ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
BLACK-BOy
Het geheim van de 7 wijzerplaten
PRUIMTABA
No. 9304
WOENSDAG 29 MEI 1935
75e Jaargang
Binnenland
Feuilleton
Piet Pruim Peinst:
GESAUSDEZWARE
■MMNnc1* wra «*acriratvm*-tBn*rjHXu%*:-.W
N EUZENSC
ABONNEMENTSPRIJS: Binnen Ter Neuzen 1,25 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen
fr. per p®st 1,55 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post 5,60 per jaar
Voor Belgie en Amerika 2,—, overige landen 2,35 per 3 maanden fr. per post
Abonnementen voor het buitenland alleen bij vooruitbetaling.
Uitgeefster: Firma P. J. VAN DE SANDE
GIRO 38150 TELEFOON No. 25.
ADVERTENTIeNVan 1 tot 4 regels /0,80 Voor elken regel meer 0,20.
KLEINE ADVERTENTIeN: per 5 regels 50 cent bij vooruitbetaling.
Grootere letters en cliche's worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, betwelk op aanvraag
verkrijgbaar is. Intending van advertentien liefst een dag voor de uitgave.
DIT BLAD VERSCHIJNT IEDEREN MAANDAG-, WOENSDAG- EN VRIJDAGA\ OND.
GEMEENTE TER NEUZEN.
Vis- of hengelakten.
Dienst 1935/36.
Ter gemeente-secretarie zijn verkrijigbaar
aanvragen tot het bekomen van een vis- of
hengelakte.
Ter Neuzen, 29 Mei 1935.
PRINSES JULIANA HERSTELD.
De Koningin en Prinses Juliana zijn Dinsdag-
avond zes uur van het paleis Huis ten Bosch
per auto naar het Loo vertrokken.
Hieruit blijkt, dat de Prinses hersteld is van
haar lichte ziekte.
KONINKLIJK BEZOEK AAN DE
IIOOFDSTAD.
De Koningin zal Zaterdag 15 Juni de hoof d-
stad bezoeken ter bijwoning van de plechtige
onthulling van het Van Heutsz-monument. Het
verblijf duurt slecbts een dag. Het gewone
jaarlijksche bezoek van de Koninklijke Familie
zal in September plaats hebben.
MARCHANT'S VERDEDIGING.
„Tot verweer".
De aangekondigde brochure van mr. H. P.
Marchant is thans verschenen (te Leiden bij A.
W. Sijthoff's Uitgeversmij,). De titel ,,Tot
Verweer" geeft de bedoeling van het korte
geschrift aan: de heer Marchant wil zich ver-
dedigen tegen de aanvallen, welke op hem
zijn gericht wegens zijn zwijgen omtrent zijn
overgang naar het Katholicisme in Decem
ber 1934. De inleiding luidt aldus:
,,Tot verweer ging ik schrijven met spoed.
Het is mij lang niet onverschillig, of de Partij-
raad van den Vrijzinnig-Democratischen Bond
die aanstaanden Zondag zal vergaderen, het
standpunt van de Partij zal bepalen enkel op
eenzijdige voorlichting. Op 26 Mei zal hij voor
het eerst vergaderen zonder mij. Ik zal daar
niet kunnen vememen, wat de grieven zijn
van de organisatie, die voor een goed deel mrjn
geesteskind is, waaraan ik de beste jaren van
mrjn leven heb gewijd. En ik zal mij daar tegen
die grieven niet kunnen verweren. Er is daar-
om haast bij het werk.
„Ik moet mij dus verweren tegen alles,
wat in het publiek tegen mij is ingebracht,
voor zoover dit een verweer waardig is. Niet
van alles kan dit worden gezegd. Ik zal mij
dus ook moeten richten tegen wat wellicht
door geen enkel vrijzinnig-democraat is ge
zegd of gedacht."
De heer Mlarchant beklaagt zich over de
wijze, waarop men hem met verwijten over-
stelpt en zegt, dat men uit tal van uitlatin-
gen had kunnen afleiden, dat een evolutie
naar het Katholicisme zich in hem voltrok.
Nochtans, nadat hij op 21 December 1934 was
opgenomen in de Katholieke Kerk, zweeg hij.
Wlaarom?
De brochure vervolgt:
„Men heeft alle minderwaardige motieven
gezocht en gepropageerdde respectabele, die
voor de hand lagen, passeerde men. Dat is de
politiek. Helaas ook van sommige vrijzinnig-
democraten.
„Laat ik trachten de respectabele motieven
onder de aandacht te brengen.
„Het was 21 December 1934. Elke Minis
ter verwachtte, dat het ,,aanpassings-ont-
werp" in Januari bij de Tweede Kamer zou
worden ingediend. Het deel van mijn Depar-
tement was reeds sedert September in be-
werking geweest. De wet zou uiterlijk in April
het Staatsblad hebben bereikt, wilde zij voor
de begrooting van 1936 volledig werken.
Sprak ik, dan zou ik de ervaring heeft be-
wezen dat ik juist zag het Kabinet in moei
lijkheden hebben gebracht, vlak voordat het
we tson twerp verscheen. Het landsbelang
eischte, dat het Kabinet-Colijn zonder afbrok-
keling bleef zitten en zijn taak, welke die ook
zou blijken te zijn, afwerkte. Als de afbrok-
keling eenmaal ware begonnen, dreigde er
verder gevaar. Als Oolijn vandaag aftreedt, is
er morgen paniek met alle economische gevol-
gen. Er ontstaat een zeer moeilijke crisis.
Niemand heeft in de gegeven omstandigheden
een anderen formateur. Dit was een overtui-
ging.
Maar in de tweede plaats deze overwe-
ging raakt de Partij de Statenverkiezin-
gen waren in zicht. Men heeft thans gezien,
met welk een felheid en met welke onge-
geneerde leugens de politieke vijanden van de
Partij zich op haar zijn gaan werpen."
De schrijver had gehoopt, dat de Vrijzinnig-
Democraten zouden hebben begrepen, dat het
niet in het belang van de Partij was, als hij
voor de verkiezingen had gesproken. Nu hij
zweeg, kon hij zich tegenover niemand uit-
laten.
De heer Marchant zegt verder, dat hij niet
de beschuldiging aanvaardt, in de periode van
zwijgen een dubbelzinnige positie te hebben
ingenomen
,,Men heeft gesproken over een bezoeker
ter audientie, die meende een „vrijzinnig" man
voor zich te hebben, en het was een Katholiek.
Maar begrijpt men niet, dat het een Minis
ter mij althans volslagen onverschillig
is, van welken godsdienst de bezoeker van
een audientie is."
Meent men soms, dat iemand als ik, zijn
objectiviteit verliest, zijn ambtsplicht ver-
geet, zoodra hij Katholiek is geworden?
En wie mocht meenen, dat ik, geloovig Ka
tholiek, ongecojitroleerd Katholieke belangen
zou dienen, kent mij slecht, en kent de positie
van een Minister niet."
De oud-minister gewaagt dan van die ge-
ruchten, welke begonnen te loopen en welke
hem tenslotte tot de overtuiging brachten, dat
langer zwijgen onmogelijk was. Uitvoerig
lezen wij den gang van zaken in den minister-
raad. Hij rekende, zoodra hij voornemens was
te spreken, met zijn uittreden uit het Ministe-
rie; zijn heengaan was vrijwillig, maar hij had
prijs gesteld op het oordeel van dr. Colijn.
,,De voorzitter van den Raad van Ministers
deelde mij per brief van 10 Mei mede, dat hij
mij aanraadde ontslag te nemen. Zijn oordeel
was reeds gevormd, voordat hij den brief van
den heer Oud had'ontvangen. Hij achtte als
formateur van het Kabinet de positie hiervan
en mijn positie ingrijpend gewijzigd. Hij voor-
zag met name, dat ik bij de verdediging van
het aanpassingsontwerp op onoverkomelijke
moeilijkheden zou stuiten in de Tweede Ka-
mer. De oppositie zou, door verschillende mo
tieven gedreven, een meerderheid blijken. De
afbrokkeling zou zijn begonnen. Omdat zijn
oordeel vaststond, achtte hij een bespreking
in den Raad van 14 Mei overbodig. Voor een
persoonlijk onderhoud stelde hij zich beschik-
baar."
IHiermede was mijn besluit tot aftreden ge-
nomen."
Daarna treffen wij in de brochure een brief
aan, welken de heer Marchant heeft geschre-
ven aan het hoofdbestuur van den V.D. Bond
en welke niet in de ,,Vrijzinnig-Democraat" is
gepubliceerd. Wij stippen daaruit aan:
„Heden zal ik in de pers publiceeren, dat
ik ben overgegaan tot de Katholieke kerk.
„De beginselen van de partij eischen naar
mijn oordeel het uittreden uit de Partij dien-
tengevolge niet. Voor haar is onverschillig,
welken godsdienst een lid belijdt. Hij heeft
alleen haar beginselen te onderschrijven en te
verdedigen. Ik moet echter erkennen, dat de
plaats, welke ik innam in de Partij, hier een
element is van bijzondere beteekenis.
een der geheimzinnige verhalen van
AGATHA CHRISTIE.
(Nadruk verboden.)
19) (Vervolg.)
„Heb je nooit vermoed dat er iets niet in
orde was?"
„Niet in orde, freule?"
„Ja, ik bedoel nu niet het spelen. Ik bedoel
iets veel emstigers. Je wilt toch niet tot
dwangarbeid veroordeeld worden?"
„Och hemel freule, dat meent u toch niet?"
,,Ik ben eergisteren op Scotland Yard ge
weest", zei Bundle met nadruk. ,,Ik nam er
kennis van eenige eigenaardige dingen. Ik
wil je helpen Alfred, als je je goed gedraagt...
en als de zaken dan verkeerd mochten loopen,
wil ik een goed woordje voor je doen."
,,Ik zal heel gaame alles, wat maar kan
voor u doen, freule".
„Nu dan, op de eerste plaats wensch ik dit
heele huis van onder tot boven te bekijken."
Vergezeld van een verbijsterde Alfred,
maakte ze een degelijke inspectie. Niets trof
haar oog tot ze in de speelzaal kwam. Daar
bemerkte ze in een hoek een deur die niet op-
viel en deze deur was gesloten. Alfred legde
het haar haastig uit.
„Die deur wordt gebruikt als nooduitgang
freule. Daar is een kamer en een deur naar de
trap, die uitkomt in de vogende straat. Daar-
langs gaan de lui als er een inval gedaan
wordt.."
Maar weet de politie daar dan niets van
„Het is een handig gemaakte deur, ziet u
freule? Ze ziet er uit als een kast, meer niet."
Bundle voelde, dat ze zich opwond.
„Ik wil erin", zei ze.
Alfred schudde het hoofd.
„Dat kunt u niet freule. Mijnheer Mosgo-
rovsky heeft den sleutel."
„Het is mij gebleken, dat velen, op wier oor
deel ik prijs stel, van meening zijn dat mijn
lidmaatschap van de Partij onder de gegeven
omstandigheden haar werk ernstig zou scha-
den.
Daarom moet ik de banden, die mij met den
V. D. B. sedert zijn oprichting hebben verbon-
den, verbreken".
Tenslotte verklaart de heer Marchant zijn
besluit tot de R.K. kerk over te gaan.
NAASTING VAN DE TELEFOONNETTEN
DER DRIE GROOTSTE GEMEENTEN
IN 1937.
Naar de N. R. Crt. ter oore komt is het
zoo goed als zeker, dat de naasting door het
rijk van de telefoonnetten der drie grootste
gemeenten, Amsterdam, Rotterdam en Den
Haag in 1937, bij afloop van de concessies,
doorgaat. Men kan haar, naar werd verzekerd
gerust als een voldongen feit beschouwen.
Overwegingen van technischen aard zouden
tenslotte den doorslag ten gunste van de
naasting hebben gegeven. Inzake de vergoe-
ding van de inkomsten uit de telefoonbedrij-
ven, welke de gemeenten bij de naasting ko-
men te derven zou in beginsel een accoord
getroffen zijn, dat voor de gemeenten bevre-
digend genoemd mag worden.
DE VERKIEZING VOOR DE
EERSTE KAMER.
De partijraad van de S. D. A. P. heeft in
zijn vergadering van Zaterdag de volgende
candidatenlijst voor de Eerste Kamer vastge-
steld
Voor Noord-Holland en Friesland: dr. Henri
Polak (aftr.), Carry PothuisSmit (aftr.),
K. Vorrink, S. de la Bella, dr. H. B. Wiardi
Beckman, E. Boekman, mr. E. Ribbius Pelle-
tier, C. J. J. Weijkamp en F. van Meurs.
Voor Utrecht, Zeeland, Limburg en Bra
bant: P. Mloltmaker (aftr.), J. E. Stokvis, J.
Reinalda, C. J. van Lienden, C. Woudenberg
en H. Ploeg.
HET BEZUINIGINGSONTWERP.
De regeering zou tot enkele
concessies bereid zjjn.
Naar de Tel. vemeemt, zal de volgende
week de commissie van voorbereiding uit de
Tweede Kamer weder bijeen komen voor de
vaststelling van de eindredactie van haar rap
port over het bezuinigingsontwerp der regee
ring. Omtrent den inhoud daarvan valt uiter-
aard nog niets met zekerheid te zeggen, al
staat het wel vast, dat de critiek in velerlei
zin niet zal worden gespaard.
De regeering zal aan de hoofdlijnen en het
financieel te bereiken resultaat vasthouden en
zoo noodig de portefeuillekwestie stellen, doch
dat wil niet zeggen, dat zij niet tot bepaalde
concessies bereid zou zijn.
Zoo meenen wij te weten, dat bij de memo-
rie van antwoord een wijziging zal worden
voorgesteld van de met het oog op de ver-
keerscoordinatie gevraagde machtiging en ook
zou de kans bestaan, dat de Armeraden in
eenigerlei vorm behouden kunnen blijven.
Als andere, bij het afdeelingsonderzoek naar
voren gekomen bezwaren kunnen nog ge
noemd worden het ontbreken van een vast
omlijnde regeling betreffende het verminde-
ren van de vaste lasten -waaromtrent pas
een eerste on twerp, be trekking hebbend op
de landelijke eigendommen, is aangekondigd
het voomemen tot het vervangen van on-
derwijzers door kweekelingen, de nieuwe sa-
lariskorting en de herberekening van de pen-
sioenen. Ook heeft men der regeering ver-
weten dat zij niet voldoende aandacht be-
steedt aan het voeren van een actieve wel-
vaartspolitiek en aan een krachtiger werk-
loosheidsbestrijding.
Wordt
vervolgd
Warm of koud, 'k maak me niet warm hoorf
Koud of warm, het laat me koud,
Als mijn BLACK BOY PRUIM-TABAK mij
Altijd maar gezelschap houdt.
DE KWESTIE-MARCHANT
De Partijraad van den Vrijzinnig-Democra
tischen Bond heeft in Den Haag een zeer
druk bezochte vergadering gehouden, ter be
spreking van de gebeurtenissen, die tot het
aftreden van minister Marchant hadden ge-
leid.
Eenstemmig keurde men hetgeen door de
heeren Oud, Kranenburg en Joekes in de
aangelegenheid-Marchant is verricht, goed;
ook bleek men zich geheel met wat door hen
in De Vrijzinnig-Democraat te dezer zake is
geschreven, te kunnen vereenigen.
Op den voorgrond stellende, dat het lid
maatschap van de partij open staat voor per-
sonen van elke godsdienstige richting, indien
zij slechts de beginselen van de partij onder
schrijven, achtte de Partijraad het niettemin
begrijpelijk, dat mr. Marchant in verband met
de bijzondere plaats, die hij in den bond heeft
ingenomen, besloten had, de banden met de
partij te verbreken.
(Met waardeering werd de arbeid herdacht,
door mr. Marchant in zijn langdurige politie
ke loopbaan voor de partij verricht.
De Partijraad was voorts van meening, dat
gezien de zuiver persoonlijke reden van af-
treding van den heer Marchant, door het ge-
beurde de houding van de partij tegenover het
kabinet niet behoeft te worden gewijzigd.
ALCOHOL UIT SUIKERBIETEN.
In de Handelsberichten van het departe-
ment van Economische Zaken bericht dr. Van
Rijn te Rome over het besluit van de corpo-
ratie voor de suikerbietenteelt en de suiker-
industrie tot de verwerking in het groot van
bieten tot alcohol en het verplichte gebruik
daarvan als bijmengsel van de benzine.
Reeds geruimen tijd worden in Italie proe-
ven genomen om de benzine gedeeltelijk te
vervangen door een nationaal product. Her-
lnnerd moge worden aan het gebruik van
houtgas voor automobilisten, hetgeen door
wettelijke bepalingen wordt bevorderd. Ook
met het gebruik van alcohol als bijmengsel
van benzine worden reeds vele jaren proeven
genomen. Eenerzijds kan de bereiding van
absoluten alcohol thans economisch geschie-
den, anderzijds zijn de motoren thans der-
mate geperfectionneerd, dat het gebruik van
het mengsel geen bezwaren medebrengt, ter-
wijl het rendement wordt verhoogd.
Wat de bron betreft is men van het stand
punt uitgegaan, dat Italie, in de eerste plaats
landbouwland, uit zijn landbouw de grondstof
„Ocb", zei Bundle, „er zijn wel andere sleu-
tels."
Ze bemerkte dat het slot heel eenvoudig was
en waarschijnlijk heel gemakkelijk zou kunnen
worden opengemaakt met den sleutel van een
van de andere deuren. Alfred, die nogal bang
was, werd uitgestuurd om exemplaren die ge-
schikt zouden kunnen zijn te zoeken. De
vierde, die Bundle probeerde paste. Ze draaide
hem om, deed de deur open en ging erdoor.
Ze bevond zich in een klein somber vertrek.
Het midden van de kamer werd ingenomen
door een lange tafel met stoelen er omheen
geplaatst. Andere meubelen waren er niet.
Twee ingebouwde kasten bevonden zich aan
weerszijden van den schoorsteen. Alfred wees
de eene ervan met een knikje aan.
„Dat is ze", legde hij uit.
Bundle probeerde de kastdeur, maar die was
gesloten en ze zag duidelijk dat het met dit
slot een heel ander geval was. Het was een
patentslot, dat alleen openging met den sleutel
die er bij hoorde.
,,Het is heel ingewikkeld", legde Alfred uit.
,,Als het open is ziet het er heel gewoon uit,
planken weet u met een paar boeken en zoo
erop. Niemand zou het ooit vermoeden, maar
als men de juiste plank aanraakt, draait het
heele ding open".
Bundle had zich omgekeerd en keek naden-
kend de kamer door. Het eerste wat ze be
merkte was, dat de deur waardoor ze was
binnengekomen, zorgvuldig met vilt was be-
kleed. Dus dempte het alle geluid. Toen
dwaalden haar oogen naar de stoelen. Er ston-
den er zeven, drie aan iederen kant en een die
meer indrukwekkend van uitvoering was aan
het hoofd van de tafel.
Bundle's oogen begonnen te glinsteren. Ze
had gevonden wat ze zocht. Dit, daar was ze
zeker van, was de vergaderplaats van he.
geheime genootschap. Het was yolmaakt
uitgedacht, het zag er zoo onschuldig uit, je
kon het bereiken door er eenvoudig van de
spee'.zaal in te stappen, of je kon er komen
door den geheimen ingang en alle geheimzm-
nigheden, alle voorzorgen konden gemakkelijk
uitgelegd worden doordat er in de aangren-
zende zaal gespeeld werd. Terwijl deze ge-
dachten door haar hoofd gingen, streek ze met
haar vinger over het marmer van den schoor
steen. Alfred zag dat en legde die handeling
verkeerd uit.
„U zult hoegenaamd geen stof vinden' zei
hij.' „Mijniheer Mosgorovsky heeft van mor
gen de zaal laten vegen en ik moest het doen,
terwijl hQ toekeek".
„0", zei Bundle terwijl ze diep nadacht.
„Vanmorgen, zeg je?"
„Ja het moet toch ooit gedaan worden",
zei Alfred. „A1 wordt de zaal zoo te zeggen
nooit gebruikt".
Het volgende oogenblik schrok hij.
„Alfred", zei Bundle, „je moet in deze zaal
een plaatsje zoeken waar ik me kan verber-
gen".
Alfred keek haar ontzet aan.
„Maar dat is onmogelijk freule, u zult me
in moeilijkheden brengen en ik zal mijn be-
trekking verliezen".
„Je zult die in ieder geval verliezen, als je
naar de gevangenis gaat", zei Bundle onvrien-
delijk. „Maar ik kan je wel vertellen, dat je
je niet bezorgd hoeft te maken. Niemand zal
er iets van te weten komen".
„En er is ook geen plaats", jammerde Al
fred. „Kijkt u zelf maar rond freule, als u
me niet gelcoft".
Bundle moest wel toegeven, dat dit argu
ment waarheid bevatte. Maar ze was bezield
met den eckten geest van hen die op avontuur
uit zijn.
r>nzin", zei ze met beslistheid. „Er moet
ergens plaats zijn".
,,Maar er is er toch geen", jammerde Alfred.
Nooit had een zaal minder geschikt geleken
om er zich in te verbergen. De sombere rol-
gordijnen waren neergelaten voor de vuile
ruiten en er waren geen andere gordijnen.
De vensterbank aan den buitenkant die Bundle
bekeek was ongeveer vier duim breed. Binnen
in de kamer waren de stoelen, de tafel en de
kasten In de tweede kast stak een sleutel
in het slot. Bundle ging er heen en trok ze
open. Er zaten planken in bedekt met een
eigenaardige sorteering glazen en porcelain.
moet putten voor een voor de nationale eco-
nomie dermate belangrijk product. Men heeft
proeven genomen met rijst, mais en suiker-
bieten en berekend, dat de productiekoster*
van 100 liter alcohol, berekend op 100 pet.,
voor deze grondstoffen resp. 140, 183 en 136
liren bedragen. Rijst is een belangrijk uitvoer-
product en komt op grond daarvan niet voor
verwerking tot alcohol in aanmerking. De
hooge maisprijzen in Italie maken het gebruik
daarvan oneconomisch, terwijl ook de miudere
kwaliteiten alcohol, die uit wr)n en afvalpro-
ducten daarvan wordt vervaardigd, niet in
aanmerking komen.
Op grond van deze overwegingen is de sui-
kerbiet in Italie de meest geschikte bron ge-
acht voor alcoholvoorziening op groote schaaL
De economische zijde van het vraagstuk is
grootendeels van fiscaal karakter. In totaal
drukt op de benzine aan lasten een bedrag
van 1,25 liren per L. De staat zal thans af-
zien van een belasting van den als motor-
brandstof gebezigden alcohol, waardoor het
gebruik economisch mogelijk wordt. Het be-
drag, dat de staat aan inkomsten derft moet
beschouwd worden als een premie aan de beet-
wortelsuikerindustrie, waaraan in Italie uit
geen anderen hoofde steun wordt verleend.
Als de meest geschikte verhouding van het
mengsel is vastgesteld 20 volumeprocenten
alcohol op 80 benzine. Bij een verbruik :n
1934 van 6,2 millioen liter komt dit dus op
1.24 millioen liter alcohol. Wanneer hiervan
1 millioen liter uit bieten zal worden verkre-
gen, zal een uitbreiding met 40.000 H.A. van.
de beteelde oppervlakte mogelijk zijn, waar
door men op 129.000 H.A. zou komen. De cor-
poratie berekende voor de geleidelrjke uitbrei
ding van de beteelde oppervlakte en de in-
stallaties voor de verwerking tot alcohol wijf
jaren noodig te hebben. De fabricage zal ge
deeltelijk plaats hebben in de bestaande sni-
kerfabrieken, terwijl, volgens het venangen,
van de landbouwers, kleine distilleerderijen in
beetwortelrijke streken zullen worden opge-
richt, welke ieder ongeveer de opbrengst van
600 H.A. kunnen verwerken. Dit laatste zal
vooral geschieden in de door ontginnmg
nieuw verkregen gebieden, zooals de gewezen
Pontijnsche moerassen, waar het oprichten
van nieuwe suikerfabrieken in de huidlge om
standigheden onverantwoord zou zijn.
De uitvoering zal worden opgedragen aan
een semi-officieel lichaam, dat het monopolie
zal houden voor den aankoop van den bietiea-
alcohol van de producenteu en de distributee
ervan aan de importeurs van benzine. Ete
prijs zal door de competente staatsorgaren
,,Reservevoorraad, die ze niet gebruiken",
legde Alfred uit. ,,U kunt zien freule er is
hier zelfs geen plaats om een kat te ver-
stoppen".
Maar Bundle onderzocht de planken.
„Prutswerk", zei ze. ,,Nu, zeg Alfred heb
je beneden een kast waar je al dit glas in kunt
bergen? Ja? Goed. Haal dan een blad en
begin dadelijk met het naar beneden te bren
gen. Vlug er is geen tijd te verliezen".
„Dat kan niet, freule. En het wordt ook te
laat. De koks kunnen elk oogenblik komen".
.Mijnheer Mosgoweet-ik-wat. komt
eerst naderhand, zeker?"
„Hij is hier nooit veel eerder dan om mid-
demaeht. Maar, freule
„Praat niet zooveel, Alfred", zei Bundle.
„Haal dat blad. Als je hier blijft staan
redenseren, zul je moeilijkheden krijgen
Zijn handen wringende, zooals men dat
pleegt te noemen, vertrok Alfred. Kort daarop
kwam hij terug met een blad en daar hij in-
tusschen ingezien had, dat protesteeren nutte-
loos was. werkte hij met een zenuwaohtige
ijver, die zeer wonderlijk aandeed. Zooals
Bundle wel gezien had, konden de planken
eruit gehaald worden. Ze haalde ze er uit,
zette ze rechtop tegen den muur en stapte
toen in de kast.
„Him", merkte ze op. Nogal nauw. Dat
zal een enge geschiedenis worden. Doe de
deur voorzichtig dicht, AlfredJa zoo.
Ja het gaat. Nu moet ik een boor hebben."
,,Een boor, freule?"
Juist."
„Ik weet niet
,Onzin. Ik moet een boor hebbenmis-
schien heb je ook wel een aardboor. Als je
niet heb wat ik noodig heb, zullen we het moe
ten gaan koopen, dus doe je beter met te pro-
beeren het gewenschte te vinden."
Alfred ging heen en keerde spoedig terug
met een heel geschikte sorteering gereedschap.
Bimdle greep wat ze noodig had en begon vlug
en handig een klein gat te boren, ter hoogte
van haar rechteroog. Ze deed dit van den bui
tenkant, zood'at het niet zoo zichtbaar zou zijn,
en ze durfde het niet te groot te maken, op-
dat het de aandacht niet zou trekken.
,,Zoo. Zoo is het goed", merkte ze ten laat
ste op.
,,0 maar, freule, freule..."
„Ja?"
„|Maar ze zullen u vinden... als ze de dear
open zouden doen."
,,Ze zullen de deur niet opendoen'", zei
Bundle. „Omdat jij haar zult sluiten en cten
sleutel mee zult nemen."
,,En als mijnheer Mosgorovsky soms bij boe-
val om den sleutel zou vragen?"
„Vertel hem dat hij verloren is", zei Bundle
opgewekt. „Maar niemand zal aan die kast
denkendeze is er slechts om de aandacht
van de andere af be leiden en een paar te vor-
men. Schiet op Alfred; er kan ieder oogen
blik ieimand komen. Sluit me op en neem den
sleutel mee, en kom me eruit halen, wanneer
ze allemaal weggaan."
,,U zult ziek worden, freule. U zult flauw
vallen."
„Ik val nooit flauw", zei Bundle. „Maar je
kon wel even een cocktail brengen. Ik zal hem
zeker noodig hebben. Sluit de deur van de-
kamer weer, vergeet het niet en doe al de
sleutels op de deuren terug. En Alfred-
wees nu geen ezel. Als er iets verkeerd gaat,
zal ik voor je zorgen."
„Ziezoo", zei Bundle tot zichzelf, toen Al
fred eindelijk verdween, nadat hij den cocktail
gebracht had.
Ze was niet bezorgd, dat Alfreds moed hem
in den steek zou laten en hij haar zou ver-
raden. Ze wist dat zijn gevoel voor zelfbehoad
er veel te sterk voor was. Zijn ambt alleen
reeds hielp hem in het verbergen van persoon
lijke emoties onder het masker van een goed
getrainde bediende.
Bundle piekerde slechts over eene zaak. Den
uitleg dien ze gaf aan het schoon maken van
de zaal kon heelemaal verkeerd zijn. En als
dat zoo was... Bundle zuchtte binnen de nauwe
begrenzing van de kast. Het vooruitzicht er
lange uren in door te brengen voor niets, had
niet veel aantrekkelijks.
(Wordt vervolgd.)