd wor
den de colonne gewapende burgers te paard,
die bestaat uit 4000 man, gekozen uit alle
burgertroepen der Unie, en die de grootste
eoncentratie dier troepen in vredestijd in Zuid-
Afrika zal vormen. De colonne zal kransen
leggen op de graven der wortrekkers, Andries
Pretorius en Hendrik Potgieter, op het oude
kerkhof van Pretoria. De deelnemers zullen
in veld'kleedij gehuld zijn, gelijk de boerentroe-
pen droegen in de dagen der republiek. Velen
hunner zullen baarden dragen. De colonne
zal met vieren uit den flank rijden en in het
geheel een lengte beslaan van 4 mijl. Zwijgend
zullen de ruiters zich op en om het kerkhof
scharen, terwijl de kransen op de graven
worden gelegd. De stilte zal verbroken wor
den door een salvo van honderd schoten, ge-
lost na het leggen der kransen.
Denzelfden dag zal eveneens een indruk-
wekkende plechtigheid gehouden worden in
Natal, op de plaats waar de slag aan de
Bloedrivier geleverd werd. Een colonne
,,Ossewa", 83 die tegelijk met de reeds ge
noemde uit Kaapstad is vertrokken, zal dien
dag hier aankomen. Bij, de plechtigheid zal
de gelofte, die door de voortrekkers werd af
gelegd voor den slag herhaald worden. De
gelofte behelsde, dat wanneer God den boeren
de overwinning schonk, de zestiende Decem
ber altijd een dag van nationaal dankbetoon
zou blijven.
Na de hernieuwing der gelofte zullen hon
derd postduiven worden losgelaten, die af-
drukken der gelofte naar alle Zuid-Afrikaan-
sche steden zullen brengen.
knellend bij den arm en schreeuwde met over-
slaande stem...
,,Wat zeg je... heb je... heb je...?"' Van de
half-geopende lippen kwam geen antwoord
meer. Jim had het tijdelijke met het eeuwige
verwisseld.
Terwijl de mannen zwijgend het hoofd ont-
blootten, zonk Hall geluidloos ineen. Hij werd
opgevangen door de Ieren, die hem naar bui
ten droegen en hem met behulp van absinth
en sneeuw spoedig weer bijgebracht hadden.
,,Wees niet bezorgd", sprak Huddlesfield,
toen hij de oogen opsloeg, ,,hij heeft een aan-
slag op haar gepleegd, maar ze werd niet doo-
delijk getroffen, ze leeft."
,,De waarheid, inspecteur", zei Hall vast,
hem scherp aanziend.
,,'Het is de waarheid, ze leeft."
,,Goddank!" Dit woord vertolkte al de liefde
en de angst, waarvan zijn hart vervult was.
Ze betraden de hut weer. Baby had het lijk
van Jim Pavlick afgedekt. Culham rapporteer-
de officieel: ,,Jim Pavlick overleden. Brand-
wondien en dubbele beenbreuk".
,,Beenbreuk!" vroeg de inspecteur verwon-
derd. Baby vergat de huishoudelijk zorgen
niet en had de tafel gedekt, terwijl de heete
koffie in de kommen stond te dampen.
,,Eten de heeren mee? De kost is eenvoudig,
maar stevig. Ondertusschen zullen we u ver
tellen, hoe we aan dien Pavlick gekomen zijn."
Ze zetten zich neer en Hall deed het verhaal
van den sneeuwstorm, den daarop gevolgden
diefstal in de shack, de achtervolging en het
vinden van Jim Pavlick. Hij besloot met de
woorden: „Als ik echter geweten had, dat hij
Marion had trachten t# vermoorden, dan zou
ik..."
,,Dan zou je hem no.g meegenomen hebben,
daarvoor hebben we je te goed leeren kennen,
Hall", vulde Pat aan, ,,als rechte man van het
Noorden zou je hem ten slotte toch niet heb
ben laten liggen."
,,Misschien heb je gelijk", zei Hall peinzend,
,,maar Jim Pavlick was een schurk... hij...
ruste in vrede."
,,Goed gesproken", zei de inspecteur, ,,laat
de dooden rusten. Jullie hebben ons intusschen
veel werk bespaard door hem hier te brengen.
Deze dag is onze geluksdag, i^ant we hebben
DE GROOTE TREK EN DINGAANSDAG.
Herdenking in Nederland.
Het eeuwfeest van den grooten trek en van
den Dingaansdag wordt buiten de extra
K. L. M.-vluoht van de ,,Reiger" van Schiphol
naar Zuid-Afrika ter bijwoning van de her
denking daar, ook in Nederland herdacht.
Het volgende programma is vastgesteld:
Toespraak van Minister-president Dr. H.
Colijn en den -gezant van de Unie van Zuid-
Afrika, Dr. H. D. van Broekhuizen, voor de
microfoon tot Zuid-Afrika op 16 December,
den dag van de eerste steenlegging van het
voortrekkersgedenkteeken te Pretoria.
Tentoonstelling De Groote Trek te Amster
dam van 16 tot 22 December 1938 en te
's-Gravenhage van 16 tot 22 Januari 1939.
Inrichting van een postkantoor op de ten-
toonstellingen, waarop de birieven van een
bijzonder stempel worden voorzien.
Receptie van den buitengewoon gezant en
gevolmachtigd minister van de Unie van Zuid-
Afrika en mevrouw Van Broekhuizen op 16
December. Gedaohtenisrede van Dr. H. D.
van Broekhuizen in de Duinoordkerk te
's Gravenhage op 16 December om acht uur.
Uitzending door de A.V.R.O. van de rede van
Dr. H. D. van Broekhuizen, gevolgd door het
zingen van Die stem van Suid-Afrika door de
Koninklijke Zangvereeniging te 's-Gravenhage
op den avond van 15 December.
Herdenkingsbijeenkomsten te 's-Gravenhage
op 14 December, te Amsterdam, Amhem en
Utrecht op 16 December. Behandeling van den
Grooten Trek op 16 December op middelbare
en voorbereidend hoogere scholen in Neder
land. Verkoop van voortrekkerszegels en
voortrekkerskommetjes op. de tentoonstellin-
gen, ten bate van het voortrekkersgedenk
teeken.
De hoofdbesturen van de Nederlandseh Zuid-
Afrikaansche vereeniging en het Algemeen
Nederlandseh Verbond, de besturen van het
fonds ten behoeve van het Nederlandseh on-
derwijs in Zuid-Afrika, de stichting tot be-
vordering van de studie van taal, letterkunde,
cultuur en geschiedenis van Zuid-Afrika, het
Studiefonds voor Zuid-Afrikaansche studien-
ten en organisator van de tentoonstelling
De Groote Trek zonden een op perkament
gecalligrafeerde oorkonde met de wapens van
de unie van Zuid-Afrika en Nederland aan het
centrale voortrekker-eeuwfeestcom ite te Pre
toria. De Suid-Afrikaansche studentenvereeni-
ging te Amsterdam zond een door alle in
Nederland studeerende Afrikaners geteekende
oorkonde aan het comitd.
BEMANNING VAN DE
ONTHAALD.
,REIGER"
Na de schitterende ontvangst, welke de
..Reiger" Zondag in Pretoria en Johannesburg
te beurt is gevallen, werd Maandag de beman
ning op bijizondere wijze verwelkomd. Het
Voortrekkers-comite, waaraan de voorberei-
ding is toevertrouwd van de feestelijkheden,
die bij de viering van Dingaansdag zullen wor
den gehouden, had hen voor een receptie uit-
genoodigd.
Honderden belangstellenden, waaronder tal
van autoriteiten, gaven van hun belangstel-
ling blijk. De leden van het Comite waren
gekleed in het oude voortrekkerscostuum, de
dames met lange japonnen en hoeden uit den
tijd van de Groote Trek, de heeren met wijde
broeken en gebloemde vesten, terwijl zij, zoo
als dit op het oogenblik onder de Zuid-
Afrikaansche jongelieden gebruik is, de baard
hadden laten groeien om ook in hun uiterlijik
de gelijkenis met hun voorvaderen zoo ver
mageigk door te voeren.
Een aangenaam samenzijn besloot de ont-
°ok den tweeden man, dien we zochten, name-
lijk een zekeren Hall Pennock, eenige maan
den geleden spoorloos en geheimzinnig uit
Kansas verdwenen, ondanks onze waakzaam-
heid.'"
De Ieren gromden onderdrukt en namen 'n
dreigende houding aan. Huddlesfield schoot in
den lach en zei:
,,Ik betwijfel het, of ik hier levend vandaan
zou komen, als ik je met geweld wilde mee-
voeren. Maar dat is, na de bekentenis van
Pavlick, gelukkig niet meer noodig. We heb
ben echter de opdracht u mede te brengen en
daar zult u wel niets op tegen hebben. Laat
ik u vertellen, wat er gebeurd is. Marion Blue-
corn werd op de helling van de Grasvallei ge-
vonden in de sneeuw, met een schotwond van
een revolver. Bluecorn droeg ons op, den moor-
denaar op te sporen en niet weer te verschg-
nen, voor we hem hadden. Hij verdacht om
de een of andere reden Jim Pavlick en deze
bleek inderdaad verdwenen te zijn. We volg
den een flauw spoor, dat naar het Noorden
iiep, maar we begrepen al gauw, dat we hem
te paard nooit zouden inhalen. Daarom char-
terden we een vliegtuig en vlogen daarmee
Noordwaarts steeds groote cirkels beschrij-
vend en zoo 'aag vliegend, dat we een ruiter
gemakkelijk zouden kunnen onderscheiden.
Even voorbij Regina zagen we inderdaad een
man te paard en door mg'n verrekijker had ik
spoedig ontdekt, dat het onze man was. We
daalden, maar hij schoot op het vliegtuig,
raakte de benzineleiding, schoot den bestuur-
der in de pols, waardoor we naar beneden tui-
melden. Hoe het precies ging, weet ik niet
meer, maar eenige oogenblikken later keken
we met ons alien naar het brandende vlieg
tuig, waarvan niets overbleef dan wat verbo-
gen en verwrongen stangen en de verkoolde
resten. Als door een wonder hadden we geen
noemenswaardig letsel bekomen. We keerden
naar Regina terug, waar we onmiddellijk te-
legrafeerden om een ander vliegtuig. Ze stuur-
defi ons dezen jager, waarin, behalve voor den
piloot, nog voor vier mensehen plaats was.
We rekenden op u en Pavlick en daarom bleef
de rest van ons achter.
(Slot volgt.)