k. een schrijven van de Nationale Commis- sie tegen het alcoholisme, daarbij de aandacht vestigende op artikel 4 der Drankwet. Naar aanleiding van dit adres deelen wij U mede, dat de Raad in zijne vergadering van 19 Maart 1925 besloot H.M. de Koningin te verzoeken, het maximum aantal vergunningen voor deze gemeente te verleenen, te bepalen op 5. Bij Koninklijk besluit van 10 September 1925 werd dien overeenkomsbig beslist. Vermits Burgemeester en Wethouders van meening zijn, dat ten deze niet verder dient gegaan te worden, stellen zij voor dit adres aan te nemen voor kennisgeving. Met algemeene stemmen wordt aldus be- sloten. 1. Een schrrjven van Gedeputeerde Staten daarbij met eenige bedenkingen terugzendende de door den Raad vastgestelde verordening betreffende besmettelijke ziekteagelden. Burgemeester en Wethouders stellen voor, dit schrijven nader in hunne handen te stellen, teneinde te dienen van bericht en raad. De VOORZITTER deelt mede, dat Burge meester en Wethouders nog eenige informa- tien moeten instellen. De gemeente kan on- dertusschen toch terecht in het ziekehhuis te Ter Neuzen, zoodat men toch gedekt is. 5. Voorstel van Burgemeester en Wethou ders tot goedkeuring der rekening van de Gezondheidscommissie, dienst 1929. Ingekomen is de rekening dienst 1929 van de Gezondheidscommissie te Neuzen. Deze sluit in ontvang en uitgaaf op 1677,67 en 1088,08%, met een batig saldo van f 589,58%. Burgemeester en Wethouders stellen voor, de gevraagde goedkeuring te verleenen. Met algemeene stemmen wordt aldus be- sloten. 6. Voorstel van Burgemeester en Wethou ders tot vaststelling van het vermenig- vuldigingscijter voor de gemeentelyke inkomstenbelasting, dienst 19301931. Volgens mededeeling van den Xnspecteur der D. B. kan de opbrengst der plaatselijke in komstenbelasting over 19291930 geraamd worden op 40000, Bij de vaststelling vein den factor voor het belastingjaar 1929—1930 is de opbrengst be- rekend op 35000, Volgens de rekeningsvoorschriften moet j 23000,van die geraamde opbrengst in de rekening over 1929 verantwoord worden. De rest of f 40000,min 23000,17000, komt ten bate van het dienstjaar 1930. De post opbrengst inkomstenbelasting op de begrooting voor den dienst 1930 is geraamd op 36000,Hiervan is reeds gevonden het hierboven berekende bedrag ad f 17000, zoodat uit de opbrengst over het belastingjaar 19301931 nog gevonden moet worden j 36000,min f 17000,f 19000, Laatstgemeld bedrag moet dus 2/a der op brengst over 1930—1931 zijn, zoodat de totale belastingopbrengst over dat dienstjaar moet bedragen 3/2 maal 19000,f 28500, BijV een factor van 0.9 zal het belastingjaar 19291930 opbrengen 40000,zou deze 28500 voor 19301931 bedragenX 0.9 =0.64. 40000 De inkomens van de belastingplichtigen over 1929 zouden dan evenveel dienen te be- drage dan die over 1928. Dat dit niet het geval zal zijn, behoeft geen betoog. Overbekend is, dat de uitkomsten van het landbouwbedrijf aanmerkelijk minder zijn. Waar over 19301931 voor de laatste maal eene gemeentelijke inkomstenbelasting zal worden geheven in verband met de tot stand koming van eene nieuwe wet regelende de fi- nancieele verhouding tusschen Rijk en ge- meenten, stellen wij U voor den factor voorde gemeentelijke inkomstenbelasting voor 1930 1931 vast te stellen op 0.9. De VOORZITTER merkt op, dat het voor de gemeente een meevaller is geweest, dat zooveel is ontivangen. De verwachting was, dat men in het jaar dat achter ons ligt reeds zou hebben moetefl verhoogen. Door de op brengst is echter zooveel ontvangen, dat dit niet noodig was en dat ook thans het ver- menigvuldigingscijfer nog op 0,9 kon worden voorgasteld. Dit is de laatste maal dat dit geschiedt. Het volgend jaar staat men weer voor andere dingen. Het voorstel wordt met algemeene stem- men aangenomen. 7. Voorstel van Burgemeester en Wethou ders tot het aangaan eener overeen- komst met de gemeente Axel om de straatverlichting te Spui door middel van gasverlichting te doen plaats heb ben. Het in Uwe vergadering van 22 November 1929 in onze handen gesteld adres van S. van Ham e.a. om eene betere voorziening in de straatverlichting op het gehucht Spui, geeft ons aanleiding, Uwe vergadering voor te stel len na gevoerde correspondentte en met de N.V. P.Z.E.M. en met de gemeente Axel ons te machtigen de gasolineverlichting te doen vervangen door gasverlichting. De kosten van die verlichting worden en door Zaamslag en door Axel gezamenlijk ge- dragen en zullen ongeveer zijn 120 per jaar, te samen dus voor elke gemeente 60. Het ontsteken en uitdooven zal plaats heb ben door de zorg van de Gasfabriek te Axel, door middel van klokjes. h_ De kosten van de gasolineverlichting droegen gemiddeld 140 per jaar, dus voor 61 kDeSVOORZITTER deelt mede, dat blijkens door Burgemeester en Wethouders ingesteld onderzoek bleek, dat de gasolmelbranders der lantaams te Spui geheel versleten waren. Aangezien die lampen tegenwoordig met meer gebruikt worden, was het met mogelijk daa voor andere onderdeelen aan te schaffen. Zij hebben daarop onderhandelt met het g meentebestuur van Axel, aangezien ver lichting voor gezamenlijke rekening wordt onderhouden. De vraag was wat zou genomen worden: electriciteit of gas. Het is te begnj- pen dat het gemeentebestuur van Axel, dat zelf een gasfabriek exploiteert, de voorkeur gaf aan gas. Aangezien het verschil in kosten met electriciteit ook niet zoo groot was, heb- ben Burgemeester en Wethouders zich daar- mede ook vereenigt. Het verschil zal nu zijn dat terwijl vroeger Zaamslag de verlichting exploiteerde en aan Axel de rekening zond, Axel nu de exploitatie zal doen en aan Zaam slag de rekening zenden. De Burgemeester van Axel informeerde de vorig week nog aan spreker of men er haast mede had, dit in orde te krijgen Hij heeft te kennen gegeven, dat het voldoende zou zijn als het maar v66r den winter klaar was. De heer HAAK vraagt, of verlichting met electriciteit van de P.Z.E.M. duurder was of goedkooper dan het gas van Axel Op verzoek van den VOORZITTER geeft de SECRETARIS inlichtingen. De P.Z.E.M. berichtte dat de stroom zou moeten kosten 45 cent per K.W.U. en dat per lantaam moest afgenomen worden een minimum van 60 K.W.U. zoodat men had te betalen 4 maal 60 maal 45 cent voor stroom. Burgemeester en Wethouders hadden echter aan de P.Z.E.M. gevraagd om in de bokpaal ook te plaatsen een sohakelklokmeter, in een kastje, teneinde ook controle te kunnen houden. De P.Z.E.M. was echter met bereid dat te doen. Men gaf te (kennen dat de inistrumenten, daar steeds aan weer en winid bloot gesteld te veel te lijden zouden hebben en ten slotte toch niet meer betrouwbaar zouden zijn. De eindkosten waren bijna gelijk. Met gas worden die berekend op 136 en met electri citeit op f 133 per jaar. De kosten van aanleg Zijn in dien prijs ver- converteerd. De VOORZITTER merkt op, niet te begrij- pen, dat de P.Z.E.M. op dat kastje niet wilde ingaan, aangezien het in deze gemeente ge- plaatste kastje goed voldoet en nog rummer heeft gemankeend. De heer DE REGT geeft te kennen, dat hij aniders een groote voorstander is van elec- trisch licht. Hij meent dat Axel met gas maar zwak verlicht is. Hij verwacht, dat dit licht te Spui niet voldoende zal weaen. De VOORZITTER stemt toe, dat het licht niet sterk is, maar meent, dat het te Spui toch wel voldoende zal zijn. Het is een rechte weg en er komen 4 lampen. Burgemeester en Wet houders hadden van de P.Z.E.M. wel lets meer medewerking verwacht. Zij hadden verwacht datzij die gelegenheid zouden hebben aange- grepen om daar hun net udt te breiden. De heer DE REGT noemt het jammer, dat Burgemeester en Wethouders niet met de P.Z.E.M. hebben kunnen overeenkomen. Dan had men toch een betere verlichting gehad. De VOORZITTER vond de prijs der electri citeit toch ook niet laag, op andere plaatsen spreekt men van 35 cent. De heer DE FEIJTER meent, dat er geen bezwaar is, hierop in te gaan. Van de eene zijde wordt gezegd, idat het gaslicht niet schit- terend is, en van andere zjjde wordt gezegd, dat het ruim zoo goed is als electriciteit. Mocht het niet meevallen, dan is het geen be zwaar om het later te veranderen. De heer DE REGT kan er zich wel bij neer- leggen, maar houdt toch vol, dat de straat verlichting in Axel zwak is, terwijl die hier op het dorp schitterend is. De heer DE FEIJTER heeft dat wel anders hooren vertellen. De heer HAAK vermeent, dat men nu in verlichting met de vroegere achteruitgaat en vindt dat jammer. Het spreekt van zelf, dat men niet geheel vrij is, omdat men met Axel samen doet, maar hij zou zich niet voor vast willen binden. De heer DE FEIJTER merkt op, dat de gasolinelantaams versleten waren en deze dus al minder licht gaven dan vroeger. Toen die lantaams hier op het dorp stonden en goed werden onderhouden door den heer d'Hont gaven deze een schitterend licht, dat heel wat sterker was dan de tegenwoordige electrische verlichting. Maar dan mag er ook niets aan mankeeren. Er is echter niets tegen, het eens met gas te probeeren. De heer VAN HOEVE is van meening, dat, wanneer men er eigenlijk voor zou gevoelen om later toch tot electriciteit over te gaan, men dat beter in eens kan doen. Dan worden er geen overbodige kosten gemaakt.. Hij zegt echter, dat de straatverlichting van Axel tamelijk goed is, en wel evengoed als die in de buurtschap Spui bestond. De heer DE FEIJTER wijst er op, dat men in aanwerking moet nemen, dat dat zaakje nu versleten was. Indertijd was het ruim zoo goed als electrische verlichting. De heer BAKKER is ook van oordeel, dat men het eens een jaar zou kunnen probeeren. Het bezwaar is echter, dat men dan voor groote kosten van verandering zit. De heer DE FEIJTER noemt die meening onjuist, want die verandering doet dan even- tueel de P.Z.E.M. zelf. De VOORZITTER betwijfelt, of de ge meente Axel wel bereid zou bevonden worden de noodige kosten te maken, indien de kans bestond, dat het maar voor een jaar was. Het kan echter bijna niet tegenvallen. Als men ziet dat zelfs naar Ter Neuzen gas wordt ge- leverd en daar niet geklaagd wordt, dan zal het toch izeker op den halven afstand ook wel goed voldoen. De heer BAKKER erkent, dat men aan Axel gebonden zit, en die gemeente altijd aan gas de voorkeur zou geven. Hij daarentegen geeft de voorkeur aan electriciteit. Daar is minder gevaar bij, dan bij gas. De VOORZITTER merkt op, dat door an- deren wordt aangevoerd, dat electriciteit, ten minste voor de buitenleidingen, meer gevaar oplevert dan gas. Bij storm leveren de elec trische geleidingsdraden boven den weg een gevaar op. De heer WISSE verklaart, zich met het voorstel van Burgemeester en Wethouders te kunnen vereenigen. Het is een goede oplos- sing; het kost niet meer geld dan de bestaan- de verlichting en men is overal van af. Het bezwaar, dat de gasverlichting te Axel niet zou voldoen noemt hij onjuist. Hij is er gis- terenavond toevallig nog gepasseerd en toen viel het hem integendeel op, dat de verlichting beter was dan die te Zaamslag. Waarom zou die dan voor Spui niet vol doende wezen Het voorstel van Burgemeester en Wethou ders wordt met algemeene stemmen aange nomen. 8. Behandeling van het verzoek van E. F. de Moor, landbouwer te Zaamslag, om eene tegemoetkoming ingevolge art. 13 der L. O. Wet 1920. Ingekomen is het navolgende adres: Ondergeteekende E. F. de Moor, landbou wer, Grooten Huijssenspolder C 51 geeft met den meesten verschuldigden eerbied te ken nen, dat hij een verzoekschrift aan den ge- meenteraad van Zaamslag heeft gericht om eene vergoeding in de transportkosten te wil len voldoen van vijftig gulden voor eene nieuwe leerling, die met 1 Mei de Katholieke school te Boschkapelle moet bezoeken en die nog niet de Openbare school heeft bezocht. Aangezien bij informatie is gebleken, dat meerdere leerlingen uit een andere gemeente die de bijzondere school te Zaamslag bezoe ken en door die gemeente waar zij woonach- tig zijn een vergoeding voor transportkosten van vijftig gulden per leerling vergoed wor den. Burgemeester en Wethouders merken naar aanleiding van dit schrijven op dat uit dit schrijven is te lezen dat de Moor een adres tot den Raad heeft gericht, terwijl hij zeker zal bedoelen dat hij met gemeld schrijven een verzoek richt om vergoeding. Een ander schrijven dan het hierboven is tenminste niet ontvangen. Het kind waarvoor adressant vergoeding vraagt is geboren 28 December 1923 en is eerst leerplichtig 28 December 1930 vermits het dan eerst den zevenjarigen leeftijd heeft bereikt Waar het voorts gemelde school per fiets zal bezoeken stellen Burgemeester en Wet houders voor een adressant met ingang van 1 Januari 1931 eene vergoeding (tegemoet koming) toe te kennen van f 25 per jaar. Wordt mitsdien voorgesteld te nemen het navolgende besluit: De Raad der igemeente Zaamslag Gelet op een verzoek van E. F. de Moor, landbouwer, Grooten Huijssenspolder C 51 te Zaamslag om eene vergoeding in de trans portkosten voor zijn dochtertje Olga Sulma Maria, hetwelk met ingang van 1 Mei 1930 de Roomsch-Katholieke school bezoekt te Bosch kapelle overwegende, dat gemelde Olga Sulma Maria is geboren 28 December 1923 en dus eerst 28 December 1930 leerplichtig wordt; dat eene tegemoetkoming als bedoeld in artikel 13 der Lager Onderwijswet slechts wordt verleenid voor leerplichtige kinderen; dat blijkens nadere gedane opgave van E. F. de Moor voomoemd gemeld kind gemelde school per rijwiel bezoekt; gelet op de Lager Onderwijswet 1920; besluit: aan E. F. de Moor voornoemd met ingang van 1 Januari 1931 eene tegemoetkoming als bedoeld in art. 13 der Lager Onderwijswet 1920 toe te kennen in de vervoerkosten van zijn kind Olga Sulma Maria zoolang deze de Roomsch-Katholieke school bezoekt van vijf- en-twintig gulden per jaar. Het voorstel wordt met algemeene stem- men aangenomen. 9. Voorstel van Burgemeester en Wet houders om aan Gedeputeerde Staten te berichten, dat de Raad zich niet kan vereenigen met de nieuwe jaarwedde- regeling van Burgemeesters, Secretaris- sen, Ontvangers en Wethouders, vervat in de circulaire van 9 Mei 1930 No. 41, 3de afdeeling. De inhoud deizer circulaire is reeds verm eld in het raadsverslag van Ter Neuzen in ons nummer van Woensdag 28 Mei 1930. Ten opzichte van deze ontwerp jaarwedde- regeling merken Burgemeester en Wethouders op dat: ten eerste de jaarwedden van de Burge meesters weder gelijk worden gebracht van die van de Secretarissen. De verhooging die aan den Burgemeester dezer gemeente door gemelde nieuwe regeling zal worden toegekend bedraagt 470. Voorts wordt de aanvangsjaarwedde van den Burgemeester in de lste klasse beneden 801 inwoners verhoogd met f 130 en de maxi- mumjaarwedde met f 230 en die van den Secretaris in dezelfde klasse met J 100, in aan- vang en maximum. ten tweede worden de jaarwedden van den Burgemeester en Secretaris van de gemeenten Zierikzee; Goes; Ter Neuzen; verhoogd respec- tievelijk met /200; 300 en 300; terwijl die van den Burgemeesters der gemeenten Middel- burg en Vlissingen wordt verhoogd met 500 en die van de secretarissen met f 300. In de jaarwedde voor den secretaris dezer gemeente komt dus geen verandering. ten derde worden de jaarwedden van de Wethouders verhoogd in de eerste klasse met /10, in de 2de tot en met de 7de klasse met f 20, in de 8ste klasse met 30 en die van de gemeente Ter Neuzen met /400. De wedden der Wethouders in deze gemeente worden dus verhoogd met 20. ten vierde wordt de aanvangsjaarwedde van den ontvanger in de lste klasse verhoogd met 50, in de 2de klasse met f 30, in de 5de klasse met 30, in de gemeente Goes en Ter Neuzen met 500 en de periodieke verhoogingen voor ontvangers in gemeenten van le, 2de, 3de, 4de en 5de klasse met 10. In de jaarwedde van den Ontvanger voor deze gemeente komt dus geene verandering. Nieuw is voorts in deze regeling de kinder- toeslag. Ook deze regeling brengt voor deze gemeente thans geen grootere uitgaaf mede omdat noch de Burgemeester, noch de Secre taris, noch de Ontvanger aanspraak kunnen doen gelden op het dienaangaande bepaalde. ten vijfde. De diensttijd in de betrekking van wethouder, ambtenaar boven den leeftijd van 23 jaar ter Provinciale Griffie of ter secretarie telt voortaan mede voor de toeken- ning van periodieke verhoogingen in de be trekking van Burgemeester en (of) Secretaris. Ook voor ontvanger telt de diensttijd als ambtenaar boven den leeftijd van 23 jaar ter secretarie of bij den gemeente-ontvanger mede voor de toekenning van periodieke verhoogin gen in de betrekking van gemeente-ontvanger. Ten slotte is bepaald dat bij het gelijktijdig vervullen van twee betr. de aftrek niet is 25 maar 15 drie 30 maar 20 vier 35 maar 25 vijf 40 maar 30 zes 45 maar 35 Burgemeester en Wethouders zijn van oor deel gezien de tijdsomstandigheden dat er geen enkele reden is de jaarwedden van opgemelde ambtenaren te herzien en stellen voor dien- overeenkomstig aan Gedeputeerde Staten te berichten. De VOORZITTER merkt op, dat men ge- stadig bezig is met verandering van die jaar wedden. Enkele jaren werden de jaarwedden der burgemeesters met 15 verminderd. Nu wil men het er weer bij doen. Burgemeester en Wethouders zijn van oordeel, dat het in deze tijden van groote malaise onder den land- bouw niet de gelegenheid is om te denken over tractementsverhooging voor deze titularissen. De heer D. DEES kan zich met deze ziens- wijze zeer goed vereenigen, maar veronder- stelt, dat, als de heeren in Middelburg met hun ihoofdje doorgaan, de gemeenten toch zul len moeten betalen. De VOORZITTER: Dan kunnen wij er niets aan doen, wij worden geihoord en kunnen nu onze meening te kennen geven. De heer HAAK is ook van meening, dat Burgemeester en Wethouders terecht opmer- ken, dat het nu niet de geschikte tijd voor jajarweddeverhooging is. De billijkheid zou thans eischen, dat men afronde naar beneden. Dien kant moet het uit! De heer BAKKER verheugt zich over het stanidpunt van Burgemeester en Wethouders, waaruit blijkt, dat ze ook de zuinigheid wen- schem te betradhten. Het voorstel van Burgemeester en Wethou ders wordt met algemeene stemmen aange nomen. 10. Voorstel van Burgemeester en Wethou ders tot verbreeding van het z.g.n. straatje. In verband met de besprekingen gehouden in de vergadering van den Raad van 15 Fe- bruari 1929 zijn Burgemeester en Wethouders uitgegaan van de stelling dat het noodzakelijk is in verband het meerdere verkeer het z.g.n. straatje te verbreeden. Het straatje is eigendom van den heer Jacs. Scheele. Verandering aan dit straatje brengen is dus niet mogelijk zonder toestemming van den eigenaar. Met den eigenaar onderhandeld over eene verbreeding van het straatje deelde deze mede dat hij geneigd is de benoodigde grond af te staan voor eene som van f 1354, de breedte van het straatje zou dan worden 4.34 M. ge- meten uit den kantsteen aan den westkant met inbegrip van de te graven sloot. Eene wegsverbreeding zou dan worden ver- kregen van 2 M Voor graven sloot en het verwerken van de uitkomende grond levering van zand voor aan- vullingsspecie, het verleggen van den duiker onder den weg en buizenverlenging wordt ge raamd op f 940, zoodat het heele werk zou kosten 2300. Wondt overgelegd het navolgende concept- besluit: 1 De Raad der gemeente Zaamslag: Overwegende, dat het gedeelte van den Groote- en Kleine Huissenspoldersitraat, volg- nummer 13 van den Ligger van Wegen en Voetpaden in de gemeente Zaamslag en nader bekend onder perceel gemeente Zaamslag, Sectie B 35 met het oog op het verkeer naar de gemeentelijke haven dringend verbreeding behoeft; dat als eigenaar van dat wegsgedeelte be kend staat Jacobus Scheele, landbouwer te Zaamslag en deze ook eigenaar is van den naast gemeld wegsgedeelte gelegen grond; dat Jacs. Scheele voomoemd geneigd is grond te verkoopen voor wegsverbreeding maar de ibillijke eisch stelt, dat het wegs gedeelte bekend onder sectie B 35 ten name komt van de gemeente Zaamslag; gelet op de Gemeentewet; op voorstel van Burgemeester en Wethouders b e s lu i t: a. In eigendom van Jacs. Scheele voor noemd over te nemen dat gedeelte van den Groote- en Kleine-Huissenspolderstraat het welk bekend is onder perceel gemeente Zaam slag, Sectie B 35; b. aan te koopen: lste van perceel Sectie B 265 ongeveer „12 Are 48 Centiaren". 2e van perceel Sectie B 264 ongeveer „8 Are 48 Centiaren". 3de van perceel Sectie B 251 ongeveer 3 Ars". 4de perceel Sectie B 250 ongeveer 2 Are 48 centiaren; een en ander voor de som van een duizend drie honderd vierenvijftig gulden en onder be- ding, dat de kosten van de ten naamstelling komen ten laste der gemeente Zaamslag. De VOORZITTER merkt op, dat men al eenige jaren bezig is geweest over dat straatje. Zooals bekend, waren Gedeputeerde Staten er voor, dat het bedrag, dat de gemeente als suibsidie in de kosten van wegsverbetering heeft ontvangen, niet, zooals besloten was, tot vervroegde aflossing van leeningen zou ge- bruiken, doch tot verdere wegsverbetering. Van dat bedrag is 3500 uitgetrokken voor verbetering van den weg van het dorp naar de Griete. Daarvoor is thans 1400 verwerkt, zoodat nog i 2100 beschikbaar is, en het restant wel uit de gewone mididelen der be grooting zal kunnen gevonden worden. Burgemeester en Wethouders hebben van het werk tot veibreeding van het straatje van af de kreek tot aan den dijk een begrooting laten maken en zijn daama met den heer Scheele gaan onderhandelen. Hij wilde den grond afstaan voor f 1 per M2. Bij dat onder- houd bleek echter, dat de weg zelf aan den heer Scheele behoort en dat all een de keien der foestrating van de gemeente zrjn. Hij was bereid den weg en de sloot aan de gemeente over te geven, mits er een door hem aange- geven strook grond werd gekocht. Daartoe waren Burgemeester en Wethouders niet be reid, doch ten laatste zijn ze met den heer Scheele overeengekomen, dat er een strook ter breedte van 2 M. bewesten de sloot zou wor den gekocht, over de genoemde lengte. Hij geeft dan de eigendom van den weg en de sloot ook aan de gemeente over. Met inbegrip van die koopsom wordt het werk geraamd op 2300. Er moet dan ook nog een gedeelte aan de lage weide opgehoogd worden, waar voor men materiaal zal moeten zien te krijgen. Burgemeester en Wethouders wenschen ook het bietenslik, dat in het najaar op de haven komt, er voor aan te wenden. Het kost dan maar alleen het vervoer. In antwoord op een vraag van den heer DE REGT deelt de Voonzitter mede, dat vol gens het kadaster de grens aan den Oostkant ligt in de helft van de sloot. Aan den West kant zou dan de nieuwe sloot geheel aan de gemeente behooren, die Burgemeester en Wet houders ook 't beste achten zelf te onderhou den, juist om te misgaan, dat de wijize van onderhoud wjjzigmg der grenzen tot gevolg zou kunnen hebben, hetgeen wel eens wordt beweerd. Op de grens zullen dan steenen paaltjes geplaatst worden. De heer DE REGT merkt op, dat de grens blijkbaar wel gewijzigd is, want de sloot ligt bij lange na niet recht. De VOORZITTER deelt voorts mede, dat Burgemeester en Wethouders het voomemen hebben, aan de westzrjde van de keibaan den weg met het verbreede gedeelte te verharden met sintels. Zij achten dat voldoende om er op udt te wijken als wagens elkaar moeten passeeren. De heer D. DEES dacht ook, dat het met noodig was de keibaan, die 2,75 M. breed is, daar te verbreeden. Hij meende, dat men dat voomemens was omdat de Voorzitter vroeger van voorhanden keien gesproken had. Maar begreep niet, dat het werk dan niet meer kostte. De heer VAN HOEVE deelt mede, dat de telegraafpalen ook verzet zullen worden. De VOORZITTER deelt aan den heer D. Dees mede, dat het te verbreeden eind weg 660 M. lang is. Ook moet de duiker verlegd worden. De heer HAAK noemt het een goede verbe tering; de weg is te smal en dan zullen elkaar tegemoetkomende wagens er op kunnen uit- wijken. Hij kan er ten voile zijn stem aan geven. De heer DE FEIJTER wlrjist er op, dat de leden wel in het oog moeten houden, dat be- halve de strook grond die de gemeente koopt, zij ook den weg en de tegenwoordige sloot in eigendom krijgt. Men houdt dan als de nieu we sloot gegraven is naast de keibaan een mooie zomerweg ter breedte van 3 M. Bij druk vervoer kunnen de wagens er dan elkaar pas seeren. 11. Omvraag. a. De heer HAAK klaagt, dat de stukken voor de raadszitting zoo laat ontvangen wor den. De agenda was reeds Woensdag voor 14 dagen in het bezit der leden, doch de stukken werden pas Vrijdags ontvangen. Als men er dan rekening mee houdt, dat men Zaterdags naar de markt te Axel moet, dan volgt daar op de Zondag en heden is het zittdng, zoodat er dan geen gelegenheid meer is een of ander zooals nu b.v. de toestand van het straatje plaatselijk te gaan onderzoeken. Kan dan de wethoudersvergadering niet wat vroeger gehouden worden? De VOORZITTER merkt op, dat het vast- stellen der agenda vlug kan geschieden, maar niet het uitwerken der stukken, die dan boven- dien eerst gedrukt moeten worden. De SECRETARIS deelt mede, de stukken 's Woensdags gepost te hebben. De heer VAN HOEVE: En Donderdag was het HemeLvaartsdag, zoodat geen post besteld werd. De heer HAAK erkent dat dit 66n dag ver schil kan maktn. De VOORZITTER zegt toe, dat met den uitgesproken wensch zooveel mogelijk reke ning zal worden gehouden. De heer DE FEIJTER deelt nog mede, dat nog een tweede wethoudersvergadering noodig is geweest in verband met een punt dat van de agenda is teruggenomen, doch waardoor de Secretaris niet aan de stukken kon voort- werken. De heer DE REGT hoopt op vooruitgang in deze. b. De heer HAAK deelt mede, dat hij dezer dagen de school in den Huijssenspolder pas- seende. Hem vied den desolaten toestand waarin dat gebouw verkeert op en hij dacht aan de zoolang uitblijvende ibeslissing uit Den Haag, inzake het genomen raadsbesluit betref fende opheffing dier school. Zouden- de heeren daarop nu nog lang moeten broeien. Zooals het nu is, kan het niet bllrjven staan. Hij vindt het toch jammer. Twee jaar geleden is het raadsbesluit genomen en nu is er nog geen beslissing. Indien de raad in het ongelijk wordt gesteld, moet het gebouw opgeknapt worden, want z66 kan het niet bdijven staan. De heer WISSE geeft te kennen, dezelfde opmerking te hebben. Het dak van de over- dekte speelplaats verkeert in dusdanigeo slechten toestand, da.t hij meent, dat het voor de kinderen gevaar oplevert. Aangezien het nog steeds school is, meent hij, dat school en toebehooren ook als zoodanig moeten worden onderhouden. De VOORZITTER merkt op, dat de beslis sing moet gegeven worden door het hoogste college in den lande, en dat men daarop een- voudig moet wachten. Hij heeft de vraag wat er met het gebouw gebeuren moet, ook al eens gesteld, maar meent overigens dat het gevaar voor die ovendekte speelplaats niet zoo groot is. Hij ziet er den kinderen er zijn er trou- wens maar 9 meer nooit onder. De heer WISSE wijst er op, dat het ook gevaarlijk kan zijn als ze er langs gaan. Een plank van de lijst hangt er zeer gevaarlijk bij. Ook kunnen er pannen vallen, daar de 1 at ten waaVop die rusten verrot zijn. Naar het schijnt wordt die speelplaats ook gebruikt voor auto- garage en onlangs zag hij daar mannen komen met 2 wagens om daar materiaal te lossen. De heer VAN HOEVE erkent, dat de zaak moet opgelost worden. Maar hangende de verwachte beslissing omtrent het raadsbesluit gaat het toch niet, om aan die school groote uitgaven te doen voor reparatie. De Raad van State heeft in Februari 1.1. de zaak in openbai^ vergadering behandeld. Men zou izeggen, dat de beslissing eir nu toch wel al had kunnen zijn. Wat dat gebruik als garage en het lossen van materialen betreft, wijst hij er op, dat men bedenken moet, dat de woning bij die school verhuurd is en het ook een voorrecht is, dat men er een huurder voor heeft kunnen krijgen, want een huis dat niet bewoond wordt, gaat in waarde achteruit. Die huurder heeft een auto, een Ford, en maakt er wel eens gebruik van, die onder de overdekte speelplaats te bergen. Hij ziet niet in, dat daartegen bezwaar is. Hij| stemt toe, dat een en ander niet meer in goede conditie verkeert, maar dat er gevaar •bestaat, kan hij nog niet inzien. Als de school wordt opgeheven, is het toch niet noodig, daaraan nog groote kosten te besteden. Laat men daarom nog even wachten. De heer WISSE stemt toe, dat het dwaas- heid zou zijn, nu groote reparaties te gaan uit- voeren, maar acht het toch noodig, dat die loshangende planken wat worden vastge- slagen. De heer DE FEIJTER acht dat niet moge lijk. De boel is zoo slecht, dat een kleine reparatie niet meer mogelijk is, zonder alles af te breken en te vemieuwen. De heer HAAK oppert het denkbeeld, dat de zaak misschien vergeten is; zou aan het hoogste college niet eens kunnen verzocht worden het nemen eener beslissing te bespoe- digen. De VOORZITTER acht dat niet mogelijk; men moet voor de boven ons staande eerbied hebben. Vergeten doet men het natuurlijk niet, want alles wordt aangeteekend. De heer D. DEES ziet niet in, dat het zoo'n bezwaar zou zijn om de heeren in Den Haag er eens op attent te maken. Als de gemeente- raad eens wat te langzaam is, wordt er gauw genoeg geschreven. De VOORZITTER noemt dat geheel iets anders. De heer HAAK noemt het z66 geen toe stand; als het school is, moet het gebouw in goeden toestand verkeeren. Aan den anderen kant spreekt het van zelf, dat men onder de tegenwoordige toestanden daar geen groote kosten aan gaat maken. Hij kan er zoo geen bezwaar in zien om eens een herinnering aan het Hooge College zenden. De VOORZITTER kan aannemen, dat de heer Haak, die er buiten staat, daar geen bezwaar tegen heeft, maar voor Burgemeester en Wethouders is dat iets anders. Hij' is van meening, dat die planken van het dak der speelplaats nog wel wat zullen blijven hangen. c. De heer D. DEES deelt mede, dat hij deizer dagen moest zijn aan de Oostzijde van de kom, en daarbij heeft waargenomen den toestand achter de woningen, wegens de sloot van den slager en anderen. Dat is toch een zeer onbehoorlijke en onhoudbare toestand. Heeft de Gezondheidscommissie daaraan nog nooit wat gedaan? Die werkt toch in het belang van de gezondheidstoestand in de ge meenten. De VOORZITTER deelt mede, dat de Ge zondheidscommissie daaraan in het verleden wel degelijk aandacht heeft geschonken, en er opgewezen heeft. Burgemeester en Wethou ders zijn ook onderhandelingen begonnen, om dien zeer ongewenschten toestand opgelost te krijgen en bij het slagen der onderhandelingen een voorstel te doen aan den gemeenteraad. Het is echter de familie De Moor die het op- houdt. Voor een goed begrip der zaak, deelt de SECRETARIS mede, dat 24 Maart van dit jaar een adres is ingekomen van de bewoners der Oostzijde. Denzelfden dag is door Burge meester en Wethouders een brief geschreven aan de familie De Moor, over het treffen eener overeenkomst om aan dezen toestand een eind te maken. Trouwens op 21 Januari 1927 was daarover al eens geschreven aan den heer De Moor te Brussel. Er is inmiddels al eens met een der familieieden over gesproken, die te kennen gaf, dat er met de familie over ge sproken moest worden. Spreker heeft toen, om de zaak te vergemafckelijken, een concept- overeenkomst geschreven, waarover dan kon gesproken worden. De te Brussel wonende heer De Moor is ondertusschen overleden. De vorige week kreeg spreker een bericht uit Ter Neu zen meldende dat de concept-overeenkomst op onverklaarbare wijze verdwenen is en hem werd verzocht, deze nog eens te willen schrjj- ven, hetgeen hij terstond heeft gedaan. De heer VAN HOEVE geeft te kennen, dat

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1930 | | pagina 7