ALGEMEEN NIEUWS- F.N AQVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSGH-VLAANDEREN. SUIKERBIETENZAAD HILLESHOGZAAD N.V. HOLLANDSCH ZWEEDSCHE ZAAD MIJ Eerste Blad. 80.000 Straatklinkers De dolende Juweelen VAN DEN BOSCH Co.* HEEREN- BAAI No. 8519, VRIJDAG 25 APRIL 1930 70e Jaargarg Bekendmaking. Bekendmaking. Aankondiging. Henricus Leo. F E UI LjL ETON, 35 De Stam met DE HOOGSTE SUIKER- OPBRENGST PER HECTARE en met HET KLEINSTE AANTAL SCHIETERS WEGEN EN VOETPADEN MET DE KUNSTWERKEN VAN 0RIGI#EEL ZWEE0SCH STAMZAA0 GETEEL0 IN NEDERLAND VERLANG VAN UW FABRIEK OF INK00PVEREENIGING 95 99 SARPHATiSTRAAT 9 - AMSTERDAM VOOR INLICHTINGEN ZAADHANDEL TELEF. No. 89 GOES 20-50ctperotu ABONNEMENTSPRIJS: Binnen Ter Neuzen f 1,40 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen fr. per post f 1,80 per 3 maanden Bij voor uitbetaling fr. per post f 6,60 per jaar Voor Belgie en Amerika f 2,25, overige lan den f 2,60 per 3 maanden fr. per post Abonnementen voor het buitenland alleen bij vooruitbetaling. Uitgeefster: Firma P. J. VAN DE SANDE. GIRO 38150 TELEFOON No. 35. Burgemeester en Wethouders van HOEK maken bekenddat de ouders, voogden of verzorgers die hunne kinderen of pupillen op 1 Mei a.s. op de openbare lagere school wen- sohen geplaatst te zien, zich daartoe voor 80 dezer bij het hoofd der school kunnen aan- melden. De kinderen die voor 1 November 1930 zes jaar oud zijn, worden toegelaten. Hoek, 23 Aipril 1930. Burgemeester en Wethouders van Hoek, Mr. J. A. VAN TIENHOVEN, Burgemeester. J. DREGMANS, Secretaris. Burgemeester en Wethouders van HOEK vragen prjjsopgaaf voor de levering van eenlgszins getrokken. De levering moet plaats hebben franco op den wal aan den nieuiwen westelijken kanaal- anm te Ter Neuzen, op aan te wijzen plaats. De levering moet geschieden uiterlijk 1 Jimi a.s. Aanbiedingen met monster van vier steenen worden ingewacht ter Secretarie, voor 1 Mei 1930, des voormiddags tlen ure. Hoek, 7 April 1930. Burgemeester en Wethouders van Hoek, Mr. J. A. VAN TIENHOVEN, Burgemeester. J. DREGMANS, Secretaris. Burgemeester en Wethouders der gemeente HOEK brengen ter kennis van belanghebben- den, dat te beginnen op 5 Mei 1930, vanwege de gemeente eene Algemeene Opneming zal worden gehouden van de Hoek, 16 April 1930. Burgemeester en Wethouders voomoemd, Mr. J. A. VAN TIENHOVEN, Burgemeester. J. DREGMANS, Secretaris. Behalve hem waren er noa twaalf anderen geciteerd om te Dordrecht te verschijnen. Waarschijnlijk ontving Hen ricus Leo op 17 November 1618 de oproeping, waarin de Nationale Synode van de Gereformeerde Nederlandsche kerken, wettig vergaderd in den Naam des Heeren, op last en gezag van de Ed. Hoog Mog. Heeren Staten-Generaal van het Vereenigde Nederland, ,,om de twis- door K. R. G. BROWNE. 73) (Vervolg.) Hij maakte een stuiptrekkende bewe- aing en haalde een portefeuille uit zijn broekzak te voorschijn: ..Hier he-je de waarborgsom twee'honderd en vijf- tig pond... iZeg, je ben toch niet woedend op ons, Millie Miss Milligan zag er absoluut niet woe dend uit; ze keek eer of iemand haar met een zandzak een tik op haar hoofd ge- geven had. Ze staarde naar de bankbil- jetten, tot de hoeken begonnen om te krullen. Ze staarde Mr. Todd aan tot de ex-vaste goederen-expert begon te blozen; ze staarde naar de linkerhelft van George's gezicht, tot die een zacht purpe- ren tint kreeg. ..Heilige Mozes 1" zei ze toen. ,,Moet dat een grap beteekenen, George?'' ,,Nee, warempel nietgaf George ver- ontwaardigd ten antwoord. ,,'t Is de waarheid, de zuivere, onvervalschte, al- leen-en-niets-dan-de-waarheid. ,,Zoo is 't," stemde Mr. Todd bij. „Waarom ook niet ,,Waarom ook niet herhaalde Car- mencita. ..Waarom ook niet Omdat het tegen alles in is Dringt het wel tot jul- lie door wat jullie daar zit te vertellen Sir John zou voor vijftia duizend dollar juweelen van me gekocnt hebben en er met geen woord over gerept hebben Dat is toch klets George ondervond het als een opluch- ting, dat de crisis er was. Hij haalde diep adem en begon energiek aan het verbete- ren van den slechten toestand van zaken, ADVERTENTIeNVan 1 tot 4 regels 0,80 Voor elken regel meer /0.20. Grootere letters en clichS's worden naar plaatsruimte berekend. Handelsadvertentien bij regelabonnement te gen verminderd tarief, hetwelk op aanvraag verkrrjgbaar is. Inzending van advertentien liefst een dag voor de uitgave. DIT BLAD VERSCHIJNT IEDEREN MAA NDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. ..HILLESHOG ten, in de genoemde kerken gerezen, te examineeren en weg te nemen, en ver- staande, dat dit de wil is van de voorn. Heeren, dat in de eerste plaats de vijf artikelen van de Remonstranten onder- zocht en beoordeeld zullen worden". berichtte het billijk en noodig te hebben geacht te ontbreken en te citeeren: uit Gelderland Henricus Leo en Bernerus Vezekius. „als in deze zaken het meest geoefend", opdat zij en dit werd dus nadrukkelijk beloofd ten aanzien van de voornoemde vijf artikelen vrijelijk voorstellen, verklaren en verdedigen zoo- veel zij doenlijk en noodig zullen achten. Zij moesten komen ,,binnen veertien dagen na ontvangst van dezen brief, zon- der eenige weigering of uitvlucht. Opdat in LI geen schuld worde gevonden van volgens het plan, door Mr. Todd en hem ontworpen. „Nee, dat is het niet, als je bedenkt, dat Sir John het type van een ouderwet- schen Engelschman is. Er zijn er onge- veer nog drie over en hij is er een van. Bescheiden, begrijp je vindt het ver- schrikkelijk om bedankt te worden... en- zoovoort Bedankt te worden Waarom zou ik hem bedanken Hij heeft toch waar voor zijn geld gekregen, is 't niet?" ,,0. ja, natuurlijkehdat be- doeld ik ook niet. De quaestie isdat hij de qeheele gesehiedenis stil wil hou- den. Geen gezeur en geen gezanik begrijp je?" ,,Nee ik begrijp 't niet", verklaarde Carmencita kort en bondig. .Ik begrijp om te beginnen niet ,,Ennein de tweede plaats... wou hij niet dat Lady Croyde er iets van te weten kwam. Voor zoover ik tusschen zijn woorden door heb kunnen hooren..." zonder een gewetensprik begon George aan het zwart-maken van den schulde- en vlekkeloozen leenheer van Quantock Royal, ..schijnt ze te vinden, dat hij te veel geld voor zijn verzameling uitgeeft. Het erfdeel van Geoffrey schiet er op die manier bij in, enzoovoort, enzoovoort. En dus wou hij het liever zelf vertellen, als ze in de gesohikte stemming was, of zoo iets ,,MaarHeilige Mozes! wat dacht de vent, dat ik het in het dorp zou laten omroepen?" tf ,,Nee, neemaar de quaestie is", nu hij eenmaal op gang was, kreeg George plezier in het improviseeren, ,,dat hij, eigenlijk, een vrouwen'haterof nee, een vrouwen-wantrouwer is. Ik geloof, dat hij een paar jaar geleden... door een vrouw, zie-je, een financieelen strop ge- had heeft en dat heeft hem natuurlijk een beetje voorzichtig gemaakt... Niet, dat nalatigheid of hardnekkigheid, en gij niet den schijn op U laadt van uwe zaak ver- laten of verzuimd te hebben." Wie was deze Henricus Leo? Hij was de zoon van Johannes Leo, met wien hij tegelijkertijd predikant was te Zalt- Bommel. Zijn vader stierf in 1607, en de zoon (Henricus) werd daar predikant na 7 Sept. 1599 en voor 15 Aug. 1600. Hij mocht van zijn vader niet te Leuven studeeren, de hoogeschool te Harderwijk werd pas in 1600 opgericht, en om de opleiding van predikanten te belemmeren had Alva op 5 Maart 1569 een verbod uitgevaardiga om aan vreemde universi- teiten te studeeren of daar studenten heen te zenden. Sedert 8 Februari 1575 was er een hoogeschool te Leiden, daar stond Henricus Leo sedert 3 Mei 1591 inge- hij jou niet vertrouwde... welnee... maar bij wijze van voorzorg, zie... je..." ..Nee." zei Carmencita positief. „Dat zie ik niet. Waarom?" Bij het hooren van dat antwoord achtte Mr. Todd, die met open mond naar het meesterlijke improviseeren van zijn mede- samenzweerder had zitten luisteren, het oogenblik gekomen om een handje mee te helpen. ..Luister nou eens naar mij, Millie. Je bent naar Engeland gekomme om die steene te verkoope, is t niet?... Nou, nou benne ze verkocht, Wat wou je dan nog meer?" ,,Ja, maar ,,Ben je bang voor wat Reilly zal zegge? Dat zou 'k niet zijn as ik in jouw plaats was. We hebben-em een hoop werk bespaard, en as echte Ier zal-ie je daar wel vriendelijk en beleefd voor be- danke... En en het geld van Sir John is toch zeker net zoo goed as dat van hem, niet?" Carmencita keek hem strak aan. Heeft u een quitantie of een overeen- komst of zoo iets dergelijks, Mr. Todd?' ,,Wel neemaar .Tusschen Engelschen van beschaving", verklaarde George eenigszins uit de hoog- te, „zijn dergelijke dingen overbodig. Ons woord is onze schuldbrief... En je zou hem toch niet hebben willen beleedigen is 't wel?" ,,Zoo is 't," stemde Mr. Todd in. ,,Kijk es hier, Millie... ik begin me een tikkie verongelijkt te voelen... George hier en ik hebben dit voor je opgeknapt, omdat we Smith een strop wouen bezorgen, en om dat we jou in de gelegenheid wouen stel- len om naar huis te gaan wanneer je wou... En nou zit je me an te kijken of ik een zeere teen ben! Carmencita glimlachte even. ,,Zoo bedoel ik't niet, Mr. Todd. Maar 't is nogal een verrassing, ziet-u schreven als student in de letteren, en later op 22 Nov. 1594 als theoloog. In 1595 gina hij te Franeker studeeren. Daar bleef hij ongeveer drie jaar, en op 20 Mei 1598 begon hij zijn studien te Geneve, tegelijk met zijn broer Francis- cus. Wij weten allerlei bijzonderheden over het verblijf van andere (later be- roemd geworden) theologen te Geneve, zooals over Wtenbogaert en Arminius, maar over het verblijf van dezen Leo is ons niets bekend en ook niets over zijn verhouding tot Beza. Het trof toen wel mooi, dat voor de tweede predikantsplaats te Zalt-Bommel, die sedert 1578 wegens gebrek aan geldmiddelen onbezet was gebleven, nu weer geld vrijkwam, zoodat hij daar naast zijn vader kwam te staan. Hoe „groot"(?) zijn tractement daar ge- weest is, is aan zijn levensbeschrijver, Ds. F. S. Knipscheer (thans predikant te Zalt-Bommel) niet gebleken, maar Prins Willem I schijnt 450 een voldoend trac tement te hebben geacht, en in 1628 werd daar 600 uitgekeerd en later ,,nog meer". Natuurlijk spreekt het vanzelf, dat Henricus Leo de eerste jaren naast zijn vader wat op den achtergrond is ge bleven. Onze Leo leefde en werkte rustig voort, en zelf heeft hij eens in de acta van een Provinciale Synode gesdireven: ,,Van de national Synode is zeer goede hoop, te meer omdat men hierover in andere provincien meer eenheid vindt dan ooit te voren". Deze eene mededeeling is zeker al een bewijs, dat Henricus Leo van een komende algemeene, nationale Synode voor zich en zijn denkbeelden heel geen kwaad duchtte. Het is te danken aan de breede en geen moeite sparende onderzoekingen van Ds. Knipscheer, dat voor goed is komen vast te staan, dat Henricus Leo reeds in 1605 had verklaard, dat zijns inziens de beslis- sing (decisie) in kerkelijke geschillen niet aan het Hof van Gelderland toekwam, maar naar de classes behoorde te worden aestuurd en zoo noodig naar de Synode. Maar daarnaast betoonde dezelfde Leo zich ook toen reeds een sterk voorstander van zeer ver reikende gehoorzaamheid aan de overheid. Toen in 1610 de „remonstrantie" te Groede door 44 predikanten werd onder- teekend, stond daar de naam van Henri cus Leo niet onder, ofschoon hij later onomwonden verklaarde, dat hij ,,al over lang" het gevoelen van de Remonstranten op het punt van de paedestinatie was toe- gedaan, en hij daarvan door het geven van zijn schriftelijke instemming later ook blijk moet hebben gegeven. Het zal met Leo aegaan zijn zooals het wel meer in de wereld gaat: als men op of om een punt zijn instemming betuigt, wordt men al te spoedig aangezien voor iemand, die het in alles eens is met de menschen, wier eene afwijking men deelt. Wij geven hier nu geen schets of over- zicht van heel den strijd, die er gevoerd is tusschen 1610 en 1618/1619, totdat dan ECHTE FRIESCHB iwwmwmw' (Ingese. Med.; eindelijk de Synode samenkwam, en van alles, wat daar gebeurd is, behoeven wij ook geen bericht te doen. Als er een voorval uit de vaderlandsche Kerkge- schiedenis wel breed is besproken en be- schreven dan is het zeker wel de Synode te Dordrecht. Een ding staat vast: alle - partijen hoopten van de Nationale Synode de bevredigende oplossing van alle moeilijkheden. En Leo hield voortdurend zijn houding vol, die later tot zooveel ver- Ydjten en verbazina zou leiden; hij voor zich verklaarde zich bereid om, wanneer de hooge overheid dit verlangde of ge- bood. zelf vrijwillig afstand te doen van zijn predikambt, wanneer de vijf artikelen van de Remonstranten door de te ver- wachten Nationale Synode mochten wor den veroordeeld (gecondemneerd). Alle dertien geciteerden verschenen, en 's avonds laat (op den 5den December) kwamen zij te Dordrecht aan, terwijl ver- sdheidenen hunner reeds den volgenden morgen hun opwachting aingen maken bij den voorzitter der politieke Heeren en bij Johannes Bogerman. Toen is de worste- ling begonnen, en voortdurend vernam men van Henricus Leo de mededeeling, dat hij liever zijn ambt vaarwel zou zea- gen dan zich gewonnen te geven bij de wijze, waarop men ter Synode de zaken behandelde of behandelen wilde. Ook heeft Leo bij de debatten wel duidelijk laten uitkomen, dat hij op een belangrijk punt van de Remonstranten verschilde. Naar hun oordeel toch zou de hooge over heid de wettige rechter zijn in de kerke lijke geschillen, maar hij Henricus Leo meende, dat dit oordeel alleen toe kwam aan de kerk. Prac'htige dingen heeft hij ook opgemerkt en ter kennis van de Synode gebracht in een geschrift, dat door hem werd ingeleverd, en waarin hij o.m. beweerde, dat hij van deze Synode zulke hooge verwachtingen had gehad. Hij had gehoopt, dat deze Synode den twist zou ,,nederleggendat de broeder- lijke eenheid weer zou worden hersteld, dat er gdhouden zou worden een ,,vrien- delijke en vrije conferentie tusschen de geleerdsten uit de wederzijdsche partijen Maar neen, daartoe was alle gelegenheid benomen. Op 14 Januari zijn de Remonstranten weggestuurd. Aanstonds werden de tafel en de stoelen van de geciteerden uit de zaal verwijderd en voortaan werd er met gesloten deuren vergaderd. De cano- nes werden 23 April vastgesteld, waarin geen wetensohappelijke definitie maar een populaire uiteenzetting werd gegeven van ..Natuurlijk. En je vindt dat het een tikkie onwaarschijnlijk klinkt. niet? Maar denk es nawat voor reden zouen wij hebbe. om et voor waar te laten doorgaan, as et niet waar was? Nou jij, meisje! „Dat is 't em juist," zei Carmencita. ,,Het klinkt, volgens mij niet een tikje on waarschijnlijk, maar absoluut onwaar schijnlijk, en ik zou het heele verhaal doodgewoon een verzinsel noemen, als ik er eenige reden voor zag... U zegt. dat ik morgen de rest van het geld krijg?" „Ja, wis en drie". ,,lk dacht, dat u een man van zaken was, Mr. Todd!" zei Carmencita op eigen- aardigen toon. „En u geeft vijftig dui zend pond aan juweelen af aan iemand, die u voor den eersten keer in uw leven ziettegen een belachelijk kleine waarborgsom. U moet wel een goeden kijk op iemands karakter hebben Uit den mond des heeren Carr ont- snapten allerlei verontwaardigde geluiden. ,,Nee, maar, Carmencita! Je vergeet dat Sir John een Engelschman uit de beste kringen isen daarbij een vriend van mijn tante! Ik kan je de verzekering geven. dat als hij je beloofde om je mor- genochtend een witten olifant te sturen, dat je om twaalf uur aan 't jacht maken op een stal zou zijn". Een korte poos bleef het stil. Dan schudde Carmencita haar hoofd en zucht- te wanhopig. ,,Ik kan er geen touw aan vast knoo- pen. Werkelijk, ik begrijp en niets van. Maar als ik mijn geld morgen werkelijk at krijg je, stelde Mr. Todd haar gerust. ,,Dus nou is de zaak gezond, he Millie? As ik jou was, telegrafeerde ik me Pa, dat de boel voor mekaar was, dus dattie op ze eige gezondheid mocht gaan drinken". ,,Dat zal ik doen nadat ik telefonisch met Sir John gesproken heb". Mr. Todd schrok en keek George hul- peloos aan. George kuchte en trok moe dig van leer. ,,Dat zal niet gaan, Carmencita. Sir John is ouderwetschdie heeft zulke moderne apparaten niet. Als hij kon, gaf hij zijn brieven nog met den postilion mee. ,,0!" zei Carmencita; dan zweeg ze en dacht na. ,,Dan zal ik hem moeten schrij- ven". Ze keek Mr. Todd van onder haar oogharen aan. „Of misschien stuurt hij me een briefje bij het geldtenzij hij bang is natuurlijk dat ik het in de kranten publiceer..." Mr. Todd schrok voor de zooveelste maal. Maar daar hij vond, dat hij voor het oogenblik genoeg gedaan had en dat het dwazen-werk was om moeilijkheden vooruit te loopen, knikte hij energiek. ,,Dat denk ik ook... hij zal je wel schrij- ven... Kijk die heuvels daar! Wat is dat mooi tegen de zon!" Ondanks de vereende poaingen van de heeren Carr en Todd, bleef de stemming gedurende de rest van de reis beneden peil. Carmencita kwam niet meer op de quaestie terug en nam, zooals gewoonlijk, geanimeerd aan het gesprek deel. Maar haar beide cavaliers voelden niet tot hun geruststelling! dat ze ohder haar vertoon van opgewektheid hen scherp bleef gadeslaan. Ze durfden haar bijna niet aankijken; ze kregen een neiging om lang en in een snel tempo over allerlei on- belangrijkheden uit te weiden; ze maakten het tot een soort van gewoonte om allebei tegelijk met praten te beginnen, zich over- dreven nederig te verontschuldigen en on- middellijk daarna hetzelfde te doen. Na een uur van al die zonderlingheden was de atmosfeer zoo geladen, dat ze den hemel dankten, toen ze de lichtjes van de voorsteden aan den horizon zagen op- duiken. Y (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1930 | | pagina 1