ALGEMEEN NIEUW8- F.N APVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
ledereenweet
Aspirin-
Eerste Blad.
Grouchy.
No.' 8437.
VRIJDAG 11 OCTOBER 1929.
69e Jaargang.
FETJILLET0N,
1I1VIVLAHD.
1UITIHLAID.
Handel van nu af aan
tijdig
Tabletten
A.BONNEMENTSPRIJS: Binnen Ter Neuzen 1.40 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen
fr per post 1 80 per 3 maanden Bij voor uitbetaling fr. per post 6,60 per jaar
Voor Belgie en Amerika 2,25, overige lan den 2,60 per 3 maanden fr. per post -
Abonnementen voor bet buitenland alleen bij vooruitbetaling.
Oitgeefster: Firma P. J. VAN DE SANDE
GIRO 38150 TELEFOON No. 25.
ADVERTENTIeNVan 1 tot 4 regels /0,80 Voor elken regel meer 0,20.
Grootere letters en olichd's worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertemtien bjj regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwelk op aanvraag
verkrijgbaar is. Inzending van advertentien liefst een dag voor de uitgave.
DIT BLAD VERSCHIJNT IEDEREN MA ANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND
Merkwaardiq, zooals de wereldge-
schiedenis van kleiniqheden en soms van
kleine menschen afhancjt. Er zijn enkele
groote mannen, die als bergspitsen boven
aides uitsteken, en wier namen vereerd
werden en vereerd bleven de eeuwen
door. Wij noemen hier een paar namen
slechts en vermelden Caesar, Alexander,
Napoleon. Zij zijn het die aan de gees-
ten en aan de gebeurtenissen leiding heb-
ben gegeven. Men kan den gang der
historie niet begrijpen, als men hen met
kent en met hiun invloed en persoontliik-
heid geen rekening zou willen houden
Zij zijn bet, die de werldgeschiedems heb-
ben gemaakt, zonder hen zou alles heel
anders zijn gegaan en zou de kaart er
gansch anders uitzien. En niet de kaart
slechts, niet alleen grenzen en ruken
maar ook wat binnen die grenzen tot
stand kwiam of verdween. Toch ziin met
deze mannen het alleen, die den gang der
eschiedenis hebben gemaakt en be'n-
vloed; op hun beurt werd hun leven ook
weer bestuurd en geleid, en werd op hen
invloed uitgeoefend, terwijl het waarlijk
niet slechts of zelfs in bijzondere mate
g root en of sterken waren, die in deze
l'evens ingrepen, neen, hun leven werd
dikwijds gevormd en geleid door kleine
omstandigheden en personen van heel
weinig naam, ja zonder bijzondere kwa-
liteiten, noch ten goede, noch ten kwade.
De man, wiens naam boven dit artikel
staat, is er ook zoo een, die alleen daar-
door beroemd is geworden, dat hij op een
kritiek oogenblik van het leven van
Napoleon door al te minitieuse gehoor-
zaamheid een wending heeft veroorzaakt
in den ganschen gang der wereldgeschie-
denis, die er zeker nooit zou zijn geko-
men, indien deze man er niet, of indien
Grouchy een andere waar geweest.
Men kent de voorgeschiedenis van den
slag bij Waterloo. In al dien dans en al
die liefdesgeschiedenissen, in al de in-
triges en konkeiarijen van het Weener
Congres kwam opeens een bom binnen
vail en de tijding, dat Napoleon, de ge
ketende leeuw, uit zijn kooi op Elba was
losgebroken, en al dadelijk volgden er an
dere ijlboden: Napoleon had Lyon ver-
overd, hij had den Fransche koning ver-
jaagd, en de troepen waren met vliegende
vaandels tot hem overgeloopen; hij was
in Parijs, hij was in de Tirilerien, enz enz.
Uit het Noorden rukte Wellington op
Frankrijk toe, en aan zijn zijde schoof een
Pruisisch leger onder Blucher te hulp, ook
elders werden troepen in gereedheid ge
bracht.
Als met een blik overzag Napoleon het
doodelijke, dreigende gevaar. Hij weet,
dat er geen tijd restte om te wachten, tot-
dat alle tegenstanders zich hadden ver-
zameld en vereenigd. Hij moest hen ver-
deelen, hij moest ze alien een-voor-een
aanvallen de Pruisen, de Engelschen, de
Oostenrijkers, voordat zij een Europeesch
leger werden en zoo een wis einde zou-
den bereiken aan zijn keizerrij'k. Iedere
dag was verlies, ieder uur een gevaar,
elke minuut van beteekenis. En zoo be-
gaf hij zich aanstonds naar Belgie. Reeds
op den 15den Juni, om drie uur 's mor-
qens, werd de grens overschreden door
Napoleons groot maar nu toch ook eeniq
leger. Den 16den was bij Ligny reeds
het samentreffen met de Pruisen, die ver-
slagen werden en teruggeslaqen. Het was
de eerste rake klap van den ieeuwenpoot,
een harde, maar nog geen doodelijke.
Verslagen, maar niet vernietigd trok het
Duitsche leger op Brussel terug.
En nu spoedde Napoleon zich Welling
ton tegemoet. Hij mocht geen moment
stiistaan om adem te halen, en hij mocht
ook niemand op adem laten komen, want
elke dag braclht versterking aan de tegen
standers, en het land, dat achter hem lag,
het leeggebloede Fransche volk kon
slechts op een wijze als in een roes wor
den gebracht: door overwinningsbulle-
tins. Nog op den 17den Juni bereikt Na-
loleon de hoogte bij Quatre-Bras, waar
lington zic'h heeft verschanst. Nooit
waren Napoleons maatregelen voorzich-
tiger en beter overwogen, nooit waren
zijn militaire bevelen duidelijker en
nauwikeuriger dan op dezen dag; hij
overwoog niet slechts den aanval, neen,
hij overdacht ook al de gevaren, en hij
dacht er vooral aan, dat de verslagen,
maar nog niet vernietigde armee van
Blucher zich tot geen prijs met het leger
van Wellington zou mogen vereenigen.
Om dit te verhinderen, zonderde hij een
deel van zijn leger af, opdat deze groep
schrede voor schrede de Pruisische leger-
macht voor zich uit zou jagen, en zoo-
doende de vereeniging met de Engelschen
zou verhinderen.
Het commando over dit vervolgings-
leger droeg Napoleon op aan den maar-
schalk Grouchy, een middelmatig man,
braaf, opreoht, wakker en hoogst be-
trouwbaar; een cavalerie-overste, die
vaak beproefd was gebleken, maar... als
cavalerie-O'fficier en als niets meer en als
niets anders. Geen warmbloed als Murat,
geen strateeg als anderen, geen held1 als
Ney. Twintig jaar lang had Grouchy
mee gestreden in alle mogelijke veld-
slagen, van Spanje tot Rusland, van
Nederland tot Italie, en slechts heel lang
zaam was hij opgestegen tot deze hooge
maarschalkspositie; hij had die niet stor-
menderhand veroverd, doch zij was als
't ware voor hem open gekomen door en
na een oorlog van twintig jaren. En nu
weet Napoleon natuurlijk best, dat hij
in Grouchy geen held heeft en geen stra
teeg, doch slechts een hoogst betrouw-
baar en trouw, braaf en nuchter man.
Echter ligt de helft van zijn maarschalken
reeds onder den grond en de anderen zijn
bijna alien verdrietig bij hun huis en
haard gebleven. Zoo xnoet hij dan wel aan
Grouchy deze opdracht geven.
Het is op den 17den Juni om elf uur
's morgens, een dag na den slag bij Ligny
en een dag voor d£n slag bij Waterloo,
dat Napoleon aan maarschalk Grouchy
voor het eerst een zeifstandig commando
opdraagt. Voor een oogenblik, voor een
dag slechts treedt de bescheiden Grou
chy uit de militaire hierarehie de wereld
geschiedenis binnen. Voor een oogenblik
slechts, maar welk een oogenblik! Napo
leons bevelen zijn helder en doorzichtig.
Terwijl hij zelf op de Engelschen lostrekt,
zal Grouchy met een derde deel van het
leger het Pruisische leger vervolqen. Dit
is zoo op 't eerste gezicht een heel een
voudige opdracht, men kan er eigenlijk
geen andere uitlegginq aan geven, men
kan in de bedoeling en uitvoering niet
mistasten, maar ook moet Grouchy tege-
lijkertijd in verbinding blijven met de
hoofdmacht.
Aarzelend neemt de maarschalk het
bevel op zich. Hij is niet gewoon om zeif
standig te werken, hij is een bezonnen
mensch, maar hij mist alle initiatief, en hij
kan eigenlijk alleen iets uitvoeren, als
hem stap voor stap wordt qewezen en
gezegd. Bovendien voelt hij in zijn rug
de ontevredenheid van zijn generaals en
beseft hij misschien ook reeds iets van
zijn dreigend noodlot. Het eenige, wat
tern nog wat rust geeft, is de nabijheid
van het hoofdkwartier; want er liggen
tusschen zijn leger en dat van Napoleon
slechts drie uur marcheerens. Onder een
neerstrooimenden regen neemt Grouchy
afscheid. Langzaam rukken zijn soldaten
op, Bluiicher achterna, half vastklevend
in den modderbodem; Blucher achterna
of tenminste dien kant uit.
En het blijft regenen. Ieder soldaat
leeft wel een paar pond modder aan zijn
schoenen, nergens is eenig onderdak,
geen huis, geen daik zelfs is te vinden.
Het stroo is veel te vochtig om er ook
maar even op te kunnen gaan liggen, de
soldaten doen eens even een d'utje, ter
wijl zij rug-aan-rug tegen elkander aan
zitten in den altijd maar neerstroomenden
regen. En ook de Keizer gunt zichzelt
geen rust. Hij weet nog maar al niet, of
Wellington bereid is slag te leveren; en
Grouchy zendt geen enkel bericht over
de Pruisen, of hij ze bereikt of althans
gevonden heeft. Eindelijk wordt tot den
slag besloten, die om 9 uur zal beginnen.
Naar alle kanten rennen de ordonnansen,
Napoleon gaat nog twee uur slapen
voordat de slag zal beginnnen, en in
tusschen is het droog geworden.
Dan begint de slag. Er wordt een
soort revue gehouden, en menschen, die
er bij geweest zijn, hebben verzekerd, dat
geen parade uit de twintig Napoleon-
jaren lndrukwekkender is geweest en
enthousiaster dan deze laatste.
ilntusschen is Grouchy, die het lot van
Napoleon in handen heeft, precies naar
het bevel op marsch gegaan en in de hem
aangegeven richting vervolgt hij nauw-
keurig de Pruisen. Maar er wordt geen
vijand bespeurd, en er is maar aldoor
geen spoor van den Pruis te vinden.
Daar hooren zij kanongebulder, heel in
de verte. Men luistert op en aan den
bodem; er blijft geen twijfel over: Napo
leon is reeds in den slag gewikkeld, in
den zwaren, zwaarsten slag, die de be-
slissing brengen zal! En zal dan deze
groote strijdmacht, een derde deel van
heel Napoleons leger, als 't ware werke-
loos een vijand natrekken, die zich niet
vinden laat? Gerard, de onderbevelheb-
ber, meent, men moet nil de richting van
Waterloo kiezen en de nuttelooze „ver-
volging", die bovendien in niets op een
ver'volging lijkt, staken. En anderen zijn
dat met Gerard eens. Wel aarzelt Grou
chy een moment, maarhij is gewoon
te gehoorzamen, en dus houdt hij zich
angstvallig aan het geschreven blad, aan
het bevel van zijn iKeizer: hij moet de
Pruisen vervolgen. Gerard wordt heftiger
en anderen vallen bij. Maar nu wordt
Grouchy boos. Hij verklaart plechtig, dat
hij niet mag alwijken van zijn plicht,
zoolang hij geen tegenorders van den
Keizer ontvangt. Dan heeft Gerard nog
een amendement: laat men tenminste een
deel van het leger naar Napoleon zenden,
maar Grouchy wil van geen amendemen-
ten en deelingen weten: zoo'n klein leger
gaat men niet nog eens deelen, meent hij.
Deze banale, brave man weigert onge
hoorzaam te zijn: zijn opdracht is immers
duidelijk genoeg, en hij mag niet buiten
zijn boekje gaan! Zoo zal straks Welling
ton Napoleon verslaan, omdat Grouchy
geweigerd heeftongehoorzaam te
zijn
Hoe ontstemd trekt nu zijn leger ver-
derden Pruis achterna, die nergens
te vinden is, en die straks, juist op het
kritieke oogenblik, te Waterloo zal arri-
veeren om daar de kansen te doen keeren,
en Napoleon den nederlaag te bezorgen.
Grouchy is gehoorzaam gebleven aan
de ontvangen bevelen. En het dient
erkend1: ook dat is hem niet gemakkelijk
gemaakt. Bovendien heeft hij dit groote
weten te bereiken, om, na Napoleons ver-
pletterende nederlaag, toch nog heel zijn
leger ongeschonden binnen Frankrijks
g'renzen terug te brengen, maar al die
burgerlijke deugden als: voorzicbtigheid,
lehoorzaamheid, nauwgezetheid en be-
dachtzaamheid hebben tenslotte Napo
leons lot beslist. Grouchy is het, die Na
poleon heeft ten val gebracht.
EEN NED.-INDISCHE WEEK TE
BRUSSEL.
Naar aanleiding van de Indische reis van
Prins Leopold en Prinses Astrid van Belgie,
wordt van 21 tot en met 27 October in het
Holland Huis te Brussel, zoo meldt de N. R.
Crt., een Nederlandsch-Indische week gehou
den. Gedurende deze week worden in het Hol
land Huis tentoongesteld diorama's van de
voomaamste Ned.-Indische cultures, Ned. Ind.
weefsels batiks, kunstvoorwerpen, enz. Voor
deze gelegenheid heeft de Rotterdamsche
Lloyd in bruikleen gegeven het model van het
stoomschip Insulinde, waarmede de Belgische
Kroonprins en zijn gemalin de reis naar Indie
hebben gemaakt.
Vender zal deze week worden opgeluisterd
met voordrachten over Indie en va-n Indische
legenden, met uitvoeringen van Indische mu-
ziek, film- en wajang-voorstellingen, deze
laatste met gamelanbegeleiding, enz. Voor het
artistieke gedeelte der week zorgt het Javaan-
sche kunstgezelschap Ardjoena, onder leiding
van Raden S. Hardjodiringgo.
Theodonjs Niemeiier
Groningen
(Ingez. Med.)
geleid. Wij noemen het vier-mogendheden-
tractaat tusschen Amerika, Engeland, Frank
rijk en Japan nopens de eilandbezittingen en
de eiland-dominions in de Stille Zee, een
tweede vier-mogendheden-tractaat tusschen
dezelfde staten waarin het begrip „insulair"
werd omschreven, ten einde Japan niet daar-
ond'er te laten vallen; twee tractaten tusschen
negen mogendheden (China, Belgie, Nederland
en Portugal waren de vier anderen) over
vraagstukken betreffende China; een tractaat
tusschen China en Japan over de teruggave
van Sjantoeng aan China; een ander tractaat
tusschen Amerika en Japan over het eiland
Jap eniz.
(In de uitnoodigingen voor de conferentie van
Uit het Engelsch
door
E. PHILLIPS OPPENHEIM.
70) Vervolg.
Mr. Crawley was niet in staat een
woord uit te brengen. Toen deed hij een
stap naar voren, ging op het uiterste
randje van het trottoir op zijn teenen
staan en pakte Bliss bij zijn mouw.
,,Weet u wel", fluisterde hij heesch,
„dat ik gisteren acht en dertig duizend
pond voor u belegd heb?"
,,Zoo", antwoordde Bliss kalmpjes.
,,Als u er dan maar aan gedacht heeft,
om geen Engalsche spoorwegen te koo-
pen. Zuid-Amerika en Argentinie, dat
zijn de twee landen, waar ik het meeste
vertrouwen in hem."
,,Ik heb natuurlijk aan uw instructies
gedacht, mijnheer", zeide mr. Crawley
'met den noodigen nadruik. Natuurlijk.
Ik spreek er alleen maar over, omdat het
een te malle verhouding is. Ik sta er dan
ook op,..."
,,Stop", vial Bliss hem in de rede.
,,Daar hebt u de bel. t Is weer tijd om
weg te gaan. En denk er om, als u een
woord tegen me durft spreken, behalve
aan de halten, dan wordt u er afgezet.
Stapt u dus maar gauw op, als u ten
minste mee wilt gaan, dan zullen we bij
de volgende halte het gesprek voort
zetten."
Een kwartier lang reden ze voort, zon
der te stoppen. Toen liet Bliss het groote
qevaarte bij een van de vaste halten stil-
houden, even daarna verscheen Mr.
Crawley naast hem op het trottoir.
,,Weet u wel", begon hij, „dat ik een
belangrijke conferentie in de City op-
geef, alleen om deze kwestie met u te be-
praten. Maar ik ben stellig en zeker van
plan niet weg te gaan, voordat ik een
verklaring van dezen zonderlingen toe-
stand heb. Waar uw autobus naar toe
gaat, ga ik naar toe."
,,Is dat niet een gedicht?" mompelde
Bliss ondeugend. „Ik meen me zooiets te
herinneren."
Mir. Crawley pakte zijn parapluie bij
het onderste gedeelte vast en gaf zijn
client met den knop een paar venijnige
tikken op den arm.
,,Maar mijn beste mijnheer", riep hij
uit, ,,weet u wel, dat u een millionnair
bent, en kijkt u daar nu eens zitten. Neem
me niet kwalijk... maar u hebt zelfs een
gat in uw broek."
,,Waar?" vroeg Bliss angstig.
,,De staat van uw handen is niet met
woorden te beschrijven", ging Mr. Craw
ley voort, ,,en uw boord, uw das
Groote hemel, mijnheer", barstte hij uit,
wat beteekent dat alles toch? Vroeger
was u een van de sjiekste jonqelui, die
iemand zich maar denken kon. We von-
den zelfs wel, dat u te veel op uw klee-
ren gesteld was. En nu, u zit op een paar
oude zakken, uw kleeren zijn vodden,
meer niet, uw handen zijn vettig en
zwart, u heeft een vuile plek midden op
uw neus, u bent op en top een gewone
auto-busbestuurder. Ik zou toch waarach-
tig
,,Over ongeveer negen en veertig da-
gen", viel Bliss hem in de rede, ,,ziet u
me weer als een normaal lid van de
maatschappij terug. Maar dat kan ik u
vooruit wel zeggen", ging hij na even na-
denken voort, ,,de oude Ernest Bliss van
vroeger is voor goed verdwenen. Overi-
gens zult u niet over me te klagen heb
ben. Maar zoolang we nog niet zoo ver
zijn, zie ik u liefst zoo weinig mogelijk."
Meteen maakte Bliss aanstalten om
weg te rijden. Mr. Crawley liep zoo hard
hij kon naar het achterbalcon terug, waar
hij, geholpen door den conducteur, nog
net bijtijds opklom. Hortend en stootend
reed de groote wagen weer weg met Bliss
onbewegelijk op zijn hooge zitplaats, zijn
oogen strak op den weg voor hem, zijn
handen in volkomen beheersching op het
stuur. Het duurde ruim tien minuten
voordat de volgende gelegenheid tot
voortzetting van de conversatie zich
voordeed.
,,Is er niets, dat ik voor li doen kan?
vroeg mr. Crawley, toen hij voor de zoo-
veelste maal naar den voorkant van de
autobus gewandeld was.
,,Ja, er is wel iets", antwoordde Bliss,
„Gelukkig dat ik er om denk. Is 't^ ge-
heugen nog even goed als vroeger?
,,ja, ik geloof van wel", zeide mr.
Crawley.
„Wiilt u dan voor me naar Overton
Square no. 27 gaan? Daar woont een
jonge dame miss Frances Clayton. Tracht
te weten te komen of ze een betrekking
heeft of niet. Ik zou morgen graag een
DE VOORBEREIDING VAN DE VLOOT-
CONFERENTIE.
Aian het slot van de uitnoodiging, door de
Britsche regeering tot de Fransche, Italiaan-
sche en Japansche regeeringen voor de vloot-
conferentie van Londen gericht, staat, schrijft
de N. R. Crt., dat men door gemeenschappelij k
overleg een program hoopt te kunnen opstel-
len dat de taak van de voonbereidende ontwa-
peningscommissie van den Volkenbond zal
kunnen verlichten. Met ongeveer dezelfde
woorden is indertijd het Britsch-Fransche
vlootaccoord gemotiveerd dat zooveel bewe-
ging heeft veroorzaakt, omdat men er een ma-
ritieme entente voor de verdediging van be-
paalde in gemeen overleg afgebakende zee-
gebieden in zag. Goed beschouwd zou ook een
nieuw vijfvoudig vlootaccoord, op grond van
de conferentie te Londen tot stand gekomen,
het karakter van een entente tusschen vijf mo
gendheden dragen, omdat het, zoo het al geen
maritie'm bondgenootschap in zich kan slui-
ten, toch gebaseerd zou moeten zijn op vriend-
schappelijke politieke samenwerking. Als pre
cedent kan men zich op de conferentie van
Washington beroepen waar aan het debat over
de beperking van maritieme wapening een ge-
dachtenwisseling over kwesties betreffende de
Stille Zee en het Verre Oosten werd vastge-
knoopt die dan ook tot het sluiten van eenige
politieke tractaten en overeenkomsten heeft
HSSBSSSSjy-
zoo uitgebreid mogelijk verslag hebben.
Op deze zelfde route kunt u me vinden
,,Met het meeste genoegen", beloofde
mr. Crawley, terwijl hij een aanteekening
van het adres maakte. Zoolang u maar
binnen de grens van het waarschijnlijke
blijft, zal ik met het meeste
Heeft u misschien sigaren of sigaret-
ten bij u?" viel Bliss hem plotseling in
de rede.
Mr. Crawley haalde een zwart-leeren
sigarenkoker te voorschijn, knipte hem
open en hield hem Bliss voor. De eene
kant was gevudd met sigaren, de andere
met sigaretten. Met glinsterende oogen
liet Bliss den geheelen inhoud in zijn zak
verdwijnen en gaf den koker leeg terug.
„U kunt gemakkelijk genoeg aan nieu-
we komen, is 't niet?" zeide hij half ver-
ontschiuldigend. ,,En nu doet u het beste
om zoo gauw mogelijk te verdwijnen.
Tot aan Goilder's Green is ex geen eftkele
halte en daar wilt u toch niet mee naar
toe."
Mr. Crawley riep een juist voorbij-
rijdende taxi aan. Even daarna hadden
Bliss en de conducteur ieder een sigaret
in den mond.
,,Nou, bij die sta je in de qunst, Ernie,
jongetje", zeide de conducteur, ,,verdui-
veld, dat zijn me nog er is sigaretten."
,,Ja, dat is mijn zaakwaarnemer ge
weest, voordat ik op zwart zaad kwam
te zitten", zeide Bliss vertrouwelijk. ,,'t Is
een eigenaardige oude heer, maar hp
meent het goed met me."
HOOFDSTUK XXX.
Den volgenden morgen stond mr.
Crawley op dezelfde plaats, waar Bliss
welk een weldadigen invloed
Aspirin-Tabletten bij alle ver-
koudheidsziekten,rheumatiek
hoofd-en tandpijn, griep enz.
uitoefenen. Maar waarom
die gevaren niet reeds voor-
komen?
daarnaar en neem al bi] de
eerste teekenen-van verkoud-
heid, rheumatiek, griep enz.
1—2 Aspirin-Tabletten. Gij be-
spaart U dan zeker veel p!](1.
Gi] weet het dus nu:
Innemenl
Let er op, dat op Iedere verpakklna
en op elke tablet het BAYER-Krula
Prlje 75 cte.
(ingez. Med.)
hem den vorigen daq opgepikt had, met
ongeduld op de autobus te wachten Ge
holpen door een zeer dienstvaardigen
conducteur, bereikte hij zijn zitplaats in
de helft van den tijd, dien hij er gisteren
voor noodig had gehad. Bij de eerste de
beste vaste halte stapte hij uit, om met
zijn excentrieken client een praatje te
gaan maken.
,,Ik kan niet zeggen, dat ik veel voor
autobussen voel, mr. Bliss", verklaarde
hij, terwijl hij met een ernstiq gezicht de
vouw in zijn pantalon bestudeerde. ,,Een
zeer democratisch vervoermiddel. En de
conducteur, die mij het achterbalcon op-
hielp, was, om niet te veel te zeggen, be-
paald familiaar. Uit zijn gesprek meen ik
opgemerkt te hebben, dat u den inhoud
van mijn sigarenkoker met hem gedeeld
hebt."
„Ja, 't is een verdraaid aardige vent",
antwoordde Bliss. ,,En nu uw verslag".
(Mir. Crawley kuchte even voordat hit
begon.
,,De jonge dame in kwestie", zeide hif
gewichtig, ,,is nog steeds buiten betrek
king en ik vermoed, naar de houding van
haar hospita te oordeelen, dat ze haar
geld schuldig is."
Bliss fronste de wenkbrauwen.
,,Daar moet ik even over nadenken'
zeide hij kortaf. ,,En misschien wilt u nu
wel naar achteren verdwijnen, want we
moeten weg."
Bij de volgende halte kwam mr. Craw
ley weer naar voren qewandeld.
Heeft u misschien nog instructies
voor me?" vroeg hij, terwijl hij met zijn
petfood op zijn notitieboekje klopte.
Bliss knikte.
(Wordt vervolgd.)