ALGEMEEN NIEUWS- en advertentieblad voor zeeuwsch-vlaanderen.
EEN DAG BIDDER
Tandraderen
Eerste Blad.
JPIRIN de wereld
No. 8749
WOENSDAG 21 OCTOBER 1931
71 e Jaargang,
lUIXIlilD.
FEUlLIgTOg.
AUTOS
■Wirt >mi Hill i mi mi "f
U nlest,
krljgf rilllngen,
U bent verkouden.
..Als er misschien iets is..."
®fu«,
iMMIiBiRaMMMBMMMWS
oS^SsJflMBSWaaBfJOBSilijk. JBBHfflHBWBBBMBBBBMBBHBMBMBBE"
ABONNEMENTSPRIJS: Binnen Ter Neuzen 1,40 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen
fr. per post /1.80 per 3 maanden Brj voor uitbetaling fr. per post 6,60 per jaar
Voor Belgie en Amerilta 2,25, overige lan den f 2,60 per 3 maanden fr. per post
Abonnementen voor het buitenland alleen bij vooruitbetaling.
ITltgeefster: Flrma P. J. VAN DE SANDE.
GIRO 38150 TELEFOON No. 25.
AD VERTENTIeNVan 1 tot 4 regels f 0,80 Voor elken regel mee f 0,20.
Grootere letters en cliches wor den naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentlen bij regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwelk op aanvraag
verkrijgbaar is. Intending van advertentien liefst een dag voor de uitgave.
DIT BEAD VERSCHIJNT IEDEREN MAA NDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
COMITe TOT LENIGING VAN
CRISISN OOD.
Jhr. S. van Citters, lid van de Eerste Ea
rner, te Brummen, heeft zich op uitnoodiging
vaD Prinses Juliana bereid verklaard, op te
treden als voorzitter vein het in het leven te
roepen comite tot leniging van crisisnood.
LIDMAATSCHAP TWEEDE KAMER.
Bij de Tweede Kamer is bericht ingekomen
van den heer C. J. van Kempen (lib.) dat hij
am gezondheidsredenen ontslag neemt als lid
van de Kamer.
De heer Van Kempen zal worden opgevolgd
door prof. dr. B. D. Eerdmans te Leiden.
EEN ULTIMATUM VAN DE B. B. C.
Naar Engelsche bladen melden, zullen drie
vertegenwoordigers van de B. B. C. de te
Rome begonnen internationale conferentie
van omroepvereenigingen bijwonen en daar
eischen dat er iets gedaan zal worden om een
einde te maken aan den chaos in den Euro-
peeschen aether. Als op deze conferentie
daaromtrent geen overeenstemming verkre-
gen wordt, zal de B. B. C. uit de Internatio
nale Unie treden en gebruik gaan maken van
zelf vast te stellen golflengten, zonder met de
belangen van andere landen rekening te hou-
den! De B. B. C. verlangt, dat elk land min-
stens een golflengte zal prijsgeven.
NEDERLAND EN BELGIe.
Naar aanleiding van de interpellate, door
Jhr. de Savornin Lohman in de Tweede Kamer
gehouden over den stand der Nederlandsch-
Belgische onderhandelingen, schrijft de Brus-
selsche correspondent van de te Antwerpen
verschijnende courant La Mdtropole, dat men
in Belgie „eenigszins teleurgesteld is ten ge-
volge van het gemis van begrip der Belgische
eischen (,,revendications") waarvan de
meeste Nederlandsche parlementsleden blijk
hebben gegeven". De correspondent meent de
schuld van dit laatste op de schouders der
leiders van de Nationale Unie te mogen laden,
welke leidens, zegt hij, eene voor Belgie vij-
andige stemming onderhouden.
.Belgie", aldus de medewerker der Mdtro-
pole verder, vraagt een direct kanaal Ant
werpenMoerdijk ten einde een betere ver-
binding van zijn groote nationale haven met
den Rijn te verzekeren. Van beide zijde wer-
den de deskundigen aangesteld. Van Belgi
sche zijde vergde men de totstandkoming van
een kanaal, vertrekken van de Antwerpsche
binnenhavens en uitmondend in het Holland-
sche Diep. Van Nederlandsche zijde wil men
ons een tracd opdringen, vertrekkend van
Bath en loopend naar het Hellegat. De incon-
ventienten van een dergelijken, onmogelijiken
wateriweg zijn herhaaldelijk in het licht ge-
steld, o.m. in de zeer knappe rede, door mi
nister van Staat Segers, in den Belgischen
Senaat gehouden. Zoolang men ons geen be-
vredigend kanaal geeft zal men, van Belgi
sche zijde, ieder accoord afwijzen dat tot de
aanvaarding van een onvoidoende oplossing
zou kunnen leiden. En er zal ons geen ander
alternatief over blijven dan te volharden in
den strijd voor de verdediging van ons goed
recht."
VERLAGING DER LOODSGELDEN
GEVRAAGD.
Bhjkens het eindverslag over de wet op de
middelen werd bij het onderzoek der begroo-
door
K. R. G. BROWNE.
13) (Vervolg.)
,,Dat komt door die vermaledijde py-
jama," legde Peter haar uit. „Als ik op-
sta zakt-ie van me af en als ik ga zitten,
barst ik er uit. Waarom draagt de vent
geen behoorlijk nachthemd
„Maar u ziet er verbazend leuk uit.
Heusch, uw costuum is de clou van het
feest."
,,Buitengewoon vleiend," gaf Peter
dankbaar ten antwoord. ,,Maar ik vrees,
dat u lichtelijk overdrijftToch amu-
seer ik me welmisschien meer dan
u denkt."
Dit was geheel overeenkomstig de waar-
heid. Uit eigen beweging zou- hij nooit
naar een ge'fmproviseerd gemaskerd bal
gegaan zijn, maar nu hij er toch was, en
nu hij over de teleurstelling over het in de
war sturen van zijn plannen voor dien
avond begon heen te komen, vond hij het
in de ouae boerderij werkelijk zeer amu-
sant. Hij had zes keer met Jane Craig
gedanst en twee of drie keer met andere
jonge meisjes, die beter met uiterlijk
schoon dan met een vermogen om goed te
conserveeren bedeeld geweest waren. Hij
had het buffet eenige malen bezocht en
had daar met menschen van naam kennis
gemaakt. Zijn onmogelijk costuum was
de eenige hinderpaal, die zijn onverdeeld
genoegen in Lady Bellerby's weldadig-
heidsuitvinding in den weg stond en met
het meisie met het roode haar naast zich,
zonk de onoverkomelijkheid van dien
hinderpaal ook in het niet. Hij bleef zich
-■ v, 1MWMMNNI
ting in de Tweede Kamer gevraagd of de
regeering voornemens is een verlaging van de
loodsgelden te bevorderen, welke noodzake-
lijk schtjnt, omdat de vergelijkenderwijs zeer
hooge loodsgelden ten onzent de scheepvaart
op Nederlandsche havens belemmeren.
-i-iV".".y.vrCV?.' -vP
RIJKSBEGROOTING VOOR 1932.
vit Trorwri - kw 'I u ifn MMiiUBteff
Algemeene beschouwingen, der Tweede Kamer.
De crisis.
De Tweede Kamer heeft haar voorloopig
verslag uitgebracht over de Rijksbegrooting
voor 1932 (Algemeene beschouwingen)Wij
ontleenen hieraan het volgende:
De geweldige economische crisis, welke ook
haar stempel drukt op de begrooting, werd
door verscheidene leden de hevigste genoemd,
welke de wereld onderging. Verschillende
complexen van oorzaken, zoo merkten zij op,
zijn schuldig aan haar hevigheid. Sedert den
oorlog en mede ten gevolge van de groote
vemietiging van waarden gedurende die jaren
verkeert het economisch leven in een toestand
van depressie. In dien toestand is het nu voor
de tweede maal getroffen door een van de
periodieke conjunctuur-inzinkingen, die het
kapitalisme onafsdheidelijk vergezellen. Deze
oonjunctuur-daling deed het economisch leven
des te dieper inzinken, nu zij samenviel met
een emstige crisis in den landbouw. Toen de
conjunctuurcrisis naar veler meening haar
laagste punt had bereikt, heeft een hevige
vertrouwenscrisis een instorting tot nog veel
grootere diepte venoorzaakt. De groote finan-
cieele catastrophes in Oostenrijk en Duitsch-
land zijn de inleiding geweest tot een reeks
gebeurtenissen van emstigen aard, waarvan
het einde nog niet te zien is. De opheffing
van den gouden standaard in Engeland ge-
volgd door die in de Scandinavische landen,
heeft in menig opzicht en niet het minst voor
Nederland, den toestand nog zorgweikkender
gemaakt.
Deze leden betoogden, dat de oorzaken van
deze economische ontwrichting zoowel van
politieken als van economischen aard zijn.
Ziij1 wezen er ojrn. op, dat de telkens weder-
keerende oonjunctuur-inzinking niet een ge-
volg is van politieke handelingen, maar eigen
is aan de kapitalistische productiewijze. De
vertrouwenscrisis, die de ontreddering vol-
komen maakt, zoo merkten deze leden op, is
bijna geheel door politieke verhoudingen en
staalkundige handelingen veroorzaakt. Deze
leden geloofden, hoewel zij geenszins van oor-
deel waren, dat deze crisis de laatste stuip-
trekkingen van het kapitalistische stelsel
waren, dat men staat aan het begin van een
nieuwen tijd en dat in elk geval het huidige
productie-stelsel niet ongewijzigd uit de crisis
zou te voorschijn komen.
Deze beschouwingen vonden van verschil
lende zijiden bestrijding. Verschilende leden
merkten op, dat de verwijten aan de huidige
productiewijze op zichzelf ten eenenmale on-
gerechtvaardigd zijn.
hnmers dat systeem is gebaseerd op vrij-
heid in het goederenverkeer en die vrijheid is
de laatste jaren steeds meer aan banden ge-
legd. Het element, dat onmisbare voorwaar-
de is voor de riohtige werking van de tegen-
woordige productiewijze, heeft dus juist out
broken, de huidige toestanden zijn dan ook
niet toe te schrijven aan de werking van die
productiewijze zelf, maar aan de kunstmatige
belemmeringen die men aan de natuurlijke
werking ervan in den weg heeft gelegd.
Sommige dezer leden voegden daaraan toe,
dat de prijsgeving van de liberale beginselen
en derzelver vervanging door het staats-
socialisme aan den tegenwoordigen wantoe-
stand schuldig zijn. De vergaande overheids-
bemoeiing heeft aan het economische leven
zijn vrijheid en zijn aanp&ssingsivermogen ont-
nomen. Wegens het aandeel dat de sociaal-
democratie in het bestuur van verschillende
landen verworven heeft, noemden Zij1 deze
mede verantwoordelijk voor de tegenwoordige
crisis.
Verscheidene leden achtten een debat over
het kapitalisme volkomen onvruchtbaar en
verwarring verwekkend.
Ieder, die dezen term gebruikt verstaat er
iets anders onder. De onderhavige crisis
heerscht overigens niet alleen op economisch,
maar ook op geestelijk gebied. Zij is de feite-
ljjke openbaring van de vreeselijk verwarrende
gevolgen van vier jaren wereldoorlog, waar-
door niet alleen ontzaglijke economische, maar
ook geestelijke waarden vemietigd werden.
Hiervan geeft men zich onvoidoende reken-
schap.
Het Regeering&beleld. Gebrek
aan doortastendheid.
Het beleid van het kabinet had over het
j algemeen weinig bervrediging gewekt. Men
erkende, dat het regeeren onder de huidige
omstandigheden uiterst moeilijk is. De
Regeering kan niet het beleid volgen, dat door
een ongestoord verloop van de maatschappe-
lijke en staatkundige ontwikkeling vanzelf
wordt aangewezen, doch ziet zich geplaatst
voor een groot aantal gewichtige vraagstuk-
ken, welke zonder aanwijsbaar precedent zijn
en zich overal plotseling aan de orde stellen,
zoodat de gelegenheid tot gezette voorberei-
ding ontbreekt. Van meer dan den Zijlde werd
nochtans aan de Regeering gebrek aan door
tastendheid met betrekking tot den economi
schen toestand verweten. Het had teleur
stelling gewekt, dat van Regeeringswege on-
der de huidige omstandigheden weinig of
geen leiding uitgaat.
In de Troonrede wordt alleen gezegd, dat
andermaal tijdelijke maatregelen zullen moe-
ten worden overwogen om sommige bedrijfs-
takken, bij wier handhaving het geheele volk
belang heeft, voor ondergang te behoeden.
Men vroeg, welke bedrijfstakken en welke
tijdelijike maatregelen worden bedoeld en
waarom dit in de Troonrede niet werd mede-
gedeeld. Sinds het uitspneken van de Troon
rede is de economische toestand ten gevolge
van de gebeurtenissen in Engeland nog slech-
ter geworden. De export naar dat land, dat
ruim efeti vijfde van onzen geheelen uitvoer
opneemt, dreigt in nog sterker mate terug
te loopen, terwijl de invoer uit Engeland in
ons land dreigt toe te nemen, gelijk steeds
het geval is geweest, wanneer naburige landen
hun munt zagen deprecieeren. Met waardee-
ring voor hetgeen de Regeering doet tot her-
stel van het financieel evenwicht, meenden
deze leden, dat nog meer nadruk moet worden
gelegd op de maatregelen, welke genomen
moeten worden tot afweer en opbouw.
Ook verbetering van de handels-
balans noodig.
Voor de stabiliteit van den gulden is niet
alleen noodig, dat de Rijksbegrooting in even
wicht wordt gebracht, maax dat ook in de
handelsbalans een verbetering wordt ge
bracht. Dit laatste klemit te meer, nu onze
invoer minder sterk daalt dan onze uitvoer,
terwijl ook de betalingsbalans een slechter
beeld vertoont door de vermindering van in-
komsten uit Nederlandsch-Indie en uit de
scheepvaart. Men beschouwde het als een
emstige tekortkoming, dat de Troonrede geen
duidelijke mededeelingen doet over de maat
regelen, welke de Regeering voornemens is te
natuurlijk onhandig en, wat meer was, op-
vallend voelen, maar dat kon hij, eenige
compenseerende omstandigheden in aan-
merking penomen, wel gelaten dragen.
,,Wel n aardige vertooning, wat?" zei
hij goedkeurend, terwijl hij wat meer op
zijn gemak ging zitten en het levendige
schouwspel voor hem met een vaderlijk
oog gadesloeg.
„Ja", stemde Miss Craig toe.
Weer een zwijgen. Peter keek het
boerderij-interieur rond en zag Toby, die
met een volharding, een betere zaak
waardig, met een niet meer jeugdig exem-
plaar van het vrouwelijk geslacht, uitge-
dost als koningin Elisabeth, tusschen an
dere paren door laveerde; zag Lady Bel-
lerby in een costuum, zooals geen enkele
bloemverkoopster aan deze zijde van de
Styx ooit gedragen had; zag Sir Walter
die den geest van waardigheid de con-
cessie gedaan had, om een groen-papieren
muts op te zetten, en die er met dat hoofd-
deksel uitzag, zooals geen lid van de
Tweede Kamer er ooit behoort uit te zien
en zag Mr. Gibbs, die in officieelen rok
en onberispelijk gesteven overhemd met
een gezicht of hij aan gewichtige dingen
dacht, in een rustig hoekje tegen den
wand leunde
,,Lady Bellerby is werkelijk heel be-
koorlijk", mediteerde hij hardop. „Ze
staat erop, dat ik logies met ontbijt van
haar accepteer, ofschoon, als het zoo
doorgaat, heb ik het logies niet noodig."
,,Ze is een schat", zei het meisje met
het roode haar beslist.
,,Datzelfde kan van haar echtvriend
niet gezegd worden. 't Komt eigenlijk
niet te pas om je gastheer te becritiseeren,
maar volgens mij is hij de grootste kwal,
die er bestaat. Het kan zijn, dat ik me
vergis voegde Peter er edelmoedig aan
toe, ,,maar elken keer als ik hem aankijk
jeuken mijn vingers".
Zijn metgezellin gaf geen antwoord.
Dit was, gezien Peter's laatste opmerking,
zoo merkwaardig, dat hij zich omdraaide,
om haar aan te kijken. Ze zat met den-
zelfden intens-geconcentreerden blik, dien
hij in het schilderijen-zaaltje al van haar
gezien had, voor zich uit te staren. Ze
had hetzelfde air van koele gereserveerd-
heid, van volkomen opgaan in eigen, zeer
prive overpeinzingen, dat ze vertoond
had van het oogenblik, waarop zij den
drempel van Old Hall overschreden had-
den, maar dat de laatste paar uur niet zoo
geprononceerd geweest was als eerst.
Peter was de laatste, om een jong meisje
het recht om er eigen gedachten op na te
houden, te ontzeggen, maar bij het zien
van haar nadenkend profiel voelde hij zich
voor die duidelijk gedemonstreerde ver-
strooidheid toch lichtelijk gepiqueerd,
want het is voor een jongmensch niet be-
paald streelend om midden in een zin een
conversationeel exit te moeten doen.
,,Wat scheelt eraan 1" informeerde hij
kortaf.
„Ik had het bijna vergeten" gaf Jane
Craig op een toon, of ze tegen zichzelf
srak, ten antwoord.
..Wat
Ze maakte een gebaar met haar rech-
terhand, of ze iemand, die haar telkens
hinderlijk in de rede viel, het zwijgen
wilde opleggen.
„Ik probeer een besluit te nemen over
iets." zei ze nog steeds op denzelfden ver-
strooiden toon.
,,0, ja zei Peter. ,,Ik ben goed in
t besluiten nemen voor anderen."
Stilte.
,,Als ik u misschien met raad van dienst
kan zijn Ik heb altijd n hoop in voor-
raad".
Nog steeds stilte.
Misschien kan ik iets doen
En nog steeds stilte.
begint het.
Neemt direct bij de eerste verschijn-
selen Aspirin-Tabletten. welke erger
voorkomen en de pijnen verdrijven.
Jut- op den oronjehand. Prijs 75 cts.
(Ingez. Med.)
nemen, om ook in onze handelsbalans ver
betering te brengen. Immers, geschiedt dit
niet, dan zal de meer-invoer van goederen,
indien hij niet door meer-uitvoer van goederen
betaald kan worden noodzakelijk afvoer van
goud ten gevolge hebben en leiden tot depre-
ciatie van den gulden, ook als de Rijksbegroo
ting sluitend gemaakt zal zijn.
Een algemeen plan gevraagd.
Een crisiswet.
Vrij algemeen had men den indruk gekre-
genen, dat de Regeering tot dusver geen blijk
heeft gegeven de crisis, die ons volksleven
bedreigt, te verstaan.
De onrust en de angst in het economische
leven konden niet heviger zijn, indien de Re
geering in het geheel niets had gedaan. Er is
geenerlei poging gedaan tot het ordenen van
het maatschappelijk leven, dat in een toe
stand van wanorde is geraakt.
Men kan den gang van zaken niet rustig
aanzien. De Regeering moet ingrijpen. Zij
behoort een algemeen plan te ontwikkelen en
aan de Kamer voor te leggen. Behoeft zij
grootere bevoegdheden dan zij normaal bezit,
dan, zoo betoogden sommige leden, moet zij
deze vragen in den vorm van een algemeene
crisiswet.
Andere leden, hoewel de klacht over ge-
ringe doortastendheid van de Regeering on-
derschrijvend, meenen, dat het verlangen naar
een algemeen plan kwalijk kan worden ver-
vuld. De gebeurtenissen volgen elkander zoo
snel op en kunnen het aspect op een gegeven
moment zoo grondig veranderen, dat zij aan
zulk een algemeen plan geen waarde konden
toekennen. Wel gevoelden sommige leden
voor een algemeene crisiswet, welke ruime
bevoegdheden aan de Regeering zou toeken
nen, met goedkeuring achtema, van de ge
nomen maatregelen door de Staten-Generaal.
Weer andere leden zouden tegen een alge
meene crisiswet bezwaar hebben.
Ontstemming over het interview
met den Minister van Financien.
Vele leden waren ontstemd over de uit-
latingen van den Minister van Financien in
een interview, waarvan de dagbladen van 30
September 1.1. een verslag bevatten. Zij acht
ten het ongewenscht, dat de Minister op een
voor alle
HENRI VAN DE CALSEYDE
Borluutstraat 8, GENT. Tel. 124.15,
(dicht bij het Stadhuis).
(Ingez. Med.)
,,Ik doe het," zei Miss Craig zoo luid
en zoo onverwacht, dat Peter van zijn
stoel opsprong.
,,Uitstekend", zei hij opgewekt. ,,Wat
doet u
Het meisje met het roode haar keerde
zich met een ruk om en kwam met een
lichten, maar duidelijk zichtbaren schok
tot de ontdekking, dat Peter ook nog be-
stond. Ze bloosde op een buitengewoon
aantrekkelijke manier.
,.0 neemt u me niet kwalijk. Ik
dacht aan iets anders".
,,Dat heb ik gemerkt. Kan ik u mis
schien met iets helpen
,,Nee, nee. Dank u wel. 't Is iets, dat
ik persoonlijk moet doen."
,,0 dat spijt me, zei Peter terneer-
geslagen. Het was natuurlijk te gek om
los te loopen, maar het leek hem verkeerd,
absoluut verkeerd dat zij dingen had,
waarvan hij niets afwist zorgen of
moeilijkheden misschien, die hij niet kon
helpen verlichten. Hij zuchtteWel,
als t niet anders kan
Hallo, edele ridder en schoone dame",
begroette een opgewekte stem hen. Ze
keken op en zagen de zonderlinge ver-
schijnina, die Toby was, voor hen staan.
Het dikke jongmensch had zich uitgedost
in een grooten en wijden badmantel, dien
hij als een toga om zich heen gedrapeerd
had. Aan een koordje om zijn hals hing
een reuzenspons, de clou van een costuum
dat, zooals hij overal rondvertelde,
,,ooren-en-pootendag van Nol van den
Dam" moest voorstellen.
.Waarom galoppeeren jullie niet rond?
Miss Craig, mag ik het genoegen hebben?
Ik heb mijn plicht bij de muurbloempjes
gedaan en nu heb ik een kleine verande-
ring noodig. Cardinal, kerel, als je wat
voor met gewichten werken voelt, kan ik
je Mrs. HungerfordGreen dat
oogenblik, wanneer de begrooting en daar-
rnede de financieele toestand des rijks in de
afdeelingen wordt onderzocht, daarover mede
deelingen doet in de pers. In deizen moeilijken
tijd, waarin meer dan ooit samenwerking
tusschen Regeering en volksvertegenwoordi-
ging noodizakelijk is, is een dergelijke, staats-
rechtel'ij'k ook zeer betwistbare wijze van op-
treden afkeurenawaardig. Het noodzakelijke
door de Grondwet gewilde overleg tusschen
Regeering en Staten-Generaal wordt er door
bemoeilijkt, zooal niet gansch onmogalrjk ge
maakt. Indien de Minister meent, zijn mede
deelingen en gegevens ter kennis van de
Kamer gebracht, te moeten aanvullen, zou
het aanbeveling verdienen, dit te doen door
middel van een nota aan de Kamer zelf. Em-
stiger aohtte men echter, dat de Minister in
zijn interview de waarde van het overleg met
de Staten-Generaal tot weinig* of niets terug-
brengt door te zeggen, dat zijn voorstellen on-
veranderd moeten worden aangenomen. De
Kameir kan zulk een houding van een Minis
ter niet aanvaarden. Ook waren verscheidene
leden ontstemd, dat de Minister de kortingen
van de salarissen van het Rijkspersoneel als
een besliste zaak voorstelt. Het moge waar
zijn, dat de Regeering de bevoegdheid bezit
om binnen de grenzen der begrootingscijfers
de salarissen der Rijksambtenaren te regeien,
het blijft niettemin noodig, dat de volksver-
j tegenwoordiging gelegenheid heeft zich over
de daartoe strekkende voornemens der Regee
ring te beraden en uit te spreken en daar
over met baar overleg te plegen.
Als een Minister aan de voiksveategen-
woordiging die gelegenheid ontneemt, kan dit
leiden tot een conflict, waarbij positie en
waardigheid van de Kamer betrokken zijn.
Met klem werd de vraag gesteld of aan
deze publicatie de beteekenis moet worden
gegeven van een verklaring namens het kabi
net. Het antwoord op deze vraag zou van in-
vloed kunnen zijn op den duur van de gedach-
tenwisseling met het kabinet.
Daar de Kamer niet bereid is van de Re
geering een memorie van antwoord in ont-
vangst te nemen, voor dat zij haar voorloopig
verslag heeft uitgebracht, meende men bij de
verdere besprekingen den inhoud van de ge-
wraakte publicatie buiten beschouwing te'
moeten laten. Sommige leden waren ten
slotte van oordeel, dat het beter ware, indien
Ministers zich in het algemeen onthielden van
mededeelingen aan de pers inzake het beleid
der Regeering.
De financien. De raniing der
inkomsten veel te gunstig.
Met de Regeering zag men algemeen den
beclenkelijken toestand van 's lands financi'n
in, waarvoor onverwijlde voorziening noodig
is Algemeen verklaarde men zich dan ook
bereid er toe mede te werken de begrooting
sluitend te maken.
deerntje met die snor daar, aanraden. In
een kwartier word je tien pond lichter."
Peter stond waardig op en booq voor
Miss Craig.
-Je bent wel vriendelijk", zei hij, „maar
ik zal van je raad geen gebruik maken.
Ik ga naar het buffet; als jullie me noodig
hebt, weet je, waar je me kunt vinden".
Hij keerde zich om en wandelde met
groote stappen weg.
De eerste, dien hij bij 't buffet zag, was
Gibbs. Mr. Gibbs met een groot
glas vol goudgeel vocht in zijn hand,
j Toen de huurder van „Sonnehoeck" num-
mer een, den huurder vah „Sonnehoeck"
nummer twee zag, hief hij het glas op een
joviale manier omhoog en zei:
,,Op uw gezondheid."
„Aha", zei Peter, „is het aan te be-
velen
"Ten zeerste, waarde heer, ten zeer-
ste gaf Mr. Gibbs ten antwoord, „een
brouwsel van voor den oorlog of mijn kop
eraf."
"Dat zegt genoeg", zei Peter. Hij trof
de voorbereidende maatregelen voor een
proef op de som. Daarna volgden een
paar oogenblikken van bezige stilte. Ten
j slotte zette Mr. Gibbs zijn glas neer en
zuchtte voldaan.
..Buitengewoon goedje. Buitengewoon.
Aha Bij tweeentijd om naar huis
te gaan. Weet u ook waar Lady Beller
by is
Waarom gaat u zoo vroeg verwon-
derde zich Peter, toeschietelijker dan
anders door de kennismaking met het
goudgele vocht. „Straks komt het ontbijt.
Gebakken eieren met spek en worstjes,
hebben ze me verteld".
Maar Mr. Gibbs bleek niet te ver-
murwen.
(Wordt vervolgd.)