Ter Heuzensche Courant
Binnenland
Buitenland.
Feuilieton-veriellingen
Maandag 28 Maart 1938 No. 9740
TWEEDE BLAD
middenstandsdiploma handels-
BRABANTSCHE BRIEVEN.
V Ali
GEDEELTELIJKE DEKKING VAN DE
DEFENSIE-UITGAVEN.
Aan het voorloopig verslag der Tweede
Kamer over het wetsontwerp houdende tijde-
lijke voorziening tot versterking van de op-
brengst van de Inkomstenbelasting en van de
Dividend- en Tantiemebelasting tot gedeelte-
lije dekking van uitgaven voor de defensie,
wordt het volgende ontleend.
Vraj algemeen erkende men den plioht der
volksvertegenwoordiging, niede te werken aan
het treffen van maatregelen ter voorziening
in de uitgaven, welke een gevolg zijn van de
versterking van de defensiemiddelen des rijks,
aan welker noodzakelijkheid de ontwikkeling
der omstandigheden op internationaal gebied
in de laatste weken wel geen enkelen fcwijfel
meer heeft overgelaten.
Eenige leden, die destijds gemeend hadden
hun stem aan het ontwerp tot wijziging van
de Dienstplichtwet niet te moeten onthouden,
hoewel zij de volgorde waarin de Regeering
de defensie wil reorganiseeren niet konden
bewonderen, meenden thans ook hun mede-
werking niet te mogen onthouden aan maat
regelen ter verkrijging van de gelden, voor die
reorganisatie benoodigd.
Waarom gcen algemeen dekkingsplan?
Vele leden hadden verwacht, dat de gang
van zaken der Regeering aanleiding zou heb-
ben gegeven na de aanneming van haar defen-
sie-voorstellen met een volledig dekkingsplan,
althans met een in het kader van de geheele
dekking geplaatst aanvankelijk plan van dien
aard, bij de Kamer te komen. Het had bij hen
een gevoel van teleurstelling gewekt, dat in
de toelichting op de eerste dekkingsvoor-
stellen van zulk een plan in het geheel geen
sprake is.
Verscheidene dezer leden betreurden het
ontbreken van een algemeen dekkingsplan in
het ibijzonder daarom, wijl het de vorming van
een juist inzicht inzake de rechtvaardigheid
en de billijkheid van de verdeeling der defen-
sielasten belet. In verschillende andere lan-
den worden de uitgaven voor de uitbreiding
der defensie als een afzonderlijk igeheel be-
schouwd, waarvoor een speciaal dekkingsplan
wordt overgelegd. Dit is ook voor ons land
zeer gewenscht te achten.
Opgemerkt werd in dit verband nog dat de
samenstelling van zulk een algemeen plan ook
de gelegenheid zou bieden, de opneming van
een nood-offer, in den vorm van een heffing
in eens als dekkingsmdddel voor kapitaalsuit-
gaven ten behoeve van de defensie in be-
schouwing te nemen.
Van andere zijde meende men reeds thans
zulk een noodoffer op de daartegen bij her-
haling aangevoerde gronden te moeten af-
wijzen.
Verscheidene andere leden achten het min
der gewenscht, dat op dit oogenblik een meer
algemeen dekkingsplan met betrekking tot de
defensie-uitgaven laat staan een algemeen
dekkingsplan, het geheele budget betreffende
iin bespreking zou komen.
Zij vroegen de overlegging van een supple-
toire begrootinig voor het dienstjaar 1938,
waarin de credieten voor de uitbreiding der
defensie worden geraamd en duidelijk toe-
gelicht.
Verhooging van directe belastingen
de eenige weg?
Vele leden gaven hun bevreemding te ken-
nen over de omstandigheid, dat de Regeering
met geen enkel woord tracht aan te toonen,
dat verhooging van eenige directe belastingen
een weg, en nog wel den eenigen weg, vormt,
waarlangs het gestelde doe! kan worden be
reikt. Herhaaldelijk is door tal van voonaan-
staande deskundigen, met name ook van de
Regeeringstafel zelf, de vraag gesteld en in
ontkennenden zin beantwoord, of verzwaring
van de directe belastingen, en in het hijzonder
van de inkomstenbelastingen, nog mogelijk zou
zijn.
Gaarne zouden vele leden vememen, waar
om de Regeering niet begonnen is met maat
regelen, welke zij in de door haar in Novem
ber gegeven opsomming heeft vooropgesteld
en welke, naar haar meaning, ook afgezien
van de lasten der defensieversterking ,,uit
hoofde van de redelijkheid" zouden behooren
te worden getroffen, n.l. regelen tegen het
ontgaan van de inkomstenbelasting door mid-
del van naamlooze vennootschappen en een
technische herziening van de Omzetbelasting.
Vervanging verhoogde opcenten op
Inkomstenbelasting door andere
heffingen.
Verscheidene leden stelden de vraag, of de
voorgestelde verhooging van de opcenten op
de inkomstenbelasting niet zou kunnen wor
den vervangen, door een verhooging van het
successierecht, voorzoover niet geerfd wordt
door afstammelingen in de rechte lijn of door
de echtgenoote van den erflater.
Voorts vroegen dezelfde leden, waarom niet
een verhooging van de opcenten op de ver-
mogensbelasting is voorgesteld, welke naar
hun meening meer met de rechtvaardigheid
zou strooken. Voor het geval inderdaad tot
verhooging van de opcenten op de inkomsten
belasting mocht worden besloten, zouden de
hierbedoelde leden het tot stand brengen van
een bepaling willen bepleiten, welke de laag-
ste inkomens, bijv. die van 1400 en minder
aan deze nieuwe verhooging onttrekt.
Nog werd in dit verband het denkbeeld ge-
opperd, dat extra-progressie bij de inkomsten
belasting, die thans eerst bij een inkomen van
f 70.000 wordt toegepast, reeds bij een inko
men van f 10.000 een aanvang te doen nemen.
Vele andere leden meenden, naar aanleiding
van deze beschouwingen, voorzoover daarin
ter vervanging van een deel der voorgestelde
dekkingsmiddelen andere bronnen van inkom-
sten worden genoemd, een waarschuwend
woord te moeten doen hooren.
De dividendbelasting.
Wat de voorgestelde verhooging van de
opcenten op de dividend- en tantiemebelasting
betreft, werd vooreerst gewezen op het feit,
dat de voortdurende verzwaring van deze
belasting 'n zeer eenzijdigen druk legt op de
bezitters van aandeelen, die, indien de thans
voorgestelde opcentenverhooging tot stand
komt, naast de inkomsten- en vermogens-
belasting, welke zij over die aandeelen ver-
schuldigd zijn, uit hoofde van deze heffing
nog 12 pet. van de revenuen daarvan zullen
moeten betalen. Dit zal ook een minder gun-
stigen invloed hehben op het economisch leven,
wijl het den in de tegeniwoordige omstandig
heden toch reeds niet grooten lust om gelden
in aandeelen te beleggen nog zal verkleinen.
Voorts vestigde men er de aandacht op, dat
een verzwaring van die belasting de neiging
nog zal doen toenemen, gemaakte winsten te
reserveeren in stede van die uit te keeren,
waardoor niet alleen aan deze belasting wordt
ontkomen, doch ook de opbrengst der inkom
stenbelasting nadeelig wordt belnvloed, door-
Q'ien hetgeen feitelijk belas.tbaar inkomen is,
als niet belastbare kapitaalsaanwas wordt
genoten.
Andere denkbeelden in overweging
gegeven.
Gaarne zou men de meening van de Regee
ring over een weerbelasting vememen.
Gevraagd werd voorts, of niet de winst, op
het goud. te verkrijgen tengevolge van de
depreciatie van den gulden, voor het thans
beoogde doel kan worden besteed, en daar-
nevens, of niet een belasting zou kunnen wor
den geheven op het toegevloeide budtenland-
sche kapitaal, gelijk ook in Zwitserland ge-
schiedt.
Andere leden merkten hiertegen in de eerste
plaats op, dat de goudwinst, die overigens op
zichzelf nog problematisch is, slechts hestemd
zal kunnen worden voor de dekking van
kapitaalsuitgaven.
Wat de aahbevolen belasting op het toege
vloeide buitenlandsche kapitaal betreft wezen
deze leden er op, dat er geen enkel lands-
belang bij betrokken is, het buitenlandsche
kapitaal uit ons land te doen verdwijnen, het
geen van de invoering van zulk een belasting
het onmiddellijk gevolg zou zijn.
Ook werd gedacbt aan een radiobelasting,
welk, naar men meende, millioenen zou kunnen
opbrenjgen; voorts aan een reisbelasting en
aan een heffing op automaton; tenslotte ook
nog een jaarlijksche heffing op een binnen-
landsche verblijfpas voor vreemdelingen, wel
ke, naar men meende te weten, ook in Belgie
bestaat.
Andere leden wezen er op, dat, afgezien van
de voor een deel zeer belangrijke bezwaren,
welke tegen de genoemde nieuwe belastingen
kunnen worden aangevoerd, deze in elk geval
op dit oogenblik niet in de plaats van de voor
gestelde nieuwe heffingen kunnen worden ge
steld.
DE VRIJWILLIGE BIJDRAGEN VOOR
DEFENSIE.
Voor de versterking van onze defensie zijn
ook Vrijdag weer vele bijdragen op het depar-
tement van defensie binnengekomen. O.a. een
gift van 5000 van W. B. te Vaassen. In
totaal werd tot en met 25 Maart aan vrijwil-
lige bijdragen ontvangen een bedrag van
f 30.100.
WANTOESTANDEN IN FABRIEKEN.
Het Tweede Kamerlid mevrouw Bakker-
Nort heeft aan den Minister van Justitie
gevraagd:
Heeft de Minister kennis genomen van het
bericht, dat eenige jaren geleden, n.l. in 1934,
herhaaldelijk op groote vergaderingen van de
Katholieke jeugdvereeniging zeer ernstig is
geklaagd over misbruik van leidende mannen
in inrichtingen van nijverheid ten opzichte van
meisjes en vrouwen, werkzaam in hun bedrijf
Kan de Minister meedeelen, indien deze
klachten omtrent zeer ernstige wantoestanden
bekend waren of er naar aanleiding daarvan
een grondig onderzoek is ingesteld, en zoo ja,
welke resultaten dit heeft gehad?
DE UITBREIDING DER WEERMACHT.
Oprichting bataljons infanterie en
wielrijders.
De commandant van het veldleger deelt
mede, dat, ingevolge de door den Minister
van Defensie gegeven aanwijzingen, Zaterdag
26 Maart bij elk der vier en twintig
regimenten ipfanterie en bij het regiment
wielrijders is opgericht een 2e bataljon.
Van deze 25 nieuw geformeerde en met
infanteriegeschut versterkte bataljons zullen
11 in nieuwe infanterie-garnizoenen worden
gelegerd, te weten:
2e bataljon v.h. regiment jagers te Tilburg;
't 2e bataljon v.h. 3e regiment infanterie te
Roosendaal; -t 2e bataljon v.h. 4e regiment
infantereie te Wieert; 't 2e toataljon van het 7e
regiment infanterie te Deventer; 't 2e batal
jon v.h. 9e regiment infanterie te Steenwijk;
't 2e bataljon v.h. 15e regiment infanterie te
Grave; 't 2e bataljon van het 16e regiment
infanterie te Huizen (N.-H.); 't 2-e bataljon
van het 17e regiment infanterie te Roermond
't 2e bataljon van het 18e regiment infanterie
te Doesburg; 't 2e bataljon v.h. 19e regiment
infanterie eveneens te Doesburg en't 2e batal
jon van het 20e regiment infanterie te Zwolle.
Dinsdag 29 Maart zullen vorengenoemde
bataljons, op oorlogsvoet bewapend en be-
pakt, de nieuwe garnizoenen binnenrukken.
Tijdens het binnenrukken zullen in elk der
nieuwe garnizoenen de troepen worden ge-
inspecteerd door den commandant van het
veldleger, een der divisieoommandanten of een
der infanterie-brigadeeommandanten, verge-
zeld van de civiele autoriteiten ter plaatse,
waama, alvorens de troepen naar hun nieuwe
kwartieren afmarcheeren, een defile zal plaats
hebben.
De 14 overige nieuw gevormde, versterkte
bataljons blijven in hun huidige garnizoenen,
te weten:
't 2e bataljon regiment grenadiers te 's-Gra-
venhage; t 2e bataljon v.h. le regiment infan
terie te Assen; 't 2e bataljon v.h. 2e regiment
infanterie te Venlo; 't 2e bataljon v.h. 5e regi
ment infanterie te Amersfoort (althans voor-
loopig)'t 2e bataljon v.h. 6e regiment infan
terie te Breda; 't 2e bataljon v.h. 8e regiment
infanterie te Arnhem; 't 2e bataljon v.h. lOe
regiment infanterie te Ede; 't 2e bataljon v.h.
lie regiment infanterie te Nijmegen; 't 2e
bataljon v.h. 12e regiment infanterie te Gro-
ningen; 't 2e bataljon v.h. 13e regiment infan
terie te Maastricht; 't 2e bataljon v.h. 14e
regiment infanterie te Bergen op Zoom; 't 2e
bataljon v.h. 21e regiment infanterie te
Amersfoort (althans voorloopig)'t 2e batal
jon v.h. 22e regiment infanterie te Ede en het
2e bataljon van het regiment wielrijders te
's-Hertogenbosch.
Deze bataljons zullen echter voor het over-
groote deel worden ondergebracht in tijdelijke
kwartieren, welke eveneens op 29 Maart na
een marsch door het gamizoen worden be
trokken; ook hienbij heeft voor elk bataljon
een inspectie en een defile plaats.
Van het regiment kustartillerie zullen 29
Maart nieuwe compagnien te IJmuiden en
Hoek van Holland in garnizoen komen.
Het korps motordienst staande onder de
bevelen van den chef van den generalen staf
heeft eveneens enkele nieuwe onderdeelen
geformeerd, welke 29 Maart te Apeldoorn en
te 's-Hertogenbosch in gamizoen zullen
komen.
ligt. Het aantal deelnemers was grooter dan
oc:t en het aantal bezoekers is sedert de
rigje maal met 33 .pronent gestagen.
Dat er op deze beurs niet veel 'gekooht is,
behoudens dan de loopende zaken en die arti-
kelen, d'ie de afnemers, direct nooidig hadden,
werd veroorzaakt door de onizekehheid, die de
internatlonale toestand bij iedereen heeft ge
wekt. In het algemeen was de stemming niet
slecht en vele bezoekers verklaarden dat zij
wel zouden wilien koopen indien zij maar
zekerheM omtrent de toekomst hadden. De
heer Graadt van Roggen had1 dan ook den in-
druk;, dat deze jaarbe-urs voor het zakenleven
een belangrijke nawerking zou helbben omdat
velen, die op deze beurs nog geen definitieve
orders hebben gegeven, over eenigen tijd waar-
schijnlijk toch wel zulien besluiten tot aan-
koop van de artlikelen en machines, die zij
thans te Utrecht hebben gezien. Men merkte
het reeds in de twedde weeik van de beurs; toen
de groote spanning, welke geidurende de eer
ste week onder andere was gewekt door het
dreigenide conflict tusschen Polen en Ditauen,
eenigszins was geweken €n de zaiken minder
ongunsitig waren dan de eerste week. Vooral
de atfgeloopen Dinsdag en Wloensdag toonde
een aanzienlijke verbetering.
De enorme ibelangstedlinig voor de televisie-
demonstraties had men eigenlijk niet voor-
zien. Naar voorloopige schattlng hebben meer
dan 36.000 persomen doze demonstratieis bij-
gewoond, waarvoor zij soms een half uur of
laniger in de rij moesten wachten. Op geen en
kele buitenlandsche tentoonstelling heeft Phi
lips tot nog toe gelegenheid gekregen zijn
televisde-apparatein te demonstreerem, zoodat
de raad van beheer van de Jaarbeurs op het
venzoek, dat op deze Jaarbeurs te mogen doen,
goeldkeurenld heeft besehikt.
De nieuwe hal die voornamelijik voor het
exposeeren van machines bedoeld is, heeft
uitstekend voldaan en bleek in een groote
ibehoefte te voonzien.
'Een groot ongerief, waar echter exposan-
ten en hezoekers geen last van hebhen, is het
steeds nijpenlder gebrek aan mimte in het ad-
ministratiegebouw, het oude houten gebouiw-
tje aan het Vreeburg, dat zulik een markante
tegenlstel'ling vonmt met bet machtige, zich
steeds uitbreidende complex Jaarbeursgehou-
wen. Het nieuwe administratiegebouw, dat
zaJl komen op de plaats van den tegenwoordi-
gen schouwburg, kan echter niet eerder ge
plaatst worden dan nadat de oude schouw
burg is aflgetoroken. Hiermee kan pas een aan
vang worden gemaakt, wanneer de nieuwe
schouwburg voltooid iS, dus in den loop van
1940. Het zal derhalve tot 1941 kunnen duren
alvorens het Jaarlbeursbestuur het nieuwe ad
ministratiegebouw in gebruik kan nemen.
VESTIGING VAN EEN TURKSOH
GEZANTSOHAP TE 's-iGRAVENHAGE.
De regeering van de Tunksche republiek,
tot dnsverre door een zaakigelastigde te
's-Gravenhage ve rtegenwoordigdzal bixmen-
kort een buitengewoon gezant en gevolmach-
tigd minister in ons land benoemen.
De tegeniwoordige Turksche zaakgelastigde,
de heer Abdulahad Askin, wien de rang van
buitengeiwoon gezant en gevolmachti'gd1 minis
ter der 2de klasse zal worden verleend, zal
ons land dan verlaten en met de leiding van
de afldeeling politieke zaken van het depar-
tement van buitenlandsche zaken te Ankara
wdrden belast.
BELGIE EEN 3-UEDIGE FEDERALE
STAAT?
Het Luiksche kamerlid Truffaut deelt in een
Waalsch blad mede, dat hij dezer dagen in de
Kamer een wetsvoorstel zal indienen tot in-
richting van een federalistischen staat Belgie.
Federaal Belgie zou bestaan uit drie staten:
Brussel, Vlaanderen en Wallonie.
De staat Brussel omvat het gebied van het
huidig arrondissement Brussel.
Wat de staten Vlaanderen en Wallonie be
treft, zou het gebied worden bepaald door de
huidige taalgrens.
Elke staat is souverein, met uitzondering
van bepaalde zaken, die tot de bevoegdheid
behooren van het federaal parlement. Iedere
staat zorgt voor zijn eigen grondwet. De pro-
vincies worden afgeschaft.
De eenhedd van Wallonie wordt verwezenlijkt
in den schoot van de Waalsche kamer, met
een uitvoerend liehaam bestaande uit een he-
stendige afvaardiging van vijftien leden.
Iedere staat levert zijn militair contingent,
benoemt zijn officieren, terwijl de samenwer-
king tusschen de verschillende legers ver-
zekerd wordt door een federalen legerstaf.
Het federaal parlement zou bestaan uit een
Kamer gekozen bij algemeen stemrecht, met
gelijktallige Waalsche en- Vlaamsche vertegen-
woordiging.
De senaat ecbter zou bestaan uit tien ver-
tegenwoordigers voor Wallonie, tien vertegen-
woordigers voor Vlaanderen en tien voor
Brussel.
De Brusselsche Standaard teekent hierbij
aan, dat het voorstel onaanvaardbaar is. Het
Vlaamsche element vertegenwoordigt 57 pCt.
der bevolking van Belgie. In den senaat van
Truffaut zouden er tien Vlamingen zijn of 33
pCt. tegen twintig Walen en Brusselaars a
66 pCt.
Het voorstel Truffaut zal wel een doode
musch zijn.
SDEOHTE TOESTAND IN DEN
BA NA NENHA NDEU.
Gedurendte de laatste jaren is de toestand
in den groothandel in bananen in ons land
v'oorbdurend slechter geworden en eenigen tijd
geleden is op last van het betrokken depar-
tement 'n accountantsonderzoek in een vijf-
tientai plaatsen- van ons land ingesteld, loo
pende over een zestal jaren. Dit ond'erzoek
had' voornamelijik ten doel de gervoLgen vast
te stellen, wel'ke de mon'opolieheffing op den
invoer van bananen heeft.
Het rapport van dit onderzoek is korten
tijd geleden bij den mnister ingediend.
Daar dte han'del intusschen in zulke mate
noodlijdend is geworden,, dat er volgens de
betrokkenen spoed'ig verandering mioet komen,
heeft de yereenigirug van Nederlandsohe
igroothandelaren in bananen zich met een
schrijjven tot den minister van Economische
Zaken geiwend, waarin dMmgend wordt ver-
zocht de monopolieheffing op te heffen, en aan
de betrokkenen de reeds door hen betaalde
heffing over 1937 tot nu toe in zijn geheel te
restitueeren. Tevens heeft het bestuur van
deze organisatie een audientie bij den minister
aanigevraagd.
DE 38e KONINKUIJKE NEDERLANDSCHE
JAARBEURS.
De 38ste Koninklijke Nederlandsclhe Jaar
beurs te Utrecht, die Donlderdagmiddag ge-
sloten is, heeft zich mogen verheugen in een
grootere belangsteliing dan bij vorige jaar-
beunzen het geval was. Als de ter beurze tot
stand gekomen transacties niet evenredig zijn
aan deze belanlgstelling, moet dat geweten
worden aan de spanning en omizekerheid, die
door de intemationale politieke gebeurtenis-
sen hun schaduw op het zakenleven in ons land
is -geworpen.
iAMus vatte de heer W. Graadt van Rog
gen, d'e secretaris-generaal van het Ned'er-
landische Jaarbeurs Instituut, zijn indhu'kken
samen van de beurs, die thans weer achter ons
UAGERE EISCHEN VOOR HET
KENNIS
'Bij onder leiding van Dr. Groeneveld Meyer
ten Departemente gevoerde hesprekinigen in
zake de 'toepassimg van de Vestigingswet
kleinbedrijf voor het kruideniersbedrijf, is van
de zijide van eenige vakonganisaties met
kracht stelling genomen tegen de te hoog ge-
achte eiscihen, welke de mdddenstandabonden
hehben gesteld Voor het venkrijgen van het
diploma hanidelskennis. Zelfs ginig men zoo-
ver te venklaren, dat men zou weigeren de
toepassing van de wet voor deze branche aan
te vragen indien die eischen niet belangrijk
wenden gematigd.
Naar men meld't hebben als gevolg van deze
dreiging de middenistandsfoonden ten slotte
toegezegd de mindmumeischen voor dit diplo
ma lager te zuUen stellen.
Verlagingseischen niet besproken.
Men schrijft van bevoegde zijde:
Het in enkele dagbladen verschenen bericht
omtrent verlaging van de examenelschen voor
het middenstandsdiploma algemeene handels-
kennis is niet in overeenstemming met de
feit en.
Begrijpelijkerwijze vinden ten departemente
geregela besprekingen plaats in verband met
de toepassing van de vestigingswet kleinbe
drijf. Zoo kwamen op initiatief van het dep'ar-
tement van Economische Zaken op 10 Maart
de vertegenwoordigers van verschillende groe-
pen uit het kruideniersbedrijf bijeen met het
doel eenheid te ibereiken in zake de vakoplei-
ding voor kruideniers, waarin verwarring
dreigde te ontstaan.
Dank zij dit initiatief kwamen bijeen ver
tegenwoordigers van den Nederlandsche Krni-
deniershond, den R.-K. Kruideniersbond, de
Febowiko, de grootwinkebedrijven, de coiipe-
raties, den Nederlandschen Grossiersbond,
vertegenwoordigers van de z.g. vrijwiilige
filiaalbedrijven, de N.V. Sparcentrale, de ver-
eeniging ..Centra", zoomede vertegenwoor
digers van de personeelsbonden.
Op deze vergadering werd ten aanzien van
het vakonderwijs volkomen overeenstemming
bereikt en het laat zich aanzien, dat de aidus
tot stand gebrachte samenwerking tusschen
groepen met tegenstrijdige belangen goede
vruohten zal dragen voor ieder, die erbij be
trokken is, in het bijzonder voor degenen die
straks de opleiding willen volgen. De midden-
standsbonden waren op deze vergadering niet
aanwezdg.
Verlaging van de eischen voor handelskennis
maakte geen onderwerp van deze bespreking
uit. Er moge aan herinnerd worden, dat vesti-
■gingseischen alleen vrijwillig kunnen worden
aangevraagdze kunnen niet worden opgelegd.
HET EOT IN EIGEN HAND.
Donderdag heeft Chamberlain zijn uiteen-
zetting over de buitenlandsche politiek van
Engeland gegeven, welke met zoo groote be
langsteliing tegemoet werd gezien. Den alge-
meenen indruk, welke deze rede heeft gemaakt
kan men, schrijft de N. R. Crt., samenvatten
in de woorden: Engeland houdt zijn lot in
eigen hand.
Krachtiger dan in den laatsten tijd het ge
val is geweest, heeft Chamberlain doen uit-
komen, dat Engeland geenszins van plan is
zich te isoleeren en te desinteresseieren op het
Europeesche contingent. Engeland is bereid'
te veehten, zoowei voor vitale Engelsche be
langen als in bepaalde andere gevallen. Wat
het eerste punt betreft, noemde Chamberlain
de verdediging van het Britsche gebied en de
verbindingswegen, waarbij het van belang is
op te merken, dat dezer dagen in Engelsche
kringen de meening werd verkondigd, dat
indien de Duitsche expansde de zee zou be-
reiken, dan wel de MMdeUandsche-Zee-verbin-
dingen zou bedreigen, het punt zou worden
bereikt, waarop Engeland onherroepelijk tus-
schenbedde zou moeten komen. Wat het
tweede punt betreft, noemde Chamberlain de
verplichtingen door zekere verdragsbepalingen
opgelegd en voorts wees hij op de mogelijk-
heid van het grijpen naar de wapens, „indien
het duidelijk zou zijn, dat wij hebben te kiezen
tusschen oorlog en het voor goed opgeven van
de hoop, dat wij de vernietiging der dingen,
welke ons dierbaar zijn, kunnen afwenden"
Een verduid'elijking, welke door Eden nimmer
is gegeven en welke ook de geruchten logen-
straft als zoude Chamberlain een zwakkere
figuur dan Eden zijn.
Wil Engeland dus onder bepaalde omstan
digheden ook voor andere dan directe belangen
te velde trekken, het is niet van plan daarvoor
tevoren waanborgen te geven. Dat is ook heel
begrijpelijk. Op het oogenblik dingen vele
staten naar Engeland's gunsten, zouden vele
den steun van de Engelsche weermacht in den
rug willen voelen, omdat zij beseffen, dat
deze de doorslaggevende factor kan zijn. Maar
daarin schuilen voor Engeland groote gevaren.
Want het zou de kans loopen, dat indien een
bepaald land wee't onder alle omstandigheden
Engeland's macht achter zich te hebben, het
al spoedig hoog te paard zou gaan zitten en
een politiek zou gaan voeren, welke allerminst'
op verzoening en ontspanning is gericht. Voor
die mogelijkheid wil Londen niet geplaatst
worden. Het is bereid voor het recht in den
zin dan van rechtvaardigheid in het strijd-
perk te treden, het is niet bereid zich garant
te stellen voor de gestes, welke een bondge-
noot zou kunnen uithalen. Engeland zal onder
gegeven omstandigheden steun verleenen,
maar Londen zelf en niet Parijs, Praag of
andere hoofdsteden zal beslissen aan welke
zijde het gelijk in het dispuut is.
De beslissing, oorlog of vrede, zal Londen in
eigen handen houden en wenscht dat niet door
automatisch werkende bepalingen aan zijn
oordeel te zien onttrokken, terwijl het even-
min d'e controle over de omstandigheden
wenscht te verliezen. Slechts voor bepaalde
gevallen, welke een vitale beteekenis voor het
Engelsche rijk zelf hebben, zal Engeland
bianco volmachten geven.
Hiermede heeft Chamberlain de remmen
aangezet aan hen, die, vertrouwend op Enge
land's steun in geval van nood, zich op een
eenzijdig standpunt zouden willen plaatsen.
Hiermede geeft hij te kennen Parijs te steu-
nen, indien het aangevallen wordt, maar waar-
sehuwt hij zijn Fransche vrienden, dat dezen
zijn steun verliezen, indien zij zich hetzij
door het volksfront, hetzij uit andere over-
wegingen tot experimenten zouden willen
laten verleiden. Voorts ook geeft hij hiermede
aan Praag te kennen, dat het binnende advies,
bij de naleving waarvan Praag op steun kan
rekenen, niet uit Parijs, maar uit Londen
komt. Engeland zal de leidende rol in de
Duitsch-Tsjechische onderhandelingen spelen.
Londep zal bepalen, wat billijk en wat on-
rechtvaardiig is.
Krachtiger dan tevoren bevestigd'e Cham
berlain hiermede Engeland's leidende rol in de
Europeesche politiek, herstelde hij voorzoover
noodig Londen in de traditiioneele scheids-
rechterspositie. In dit verband was het ook
logisch, dat hij Moskou's uitnoodiging, welke
tot een ideologische frontengroepeering zou
kunnen leiden, van de hand wees.
Maar daarnevens is Chamberlain nog vender
gegaan en heeft hij in woorden, welke niet
misverstaan kunnen worden, een waarschu-
wing gericht tot hen, die de hoop koesterden,
dat Engeland bij een conflict van grooteren
omvang afzijdig zou blijven. Zij, die deze hoop
nog koesterden, weten nu, dat zij misschien in
vervulling zal gaan, wanneer het een locaal
beperkt conflict betreft, maar dat zij zeker
niet vervuld zal worden, wanneer een geschil
een conflict van grootere verbreiding teweeg
roept. Voor dat geval weet men tevens aan
welke zijde Engeland zal staan. Degene, die
een locaal conflict door geweld zou willen be-
strijden, weet dus dat hij met vuur speelt en
die wetenschap zal tot de grootste voorzichtig-
heid manen. Hoewel er dus een bepaalde mate
van onzekerheid blijft bestaan, is de positie
nu anders dan in 1914. Engeland beeft a
pile aangegeven, dat het in een algemeen
conflict niet afzijdig staat en heeft daaren-
boven geen twijfel opengelaten, aan welke
zijde het zal staan. Tegelijkertijd wenscht het
voor de nakoming van zijn gedefinieerde en
ongedefinieerde verplichtingen zijn militaire
kracht nog verder te vergrooten door versnel-
ling en verdere uitbreiding van de herbewape-
ning.
De critiek, welke Chamberlain sinds zijn op-
treden en vooral na het heengaan van Eden
niet gespaard is gebleven, kan verstommen.
Men weet nu, dat hij als realist een krachtige
figuur is. De verwachtingen, aan den voor-
avond van zijn rede geuit, mogen niet steeds
optimistisch geweest zijn, zij werden stellig
overtroffen. Daarom is het ook begrijpelijk,
dat de instemming met deze rede en de te-
vredenheid over het door Engeland ingenomen
standpunt algemeen zijn.
Uilvenhout, 24 Maart 1938.
Amico,
Hanneke schreef:
,,Zondagmiddag, 13
Maart 1938. Goeie,
Beste, Dieve Vader
van me, ik ga dezen
Zond-agmiddag eens 'n
geizellig babbeltje met
je houden, want ik
verlanig weer erg naar
jou em je bosschen,
je boschhuis em de
lekkere terpetijngeu-
ren in je atelier. Naar
Herman ook, op wien
ik, zooas nu, een beetje jaloersch ben. Want
als ik m'n oogen 'n weimig dichknijp, dan zie
ik hem daar zoo fijn liggen in 't hoekje naast
den schoorsteen, met z'n kop op den rand
van d'e mand. Iodideroogend naar elke bewe-
ging van zijn baas, den Witten Toovenaar
met de wondere penseelen! En de koude pijp,
waanvan hij de sp>linters staat af te knagen,
ond'er het inspanniendte werik, voor den ezel.
\Ze<g, ik hefo weer 'n praehtige pijp voor je
gekocht. Ze weegt niets en er gaa.t wel 'n
half ons tabak in den. meerschuimen kop. En
'n mondstuk, 'n mondstuk, Vic Zoruneveld,
waar Herman met z'n wolfsgebit nog niet
door kan komen; z66 sterkXk bremg ze met
de Raaischvacantie mee naar Ulvenhout! Nee,
iik stuur ze Met op, hoor. Veel te gezel-
lig, Vaders pijp op m'n kamer. Teltoens als
mi'n ooig yalt op deizen roomwitten toelback-
smoiker, herinnert ie mij aan de a.s. vacantie
bij jou in... het Donkere Lacht der bosschen,
waanvan je me 'schreef. ,,The dark Dight". (Je
weet, ik denk gaame in 't Engelsch) 'n Titel
om er een omsterfelijk vers onder te schrijven.
Maar... Vad'ertje, ik heb me toch 'n beetje
omgerust gemaakt aver je. De manier waar
op je schreef oyer dat „donkere licht", maakte
mij beizorgd aver jou. Xk vrees, dat jij weer
veel te hard en te ingespannen wenkt.
Doch door die paar woorden ,,Het Donkere
Licht", heb je rnijn verlangen naar jou en je
hosch, naar mijn vacantie zoodanig opgewekt,
dat ik vrees den laatsten tijd slechts een zeer
middtelmatige leerares te zijn. Je hebt met
die paar woorden reminicenties in mij1 opge-
roepen naar de bosch-echo's, naar den gouden
zonneschemer in je gelbeitst atelier, naar den
geur van de sparren, naar de eelkhooms op
je daik, ja, naar 't ontwaken in mijn groene
slaapka'mier bij je, die daar ligt in de boom-
kruinen tusschen den zang der vogels, dat ik
voorloopig 'n hekel hefo aan 't heele stadje
hier, tot en met m'n school toe. Nu zou ik
,,onwerstandig" kunnen gaan worden, en nu
hesef ik oak pas goed wat jij daar van den
winter mee bedoelde, toen we bij m'n vertrek
sfonder te praten met je goeien kameraad1
den Dre, daar in die ajvondlijke sneeuwdreef.
'k Zou nu b.v. de klas kunnen opemgooien als
een voliere en 't jonge goed de vrijheid geven
naar den buiten, naar het zonovengoten voor-
jaar, dat voor het geluik der kinders toch zoo-
veel meer waard is, dan al die Engelsche on-
regelmatige .werkwoorden en zoo, litteraire
meimloriestudie, waanvian die meiskens niet
meer onthouden', dan het mondjevol Engelsch
van den politieagent, om den weg te wijtzen,
in dit geval: den weg te vragen, als ze ooit
eens gaan reiizen. En dan nog, tien tegen
e6n, met een eehtgenioot, die het voor haar
vraagt!)
Maar wat dnaaf ik dbor? De Lente?? Ja,
Dadidy, ik ben ',n beetje uit m'n evenwicht.
Wat nog al ,,erg" is, voor ,,de Ehigelsche Juf-
frouw van het Gym".
Zeg, er is hier 'n nieuwe leeraar wiskunde
gekomen, vlot tj^pe, gewezen zeeofficier. Als
mijn lesuur volgt op het zijne, kan ik met de
klas niets beginnin. Het jonge goedje dweept
met dezen 27-j'arigen schooifrik, wien echter
de zeewind nog in de blonde kuif zit. Van
Dalen heet ie. Is enkele jaren in de West
geiweEst. 'Hij kent ook onzen Jules, dien hij
daar ontmoet heeft. „Prachtvent" noemt hij
Jules, ,,te goed voor dat land", aldus Van
Dalen. Jou kent ie ook. Hij had van Jules
gehoord dat jou meeste werk naar Amerika
ging. En op zijn tochten naar de Nieuwe
Wereld is het heM gelukt 'n paar ,,Zonne-
velds1"' onlder oogen te krijgen. ,,Ja, zie je,"
zei hij tegen mij (hij tutoyeert je zoo maar,
zonder te vnagen, of je 't goed vinldt), ja. zie
je, i'k vond dien Jules zoo'n piekfijnen vent
'k was toen nieuwisgierig naar z'n ouwen
heer. Eh ik moet je zeggen: 't heele soort is
igoddHanneke
Ik schrok. Hanneke?" vroeg ik.
.,,Ja"', zei het brutaaltje: ,,izoo heet je toch!
Dat wist ik al in de West, waar ik foovendien
je foto al gezien had; voor ik je kende!"
Is 't niet vreeselijk toewallig, Paps? Als
je ooit nog eens hier komt hoeiyeel keeren
heb je diat al beloofd? zal ik he'jn eens aan
je voonstellen. iHolor je eens iets aver Jules
en ever Amerika en zoo. Van Dalen zal wel
in jouw sympathie vallen, denk ik. Ouders
heeft hij niet meer, dte arme jongeh".
,,'Nogal veul over ddeen Van Dalen. Vic...!"
Ja, Drre. Ik dtenk dat iik eens gauw die
meerschuimen pijp ga halen! Maar ze schrijft
vlot, he, dat lieve meisje van me, met haar
,,izeeavindin:zijnblonldekuif". Als ze voorloopig
maar van die blonde zefkuif afblijft...
'Ik las vender.
,,Ja, wat dat betreft, vadertje, ben ik 'n
stu'k boven hem bevoorrecht! Ten eerste heb
ik jou. En nog 'n paar weekjes en ik woon
weer 'n tijdje bij je. Drie weken bij.na!! Wat
zullen we 't fijn hebben; oudje! 'k Zal reuze-
le'klker koken Voor je, we gaan samen gezellig
bicss'chen met Herman,, we zoeken Dre en Trui
op, we geven 'n avondjefijn!! En als jij
werk t, zal ik uit de verte heel zachtjes piano
spelen! Wedden dat het donkere licht dan
vanizelf uit je penseelen, druipt
En wat ik dan toch ook nog altijd heb...!
(De brieven van m'n ongelukkige Moe. Ze
is ziek. Vader.
Haar laatste brief kiwam uit een hospitaal.
Ze is ook zoo vreeselijik alleen, Vader, als wij
alien.! Zij, is toch ook zoo ver weg...!"
Ik vouiwde langzaam den brief op, dee 'm
in 't couvert e,n keek naar buiten.
Astehlieft, Vic."