ALGEMEEN NIEUWS- EN APVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
STE R-TABAK
Eerste Blad.
Aspirin*
II!
No. 8430.
WOENSDAG 25 SEPTEMBER 1929.
69e Jaargang.
CeeffroeAyeitcf
BIHIE NLA N D.
F1UILLET0N.
BTJITENLAHD.
e
(993a
De abonne's van het
Geillustreerd Zondagsblad,
15 DE UITGEEFSTER.
H.H. Kantoorhouders
Onze abonne's in het
Buitenland
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN.
Geen
ander
middel
Tablcttcn
tegen
hoofd- en kiespijn,
rheumatiek, jicht,
v e r k ou dh e d e n.
NSCHE
*BONNEMENTSPRIJS: Binnen Ter Neuzen 1,40 per 3 maanden - Buiten Ter Neuzen
,-'180 per-3 maanden - Bij vooruitbetaling fr. per post 6,60 per jaar -
Voor BeM^'en Araerika 2,25, overige lan den 2,60 per 3 maanden fr. per post
Ahonnementen voor het buitenland alleen bij vooruitbetaling.
GIRO 38150 TELEFOON No. 25.
Uitgeefster: Firma P. J. VAN DE SANDE.
ADVERTENTIeN: Van 1 tot 4 regels /0,80 Voor elken regel meer f 0.20.
Grootere letters en cliches worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertemtien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwelk op aanvraag
verkrijgbaar is. Intending van advertentien liefst een dag voor de uitgave.
DIT BLAD VERSCHIJNT IEDEREN MA AND AG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAY ONI)
juiaaw wii'~. '"Mi
welke het blad per post ontvangen, wor
den verzocht, hun abonnementsgeld voor
1 Oct. a.s, in te zenden daar er anders
over beschikt wordt met verhooging van
INQEZONDEN m.EDEDEEL<INQEN.
LlCHTEQEURKiE
R00KTABAK
R00DESTER
theodorus
NIEMEIJER
GRONINGEN
worden verzocht het abonnementsgeld
over het 3e kwartaal 1929 van de Ter
Neuzensche Courant, voor 1 Oct. a.s. in
te zenden.
Wij vestigen er de aandacht van onze
abonne's op, dat wij bij terug-ontvangs.
van eene onbetaalde kwitantie, onmiddei-
lijk de toezending van het blad zullen
staken. D£ UITGEEFSTER.
worden dringend verzocht, het verschul-
digde abonnementsgeld voor 15 Oct. a.s.
in te zenden. Bij niet-ontvanqst voor dien
datum wordt het abonnement gestaakt.
Abonnementen voor het buitenland
worden slechts aangenomen bij vooruit
betaling. [)E UITGEEFSTER.
ke aldaar wordt gebouwd, voor de stad Ant-
werpen, stond 50 centimeter water. Verschei-
dene scheepswerven, uit den omtrek, liepen
eveneens schade op.
|Te Zele-Durmen, in Oost-Vlaanderen, hadden
niet, zooals in het officieele communique
luidde, eenige doorsijpelingen plaats, maar
werd wel degelijk een g"at, van 20 meter
breed,te ongeveer, in den dijk geslagen, liepen
weiden en landerijen onder en drong het water
enkele huizen binnen. Dertig door het ge-
meentebestuur opgeroepen inwoners der ge-
meente Zele zijn er in geslaagd het gat te
stoppen. De stemming onder de bevolking is
zeer treurig en ontmoediging maakt zich van
velen meester die met angst de winterstormen
tegemoet zien.
ERNSTIG AANGEDRONGEN OP
VACCINATIE.
De idireeteur van den Geneeskundigen en
Gezondheidsdienst deelt aan de Telegr. mede,
dat hem na persoonlijik onderzoek, ingesteld,
is gebleken, dat de gevaUen van alastrim te
Rotterdam een steeds emstiger karakter
aannemen, dat er verschillende patienten zijn
met den haemorrhagischen vorm van deze
pokziekte, zoodat deze klinisch niet te onder-
scheiden zijn van echte pokken. Hij moet dan
ocxk nogmaals ernstig raden zich te laten
inenten.
BESMETTELIJKE ZIEKTEN.
Het Tweede Kamerlid dr. I. H. J. Vos heeft
den minister van Arbeid, Handel en Nijverheid
de volgende vragen gesteld:
lo. Is het waar, dat zooals in het open-
baar is medegedeeld op 24 Juni 1929 de
Rotterdamsche geneesheer dr. PH. Kramer
bij een employe van het lichtschip De Maas
een geval van pokken heeft verondersteld en
dat het Geneeskundig Staatstoezicht toen
daarvan „waterpokken" heeft gemaakt?
2,0. Waarom zijn in het besluit van 16 Aug.
1929 (Staatsblad no. 421), waarhij de wet op
de besmettelijke ziekten van toepassing is ver-
klaard op de z.g. alastrim, onderscheidene be-
palingen van die wet o.a. ,,het briefje op
de deur", bedoeld in art. 20 van die toepas-
selijkheid uitgezonderd
8o. Is de minister bereid, de indienmg te
bevorderen van een wetsvoorstel met de strek-
king de voorwaarden van inenting tegen de
pokken voor toelating van kinderen en onder-
wijzers in de scholen zoo spoedig mogelijk
weder van kracht te d'oen worden?
DE NIEUWE OVERSTROOMING IN DE
SCHELDESTREEK.
De schade door de onverwachte overstroo-
ming der Schelde, tusschen Antwerpen en
Dendermonde teweeggebracht, blijkt volgens
de N. R. Crt., heel wat aanzienlijker te zijn
dan men, van officieele zijde, wel wil toe
geven. Te Schelle, in de provincie Antwerpen,
liep het water, mede ten gevolge van een
zware Noord-Westerbries, over den grooten
Scheldedijk die ditmaal, gelukkig stand hield.
Het dorp liep gedeeltelijk onder en ook op de
werken aan de groote electrische centrale, wel-
HET SPOORWEGONGELUK BIJ MEPPEL.
Omtirent het vanwege de Nederlandsche
Spoorwegen inigestelde onderzoek naar de
oorzaalc van het spoorwegongeluk op 5 Sep
tember bij Meppel, waarbij trein 1309 door
onveilig sein reed en daardoor in de Smilde-
vaart terechtkwam vemeemt het Hbld., dat
het onderzoek heeft uitgewezen, dat, toen op
den bewusten morgen den dienstdoenden sta-
tionchef te Meppel was gebleken, dat de brug-
wachter van de Smildevaart niet te toereiken
was, hij den ondermachinist en den hoofd-
conducteur daarvan in kennis heeft gesteld
en den laatsten tevens heeft bevolen, op de
machine plaats te nemen. Voorts gaf hij een
rangeerder mee om den trein door het on
veilig uitrij-sein te loodsen.
Zoowel de onder-machinist als de hoofd
conducteur hebben bij het onderzoek het
bovenstaande bevestigd.
Op ongeveer 900 meter afst&nd hebben bei-
den bemerkt, dat het afstandssein A. van de
brug op oniveilig stond, terwijl het voorsein
langzaam rijden aangaf. Beiden verklaarden
dat de trein met een snelheid van ongeveer
40 K.M. reed tusschen de beide seinen.
De machinist verklaarde in de (onjuiste)
meening te hebben verkeerd, dat hij tot den
bedieningspost van de brug mocht doorrijden,
daarin versterkt omdat de hoofdconducteur
niet ingreep. Hij had geen idee ervan, dat de
brug zou openstaan; toen hij het zag, remde
hij, doch de trein gleed volgens hem door, de
Smildevaart in.
De hoofdconducteur verklaarde evenmin
geweten te hebben, dat de brug open was; hij
dacht, dat de machinist wel voor het onveilig
afstandssein zou stoppen. Hij zag pas, dat
de brug open was toen de trein vlak voor het
sein A was, waarop hij van de machine
sprong.
De commissie is tot de conclusie gekomen,
dat het gebeurde een gevolg is van het zich
1 verslapen van den brugwachter, waardoor
deze stratbaar is wegens te laat in dienst
i komen; de hoofdconducteur en de onder-
machinist hebben zich aan verregaande on-
j achtzaamheid schuldig gemaakt.
De commissie stelt voor, den hoofdconduc-
teur te straffen met terugstelling tot conduc-
teur, den onder-machinist met terugstelling
tot stoker in de locomotiefloods en den brug
wachter met een geldboete wegens te laat in
dienst komen.
EEREPENNING VOOR 1ENSCHL1EVEND
HULPBETOON TOEGEKEND.
Aan den Javaanschen infanterist Sambijo
van het gamizoens-ibataljon van Palembang
is door de Koningin de bronzen eerepenning
voor Menschlievend Hulpbetoon toegekend.
De infanterist Sambijo maakt deel uit van
een vanuit Sarolangoen (Djambi) te Soeroe-
langoen Rawas voor steun aan het Civiel Be-
stuur gedetacheerde brigade. Op 13 Maart
j 1928 werd hij met den iirl. sergeant Karmin
op patrouille gezonden om een tijger te doo-
den, die een dessaman had aangevallen en
gedood. Terwijl beide mannen den tijger be-
slopen, werd plotseling de sergeant Karmin
door het dier van achteren besprongen en op
den grond gewoipen. Schieten kon Sambijo
j niet, uit vrees ook de sergeant te raken, en
bovendien speelde alles zich in volslagen duis-
temis af.
(Hij had een Erverready-lamp bij zich en hier-
I mee begon hij den kop van den tijger te be-
werken. De tijger liet echter niet los, waar
op Sambijo het dier met zijn lamp om de
ooren sloeg. Toen koos de tijger het hazen-
pad. Sambijo droeg den zwaargewonden ser
geant naar het bivak. Eenige maanden later
was Kl&rmin volkomen hersteld.
HET KANAAL LUIK—-ANTWERPEN.
(De gunning voor de eerste werkzaamheden
voor het kanaal, dat een directe verbinding
zal vormen tusschen Luik en Antwerpen, is
vastgesteld op 29 November a.s. Deze gun-
ning, die een bedrag beloopt van ongeveer 500
j millioen Belgiscbe francs, omvat o.m. het gra-
i ven van een tranchee, dat het Maasdal en
de rivier de Geer (in de Belgische provincie
Luik en Limburg na een loop van 6 mijlen
uitmondende in de Maas bij Maastricht) zal
verbinden, zoodat bet kanaal om het gebied
van Maastricht heen zal loopen. Slechts een
enkele Belgische ondememing is, naar men
zegt, in staat aan de gunning deel te nemen,
1 waartoe zij haar kapitaal op 100 millioen
francs moet hrengen.
DE HAVEN VAN ZEEBRUGGE.
Wij lezen in het Brusselsche „Laatste
N'euws":
Onderhandelinger zijn aangeknoopt door de
Maatschappij van Zeehrugge met twee _En-
gelsche zeevaartmaatschappijen, die terrejnen
willen koopen op den dijk om er kantoren te
vestigen.
|De „London and North Eastern Railway
I heeft hcsloten dat de zomerdienst Zeehrugge
Harwich ook in den winter zal voortgezet
worden.
iDe treinbooten, die tot dusver enkel voile
wagonladingen meevoerden, zullen nu ook
kleinere ladingen opnemen.
INaar verluidt heeft een Fransche zeevaart-
maatschappij Zeehrugge aangewezen als aan-
legplaats voor haar schepen en zouden ook de
terugkeerende Kongoleesche hooten aanleg-
gen aldaar, opdat de passagiers 24 uur vroe-
ger kunnen ontschepen dan wanneer zij ver-
plicht zijn tot Antwerpen te varen.
De werken aan het open gedeelte van den
havenmuur zijn bijna voltooid. De uitslagen
zijn bevredigend: de verzanding neemt op die
plaats af. Men heeft daar ook diepten vast
gesteld, welke toelaten dat de groote schepen
ongehinderd de kade bereiken.
WATERGEBREK TE LONDEN.
ILonden heeft van de grootste droogte sinds
zeventig jaar te lijden. Gedurende 31 dagen
is in de City geen regen gevallen en de bron
in het Lea-dal is nagenoeg droog. Er is een
dringend beroep op de inwoners van Londen
gedaan om zoo zuinig mogelijk met het water
te zijn. Er worden maatregelen voorbereid
om het water te rantsoeneeren.
PRIESTER IN RUSLAND TER DOOD
VEROORDEELD.
Het gerechtshof te Rjezan heeft den ortho-
doxen priester Tsjoegoenof ter dood veroor-
deeld. Deze was indertijd wegens verzet tegen
de onteigening van de kerk van zijn dorp door
de rechtbank tot drie jaren gevangenisstraf
veroordeeld, doch de Sovjetregeering vond d'it
vonnis te mild, verwees de zaak naar het ge
rechtshof en gaf dit hof, volgens een publica-
tie in de „Istwestia", uitdrukkelijk opdracht,
den verdachte ter dood te veroordeelen, daar
hij voor het maatschappelijk leven in Rusland
gevaarlijk was. Het hof heeft thans het bevel
der regeering opgevolgd.
WEER MIJNEN STOPGEZET.
De eigenaren van de Worsleymijn bij Wigan
in Lancashire hebben Maandag hun onderne-
ming, waarbij ruim 500 arbeiders werk von-
den, moeten sluiten, omdat de steenkool, of-
schoon overvloedig aanwezig, zoo diep en ver
van de schacht verwijderd zit, dat de onkos-
ten van het naar boven brengen te groot wor
den. Veertien dagen heeft de mijn te koop ge-
staan, maar er zijn geen liefhehbers opge-
daagd. Cook heeft onmiddellijk uit dit feit de
gevolgtrekking gemaakt, dat bij betere samen-
werking tusschen de patroons en betere outi-
lage der ondememingen, deze 500 man niet
het slachtoffers van een plaatselijke economi-
sche moeilijkheid zouden geworden zijn. Ook te
Abertillery in Wales zijn 5000 mijnwerkers
Maandag met 2 tot 4 weken wegens stopzet-
ting van het bedrijf, opgezegd.
DE ONTWAPENING TE LAND.
Lord Cecil, die in de Engelsche arbeiders-
regeering als minister voor Volkenbondsaan-
gelegenheden is opgenomen en als zoodanig
Lord Cushendun opvolgde (die Cecil op zijn
beurt vervangen had toen deze zich niet meer
met de ontwapeningspolitiek der conservatieve
regeering van Baldwin kon vereenigen), heeft
schrijft de N. R. Crt. te Geneve een
knuppel in het hoenderhok geworpen door daar
de kwestie van de geoefende reservisten bij
de berekening van de sterkte van de legers
in een ontwapeningsschema opnieuw aan de
orde te stellen. In een door hem ingediende
resolutie herriep hij de door Cushendun aan
de staten met dienstplichtlegers gedane con-
cessie, dat die reservisten niet meegeteld zou
den worden. Van een regeering uit de arbei-
derspartij was te verwachten dat zij dat be-
ginsel niet zou omhelzen, maar toch was er
op deize herroeping een en ander af te dingen.
De voorbereidende ontwapeningscommissie
had door het verschil van meening over de
geoefende reserves met haar werk niet meer
kunnen opschieten en toen de Engelsche regee
ring haar verzet tegen het niet medetellen_ van
reserves eindelijk opgaf, werd dit beginsel
door de voorbereidende ontwapeningscommis
sie overgenomen en kon men verder gaan,
overtreft de origineele
EiVc vcrpaklving moet den bckenden oranje
band met het Eiaycr-kruis dragen, en op elke
taMet moet duidelijk het woord „BHYER m-
gcstempeld zijn. Men lette dus bij het koopen
op deze onleilbare kenteekenen. Prijs 75 cts.
omdat Frankrijk, Italie, Japan en andere klei
nere mogendheden bevredigd waren. Het
terugkrabbelen van de Engelsche regeering op
dit stuk zou dus nieuwe stagnatie in het werk
van de voorbereidende commissie veroorzaken,
aangezien er niet de minste kans op is dat
Frankrijk, Italie en Japan zich toch nog tot
het standpoint van Cecil zouden laten over-
halen. Men izou dus opnieuw vastzitten.
Dan is er aanmerking gemaakt op de met-
hode die Cecil volgde. De hevoegdheid van
de derde commissie (ontwapeningscommissie)
van de Volkenbondsvergadering tot hehande-
ling van principieele kwesties op het stuk van
ontiwapening is bestreden. De groote vraag-
stukken kunnen, zoo voeren de vertegenwoor-
digers van het Fransche, Italiaansche en
Japansche standpunt aan, alleen in de voor
bereidende ontwapeningscommissie behandeld
worden, daar in deze commissie naast de Vol-
kenbondsleden ook niet-leden als Sowjet-Rus-
land, de Vereenigde Staten en Turkije zitten^
voor wie de besluiten van de Vol kenhond'sver-
gadering of haar commissies niet verbindend
zijn. De taak der derde commissie moet dus
beperkt blijven tot het doen van voorstellen
aan de Volkenbondswergadering voor het bij-
eenroepen der voorbereidende ontwapenings
commissie en mag niet zijn, om aan die voor
bereidende commissie algemeene beginselen
voor te schrijven, zooals in de Engelsche reso
lutie gebeurd is. De tegenstanders van de
resolutie zijn van meening dat de totnutoe
door de voorbereidingscommissie genomen be
sluiten, in welke commissie Engeland verte-
genwoord'igd was en aan welke een vroegere
Engelsche delegatie eenmaal haar goedkeu-
ring gehecht had, een verbindend karakter
dragen en dus niet meer voor wijziging vat-
baar zijn. Deze laatste opvatting heeft, ter-
loops gezegd, ook blijkbaar jhr. Loudon, den
voorzitter der voorbereidingscommissie, be-
wogen zich tegen de Engelsche resolutie te
verklaren.
(Lord Cecil moet zelf ingezien hebben dat
zijn resolutie niet meer dan een gebaar kan
blijven en daarom is hij nu blijkbaar tot een
compromis bereid. Na ovei'leg tusschen hem
en den Griek Politis heeft de laatste een voor-
stel in de derde commissie ingediend dat de
netelige kwestie van de reserve onvermeld laat
en, na geconstateerd te hebben dat de oplos-
Uit het Engelsch
door
E. PHILLIPS OPPENHEIM.
63) Vervolg.
De beid'e menschen keken hem met heel
wat vroolijker oogen dan een half uur ge-
leden aan, maar toch waren ze nog niet
volkomen overtuigd. Bliss liet er zich
echter niet door terneer slaan, oipgewekt
stond hij op, om een tweede glas bier te
halen.
Elken avond gaan uw man en ik hier
naar toe om een glas bier te drinken",
vertelde hij aan mrs. Morgan. ,,Vandaag
springen we eens uit den band en drin
ken we er jeder twee. Natuurlijk gelooft
u beiden me nu nog niet, maar omdat ik
stedlig van plan ben m'n woord te hou-
den, zijn lange gezichten niet meer toe-
gestaan. Morgenochtend om elf uur pre-
cies heeft u het geld."
,,Als u dat lukt", zeide mrs. Morgan,
terwijl ze hem de hand toestak en alle
mogelijke moeite deed om haar tranen in
te houden, ,,dan weet ik werkelijik niet,
hoe we u dan bedanken moeten."
Den volgenden morgen om tien minu-
ten over elf duwde Bliss de deur van het
kleine kantoortje open en stapte naar
binnen. Mrs. Morgan stond voor het
raam naar buiten te kijken. In een en al
verwachting keek ze hem aan.
Bliss knikte lachend.
,,'t Is in orde hoor zeide hij, terwijl hij
een handrvol bankbiljetten uit zijn zaik
haalde, ,,hier is het."
,Zoo hard ze kon, liep ze naar de andere
deur, welke toegang tot den kelder gaf.
,,Amos", riep ze opgewonden, „Amos.
de jonge man is er. Hij heeft het geld.
Met een vaart, die voor een man van
zijn type bijna ongelooflijk was, kwam
Mr. Morgan de trap opholilen. Toen hij
boven was bleef hij staan en keek Bliss
vol angstige verwachting aan, terwijl hij
aanhoudend zijn handen aan zijn voor-
afveegde.
,,Ja. 't is in orde," verzekerde Bliss
hem. ,,Ik heb het geld. Ga zitten, dan
zal ik het u even voortellen."
Plotseling kon Mr. Morgan zich niet
langer bedwingen.
,,Wat," stotterde hij. ,,U heeft het
U heeft het geld?"
Als antwoord liet Bliss hem den in
tweeen gevouwen bundel bankbiljetten
zien.
Natuurlijk heb ik het", antrwoordde
hij. ,,Dat heb ik gisteren toch gezegd.
Gaat u nu maar zitten, dan zal ik het uit-
tellen."
Automatisch liep Mr. Morgan naar zijn
lessenaar. Maar toen hij langs zijn vrouw
kwam, greep hij plotseling haar hand.
Meteen sloeg ze haar armen om zijn hals.
Beschaamd keerde hij zich naar het ven-
ster en bleef zoo met haar een paar minu-
ten staan.
,,Wel heb ik van mijn leven," zeide hij
heel langzaam.
Met den noodigen omslag stak Bliss
eerst een sigaret op. Toen trok hij een
stoel tot naast den lessenaar en toen ze
zich eindelijk omkeerden, deed hij net als-
of hij die beweging niet zag. Zonder hun
kant op te kijken begon hij te spreken.
Gelukkig trof ik vanmorgen dien ken
nis van mij juist in een goede stemming
aan," zeide hij. .Eerst heb ik hem alles
uitgelegd, de moeilijikheden die we had
den met den verkoop van de hakken, om
dat alles contant betaald moet worden.
Toen ik hem alles verteld had, kwam hij
met een voorstel voor den dag, waarmee
u allicht zult instemmen. Ten eerste heeft
u hier honderd pond om de machine af
te betalen. en ten tweede, en dat is het
eigenlijke voorstel van dien eigenaardi-
gen vent, wil hij u vijfhonderd pond lee-
nen tegen vijf procent en tegen afgifte
van een schuldbekentenis. Ik heb het
geld maar vast meegebracht. Gaat u
daarmee accoord, Mr. Morgan
,,Ga ik daarmee... wat?" bracht Mr.
Morgan er met moeite uit.
„Of u ermee accoord gaat herhaalde
Bliss. ,,Of u het geld tegen die voor
waarden hebben wilt?"
Mr. Morgan gaf het op, om zijn ge-
voelens nog langer te verbergen. Hij liet
zijn hoofd op zijn armen valien en snikte
het uit. Zijn vrouw ging naast hem zit
ten en klopte hem kalmeerend op zijn
schouder.
,,'t Beste is, om voor een paar oogen-
blikken geen notitie van hem te nemen,
Mr. Bliss," zeide ze. ,,We hebben een
heel meielijiken tijd achter den rug, tel-
kens als we er een beetje bovenop w'aren,
kwam er weer een nieuwe tegenslag. En
hij heeft zijn heele leven hard gewerkt,
zonder zich door iets te laten ontmoedi-
gen. Ik heb toch verscheidene keeren
meegemaakt, dat we geen cent meer had
den en heusch niet door eigen schuld,
maar altijd heeft hij zich goed gehouden,
nooit heb ik hem gezien, zooals hij nu is.
Maar 't zal hem opkichten. We zijn nu
zeventien jaar getrouwd en nooit hebben
we meer dan twee of drie pond per week
gehad en bij tijden hadden we geen cent.
Maar dit schijnt toch wel een beetje te
bar voor hem geweest te zijn. Maar in elk
geval is het geld er nu... het is er toch,
jongmensch Je neemt het toch niet weer
mee?"
Met een lachend g-ezicht stapte Bliss
den opgevouwen bundel bankbiljetten in
den zak van Mr. Morgan.
,,U behoeft alleen nog maar dit te tee-
kenen", zeide hij, ,,en dan, ofschoon het
pas twaalf uur is, gaan we met z'n drieen
kijken of het cafetje om den hoek er nog
staat. Mr. Morgan is nog een beetje de
kluts kwijt en zelf heb ik ook een dr.uk-
ken morgen achter den rug."
(Bij die woorden keek Mr. Morgan op.
Hij was nu weer de oude, opgewekt, vol
energie om opnieuw te beginnen. Eerst
las hij de paar regels, die Bliss opgeschre-
ven had, door en zette er toen meteen
zijn handteekening onder. Daarna borg
hij de bankbiljetten in den binnenzaik van
zijn jas en maakte zorgvuldig alle knoo-
pen dicht. Toen stak hij Bliss beide han
den toe.
,,Mijn beste kerel", verklaarde hij toen
met een stralend gezicht, „die tramrit van
Camberwell is de gelukkigste inval van
mijn leven geweest. En dat wij beiden,
oude menschen, die ons heele leven hard
gewerkt hebben en altijd geprobeerd heb
ben eerlijk te blijven, jou hebben leeren
kennen, dat is ons grootste geluk geweest.
Dat is alles. wat ik te zeggen heb. Het
is niet veel, maar ik heb altijd beter kun
nen werken dan praten. Kom moeder,
qeef jij hem een arm aan den anderen
kant, dan gaan wij zoo met ons drieen
een glas bier drinken."
En op die .manier met Bliss tusschen
hen in, gingen ze de straat op. Het was
een armelijke buurt, het weer was druk-
kend warm, de eigenaardiqe bierlucht
van de vele kroegjes was nog duidelijker
merkbaar dan anders. Mrs. Morgan liep
aan zijn linkerkant, met haar arm door
den zijne, zijn rechterarm werd zoo stevig
vastgehouden door zijn patroon, dat het
Bliss toeleek alsof zijn arm in een schroef
zat. Het kapotje van Mrs. Morgan zat
op haar eene oor, haar keelbanden hm-
gen los. haar handsehoenen had ze ver-
geten. Beiden hielden ze Bliss vast alsof
hij hun laatste steun en toeverlaat was,
De geheele situatie was, uit een verstan-
delijk oogpunt beschouiwd, meer dan be-
lachelijk. En toch liep Bliss rechtop, met
schitterende oogen, hij was zich bewust
van een bijna onbedwinbaar verlangen
om te zingen. 't Was of de misere-tijd,
die achter hem lag, niet meer telde. Op
dat oogenblik voelde hij zich de gelukkiq-
ste starveling ter wereld.
(Wordt vervolgd.)