ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBUD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN Twee uit een nest t)e werking van ABDIJSIROOP No. 9664 VRIJDAG 1 OCTOBER 1937 77e Jaargang DE PACIFIC. Feuilleton Binnenland ss EERSTE BLAD RADION CEEFT... MOET UBEDENKEN, EEN HELDERE WAS EN FRAAIE GESCHENKEN. ABONNEMENTSPRIJS: Binnen Ter Neuzen 1,25 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen fr. per post 1,55 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr, per post f 5,60 per jaar Voor Belgie en Amerika 2,overige lan den 2,35 per 3 maanden fr. per post Abonnementen voor het buitenland alleen bij vooruitbetaling. Uitgeefster: Firma P. J. VAN BE SANBE GIRO 38150 TELEFOON No. 25. ABVERTENTIeNVan 1 tot 4 regels f 0,80 Voor elken regel meer f 0,20. KLEINE ABVERTENTIeN: per 5 regels 50 cent bij vooruitbetaling. Grootere letters en cliches worden naar plaatsruimte berekend. Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, betwelk op aanvraag verkrijgbaar is. Inzending van advertentien liefst 66n dag voor de uitgave. BIT BLAB VERSCHIJNT IEBEREN MAAN BAG- WOENSBAG- EN VRIJBAGAVONB. BE NIEUWE WERELBZEE. A1 worden wij in dezen tijd overstroomd met courantenberichten over bet conflict in het Verre Oosten, toch is het den bewoner van het Westen haast onmogelijk een duidelijk inzicht te verkrijgen van wat daar ginds gebeuren gaat. Slechts ten deele is dit toe te schrijven aan gebrek aan belangstelling, doordat wij teveel worden afgeleid door de eigen zorgen. Er is al genoeg, dat de aandacht vraagt binnen de landsgrenzen. De crisis moge dan voorbij zjjn, wij koesteren toch altijd nog de hoop, dat de normale tijd een andere zal zijn dan die, waarin wij nu leven. En dan is er buiten de landsgrenzen al dadelijk het oude Europa, dat weergalmt van krijgsrumoer 6n van redevoe- ringen, waardoor het welhaast onmogelijk wordt nog het oor te leenen voor nieuws uit verder afgelegen deelen van deze wereld. Toch is er een veel dwingender reden dan de eenvoudige plicht van 20-eeuwsche wereld- burger, die ons moet leiden met al onze aan dacht kennis te nemen van wat daar om de Pacific gist en woelt. Het kon wel eens zijn, dat met de beslissing in het daar nu weer opgelaaide gesehil tevens onherroepelijk het economisch- en handelscentrum der wereld naar de Pacific zal blijken te zijn verschoven. Dergelijke verschuivingen heeft de wereld meer gekend. Wanneer wij ons enkel maar bepalen tot de Westersche geschiedenis, dan zien wij hoe de antieke wereld zich om de Middellandsche Zee schaarde; buiten de daar- om gegroepeerde landen eigenlijk geen wereld kende, zeker niet erkende. Hoe in later eeuwen de Noordzee de nieuwe wereldzee werd terwijl in den nieuweren tijd dat centrum zich nog verder naar het westen uitbreidde. Het Westen bleef echter het centrum en hierin kunnen wij nu tevens de oorzaak bloot leggen, waardoor het ons zoo moeilijk valt het conflict in het Oosten te begrijpen. Van geslacht tot geslacht hebben wij geleerd heel het wereldgebeuren vanuit ons westersch stand/punt te zien. De gebeurtenis- sen in andere deelen der wereld, waren slechts van belang voor zoover een invloed te bespeu- ren. viel op onze eigen geschiedenis. Deze egocentrische geschiedschrijving is begrijpelijk, zoowel door de geweldige opbloei van het blanke ras in de laatste vijf, zes eeuwen als door de hoe langer zoo meer geperfectioneerde techniek die het Westen bij zrjn doordringen in het Oosten ter zijde stond. Toch kan reeds een nuchtere beschouwing leeren, dat een eenvoudige verdeeling van de wereld in west en oost even willekeurig is en wellieht minder reden heeft dan elke andere verdeeling. Als Centraal Azie mag worden aanvaard, als het centrum van waaruit de verschillende volkeren zijn uitgezwermd, zou men met meer reden een verdeeling kunnen maken naar klimatologische omstandigheden, met als grootste tegenstellingen dan: Buro- peanen tegenover Zuid-Aziaten en Noord- Aziaten tegenover Afrikanen. Reeds werd Centraal-Azie genoemd als het nest der menschheid; nog vinden wij daar in het Oosten het grootste en dichtst bevolkte vasteland. Verder weten wij alien wel, dat de beschavingen ginds vele eeuwen ouder zijn dan de Europeesche. Het zijn en waren reeds lang allemaal redenen om af te stappen van ons wel wat kortzichtig standpunt van waaruit wij de wereld bekijken. De geweldige uitbreiding van het verkeer, telefoon en telegrafie zij ten slotte de midde- door ANNY VAN PANHUYS. 10) Vervolg. Lona Jensen noemde zich „Voordrachtikun- stenares" haar geelblond haar hing in ver- warde lokken om haar gezicht, waarin een paar ravenzwarte oogen flikkerden. Midden in haar voordracht bemerkte Lona Jensen den, jongen ingenieur en zij wuifde hem, zonder zich aan het publiek te storen, een groet toe. Een kwartier later zat zij aan zijn tafeltje. Lona was vroolijk en geestig; een gesprek met haar was onderhoudend, en Stefan von Hornstein genoot van het prettige uurtje. Toen hij eindelijk nadat Lona hem gehol- pen had, een flescto champagne leeg te drin- ken opstond, had hij haar beloofd, een der volgende avonden terug te komen. Twee avonden later troffen zij elkaar weer en Lona Jensen, die alle kunstgrepen om een man te Iboeien volkomen meester was, deed alios wat zij kon dm den slanken jongeman in haar net te krijgen. Dit keer bracht hij haar thuis en voor de deur beloonde zij met een klinkenden kus van haar rood geverfde lippen den ridderdienst een kus, die tevens een onderpand was van vele andere bij de vol gende ontmoeting. Een luchtig liedje neuriend sprong hij op de laatste tram, die naar zijn wijk reed. Reeds len geworden die ons zullen dwingen dat standpunt te verlaten. In 1870 ontstond het Suezkanaal, in 1914 het Panamakanaal. Reeds in 1934 had de scheepvaart door beide kanalen een even groote omvang verkregen. Het Panamakanaal leidde tot een zich nog steeds uitbreidend verkeer tusschen de Pacific- landen onderling. Ruim 70 van hun im- en export is op elkaar georienteerd, hetgeen begrijpelijk wordt wanneer men bedenkt, dat rondom de Pacific meer dan 10 steden liggen met ruim 10 millioen inwoners. Scheepvaart met Europa blijkt hier dus hoe langer zoo meer overbodig, heeft hoogstens alleen nog zin voor het verschaffen aan Europa van hetgeen dit werelddeel voor eigen behoefte uit het Oosten noodig heeft. Het spreekt vanzelf dat voor een zoo inten- sief handelsverkeer Europa als centrum van distributie 6n van financiering al zijn krach- ten zal moeten inspannen om die plaats te behouden. Reeds dadelijk werken daarbij de natuurlijke factoren tegen. Het zakenleven speelt zich af tusschen 9 u. v.m. en 5 u. n.m.; zoodat b.v. in Engeland de dag begint wanneer hij in Japan is afge- loopen. De tallooze millioenen van Azie zijn dus voor Japan gemakkelijk in het handels- en geldverkeer telegrafisch te bereiken; Europa heeft daarentegen altijd rekening te houden met de z.g. overnight risks. Het mag dus als niet twijfelachtig worden gehouden, dat in de toekomst de vooruitgang der handelsomzetten zich voomamelijk op de Pacificmarkten zal concentreeren en dat West- Europa hoe langer zoo meer op zich zelf zal zijn aangewezen. Indien het althans geen weg zal weten te vinden zijn centrale positie te behouden. Hiervoor zal in de eerste plaats noodzakelijk zijn, dat het zich ter dege bewust wordt, zoo wel van de gevaren die hierboven zgn aange- stipt alsook en vooral van het standpunt van waaruit het Oosten het wereldgebeuren beschouwt. Men zal zich op dat standpunt moeten kunnen verplaatsen. Hiervoor is noodig een grondige kennis der betreffende volkeren, waardoor wij zullen kunnen begrij pen hoe hun heden uit hun verleden gegroeid is. I 8*0. JO 203 A I Ingez. Med.) had de tram het grootste gedeelte van het traject afgelegd en reed zij al tusschen de hooge huurkazernes van de nieuwe wijk, toen ihjj een schok voelde en de wagen knarsend bleef staan. „Ze is uit de rails geloopen", ver- klaarde de conducteur, die van den wagen isprong. Stefan von Hornstein begreep, dat het nog een heel poosje duren kon eer de wagen weer in de rails zou staan en vond het verstandiger, het korte eindje naar huis te voet af te leggen. iHiji had op het achterbalcon gestaan, bin nen in den wagen hadden twee als ar'beiders gekleede mannen gezeten, die half slapend mee gereden waren, iets bromden en toen weer indommelden. In een hoek had een vrouwelijike gestalte geleund, die blijkbaar niet precies wist wat te doen. Stefan von Hornstein had haar gezicht nog niet gezien, daar zij terzijde en van hem af- gekeerd gezeten had ook omdat zijn ge- dachten nog met Dona Jensen Ibezig waren en de 'bijna armelijk-eenvoudig gekleede passa- giere geen bijzondere ajandacht waard leek. Nu echter stond zij met een besluiteloos gebaar op en begaf zich naar het achter- ibalcon. 40: h Juist wilde Stefan von Hornstein uitstap- pen. Hij liet haar vddrgaan en schrok. Had den van achter den neergetrokken hoedrand der vreemde hem niet de donker-fluweelen oogen van Maria aangestaard? Krulde zich niet het lichtend gouden haar van Maria over den hals? (Hij, volgde de vreemde op den voet en ging een oogenblik later, snel een besluit nemend, naast haar loopen. „Juffrouw, staat u mij toe, dat ik u thuis breng, het is al laat en u zoudt lastig geval len kunnen. worden." ,,De tram heeft haar eindpunt voor het huis, waar ik woon,"' gaf zij ten antwoord, en als de wagen niet uit de rails was gespron- MINISTER VAN BOEIJEN. De minister van Binn-enlandsche Zaken, de heer Van Boeijen, die voor het ondergaan van een operatie in het diaconessenhuis Bronovo was opgenomen, heeft Woensdag deze inrich- ting verlaten. Minister Van Boeijen zal voor algeheel her- stel nog eenigen tijd in zijn woning rust moe ten houden. HET VERTREK VAN MR. J. A. N. PATIJN UIT BRUSSEL. De Brusselsche correspondent van de N.R. Crt. meldt: Groot wan de drukfe Donderdagmiddag tusschen half een en edn uur in het station Brussel-Zuid voor het vertrek van Zijne Excel- lentie en mevrouw Patijn naar Den Haag. Niet alleen was het geheele gezantschaps- personeel voor het afscheid aanwezig, doch ble'ken ook de Nederlandsche vereenigingen en lichamen te Brussel door leden van het bestuur vertegenwoordigd te zijn. Maar van Belgische zijde hadden eveneens zeer vele hoog geplaatste personen er aan gehouden den nieuwen minister van buitenlandsche zaken een goede reis te komen wenschen. Aan mevrouw Patijn werden verscheidene prachtige bloemstukken aangeboden, o.a. door de dames van de legatie, de dames van de Nederlandsche kolonie en van den Poolschen consul te Brussel. De Belgische minister van onderwijs en mevrouw Hoste, minister van staat Hymans, de president van de nationale bank van Belgie, mr. Franck, de Pauselijke nuntius, de gezan- ten van Frankrijk, de Vereenigde Staten, Tsjecho-Slowakije, Polen, Denemarken, Zwe- den en Liberia, de zaakgelastigde van Noor- wegen, generaal Van den Bergen, chef van den generalen staf, verscheidene hooge ambte- naren van het Belgische departement van buitenlandsche zaken, verdrongen zich rond den heer en mevrouw Patijn. lets later verschenen ook minister-president Van Zeeland en graaf De Grunne, grootmees- ter van het Huis van Koningin Elizabeth, graaf Cornet de Ways Ruart, grootmaarschalk van het Belgische Hof, en burgemeester Max. Het was de heer Van Zeeland, die den heer Patijn naar den trein begeleidde. Na een laat- sten handdruk en een wisseling van vriende- lij'ke woorden, namen de heer en mevrouw Patijn plaats in de voor hen gereserveerde coupd. Toen zij, zichtbaar bewogen door deze vele bewijzen van sympathie, voor het raam ver schenen, en de trein met enkele minuten ver- traging vertrok, gingen handen in de hoogte en riepen alien den nieuwen minister van buitenlandsche zaken en zijn echtgenoote nog- maals luide goede reis toe. Zijn Excellentie en mevrouw Patijn hebben dezen wensch met vriendelijk handgewuif be an twoord. Consul-generaal, mr. M. H. van Romburgh, van de afdeeling handel der delegatie, is voor- loopig als waarnemend zaakgelastigde met de leiding van het gezantschap belast. DE REGEERING VRAAGT GROOTER BEVOEGDHEDEN. Bij de Tweede Kamer is ingediend een ont- werp van wet tot wij'ziging van de tarief- machtigings'wet 1934. 'Het wetsontwerp stelt enkele wijzigingen voor van de wettelijke bepalingen tot instel- ling, afschaftfing, verhooging of venlaging van invoerrecht op korten termijn. Deze wij zigingen hebben in hoofd'zaak ten doel de mo- gelijkheid te openen van een ruimere aan- wending van de krachtens artikel 2, lid 1, van deze wet aan de kroon verleende bevoegdheid tot het nemen van maatregelen op tariefge- bied tot steun aan Nederlandsche bedrijven. Onder de huidige regeling toch mag de gen, zou ik deze nachtelijke wandeling niet hebben behoeven te maken. Ze liepen een tijdje zwijgend naast elkaar verder. Bij het onzekere schrjnsel van een straat- lantaarn trachtte hij Wat meer van haar ge zicht te zien. De omtrekken van wang, neus en kin herinnerden duidelijk aan Maria Nor- mann. De wijn, dien hij met Lona Jensen in het cabaret had gedronken, gonsde hem nog door het hoofd en Vroolijk vroeg hij: ,,Toe, slaat u de voile toch omhoog, zoodat ik te weten kom hoe u er uit ziet." Hij kreeg geen antwoord en weer liepen zij zwijgend naast elkaar, totdat het meisje opeens voor een huis bleef staan en bijna on- beleefd zei: ,,Ik ben thuis. Dank u wel voor uw geleide." ,,Geeft u mij tot ibelooning ten minste een hand?" vroeg hij plagend. ,,Als u dat iets sehelen kan,"' antwoordde zij gelaten en stak hem haar handje toe. iBliksemsnel greep hij met zijn eene hand haar beide handjes en hield ze vast, terwijl hij met de andere haar slappen vilthoed van haar hoofd trok. Zijn champagnestemming had hem tot deze onhabbelijkheid verleid. De vreemde slaakte een lichten kreet, maar hij liet haar onmiddellrjk los en tuimelde als door een vuistslag getroffen terug. .Maria Normann!" V66r hem viel een zware deur in het slot, een sleutel werd knarsend omgedraaid en hij stond als verstijfd. Wat was dat nu wat had dat te betee- kenen Dat was toch Maria Normann ge- weest, de teer-blonde, zachte Maria. Hoe kwarn zij in deze afgelegen volkswijk? Wat deed zij om middernacht in dit huis1, dat zoo ver van de witte -villa lag, waar hij haar onder de hoede van haar moeder had leeren kennen regeering slechts van de haar verleende be voegdheid gebruik maken, indien aan een tweetal criteria is voLdaan. In de eerste plaats moet worden aangetoond, dat Nederlandsche bedrijven ten gronde dreigen te gaan en voorts wordt als voorwaarde gesteld, dat deze nood- toestand het gevolg is van buitenlandsche maatregelen. Het is duidelijk zegt de regee ring in de memorie van toeliehting, dat gelet op deze zeer stringente voorwaarden, slechts in zeer uitzonderlijke gevallen, gebruikma- king van de bevoegdheid krachtens artikel 2, lid 1 van de z.g. tariefmachtigingswet zelfs maar kan worden overwogen. Doch ook in de enkele gevallen, waar het vermoeden gerecht- vaardigd is, dat aan een bepaalden tak van bedrijf met 'behulp van deze bevoegdheid steun dient te worden geboden, zal het vaak niet mogelijk zijn het bewijs te leveren, dat inderdaad aan de gestelde criteria is void aan. De regeering is intusschen van oordeel, dat met een technische verbetering op dit punt niet kan wlorden volstaan, maar dat een aan- merkelijk uitgebreidere doelstelling dan de be- staande noodzakelijk is. De gewijzigde internationale verhoudingen op economisch terrein, waarVan aard en strekking bekend verondersteld mogen wor den, hebben namelijk steeds meer de nood- zakelijkheid naar voren doen komen, dat de regeering bij haar streven naar instandhou- ding en uitbreiding van het Nederlandsche bedrijfsleven over bevoegdheden moet beschik- ken waardoor zij op dit terrein regel end kan optreden. Naar de overtuiging van de minis ters is terugkeer tot een vrij internationaal ruilverkeer binnen een periode, welke uit 'een oogpunt van economische overweging is te overzien, niet te verwachten. Uit deze over tuiging volgt, dat onder de gegeven omstan digheden, de overheid de bevoegdheid moet hebben, in die gevallen, waar het economisch landsbelang zulks vereischt, den afzet van de inheemsche productie van landbouw en Indus trie op de eigen markt welke afzet, hetzij terloops opgemerkt, ook voor den export van groote beteekenis moet worden geacht te beschermen, indien de buitenlandsche concur- rentie zoodanige vormen aanneemt, dat deze een sterken achteruitgang van Nederlandsche bedrijven eh van de daarin bestaande werk- gelegenheid tengevolge kan hebben. Be wijziging welke wordt voorgesteld, komt nu hierop neer, dat de regeering twee midde- len ten dienste zullen staan ter verwezenlij- king van het gestelde doel: t.w. rechtstreek- sche beperking van den invoer, waar zulks noodzakelijk is, op grond van de crisisinvoer- wet, dan wel het treffen. van maatregelen op tariefgebied. (Nog in ander opzieht meent zij verder, dat een wijziging van |artikel 2 gewenscht is. De huidige redactie toch beperkt den duur der maatregelen, welke op grond van dit artikel worden genomen, tot ten hoogste 6dn jaar. Het wil haar voorkomen, dat er aanleiding bestaat dit maximum te verruimen. Een maatregel, welke een bescheiden steun op tariefgebied geeft aan een bepaalden bedriJL- tak, zal zonder bezwaar voor den. duur van enkele jaren kunnen worden ingesteld. Voor gesteld wordt, daartoe te besluiten. TEWERKSTELLING VAN WERKLOOZE INWONENDE ZOONS. Naar de regeeringspersdiens't mededeelt, heeft de mifeister van Sociale Zaken er de aandacht van de inspeeteurs voor de werk- verschaffing op gevestigd, dat tot nu toe de mogelijkheid bestaat om in zeer bijzondere gevallen en wel wanneer het gaat om een groot gezin, dat bij de werkverschaffing is betrokken, ook een inwonenden werkloozen zoon boven de 18 jaar tewerk te stellen. Deze tewerkstelling vinldt dan plaats, al naar ge- lang van de gezinsomstandigheden, geduren- de een periode van b.v. e£n week van de 5 weken, een week van de 6 weken, enz. Met het oog op de belangen van het groote gezin heeft de minister fihans besloten, den inspeeteurs te machtigen, ten deze in den ver- 'Om welke reden echter liet de knappe me vrouw Therese haar jonge dochter op zoo'n uur nog alleen op straat en naar een buiten- wijk gaan? Want het was toch onzin, dat Maria beweerd had, hier te wonen en als het zoo was, dan kon het toch slechts bij tus- schenpoozen zijn. Niets dan raadsels, waarvan de oplossing onmogelijk ieek. Stefan von Hornstein was op eens weer volkomen nuchter en de stroogele, geverfde Lona Jensen met de zwarte schitteroogen was heelemaal vergeten. Hij dacht nog slechts aan Maria, aan haar alleen en aan het ge- heim, dat haar plotseling omgaf. Het spottend trekje om haar mond scheen hem nu niet meer zoo onbegrijpelijk; de hemel wist hoe dat om haar lippen was ge- komen. Maar op de een of andere manier moest het samenhangen met het geheim van welks slluier hij nu de eerste tip had opge- licht. 'Wel een uur lang bleef hij in de omgeving van het huis om te zien of Maria weer bui ten zou kiomen, maar toen dit niet gebeurde, noteerde hij het nummer en wandelde lang- zaam, in diep gepeins verzonken, naar huis. 'Hij dacht lang na en kon toch maar geen verlband leggen tusschen de voomame, koele Maria, het prinsesje zooals hij haar nog steeds noemde en dat zoo eenvoudig ge kleede meisje. Maar beiden waren edn weizen, want ook de stemmen kwamen zoo meen- de hij geheel met elkaar overeen. Alllerlei afschuwelijke gedachten beslopen hem als verraderlijke slangen hij schudde ze van izich af, maar ze kwamen telkens weer terug en kwelden hem. Met een zwaar hoofd ging hij den volgen- den .morgen naar zijn werk. Hij was gedrukt en niet in de stemming iets wat hem anders nooit overkwam. Hij, de altijd opge- wekte, zat mismoedig achter zijn werktafel De vanouds beroemde AKKER's ABDIJSIROOP is een naluur-genees- middel, daar de werking in hoofd- zaak berusl op de geneeskracht van extracten, bereid uit reeds in oude tijden bekende „genees-kruYden" AKKER's ABDIJSIROOP, bereid vol- gens oud recept, is dus een aan de natuur ontleend geneesmiddell De genezende, hoeststillende, slijmoplossende en kalmeerende werking van de kruiden-exiraclen, welke AKKER's ABDIJSIROOP zoo beroemd hebben gemaakt,is thans door een nieuwe toevoecjing van den bekenden Apolheker Dumont nog sterker, nog sneller, nog krachtiger en nog doeltrefiender! Een lepel AKKER'S ABDIJSIROOP werkt thans 2 x zoo snel als voorheen I Een ongeevenaarde werking tegen hoest, bronchitis, kinkhoest, verwaar- loosde verkoudheid, griep, influenza. De verlaagdo prijzen zijn thans 90 of. F 1.50 F 2.40 F 4.20 3 dagen 6 dagen 12 dagen 24 dagen gebruik gebruik gebruik gebruik De grootere ilacons zijn bij voortgezet gebruik voordeeliger! (Ingez. Med. i volge met wat grootere soepelheid op te tre- den, waardoor het dus mogelijk zal zijn in voorkomende gevallen deze wijze van plaat- sin'g eenigszins te verruimen. DE N. S. B. KOMT 9 OCTOBER TE LUNTEREN BIJEEN. Naar het Nationale Daglblad meldt heeft ir. Mussert de leden van de N.S.B. .bijeengeroepen tegen Zaterdag 9 October a.s. 4 uur op het terrein te Lunteren. Deze bijeenkomst wordt gehouden in vertband met het felt, dat, gelrjk de oproep luidt, ,,de beweging van buiten af en van binnen uit belaagd wordt op een nog nimmer gekemde wijze". UIT DE N.S.B. Jhr. van der Goes van Naters noemt in een onderhoud met een vertegenwoordiger van het U'treehtsch Dagbl. de ontkenning van de aan- wezigheid van een microfoon in het nat.-soc. hoofdkwartier door het Nationale Dagbiad, er een geheel in N. S. B.-stijl". Ook de heer Valckenier Kips jr. deelde aan het U. D. mede„De microfoon is geen ver- zinsel". Hij toonde ook een door zijn vader, prof. Valckenier Kips, geteekende verklaring, mhoudende onder meer, dat de hoogleeraar zijn zoon aangeraden heeft om Maandag 20 September ds. van Duyl onmiddellijk bij de opening van het bureau in kennis te stellen met de ontdekking van de microfoon. De heer van der Goes van Naters heeft nog uitvoerige mededeelingen gedaan over de kri- tie'k in de N.S.B. op den leider, ook van lie- den die nu nog zeer dicht in Musserts omge ving staan en den volke vert'oond worden als toonbeelden van ,,germaansche trouw", voorts over een recente uitlatin'g van den heer Mussert tegenover hem zelf over zijn natio- naal-socialisime en dat van het Eerste Kamer- lid mr. van Vessemj: ,,Van der Goes is een nationaal-socialiist, maar Van Vessem leert het nooit", en hij beklaagt zich, dat hij, terwijl men de anderen niet aandurft, als zondehok is geroyeerd, ook al wilde hij dadelijk toe- geven, ,dat wat men door de microfoon te hooren kreeg niet altijd vleiend voor den heer Mussert was". en ook toen hij hij zijn directeur geroepen werd, die een technische kwesitie -met hem wou bespreken, lag er op zijn gelaat no'g iets van de ontstemming te lezen, waarmee hij reeds bij zijn opstaan te kampen had. Robert Nor mann was geen groot menschenkenner en merkte dit niet op. IHij verzocht den jongen ingenieur, een stoel te nemen en besprak met hem zeer diep- gaande de technische aangelegenheid. Toen Stefan echter wilde opstaan om naar zijn eigen werkkaimer terug te gaan, verzocht hij hem, nog een paar minuten te bllijven. De ingenieur hleef zitten en hoog even het hoofd. ,,Ik helb namelijk nog een kleine opdracht van mijn vrouw voor u, mijnheer von Horn stein", zei hij op zijn gewone vriendelijke, "eenvoudige manier, „en die mag ik natuurlijk niet vergeten." „Dus, mijnheer von Hornstein, mijn vrouw laat vragen waarom u zich heelemaal niet meer bij ons laat zien en verizoekt u, niet te bedanken, wanneer u bipnenkort een uitnoo- diging voor een avond met meer gasten krijgt." iHij lachte en Het de breede, een weinig geel gerookte tanden zien. „U schijnt bij mijn vrouw in de gunst te staan en dat doet me genoegen. Zij ziet alreedsi hij ..den eersten oog- opslag of er in iemamd iets zit of niet." De directeur zei dit niet zonder een zeke- ren trots op de schranderheid zijner echt genoote. Een klein, verborgen lachje speelde om Hornstein's mond. Hij boog nogmaals licht. ,,Ik vrees, dat mevrouw mij al te vriende lijk beoordeelt, maar ik zal mij de eer waardig toonen en zal natuurlijk een uitneodiging met het grootste genoegen aannemen." (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1937 | | pagina 1