ALGEMEEN MEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
Elisabeth en Maria.
Als de heide bloeit
'n Barstende Hoofdpijn
No. 9352
VRIJDAG 20 SEPTEMBER 1935
75e Jaargang
Feuilleton
Binnenland
EERSTE BLAD
De abonnd's van het
Gelilustreerd Zondagsblad,
DE UITGEEFSTER.
H.H. Kantoorhouders
Onze abonne's in het
Buitenland
NEUZENSCHE COURANT
\BONNE3IENTSPRIJS: Binnen Ter Neuzen 1,25 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen
fr. per past 1,55 per 3 maanden Bg voor utbptaling fr. per post 5,60 per jaar
Voor Belgie en Amerika f 2,overige lan len f 2,35 per 3 maanden fr. per post
Abonnementen voor het buitenland alleen bij vooruitbetaling.
Uitgeefster: Flrma P. J. VAN DE SANDE
GIRO 38150 TEEEFOON No. 25.
ADVERTENTIeNVan 1 tot 4 regels 0,80 Voor elken regel meer 0,20.
KEEINE ADVERTENTIeN: per 5 regels 50 cent bij vooruitbetaling.
Grootere letters en clichd's worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwelk op aanvraag
verkrijgbaar is. Inzending van advertentien liefst een dag voor de uitgave.
DIT BLAD VERSCHUNT IEDEREN MAANDAG-, WOENSDAG- EN VRIJDAGAVOND
die het blad per post ontvangen, wor
den verzocht, hun abonnementsgeld fodr
1 Oct. a.s., in te zenden daar er anders
over beschikt wordt met verhooginp van
15 cent.
worden verzocht het abonnementsgeld
over het 3e kwartaal 1935 van de Ter
Neuzcnsche Courant voor 1 Oct. a.s. in
te zenden.
Wij vestigen er de aandacht van onze
abonne's op, dat wij bij terug-ontvangst
van eene onbetaalde kwitantie. onmiddel-
lijk de toezending van het blad zullen
sts ken
DE UITGEEFSTER.
worden driiigend verzocht, het verschul-
digde abonnementsgeld voor 1 Oct. a.s.
in te zenden. Bij niet-ontvangst voor dien
latum wordt het abonnement gestaakt.
Abonnementen voor het buitenland
worden slechts aangenomen bij vooruit-
betaling.
DE UITGEEFSTER.
Niemand minder" dan Vondel heeft in
1646 in zijn prachtig treurspel over Maria
Stuart baar strijd en worsteling met haar
nicht Elisabeth van Engeland gesteld
naast en vergeleken met d'e in het Evan-
gelie ons geteekende ontJmoeting tusschen
Elisabeth, de moeder van Johannes den
Dooper, en Maria, de moeder van onzen
Zaligmaker. Zoo is het ook zeer weJ
mogelijk, dat de lezers van dit artikel bij
het vernemen van het opschrift, het eerst
hebben gedacht aan die twee over-bekende
bijbelsche figuren. Maar toch bedoelen
wij die niet, wij willen enkele punten van
overeenkomst, maar nog meer treffende
punten van verschil noemen tusschen deze
twee andere hoogst belangrijke vrouwen:
een paar dames, die in haar dagen. en
vooral omstreeks de jaren 15631565,
zooals Stefan Zweig terecht heeft opge-
merkt, geweest zijn de twee die het
meest gewild en gezocht werden. Wie
maar ergens in Europa kroonredhten en
geen vrouw bezat, die zond nu zijn ge-
zanten om naar haar hand te dingen; zoo
deden even goed een Habsburg als een
Bourbon, Filips II van Spanje als diens
zoon Don Carlos, de aartshertog van Oos-
tenrijk en de koningen van Zweden en
Denemarken, stokoude mannen zoowel als
knapen, mannen en jongelingen; in geen
tijden was de huwelijksmarkt zoo goed
voorzien. Want nog maar steeds betee-
kende in die dagen het huwelij'k met een
vorstin de beste manier voor een heerscher
om zijn macht te vergrooten. Niet door
een oorlog te gaan voeren, maar door een
huwelijk zijn in de dagen van het absok-
tisme de groote erfrijken opgebouwd, zie
maar naar het tot 'n eenheid geworden
Frankrijk, het 'n halve wereld omvattende
Spanje en het sterke huis Habsburg. En
nu lokken dan nog de het iaatst nog
vaceerende kroon juweelen van Europa:
Elisabeth en Maria, of wat hetzelfde
wil zeggen: Engeland of Schotland; wie
dat eene of dat andere land door een hu
welijk weet te winnen, die wint het wereld-
eindspel, en het gaat hierbij niet alleen
om wereldmacht, dat wil zeggen: om bezit
van uitgestrekte gebieden, maar het gaat
tevens over geestes- en geestelijke goede-
ren. Komt b.v. door een huwelijk met een
dier beide vorstinnen het Britsche eiland
aan een katholiek mede-koning, dan slaat
de weegsdiaal door naar de zijde van de
Roomsche Kerk, en dan wordt die vol-
slagen heerscheres. Zoo beteekent deze
bruid-werverij heel wat meer dan een
gewone familieaangelegenheid: het gaat
hierbij om een beslissing voor de wereld.
En voor die twee vrouwen tevens am een
levensbeslissing, een beslissing voor en
over haar leven, voor allebei tegelijk.
Want als de eene een voorsprong krijgt,
al is het maar alleen door 'n huwelijk, dan
gaat de troon van de andere stellig wan-
kelen; zij kunnen niet allebei tegelijk boven
zijn of de een of de ander wint. Daar-
om kan ook de schijn-vriendschap tus
schen Maria Stuart en Elisabeth slechts
zoolang duren als beiden ongehuwd blij-
ven, de een dus alleen maar koningin van
Engeland en de ander alleen maar konin
gin over Schotland komt er maar n
cleine verschuiving van macht, dan gaat
een van de twee overheerschen. En geen
van de twee wil van wijken weten: het is
een strijd tusschen haar op leven en dood.
Elisabeth van Engeland en Maria van
Schotland zijn beiden persoonlijkheden
van het allergrootst formaat, zeer begaafd
en uiterst energiek. Dat komt vooral ui't,
als wij ze maar even stellen naast de
andere monarchen van dien tijd: naast
den monnikachtigen Filips II van Spanje,
naast het humeurige jongentje: Karel IX
van Frankrijk, naast den onbeduidenden
Ferdinand van Oostenrijk die alien zijn
spelers met bijrollen, en geen van hen
reikt ook maar even tot de geestelijke
hoogvlakte, waarop deze buitengewone
vrouwen elkaar tegemoet treden.
Eerst maar haar overeenkomst! Beiden
worden door echt vrouwelijk hurneur en
hartstochten geremd, beiden zijn eergierig
tot in het ombehoorlijke, en beiden hebben
zich van haar vroegste jeugd af aan voor
haar hoogen rang op bijzondere wijze
voorbereid. Beiden gedragen zich voor-
beeldig in haar optreden naar buiten, en
beiden sitaan, wat haar vorming en ontwik-
keling 'betreft, op de voile hoogte van het
humanisme. Beiden spreken ze vloeiend
Latijn, Fransch, en Italiaansch; Elisabeth
is bovendien nog het Grieksch machtig;
en beider brieven overtreffen in plastische
zeggenskracht die vanhaar beste minis
ters'. Ze zijn beiden kunstzinnig, maar
met de overeenstemming op deze punten
is ook alles gezegd, en de verdere tegen
stellingen komen des te treffender uit.
Nu dan enkele verschilpunten. die er
zijn in veel grooter mate: Elisabeth had
het vooral in het begin erg zwaar. en
Maria Stuart speciaal aan het eind van
haar leven. Maria Stuart's geluk en
macht stijgen snel en gauw zij is als
Roman van ANNY v. PANHUYS.
(Nadruk verboden.)
o
15) (Vervolg.)
Zij trok Dirk naast zich op de sofa en ging
voort: „Zie eens hier, Dirk... Buiten mij weet
niemand, dat het lied ,,Als de heide bloeit
van jou is. Je verzocht mij te zwijgen en ik
heb gezwegen. Maar denk eens aan, als ik
het niet gedaan had, hoe onaangenaam nu,
na dat krantenartikel, je toestand zou zijn.
Iedereen zou je kunnen verwijten, dat je met
gestolen veeren pronkte. Maurits van Kem-
pen is over de heele wereld hekend en nie
mand twijfelt een oogenblik aan de waarheid
van hetgeen die journalist beweert. Als ik
jou niet zoo goed kende, zou er na de lezing
van dat artikel misschien ook bij mij twijfel
zijn opgekomen, of je werkelijk de componist
van dat lied waart."
„je hebt gelijk, Margo, ik ben het mijaelf
verplicht, mij tot van Kempen te wenden..."
Nog denzelfden dag schreef hij een korten,
maar beleefden brief aan zijn vroegenen leer-
meester
Het antwoord liet niet op zich wachten,
maar kwam reeds na tiwee daigen aan. Dirk
voelde zijn hart kloppen, toen hij op de en-
veloppe het schrift van Josine herkende.
Het duurde een paar minuten, eer hij er toe
kon besluiten, den omslag los te scheuren
maar toen las hij den brief vlug door.
Beste Dirk,
Het heeft mij zeer verwonderd, dat je aan
mijn man schreef. Daaruit maak ik op, dat
je niet weet, dat hij een maand geleden ge-
storven is. Het gebeurde heel plotseling; hij
stienf aan een hartverlamming. Mij-n vader
heeft de doodstijdingen rondgestuurd, maar
hij zal waarschijnlijk je adres niet geweten
hebben. Je moiader schijnt je ook|niet er van
in kennis te hebben gesteld.
Op je vraag naar het bewuste lied, moet ik
je zeggen, dat zeker iweer zoo'n alwetende
journalist dat artikel gesehreven heeft, want
er is geen woord van waar. Wei werd in
New-York een nieuwe opera van mijn man
opgevoerd, maar daarin kan dat lied' niet zijn
voorgakomen, want ik heb nooit met Maurits
over den tekst gesproken of hem de melodie
voorgezongen. Overigens kon ik dat ook niet
doen, want de partituur, die je aan mijn man
ter hand stelde en waarin dat lied voorkwam,
is voor zoover ik weet, verbrand.
Je moogt je gerust als de comiponist van
het bewuste lied aan bet publiek voorstellen.
Ik hoop, dat het je goed gaat en eindig met
hartelijkie groeten,
Josine van Kempen-Boymans."
Maurits van Kempen gestorven!Dirk
stond als verbijsterd. Hoe was het mogelijk,
dat hij daar niets van wist? Dat zou toch
zeker wel in alle kranten gestaan hebben
Och ja, hij was niet gewoon, veel kranten
te lezen, nu vooral niet, nu hij door zijn drukke
werkzaamheden zoo in beslag werd genomen.
Zijn moeder had het zeker niet de moeite
waard gavonden om hem erover te schrijven.
Zij was voortdurend ongesteld en ziekelijke
oude menschen hebben genoeg met zicbzelf
te doen.
Dus van Kempen was dood! Sedert eenige
weken reeds! En Josine droeg den weduwen-
sluier
Dat zwart zou goed staan bij haar blond
haar en fijne teint
Maar mi ergerde hij zich over zichzelf...
Wat bekommerde hij -zich over Josine van
Kempen?... Toch had het hem getroffen, dat
zijn voormalige leermeester zoo plotseling
gestorven was. Hij schaamd© zich nu, dat
hij hem nooit gesehreven had. De professor
had hem toch altijd zijn besten ieerling ge-
een morgenster aan 'n helderen hemel
zij is als koningin geboren, en terwijl zij
nog koningin is, wordt zij reeds voor de
tweede maal tot koningin gezalfd. Maar
het pad, waarlangs zij neerstort, is even j
steil: haar ondergang voltrekt zich ijlings. s
In drie of vier afzonderhjke,, los van elkaar
staande katastrophen concentreeren zich
haar ongeluk en ondergang. Daarom is
het waarlijk geen wonder, dat Maria
telkens weer als heldin heeft dienst ge
daan voor tragedies, terwijl daarentegen
Elisabeths opgang slechts geleidelijk en
heel kalm zich voltrekt. Elisabeth heeft
niets zonder strijd, zoo-maar, cadeau ge-
kregen. Als jong kind wordt zij voor
bastaard uitgemaakt, door haar eigen
zuster wordt zij in den Tower gevangen
gezet, bijna was zij ter dood gebracht.
Wat Elisabeth bereikt heeft, heeft zij door
eigen werkzaamheid en energie zich ver-
overd.
Twee zoo onderscheiden levenslijnen
moeten wel noodzakelijk divergeeren. Bij
'n enkele gelegenheid kunnen zij elkaar
eens snijden, maar nooit vallen zij ook
maar een oogenblik samen! En bij elk
van deze twee vrouwen ontwikkelt 'haar
bijzonder levenslot ook n aparten vorm
van karakter.
Bij Maria Stuart ging eerst alles zoo erg
gemakkelijk zij wordt vrijwel licbtzin-
nig en zelfbewust; haar goed vertrouwen
is haar grootheid, maar wordt ook ihaar
ongeluk. Zij verbeeld't zich: waar God
haar de kroon gegeven heeft, kan en zal
niemand die haar ontnemen; zij heeft maar
te gebieden. het heerschen zit haar in het
bloed. Zij laat zich spoedig voor iets
innetmen, neemt snel besluiten, en zooals
zij als 'n ervaren amazone allerlei horden
en hindernissen weet te nemen. zoo derikt
zij ook, dat zij toch dood-gemakkelijk alle
bezwaren van dit leven wel zal kunnen
overwinnen. Maar voor Elisabeth be
teekent heerschen 'n soort schaakspel, een
voortdurend ingespanuzn nadenken en op
alles bedacht moeten zijn; Maria Stuart
heeft plezier in haar heerscheres-zijn, zij
doet dat met groot genoegen, ja met wel-
behagen. De Paus moet eens van haar
gezegd hebben, dat zij had ,,het hart van
een man in het lichaam van een vrouw",
en juist die lichtzinnige waag'halzerij, deze
egoistische souvereiniteit is het, die haar
zoo aantrekkelijk maakt voor gedichten,
balladen en tragedies, maar die ook de
schuld heeft aan haar vroegtijdigen onder
gang.
Elisabeth heeft het op den duur alleen
van Maria gewonnen door 'n heel listig en
verstandig gebruik te maken van de zwak-
heden en dwaasheden van haar toch
steeds ridderlijke tegenstandster. Zij was
aarts-wantrouwend, maar zij had de ge-
varen van de wereld dan ook al heel vroeg
leeren kennen en vreezen. Zij weet, dat
de macht vaak slechts hangt aan een zijden
draadje. Elisabeth houdt kroon en scep
ter vast alsof die van glas waren: eigen-
lijk brengt zij heel haar leven door in zor-
gelijkheid en besluiteloosheid. Alle por-
tretten, die van haar over zijn, laten ons
dat heel duidelijk zien, er is er niet een,
waarop zij vrijmoedig en trotsch uitkijkt
als een echte gebiedster, haar gelaat is
altijd zorgelijk en onrustig, net alsof zij op
iets wadit, nooit is er een blij-e glimlach
nGcinci en had het goed met hem gemeend1...
Wie weet of z\jn tweede werk zoo goed zou
gelukt zijn, als de professor niet zoo energiek
te werk was gegaan met Zijn eerste opera
Zijn ,,Overwinnaar" was verbrand, maar
Margo", het nieuwe werk, was door de direc-
tie van de Grand Opera aangenomen! Dirk
glimlachte
Met toestemming van den libretto-dichter
had hij de heldin van zijn opera Margo ge-
noemd. Dat was als een geschenk voor Margo
Girardin.
De volgende week zou het werk opgevoerd
worden, tegelijk met „Paljas".
Er werden al gerachten over die premiere
verspreid en het uitjgaand publiek verkeeride
reeds in spanning. Wat Dirk he tref t, hij zag
den heslissenden avond met angst en hoop
tegemoet.
De dood van Maurits van Kempen had hem
ontroerd, maar wat Josine hem schreef over
het bewuste lied, interesseerde hem opeens
slechts matig. Natuurlijk had de journalist
zich vergist; zijn onmuzikaal gehoor had de
meiodieen verwisseld en toen had hij dien
klinkklaren onzin gesehreven.
Maar Josine was weduwe en die gedachte
liet hem niet los. Hjj moest veel aan haar
denken en was bang voor de doordringende
oogen van Margo, met wie hij schijnbaar on-
verschillig sprak over den ontvangen brief.
Maar de actrice had zijn geheim wel ont-
dekt. Zij begreep, dat het nu niet lang meer
zou duren of Dirk zou teruggaan naar Hol
land, waar de blonde Josine woonde. Nu
moest zij zich aan de gedachte wennen, af-
scheid van hem te nemen...
Dapper verkropte zij haar smart, het moest
zoo zijn. Zij zag het wel, dat hij nauwelijks
aan haar daoht. dat hij het niet bemerkte hoe
zij leed, want ja, zij beminde hem met een on-
baatzuchtige liefde, de eerste reine liefde in
haar leven.
Josine zat aan het bureau van haar over-
leden echtgenoot tegenover een deftigen heer,
om haar mond. Zij is en blijft een al vroeg
oude vrouw, een eenzaam mensch, vol
tragiek, een, die nauwelij'ks haar eigen
nood, en dus nog veel minder een wereld
of maar werelddeel weet te beheerschen.
Zij was op haar manier een soort schraap-
ster, een die ook en vooral ,,op de kleintjes
paste men zou kunnen zeggen: zij was
burgerlijk, huishoudelijk, en die over-
dreven voorziichtigheid en angstigheid
zijn in haar staatkunde toch wel uiterst
productief gebleken. Men zou kunneti
zeggen: Maria Stuart leefde alleen voor
en dacht ook alleen aan zichzelf. Elisa
beth daarentegen leefde voor haar land,
zij nam haar ambt plichtgetrouw waar als
de beste ambtenaar, terwijl Maria Stuart
haar koningschap beschouwde als een ge-
heel vrijwillig aanvaarde eer. Beid'en
waren zwak en beiden waren sterk in
zeker opzicht. Voor Maria Stuart wordt
haar heldhafte en tegelijk dwaze waag-
halzerij tot ondergang, voor Elisabeth
wordt dit voorzichtige talmen en dralen
en overwegen tot winste.
Beiden zijn niet alleen als heerscheres-
sen, dodi ook als vrouwen elkaars tegen-
voeters. Maria Stuart was in alles vrouw,
en al de belangrijke beslissingen in haar
leven zijn door dit volkomen vrouw-zijn
ingegeven en veroorzaakt. Wij bedoelen
daarmee niet, dat zij altijd hartstochtelijk
zou zijn geweest integendeel: deze fac-
toren ibegonnen bij haar eerst vrij laat tot
uiting te komen. Zij was nog lang een
jong meisje. Opvallend sensitief is zij,
haar gemoed raakt spoedig in beweging,
zij bloost heel gauw, de tranen komen bij
haar gemakkelijk voor den dag. Maar
haar voile kracht ontplooit zich toch pas
in combinatie met de werking van haar
geslachtsleven. Op zoo'n oogenlblik wijlkt
al het andere, weet zij van geen enkele
ramming of redenatie, dan wijlkt zelfs
haar koningin-zijn, dan is zij geheel en
alleen vrouw.
Maar zoo iets heeft Elisabeth nooit ber
leefd, of zeg wat mij betreft: dat
heeft zij nooit mogen beleven. Zij was
die U kwelt en belel te werken? Neem
een "AKKERTJE" en binnen een kwarlier
voelt Ge de hoofdpijn wegtrekken als mist
voor de zon. Heb steeds AKKER-CACHETS
in huis, vannacht kunnen zij le pas komen
bij Hoofdpijn, Kiespijn, Zenuwpijn, Spier-
pijn. Slechts 52 cent per 12 stuks. Overall
Vraagt ook: „Laxeer-Akkertjes"( de nieuwe
vinding van Apotheker Dumont tegen ver-
•topping, hardhjvigheid, enz.Werken zacht
(Ingez. Med.)
die haar om een onderhoud had verzocht. Hij
was de vertegenwoordiger van een der groot-
ste uitgeverszaken voor het tooneel, waarvan
het hoofdkantoor in Berlijn was, maar dat in
alle groote steden agentschappen had.
,,Ik ben zoo vrij, mevrouw," begon hij, ,,u
te bezoeken naar aanleiding van de opera
„Veroverdi Land". Het is toeh niet billijk, dat
zulk een heerlijk werk alleen voor de Ameri-
kanen zou zijn. Ik kwam u verzoeken, ons het
recht te geven het in Europa op te voeren,
opdat alle muziekliefhebbers, tot welke natie
zij ook behooren, ervan zouden kunnen genie-
ten. De ware kunst toch is aan geen vader-
land gebonden, de geheele wereld eiseht die
op. Dunkt u 'dat ook niet, mevrouw? Geef
aan onize firma het recht, de laatste opera van
uw overleden echtgenoot op te voeren en heel
Europa zal u er dankbaar voor zijn."
De jonge vrouw scheen niet zoo dadelijk
zijn over te halen, zij maakte een afwijzend
gebaar en zei: „Het spijt mij, mijnheer, dat
ik uw verzoek niet kan inwilligen. Maurits
van Kempen gaf het recht tot opvoering uit-
slui'tend aan de Vereenigde Staten."
,,Maar uw echtgenoot is overleden en u is
zijn erfgename", zei de deftige heer en lachte
bemoedigend.
„Het zou van weinig pieteit jegens de na-
gedaChtenis van mijn man getuigen, als ik
tegen zijn uitdrukkelijken wil handelde," ant-
woordde zij koel en bedaard.
Hij keek haar lichtelijk verwijtend aan.
Mevrouw, ik ben er van overtuigd, dat mijn
heer de professor na het overweldigende suc-
ees in New-York on® opk het opvoerings-
recht zou hebben gegund. Ik hoard de heele
zaak voor een grap, die de beroemde compo
nist zich wilde veroorloven tegeniover de
schouwburgen van het continent. ,Zij moesten
vergaan van nijd, geel en groen worden van
jalouzie en dan... na sen poos zouden wij aan
deze zijde van den grtooten plas het werk van
uw echtgenoot wel hebben leeren kennen."
De gewiekste zakenman merkte op, dat de
uitdrukking van Josine's gelaat nadenkend
niet volkomen een vrouw, zij bleef maagd,
en misschien wel ui't noodzaak. Dit alles
had den machtigsten invloed op heel haar
wezen en doen, vandaar dat besluitelooze,
dat nerveuse, dat onevenwichtige en ook
onberekenbare in haar besluiten en beslis
singen, dat voortdurend omschakelen van
heet op koud, van ja op neen, vandaar dat
toomeelspelerige en geraffineerde bij haar,
vandaar ook dat acbterbaksche en niet
het minst die coquetterie, die haar telkens
parten speelde, wat alles afkomstig was
uit deze innerlijke onzekerheid. Zij was
nooit eens echt natuurlijk, men kon nooit
op haar aan, zij had altijd nog iets achter
den mouw, en toch ook dit dient ge
zegd: was zij nooit onmenschelij'k of hard.
Elisabeth was diplomate, maar de
zwaarste beslissingen kostten haar ontzag-
lijlc veel hoofdlbreken. Zij zou Maria
Stuart nooit bevochten hebben, als zij
zich niet door haar bedreigd had gevoeld.
Zeer waarsdhijnlij'k zouden beiden, als zij
het voor't zeggen hadden gehad, liever in
vrede hebben geleefd, Maria Stuart uit
'n soort laksheid en Elisabeth gedreven
door een zekeren angst, maar de tijdsom-
standigheden lieten nu eenmaal geen rus-
tig naast elkander leven toe.
Want de groote tegenstellingen en
tegengestelde machten dier dagen wilden
het anders. Laat men het geen toeval ach-
ten, dat Maria Stuart voor het oude
Kafcholieke geloof optrad en Elisabeth de
beschermvrouwe wilde zijn van het Pro-
testantisme, of beter gezegd: van de Her-
vorming. Waren zij mannen geweest
zoo merkt Zweig op dan zou -het een
openlijke en bloedige oorlog zijn gewor
den, maar nu werd het een soort katten-
gevecht. Maar met niet weinig wee en
ellende!
VERTREK H. M. HE KONINGIN
NAAR HET LOO.
Prinses Juliana zal de Koningin, die, naar
reeds gemeld is, Vrijdagmiddag naar het Loo
zal vertrekken, daarheen vergezellen.
EERSTE KAMER.
In de vergadering van Dinsdagmiddag is
uitgehracht het verslag der oommissien tot
onderzoek der gelocfsbrieven.
De heer Mendels (s.-d.) rapporteert namens
de eene eommissie (Noord-Holland en Fries-
land); de heer Briet (a.-r.) namens de andere.
Tegen de toelating is geen bezwaar. Be-
houdens wat betreft den heer graaf de Mar-
chant et d'Ansembourg; er was twijfel ge-
rezen over de vraag of deze Nederlander is,
n.l. in de vergadering der Staten van Lim-
burg. De heer d'Ansembourg is 18 Januari
1894 geboren als Nederlander, doch zou door
zelfstancfige naturalisatie op 23 November
1912 Pruisisch onderdaan zijn geworden. Toen
was betrokkene nog minderjarig. In verband
met verschillende wetsartikelen en de inter-
pretatie daarvan moet t.a.v. betrokkene, die
in Pruisisohen staatsdienst is geweest, niette-
min worden besloten tot toelating. De eom
missie is echter van oordeel dat de Kamer
deze aangelegenheid nader moet kunnen be-
oordeelen en stelt voor, haar rapport naar de
afdeelingen te verzenden.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hiertoe
besloten.
De overige nieuwgekozenen worden toege-
laten en leggen de voorgeschreven eeden of
beloften af, althans voor zooveel aanwezig.
werd. Hij moest redeneeren, overtuigen
„Ja, mevrouw, 2bo is het," ging hij voort.
,,De beroemde componist heeft zijn tnouwe
bewonderaars in Europa een beetje voor het
lapje willen houden. Als zijn plotselinge dood
hem dat niet belet had, zou hij het u zeker
zelf zoo verklaard hebben."
Aarzelendl antwoordde Josine: „Zou u dat
denken?"
Zeker, mevrouw, ik ben er vast van over
tuigd. Het was slechts een gril van den pro
fessor om zijn opera alleen in Amerika te
doen opvoeren. Een gril, waaraan hij ieder
oogenblik een eind kon maken en het is van
uw kant ook volstrekt geen igemis aan pieteit,
als u doet, wat uw echtgenoot zeker zou ge
daan hebben, indien niet de dood hem over-
rompeld had."
Maar Josine bleef twijfelen. ,,Ik mag mij
niet laten leiden door wat mogelijk zou kun
nen zijn. Wat u zegt, mijnheer. klinkt niet
onwaarschijnlijk, maar ik moet mij aan de
werkelijkheid houden en niet rekenen met het
geen mijn man misschien zou gedaan hebben.
Ik voldoe het beste aan zijn wenschen door
ze te handhaven."
De deftige heer onderdrukte een zucht. Hij
meende dat mooie, jonge vrouw.tje al voor zijn
zaak gewonnen te hebben en nu bleek het, dat
hij nog even ver was al® toen hij het eerste
woord er over siprak. Maar toch, ontmoedigd
was hij niet.
Het scheen, dat juist de tegenstand zijn
welsprekendheid vermeerderde. Josine wist
telkens minder te antwoorden en terwijl zijn
wioorden als een stortvloed over haar heen
gingen, herinnerde de jonge weduwe zich
opeens, wat haar man gezegd had, of liever
gestameld, toen de dood hem zoo plotseling
overviel.
Wjeer meende zij zijn stem te hooren, duide
lijk zooals in dat verschrikkelijke oogenblik,
toen hij rochelend op het tapijt aan haar voe-
ten neerzonk. „Mijn laatste werkGeheel
EuropaVergeef mij
(Wordt vervolgd.)