ALGEMEEN HIEUWS- EH APVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
FLORA'S Hoenderbeschuit
Eerste Blad.
Kalendertiervorming
Eieren van Jonge Hennen
No. 8587
VRIJDAG 3 OCTOBER 1930.
70e Jaargang
FETJILLSTON.
Vampier-Vleugel
Fa A. van Overbeeke-Leunis
BlffHENLAND.
40-jarige reputatie
OPGEPAST VOOR BERENLEIDERS.
'Jit. Jv>
*JM>NNEME.*v"T8FfLIJSBtnnen Ter Neuzen 1,40 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen
per wwi r 1.80 per 8 maanden BH voor uitbetaling fr. per post 6,60 per jaar
Rv' m en Amerika f 2,25. overige Ian den 2,60 per 3 maanden fr. per post
a iy.«TiMYip-rttea voor het buitenland alleen bij vooruitbetaling.
..ztwdsee. iSTtrms P. J. VAN DE SANDE.
GIRO 33150 TELEFOON No. 25.
ADVEKTENTIeN: Van 1 tot 4 regels /0,80 Voor «liten reSeJ meer
Grootere letters en clichd's worden naar plastsruimte berekend.
Handelsadvertentien bfj regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwelk op aanvr&a#
verkrflgbaar Is. Inzending van advertentien llefst (ten dag voor de ultgave
OIT BEAD VERSCHIJNT IEDEREN MAA NDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAG A VONIn
De geschiedenis van den kalender is de
geschiedenis van zijn hervormingen. Wij
hebben in een eerste artikel iets verteld
over minstens twee belangrijke hervormin
gen: die van Julius Caesar en die van
Gregorius XIII (1582). Wij zouden daar-
aan ook nog kunnen toevoegen een mede-
deeling over de omwenteling, die de Fran-
sche revolutie ook op dit punt heeft ge-
tracht aan te brengen, maar die na korten
tijd toch op niets is uitgeloopen. Met 22
Sept. 1792 zou een nieuwe jaartelling be-
ginnen. Met den herfst ving dan het jaar
aan, en wel met een der beide dag- en
nacht-eveningen, zoodat de maanden in
haar verloop niet samenvielen met de
onze. Die nieuwe maanden kregen toen
ook nieuwe namen, die ontleend waren
aan de natuurverschijnselen van damp-
kring en plantengroei, ze heetten bijvoor-
beeld Sneeuwmaand, Regenmaand, Wind-
maand, Bloemenmaand, Warmtemaand,
Vruchtenmaand. Zeker is dit, dat er op
dit punt wel eens dwaze coi'ncidenties
hadden kunnen voorkomen. Maar wat
belangrijker is: elke maand zou voortaan
dertig dagen bevatten, en werd dan on-
derverdeeid in drie decades, elk van tien
dagen. Bleven er op deze wijze aan het
eind van het jaar nog eenige etmalen over,
dan werden die eenvoudig bestemd voor
volksfeesten.
Eigenaardig is zeker, dat deze maand-
verdeeling weer overeenkwam met wat
indertijd een Egyptische sterrekundige
Sosigenes aan Caesar had geadviseerd.
Dezen door de Nationale Conventie in-
aestelden kalender was echter geen lang
leven beschoren. Het was te veel maak-
werk, en er werd te weinig algemeen naar
geluisterd.
Of de Volkenbond nu het aangewezen
lichaam is om de zaak der kalenderhervor-
ming in studie te nemen en om te trachten
die ook werkelijk ingevoerd of uitgevoerd
te krijgen, is een vraag, die wij niet willen
beslissen. Voorloopig en voor dit oogen-
blik kunnen wij ons moeilijk een andere
corporatie denken. 1 Maart 1924 had de
Volkenbond bepaald als den dag. waarop
voorstellen tot wijziging van den huidigen
kalender te Geneve konden worden inge-
zonden. Niet minder dan 185 voorstellen
uit twintig verschillende landen zijn daar
toen ingestuurd, die na zorgvuldig te zijn
gegroepeerd, gedurende drie maanden een
onderwerp van studie en onderzoek
hebben uitgemaakt, en die voor verreweg
het grootste deel door de hiertoe be-
noemde commissie als onpractisch zijn
verworpen. Slechts twee waren er, waar-
van men meende, dat zij voor verdere
consideratie in aanmerking kwamen.
Later werden nog 78 ontwerpen inge-
diend, die echter alle te laat waren.
Het eerste van die twee was het zoo-
genaamde Astronomische of Zwitsersche
plan, waarbij werd uitgegaan van het feit,
dat het jaar 52 weken en een dag heeft,
en hierbij werd die eene dag dan 0 Janu-
ari genoemd. Op deze wijze werd al
dadelijk voorkomen, dat de dagen der
week gedurende het geheele jaar op ver
door
SAX ROHMER.
63) Vervolg.)
Madame de Stamer sloeg haar arm om
Val Beverley heen en trok haar naar zich
toe. Met het slanke figuurtje zoo vast
tegen zich aan, dat het golvende licht-
bruine haar door haar schouder naar bo-
ven geschoven werd, ging ze rechtop zit-
ten en staarde Aylesbury met haar eigen-
aardige stille oogen fel aan. Haar hou-
ding was een en al uitdaging en tarting
en op dat oogenblik kreeg de vage herin-
nering, die haar oogen zoo dikwijls bij me
opgeroepen hadden, vasten vorm.
Jaren geleden had ik een gewonde
tijgerin met haar jongen gezien, een
prachtig onverschrokken dier, dat tot het
laatste oogenblik met haar stervende
oogen de menschen, die haar vernield
hadden, fel tartte, een wezen, bij wie het
moeder-instinct boven alles ging, het eigen
lijden verdrong, want toen ze viel om
nooit weer op te staan had ze nog, met
haar eenen voorpoot om hen heen, haar
angstige jongen getracht te beschermen.
Niet wat vorm en kleur, maar wat het
stille in hun uitdrukking betrof, leken de
-xjgen van Madame de Stamer op de
logen van die tijgerin.
;,0, Madame. Madame! steunde Val
Beverley. ,.Hoe durft hij
„StilMet haar oogen strak op het
verhitte gezicht van Aylesbury hief Ma
dame de Stamer haar hoofd nog trotscher,
nog fierder op. „Ga de kamer uit.'' Haar
schillende data vallen, zoodat dezelfde
datum elke maand op denzelfden werk- j
dag zou vallen. Bestond immers het jaar
uit weken, een onafgebroken reeks van j
zeven dagen, dan zou elk jaar altijd met j
denzelfden dag beginnen en dan zou de
kalender ook steeds denzelfden datum
aangeven voor denzelfden dag. De eene
dag meer (voor een schrikkeljaar) wilde
men dan invoegen na den laatsten Juni en
men wenschte dien dag ,,Zomervacantie-
dag" te noemen. Het zou dus een dag
worden zonder datum maar met naam.
Een ander voordeel van deze regeling
zou zijn, dat het jaar in gelijke kwartalen,
niet alleen van een gelijk aantal dagen,
maar ook van precies evenveel weken zou
kunnen worden verdeeld. Met 365 dagen
in een jaar en de tegenwoordige maand-
indeeling is dat absoluut onmogelijk. Doch
een jaar van 52 weken kan goed worden
verdeeld. Een ander vraag^tuk was om
de maanden zoo te verdeelen, dat elke
driemaandelijksche periode precies even
lang duui;de. Zoo'n periode van 91 dagen
per kwartaal zou men kunnen vinden door
twee maanden in te voeren van 30 dagen
en een van 31. Ook achtte men het wen-
schelijk het jaar met een Maandag te
doen aanvangen. Doch als bezwaar tegen
dit plan wordt en werd vooral in het mid
den gebracht, dat dan de maanden niet
in een zeker aantal geheele weken konden
worden verdeeld: terwijl er, vooral van
kerkelijke zijde, bezwaar werd gemaakt
tegen het denkbeeld van die extra-
feestdagen onder fictieve namen.
Het tweede plan heeft sterke bewon-
deraars, vooral in Amerika, doch ook in
Europa en het is bekend onder den naam
van Internationale onveranderlijke kalen
der". Het geeft een kalender met maan
den van gelijken duur. Daarin worden
dan voorgesteld 13 maanden, elk van 28
dagen, dus in het geheel 364 dagen. De
extra-dag van elk jaar zou dan 0 Januari
worden, en een soort international rust-
dag kunnen zijn, Het schrikkeljaar zou
bovendien nog ontvangen een ,,zomer-
vacantiedag zonder naam, welke dan zou
vallen tusschen twee werkdagen. Ging
dit plan er door, dan zou de kalender elke
maand precies eender zijn, en altijd met
Zondag beginnen en met Zaterdag
eindigen. Als voordeelen van dit plan
worden o.m. aangevoerd het feit, dat
gedurende elk jaar de 364 datums steeds
zouden vallen op een en denzelfden dag;
dat jaarlijksche, halfjaarlijksche en drie
maandelijksche gebeurtenissen dan altijd
weer op vaststaande dagen zouden vallen;
dat er altijd precies 13 weken in een
kwartaal zouden zijn, enz. Maar onze
lezers begrijpen reeds, dat ook dit plan
zijn bezwaren medebrengt. Het aller-
grootste bezwaar is zeker wel die der-
tiende maand. De menschen houden nu
eenmaal niet van dezelfde radicale wijzi-
gingen, vooral niet als het geldt een
sedert lang gevestigde gewoonte.
Hoe het ook zij, in elk geval komt dan
het Paasc'hfeest op een vasten datum.
Het concilie van Nicea (325) had be
paald, dat die feestdag zou vallen op den
persten Zondag na de eerste voile maan
op of na 21 Maart. Op zijn vroegst kon
Paschen dan vallen op 22 Maart en op
zijn laatst op 25 April, waartusschen-in
linkerhand wees met een koninklijk-dra-
matisch gebaar naar de deur. ,,Beleedi-
gende botterik, die je bent
Met een hoogrooden kop stond inspec-
teur Aylesbury van zijn brokate zitplaats
P„Ik doe, wat ik mijn plicht acht, Ma
dame," protesteerde hij.
,,Ga weg beval Madame. „Ga on-
middellijk weg."
Ze hield het slanke meisjes-figuurtje
nog steeds, in een bijna krampachtigen
greep, tegen zich aan gedrukt waar-
schijnlijk 'om het feit, dat Val Beverley
hartstochtelijk lag te snikken, voor den
man in uniform verborgen te houden..
Aylesbury keerde zich om en stapte^
zonder verder een woord, naar de deur.
De donkere oogen volgden de groote,
corpulente figuur van den inspecteur
hun blik van onverzoenlijken haat, tot hij
verdwenen was. Dan sloten de oogleden
zich moe.
Ik stond op, en:
„Madame de Stamer." zei ik, met een
stern, die op dat oogenblik schor van emo-
tie geweest moet zijn. ,,Ik aanbid uw
moed." i. i 1
Ze keek naar me op en glimlachte even.
Nooit zal ik de uitdrukking van haar
oogen vergeten en ik zal niet trachten te
beschrijven, wat ze me op dat oogenblik
zeiden, want daarin zou ik zeker te kort
schieten.
Mon ami," zei ze zacht en stak me
haar hand toe om de- slanke vingers te
laten kussen.
hoofdstuk XXVII.
Ik krijg een ingeving.
Toen ik de hal in kwam was inspecteur
dus een speelruimte bleef van maar even-
tjes 5 weken. Dit bleek op allerlei gebied
vaak ongeriefelijk en hoogst onpractisch.
De voorgestelde vaste datums voor
Paschen zou nu in het eerst door ons
genoemde systeem valklr op 15 April en
in het andere op 8 April: Echter is door
den Volkenbond vooral het tweede plan
(dat van 13 maanden, met als 13de
maand Sol) op den voorgrond geschoven;
al zag de commissie-Van EySinga zeer wel
de bezwaren, die daaraan verbonden
waren. Er bestaat thans een soort ver-
bond over de heele wereld om voor dit
tweede plan te ijveren, welk verbond
(International Fixed Calendar League)
alom propagandistisch materiaal ver-
spreidt, en dit verbond heeft kort geleden
gepubliceerd, dat de tegenstand, die aan-
vankelijk in Volkenbond-kringen tegen
haar plan bestond, sterk is aeluwd en bij
velen zelfs in sympathie verkeerde.
Genoemd moet ook dit nog worden, dat
de voorstellen, die de commissie-Van
Eysinga thans op den voorgrond plaatst,
gedeeltelijk parallel loopen met de be-
sluiten, die reeds op het congres van Luik
in 1914 zijn aangenomen, al staat het te
bezien, of sommige conclusies, op dit
congres aanvaard, niet voor tegenspraak
vatbaar zijn. Wij lazen o.m. in art. 3 van
deze beslissingen: ,,Het congres, kennis
genomen hebbende van de verschillende
adviezen en studies, constateert, dat er
van dogmatisch oogpupt geen onover-
komelijk bezwaar bestaat tegen het plaat-
sen van een dag buiten de rangorde der
datums in gewone jaren en van twee
dagen in schrikkeljaren
immers, wanneer men speciaal kennis
neemt van de bezwaren, die van Joodsche
zijde tegen de kalenderhervorming zijn
aangevoerd, zal men bemerken, dat er
„van dogmatisch standpunt" ernstige be
zwaren worden gemaakt.
Zoo heeft in het Handelsblad van 28
Mei dezes jaars de heci A. Asscher, lid
van de Amsterdamsche Kamer van Koop-
handel, bezwaren geuit, die speciaal gaan
tegen de invoering van bianco dagen. De
heer Asscher heeft allereerst gevraagd:
zal die blanco-dag dan geen werkdag
zijn? Dan beteekent dat loonderving,
schade voor werkgevers en werknemers.
Bovendien wordt dan door dien dag de
met zooveel moeite bereikte gelijkheid
voor de statistiek weer verbroken. En
dan staat blijkbaar voor de Israelieten dit
vast, dat de Sabbat, de zevende dag, juist
door dien blanco-dag telkens gaat ver-
springen. De door ons genoemde koop-
man wijst er dan ook nog op, dat boek-
houdingen dertien maal zullen moeten
worden afgesloten en dat dus een jaar van
13 maanden beteekent: meer administra-
tief werk, meer personeel en meer kosten.
Ook wees hij erop, dat de reeds verschul-
digde halfjaarlijksche coupons, die altijd
alle vervallen op den eersten dag van de
verschillende maanden, niet meer op de
aangegeven dagen betaalbaar zullen zijn.
Bovendien noemde de heer Asscher ook
nog deze bezwaren en nadeelen:
invoering van een jaar van 13 maanden
breekt met sinds eeuwen gevestigde ge-
woonten.
Historische studiijn zullen zeer worden
bemoeilijkt.
n^if nil in 1wi'ii"1
Aylesbury verdwenen, maar Pedro stond
me op te wachten, om me te herinneren
aan het feit, dat ik nog niet ontbeten had.
Bij het woord ontbijt kwam ik tot de ont-
dekking dat ik, al het tragische gebeuren
van de laatste paar uren ten spijt, een ge-
weldigen honger had en dus ging ik op
het voorstel van den butler, om op de ver
anda op het zuideri te cmtbijten, met een
zeker enthousiasme in.
Pedro bediende me dien morgen zelf.
Ik zag dadelijk, dat de man behoefte had
om zich uit te spreken en daarom, toen hij
met de knapperig-warme broodjes kwam:
,,'t Is voor jou zeker een erge slag,
Pedrobegon ik.
,,Ja, meneer. n Verschrikkelijke slag^
meneer. Ik ben in eenen mijn meester en
mijn betrekking kwijten ik ben hier
alleen, ver van mijn eicjen land.
,,Kom je van Cuba
Ja, meneer. Daar was ik al bij Senor
de Kolonel Don Juan in betrekking."
,,Dan weet jij ook zeker van die vonge
aanslagen op zijn levendie pogingen
van vroeger
,,Nee, meneer. Ik heb er nooit van ge-
hoord, meneer."
,,Maar die vleermuisvleugel dan,
Pedro
Hij keek me verschrikt aan.
,,Ja, meneer, dat wel. Dien heb ik zelf
op de deur gespijkerd gevonden.
„En wat dacht je toen
„Dat het een grap wasgeen leuke
grap. ziet-uvan iemand. die Cuba
.Dus dan weet jij de beteekenis van
Vampier-vleugel
,,Ja meneer. 't Is een teeken van Obeah.
Ik had t nooit gezien maar ik had er wel
veel van gehoord."
Alle maandelijksche vaste betalingen
zullen moeten worden omgerekend.
Naast een nieuwen permanenten kalen
der zal steeds eeh vergelijkende kalender
moeten worden gebruikt om den toestand
van voor en na de hervorming te kunnen
vergelijken. Verjaardaaen enz.)
Data van alle loopende.contracten zul
len bij verdrag of wet moeten worden aan-
gepast aan den nieuwen kalender.
Alle maandelijks verschijnende tijd-
schriften zullen 13 maal per jaar verschij-
nen, hetgeen de abonnementsprijzen zal
verhoogen.
Maar ook in scheepvaartkringen werd
bezwaar gemaakt. Daar meende men, dat
het absoluut noodzakelijk zou zijn om alle
bestaande zeevaartkundige tabellen en
boekwerken als volkomen waardeloos ge-
worden af te schaffen en ze te vervangen,
door geheel nieuwe. Kapitalen zouden
noodig zijn om dit alles te bekostigen en te
vergoeden. En de heer Asscher meende
daarom te mogen verklaren, dat de be
zwaren zoo ingrijpend waren, dat de voor
deelen daarbij in het niet zonken. Aardig
is zeker ook de opmerking van den alles-
zins bevoegden handelsman, dat de
blanco-dag de gelijkheid der maand-
statistieken niet zal waarborgen, omdat
men toch zeker niet mag uitgaan van de
onderstelling, dat op dien dag het normale
leven stil zal staan en men dien dag
geheel of gedeeltelijk slapend of vastend
zal doorbrengen. Zijn de bezwaren van
economischen aard zeer ernstig, terwijl die
van algemeen cultureelen aard niet te
onderschatten zijn, toch gelden voor de
Israelieten de bezwaren van gods-
dienstigen aard als onoverkomelijk.
Tenslotte willen wij hier nog noemen
een plan, dat door „De Reformatie" is aan
de hand gedaan, om de blanco-daaen op
te sparen tot men er zeven had, en dus om
de 5 of 6 jaren een bianco-week in te
voegen. Misschien zou de Julimaand als
vacanticmaand bij uitnemendheid zich
daartoe het meeste eigenen. Dit amende-
ment is zeker waard, ernstig onder het oog
te worden gezien.
door
Proefbalen levert:
TER NEUZEN.
(Ingez. Med.)
DR. J. TH. DE VISSER.
De heer Dr. J. Th. de Visser is de gevolgen
van zijn val bijna weer geheel te boven ge-
komen. Hij heeft zijn bed weer mogen ver-
laten en hoopt spoedig zijn gewone werk-
zaamheden weer te kunnen verrichten.
EIERCONTROLE.
Bij Kon. Besluit is de Vereeniging het Ned.
Eiercontrolebureau bevoegd verklaard om
,,Maar wat dacht je nog meer
,,Dat het de bedoeling was, om den Ko
lonel bang te maken."
,,En door wien dacht je, dat t gedaan
was
,,Ja, ziet-uik had Senor Don Juan
wel eens hooren zeggen, dat Mr. Camber
hem haatte en toen dacht ik, dat die wel
iemand gestuurd kon hebben, om het te
doen."
,,Waarom zou Mr. Camber den Kolo
nel aehaat hebben
,,Dat weet ik niet, meneer. Ik wou, dat
ik 't wist."
,,Was je meester nog al bemind op
Cuba
,,Wel... eh..." Pedro aarzelde, „...niet
algemeen bemind."
,,Nee," zei ik nadenkend. ,,Dat dacht
ik wei."
De man ging weg en ik zette mijn een-
zaam maal voort. Onder het verorberen
van de smakelijk-toebereide spijzen luis-
terde ik naar het gezang van de leeuwe-
riken en overdacht ik, hoe saamgesteld de
menschelijke natuur toch is, in vergelijking
met elken anderen bestaanden levensvorm.
Toen ik klaar was, bleef ik nog maar
wat zitten. Wat ik met den tijd, die me
nog restte, doen moest, wist ik niet. Een
zeker gevoel van kie$chheid verbood me
Val Beverley op te zoeken, voor ze van de
grove insinuates van inspecteur Ayles
bury wat bekomen zou zijn en ik had niet
den minsten lust om op de een of andere
manier bij de naargeestige formaliteiten,
die uit een misdaad voortvloeien, betrok-
ken te worden. Maar toch voelde ik het
als een soort van plicht om in de buurt te
blijven, want ik begreep, dat er dingen te
doen waren, waarbij de hulp van Pedro
niet in aanmerking kon komen en die dus
(Ingez. Me<l.)
met betrekking tot kippen- en eendeieren,.
na of in verband met keuring, merken of tee-
kenen, als bedoeld in art. 10 van de Land-
bouwuitvoerwet 1929, uit te reiken.
HET VEER MOERDIJKWIIXEMSDORP.
Naar aanleiding van een door den A.N.W.B.
en de Kon. Ned. Automobielclub gedaan ver-
zoek aan den betrokken arrondissementsinge-
nieur van den rrjkswaterstaat om te bevorde-
ren, dat bij druk verkeer de dienst van het
veer MoerdijkWillemsdorp met twee of meer
veerponten zal worden verricht, is thans be-
richt ontvangen, dat wanneer druk vervoer
te voorzien is, tijdelijk personeel van elders
moet worden ontboden, omdat het varen met
meer dan 66n veerboot uitbreiding van per
soneel vereischt. In overweging is uitbreiding
van het te Moerdijk gestationeerde personeel.
De Minister van Binnenlandsche Zaken en
Landbouw heeft naar de Tel. meldt aan
alle burgemeesters een circulaire gezonden,
waarbij in herinnering wordt gebracht, dat het
rondtrekken van zigeunergezelschappen, voor
al met het oog op de algemeene veiligheid,
niet wenschelijk is en dat de politie-autori-
teiten reeds dadelijk kunnen overgaan tot uit-
geleide ondanks het bezit van een geldig
vreemd paspoort, voorzien al of niet van een
Nederlandsch visum van degenen, wier
aanwezigheid uit hoofde der openbare orde
of veiligheid ongewenscht is.
Het is n.l. gebleken, dat tal van burge
meesters vergunning hebben verleend aan een
vreemden berenleider-zigeuner tot het geven
van vertooningen met zijn beer, welk dier
bovendien hoogst gevaarlrjk is, daar deze in
ons land een kind heeft gedood en den ge-
wond. Bedoelde zigeuner is genaamd Jona
Navicks of wel Jonas Navickis, geboren 16
Jurri" 1902 te Memel (Oost-Pruisen). Hij
schijnt in het bezit te zijn van een bewijs van
de Polizei Verwaltung Primmersdorf d.d. 1
Juni 1928. Een radio-omroep omtrent op-
sporing van genoemden persoon heeft geen
resultaat opgeleverd; zijn signalement is op-
gen omen in het Alg. Politieblad van 14 Aug.
jl. Hij schijnt naar Belgie te zijn gegaan. In
Nederland bevinden zich nog meer berenlei-
ders, o.a. een zekere Giovanni Nedilk, geb. 15
Mei 1883 te Seadavacco, prov. Triest (Italie).
In Maart 1930 bevond Nedilk zich, met vrouw,
vijf kinderen en nog eenige andere personen,
in Limburg. Ook zijn beer heeft een kind
gegrepen en verwond.
Daar gebleken is, dat dergelijke berenlfei-
ders niet in staat zijn hun beer gevaarloos te
maken en te weinig voorzorgen in acht nemen
in het belang van de openbare veiligheid,
wordt, op verzoek van den Minister van Justi-
tie, de medewerking van de burgemeesters in-
geroepen, opdat in ieder geval noch aan
Navicks noch aan Nedilk hier te lande ooit
weder een vergunning wordt verleend en hun
uitwijzing bevorderd.
IN DEN DOOLHOF.
De bekende Economische COnferentie, in Mei
1927 te Genfrve gehoudeu te bespreking van
den algemeenen economisoheh wereldtoestand,
kwam wat betreft de belemmeringen door den
handel ondervonden, tot de conclusie dat dc
tijd gekomen was om een eind te maken aan
de verhooging der douanetarieven, die lang-
zamerhand in verschillende landen uiterst be-
door Val Beverley gedaan zouden moeten
worden.
Ik stak mijn pijp op en slenterde hefc
terras langs. Op het afhellende grasvefd
was een tuinman met een groote spuit op
een pluk onkruid, dat het groene fluweel
ontsierde, aan het werk. Bij mijn nade-
ring keek hij op en groette me wat schich-
tig. Ik liep voort en begon te filosofee-
ren over de overeenkomst tusschen het
werk van den mensch en dat van de aa-
tuur, voor wie, in haar eeuwigen voort-
gang, een arm leven ook minder dan niets
telt.
Na een minuut of wat zag ik de deur
bij ihet rhododendron-bosenje, de deur.
waardoor Kolonel Menendez dien nacht
het huis verlaten had, om in zijn eigen
tuin doodgeschoten te worden. Zijn slaap-
kamer was vlak erboven en toen ik, na
mijn tooht door het dichte struikgewas..
dat ik vroeger voor ondoordringbaar ge-
houden had, bij den toren uitkwam, bleef
ik staan en keek om. Van die plek af
waren de ramen van het bewuste rook-
kamertje zichtbaar, en onwillekeurig
kwam de herinnering aan de onbekende
schaduw op de jaloezie weer bij me op.
En ik verheelde me niet, als Aylesbury
die gebeurtenis te weten kwam, wat prac
tised genomen, niet te vermijden was,, dat
zijn bespottelijke verdenkingen dan aan-
merkelijk aan geloofwaardigheid zouden
winnen.
Onder het voortloopen bekeek ik deze
quaestie zoo onpartijdig mogelijk. Maar
de vragen; ,,Van wie was de schaduw op
de jaloezie en ,,Waarom is de Kolonel
's nachts om twaalf uur den tuin inge--
gaan lieten zich niet zoo gemakkelijk
beantwoorden.
(Wordt vervolgd.