AL6EMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSGH-VLAANDEREN. No 8274 Woensdag 19 September 1928. 68e Jaargang, Eerste Blad. ASONNEMEirSPftUS: BINNENLAND. FETFILLETOH. BUITENLAND. De innemende Landlooper ammi Binnen Ter Neuzen f 1.40 per 3 maanden - Buiten Ter Neuzen fr. per post f 1,80 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post f 6,60 per jaar Voor Belgie en Amerika f 2,25, overige landen /2.60 per 3 maanden fr. per post Abonnementen voor het buitenland alleen bij vooruitbetaling. Dit blad verscliijnt iecleren Maandag ocnsdag- ca rijdaqavond. VERSNELD TEMPO VAN WEGEN- VERBETERING. De Algem. Neder). Wielrijders Bond -schrijft: Meermaien is aangedrongen op ver- snelling van het tempo, waarin de wegen- verbetering geschiedt, vooral nu de finan- cieele bezwaren na het tot stand komen van het Wegenfonds, niet meer zoo zwaar behoeven te wegen. In sommige gevallen wordt uitvoering der verbeteringswerken vertraagd door moeilijkheden van techni- schen en anderen aard. Dit is echter niet het geval ten aanzien van den drukken verkeersweg van Leiden over Alphen naar Bodegraven, waarlangs nog gedu- rende vele jaren het verkee* tusschen 's Gravenhage en het Oosten des lands zal moeten worden geleid, zoolang de op het Rijkswegenplan ontworpen verbinding van Den Haag over Gouda en Bodegra ven naar Utrecht nog niet is tot stand gekomen. Volgens het 5-jarig werkplan van Wa- terstaat zal daarmee eerst einde 1931 nog slechts een begin zijn gemaakt. De vei- ligheid van het verkeer op den weg Lei denBodegraven eischt een spoedige ver- betering van dien weg, die in zijn tegen- woordigen toestand geheel onvoldoende is geworden voor het steeds drukker ver keer. Wei is met de verbetering al een aanvang gemaakt, maar slechts op enkele plaatsen en met geringe kracht, zoodat. in- dien het tegenwoordig tempo voor de ver betering wordt gehandhaafd, het nog lang zal duren voordat de weg van Leiden tot Bodegraven zal zijn voltooid en de verbe- teringen volledig tot haar recht zullen komen. Een verbeteringswerk als dit, zich uit- sirekkend over een groote lengte, leent er zich bij uitstek toe, in een versneld tempo te worden uitgevoerd, indien het op een groot aantal punten gelijktijdig en krachtig wordt aangevat en te meer is dit het geval, omdat de te maken verbeterin- gen van zeer eenvoudigen aard zijn. Op grond van deze |*verwegingen heb- ben de A.N.W.B. Toeristenbond voor Nederland en de Kon. Automobielenclub zich tot den Minister van Waterstaat ge- richt met een verzoekschrift, waarin wordt aangedrongen op bespoediging van het werk tot verbetering van den weg van Leiden over Alphen en Bodegraven. Een tweede adres van deze beide ver- keers-organisaties betreft een militaire b:ug bij Gorichem, gelegen in den weg Oier den zuidelijke Lingedijk naar Geider- malsem. Deze brug dicht bij een scherpe bocht, is tusschen de leuningen slechts 3 meter breed en is bovendien door een hoogen muur moeilijk waar te nemen voor het uit de richting Spijk komende verkeer, zoodat ze voor dit toenemend venkeer gevaar oplevert. Het hoogheem raadschap, dat den weg beheert, zal dezen in den bocht laten ver- breeden, als ook de brug zooveel breeder zal worden gemaakt, dat twee voertui- gen elkaar daar kunnen passeeren. Aangezien deze op eenvoudige en wei- nig kostbare wijze ongeveer 2x/> meter breeder kan worden gemaakt. is thans aan den Minister van Oorlog het adres gericht, met verzoek deze militaire brug, welke bij het Departement van Oorlog in beheer is, in het belang van de veiligheid van het verkeer te laten verbreeden. Met inwilliging van deze beide verzoeken zou het verkeer in hooge mate gebaat zijn. RIJKSCOMMISSIE WERK- VERRUIMING. Dezer siagen yergaderae de Riiksppm- miss'e Werkverruiming onder voorzitter- schap van prof. dr. W. H. Nolens, Ingekomen was een brief van een Ne- derlandsche onderneming. waarin mede- deeling werd gedaan van haar samenwer- king met een buitenlandsche onderneming en voor deze samenwerking dezelfde steun werd verzocht, welke de commissie tot dusverre aan de Nederlandsche onderne ming had verstrekt. De commissie besloot dien steun te verleenen in al die gevallen, waarin die samenwerking aan de Neder landsche nijverheid ten goede kon komen. Uit een ingekomen verzoek om benrd- deling bleek, dat de verzoeker zich ook reeds in verbinding had gesteld met de af- deeling handel van het ministerie van Ar- beid, Handel en Nijverheid. Ter voor- koming van dubbel werk besloot de com missi aan den verzoeker te berichten, dat het niet op haar weg ligt, op het verzoek in le gaan. Door een Nederlandschen ondernemer was de aandacht van de commissie erop gevestigd, dat hij zijn product tegen min der gunstige prijzen kon leveren dan bui tenlandsche soortgelijke ondernemers, om dat deze. ondanks bestaande internatio nal bepalingen, onder andere omstandig- heden konden produceeren dan hij. Het onderzoek van het bureau had aan het licht gebracht, dat aan deze aangelegen- heid vele kanten zaten. Aan het bureau werd opgedragen, deze aangelegenheid verder te onderzoeken. Op het verzoek van een onderneming om gunstig te adviseeren omtrent kapi- taalverstrekking door het rijk ter voorko- ming van werkloosheid, werd afwijzend beschikt, omdat de commissie van oordeel was, dat in de betrokken indusirie vol- doende werkgelegenheid bestaat. Verder werd mededeeling gedaan van een groot aantal gevallen. waarin men zich tot de commissie had gewend om haar bemiddeling te verkrijgen tot behoud van orders voor de Ned. industrie. In vele gevallen had de tusschenkomst der commissie het gewenschte succes. Vervolgens vernam de commissie tot haar genoegen. dat haar vroegere pogin- gen om een zeer belangrijke order van een gemeente, voor de Ned. nijverheid te be- houden, mede tot het gewenschte resultaat hadden gevoerd. t De commissie had destijds geadviseerd op welke wijze bepaalde artikelen hier te lande zouden kunnen worden voortge- bracht. Uit mededeelingen van het bureau bleek. dat de door de commissie aangege- ven wijze het gewenschte gevolg had ge- had. Tenslotte werd mededeeling gedaan omtrent een aantal gevallen, waarvan de bemiddeling van de commissie nog niet is geeindigd. door E. I. RATH. 30) Vervolg. ,,Maar, mijnheer Rawlins," begon het meisje Harlan, „hoe slaagde u er in het aan den prefect uit te leggen?" Rawlins glimlachte vergenoegd en keek eens naar den heer Kilbourne, die aan het hoofd van de tafel zat. Deze knipoogde geheimzimnig. „En wat is een prefect?" vroeg Marian, die het niet ontgaan was. ,/Dat is zoo iets als het hoofd van de politie", zei Rawlins. ..Dat kan Hilda je wel vertellen. Die zal er wel been zijn moeten gaan om een identiteitsbewijs te halen." Hilda knikte, maar er kwam een stroeve trek om haar mond, dien haar glimlach niet geheel verborg. Ze hadden het niet over namen gehad voor het diner. Er was geen tijd voor ge- weest. Hij kwam laat thuis met den two- seater en had tenauwernood tijd om zich te scheren en te kleeden vooraat de gas- ten kwamen. Aangezien hij de veelgepre- zen vriend uit de stad was, trad Rawlins op als vriend van den huize. Hilda had begrepen dat hij opgang zou maken, zoodra ze hem zag. Zijn uiterlijk was buitengewoon geslaagd. Als een kleermaker een week lang voor hem be- zig was geweest, zou hij het, haars in- ziens, niet beter hebben kunnen doen. DE BELGISCHE LEGERWETTEN AANGENOMEN. De Belgische Kamer heeft Vrijdag de Marian vond hem een beeld. Voor den heer Kilbourne en zijn vrouw onder- scheidde hij zich in niets van de andere jongelui in rok. Maar de gasten kwamen en de gelegen- heid om krijgsraad te houden ging voor- bij. Alleen Marian had tijd hem toe te fluisteren: ,,Als je me na tafel niet ten dans vraagt, zal het je berouwen." Zoo werd dus „mijnheer Rawlins voorgesteld aan het meisje Harlan en juf- frouw McCumber en de Shinns en andere gasten, die langzamerhand verschenen. Toon hij Minnie Harlan naar de tafel leid- de, was hij al een persoon van gewicht. Heel in het begin had zich de moeilijk- heid van de namen al voorgedaan en Rawlins had haar op de eenig mogelijke manier opgelost. Marian keek hem strak aan over de tafel. ,,Wade", zei ze, ,,ik had vanmiddag met je willen tennissen, maar je was nergens te vinden. Waar zat je? Marian hield van gewaagde experimen- ten. Het was een gewoonte van haar. De Kilbournes schrikten zich dood. Ze wisten maar al te goed waar Rawlins geweest was en hoopten van ganscher harte, dat zij de eenigen waren. ,,Ik heb de buurt verkend", antwoordde hij. Hilda had me haar auto geleend." Hiermee hakte hij meteen den knoop door. Hilda keek op haar bord en kreeg een kleur, maar niemand merkte het. Het was ten slotte het eenige mogelijke. Hij was een vriend uit de stad en zijn aanwe- ziaheid bracht een zekere intimiteit mee. Na dit voorval noemden alle Kilbour nes, zelfs Hilda, hem ,,Wade want er zat niet anders op. De gebeurtenis was onmiddellijk door Grosvenor bekend ge maakt in de provisiekamer, maar Rosa en behandeling geeindigd van de militaire taalwet en de eindstemming over deze wet, alsmede over de nieuwe militiewet gehouden. De hoofdschotel der discussie was art. 9 van de taalwet, dat bepaalt. dat de volledige opleiding van den soldaat in zijne moedertaal dienr te geschieden. Te dien einde zullen dc soldaten in taal- eenheden worden ingedeeld, weike niet minder groot mogen zijn dan een com- pagnie of een daarmede overeenkomende eenheid. Deze eenheden worden dan in het bataljonskader van ecnzelfde taalregime vereenigd, zoo dikv/ijls hun aantal zulks tcelfat. Verder zegt het zelfde ar- tikel nog, dat de moedertaal van den sol daat verondersteld wordt te zijn die der gemeente, waar hij voor de militie is in- geschreven, behoudens het recht van den i belanghebbende, die verklaart, dat zijn moedertaal niet die van deze gemeente is, om garnizoen of eenheid van een ander taalregime te vragen. De miliciens uit ge- meenten der Brusselsche agglomeratie zul len op het oogenblik hunner inlijving ver- klaren, welke hunne moedertaal is. Over dit artikel en amendementen door de Vlaamsche nationale groep en socialisti- sche leden ingediend. ontstond een lang- durig en vinnig debat, waarna echter art. 9 ongewijzigd werd aangenomen. Ook de artt. 10, 1 Obis en 11. bepalend dat de be- trekkingen tusschen officieren en minderen in de taal dezer laatsten dienen plaats te hebben en dat alle geschreven mededee lingen in de twee groote landstalen dienen gedaan te worden. werden zonder toevoe- ging van amendementen goedgekeurd. Bij art 12 stelde Vos voor om sanctie- bepalingen toe te voegen, waardoor alle stukken, die worden opgemaakt .in strijd met de voorschriften dezer wet. ongeldig zouden geacht worden en de autoriteiten die de wet overtreden, tegenover den staat aansprakelijk zouden gesteld worden voor de daaruit voortvioeiende schade en verder ook nog tuchtme.atregelen en straf- fen zouden kunnen worden voorzien. Ook dit amendeme'.^ werd verworpen met 95 egen 56 stemmen en 1 onthouding. Toen de eindstemming bij naamafroe- ping over de militiewet ging aanvangen. verliet de heele oppositie de vergaderzaal order applaus van katholieken en libe- ralen. Het regeeringsvoorstel werd aange io- men met 97 stemmen tegen 1. die van den tot het bureau der Kamer behoorenden Vlaamschen socialist Bouchery. Nadat de zes Vlaamsch-nationale afgevaardigden weer binnengetreden waren, werd de taal wet aangenomen met 92 tegen 7 stemmen en 5 onthoudingen van de Waalsche libe- ralen. Ook bij de bekendmakinq van dit resultaat klonk applaus. Vos vroeg daarop, wanneer het aan- gekondigde regeeringsvoorstel over de amnest e zou worden ingediend, maar daar in den schoot der regeering weer verschil van meening omtrent het vraagstuk bleek te zijn ontstaan, waren faspar en de mi nister van justitie, Janson, trots het aan- dringen van Wauters, Huysmans en an dere leden der oppositie er niet toe te be- wegen ook maar de 'geringste mededee ling omtrent den inhoud van het voorstel te doen. Jaspar wilde van de Kamer zien te verkrijgen, dat zij eerst de voorloopige credieten zou goedkeuren en eerst daarna de amnestie aan de orde doen komen, wat tot een verwarde discussie en verscheide- ne iricidenten aanleiding gaf. Ten slotte Etta vonden er niets vernederends in. De buren der Kilbournes. die ook tot de gasten behoorden, namen den nieuweling nieuwsgierig op. Ze begrepen dat hij een plaatsvervanger was voor iemand, die hoog aangeschreven stond bij de qast- vrouw en ze waren vriendelijk gestemd. Ze vonden het zelfs een beetje zielig, want het was niet te verwachten, dat de Kil bournes meer dan een zoo'n wonder on der hun vrienden telden; maar hun mede- lijden was geheel overbodig en weldra genoot mevrouw Kilbourne van haar succes. De onbekende was charmant. Zelfs Ma rian en Hilda, die hem van geheel ver- schillende standpunten beschouwden en hem beter kenden dan iemand anders, ont- dekten eigenschappen, waar ze zich in stilte over verbaasden. Minnie Harlan, wier tafelheer hij was. was in de wolken. Rawlins sneed niet op. Marian deed eenige poqingen om hem gelegenheid te geven zijn wijsheid te luchiten, maar een enkele blik van hem beduidde haar. dat hij niet gediend was van haar welgemeend enthousiasme. Hij was gewoon een heer, die dineerde te midden van zijn gelijken. Als hij bovendien interessant bleek te zijn. was dat geheel toevallig. Hij was voorzichtig en beleefd. Hij ver- gat niet, dat juffrouw Harlan zijn tafel- dame was. Hilda vond zelfs, dat hij het wat overdreef. Rechts van juffrouw Har lan zat ook nog iemand, die wel eens iets had kunnen zeggen, maar daarvoor was Rawlins te nauwgezet. Het scheen hem geheel te ontgaan, dat er oogenblikken waren, dat Hilda vond, dat hij wel wat meer aandacht kon besteden aan de fami- lie Kilbourne. ,,Hij is de ziel van het heele gezelschap, verklaarde Etta, toen ze weer uit de eet- werd gestemd over een voorstelvan Cauwelaert tot sluiting van de discussie. maar slechts 49 van de 187 leden bleken aanwezig, waarop de Kamer niet meer in getal zijnde, de vergadering moest worden opgeheven. Verwacht wordt, dat het amnestievoor- stel deze week zal worden ingediend, maar niet meer voor het reces zal bespro- ken worden. Naar verluidt zouden, volqens het Hbl., verjaard worden verklaard alle terzake van politieke misdrijven opgeloopen straf- fen, die minder dan tien jaar hechtenis of dwangarbeid bedragen, terwijl bij zwaar- dere straffen de Kamer van Inbesohuldi- gingstelling de zaak opnieuw zou onder zoeken. De politieke rechten zouden niet voetstoots worden teruggegeven. Borms, die ter dood werd veroordeeld en wiens straf in twintig jaar dwangar beid werd omgezet, zou dus niet onder de to°passing der amnestiewet vallen. Daar hij binnenkort tien jaar gevangenisstraf heeft uitgezeten, valt hij evenwel onder de toepassing van de wet op de voorwaar- delijke imvrijheidstelling, met het gevolq, dat hij, naar verluidt, voor het van kracht worden der amnestiewet reeds zou wor den ontslagen. DE ONDERHANDELINGEN OVER HET RIJNLAND. Elken dag blijkt duidelijker, schrijft de N. R. Crt dat degenen die, in zwartgal- lioheid, van meening waren, dat de rede van Briand te Geneve de deur voor verdere toenadering tusschen Frankrijk en Duitschland dicht had gedaan, te haastig en te onbezonnen in hun oordeel zijn ge weest. Door de nog steeds open gebleven deur zijn de ..mogendheden van Locarno' de conferentiekamer binnengegaan en het Zwitsersche Telegraafagentschap is ons Donderdagavond komen vertellen. dat men de totdusver bereikte uitkomsten ..bevredi- gend" acht. Preciseerend, deelt het dan verder mede, dat uit Fransche bron bekend is geworden, dat Duitschland ..eventueel" bereid zou zijn, vergoedingen aan te bieden voor een tegemoetkoming van Frankrijk in zake de ontruiming. Voorts blijkt de En- gelsche minister Cushendum. de in dit ge val voor de hand liggende rol van be- middelaar tusschen beiden te spelen. Of het „vrij groote optimisme" dat, naar luid van een anaer bericht uit Geneve, zoo- wel in Duitsche als in Fransche kringen zou heerschen, echter nu reeds op goede gronden kan berusten, moet aan den ande ren kant ook weer in twijfel getrokken worden. Daarvoor zijn de onderhandelin- gen stellig nog te zeer in het voorloopige stadium en moet nog te veel ruggespraak met Parijs en Berlijn gehouden worden. De Intransigeant doelt op een con ference van deskundigen te Parijs. die in October zich met het zoeken naar een oplossing van ..alle Duitsche kwesties zou bezighouden, een mogelijkheid die tegelijk door de Vossische Zta. wordt aangeroerd. Bestaat aan Duitschen kant thans wer- kelijk geneigdheid tot vergoeding of tegen- praestaties tegenover tegemoetkoming van Fransche zijde dan zou natuurlijk een at- mosfeer geschapen zijn, waarin de zeer moeilijke onderhandelingen ten slotte tot een bevredigende uitkomst kunnen leiden. Totdusver had men nog steeds uit offi- cieele en officieuze Duitsche kokers ver- nomen. dat er geen kijk op was, dat Duitschland gezind zou zijn de obligaties kamer in de provsiekamer kwam. ..Hij is geweldig!" „Je kon zoo wel zien, dat hij een heer is," zuchtte Rosa. ,,Ik wou, dat Grosvenor mij eens iets naar binnen liet brengen. ,,Geen kans!" zei Etta. ,.Hij vindt het al erg genoeg, dat ik af en toe binnen kom; maar ze zijn met zestien en hij heeft me dus wel noodig. Rosa, hij eet net als de anderen. En praten!" Rosa verging van jaloezie. Wacht maar, tot we hem morgen te pakken krijqen," zuchtte ze. ,,Ik denk zoo, dat je hem nooit weer zult zien, tenminste niet onder ons zei E*:ta eveneens met een zucht. Grosvenor stapte de provisiekamer bin nen met zulke stijve beenen, alsof zijn knieen heelemaal niet meer werkten. ..Hij doet alsof hij mijn meerdere is, zei hij blijkbaar in zichzelf ,,De land looper! Ik zeg ongetwijfeld den dienst op. Het is een schandaal, de manier, waarop hij haar ..Hilda" noemt." Luid lachen klonk van uit de eetkamer. Grosvenor kromp ineen en veepde zich het voorhoofd af met een servet. Etta trek een veelbeteekenend gezicht tegen Rosa en knipoogde. Het diner verliep uitstekend. Mevrouw Kilbourne was er zeker van, dat het een onvermengd succes was. toen ze mevrouw Shinn tot haar buurman hoorde fluiste- ren: ..Wie is hij toch? Hij heeft natuurlgK geld, maar wie is hij?" Wat dat aangaat, gedroeg Rawlins zich keurig tegenover de Kilbournes. Hij ver- telde aan de buren niets meer, dan hij aan henzelf verteld had. Hij stelde hen in de gelegenheid alle mogelijke gevolgtrekkin- gen te maken, maar hij was vaag en hulde zich in een bescheiden geheimzinnigheid, van de her-stelschuld te mobiliseeren; dat het geen toezicht in de Rijn-zones na de ontruiming zou gedoogen enz. Het voorop- stellen van weigeringen is geen goede tak- tiek, als men van een andere partij een tegemoetkoming wil, tenzij men haar uit het stelsel van ,,overvragen" wil verklaren, wat in dit verband dan zou beteekenen, dat van de andere partij eerst te veel gevergd werd. Nu komen er echter voorzichtige zinspe- lingen op de mogelijkheid dat Duitschland toch te vinden zou zijn voor mobilisatie van obligaties, indien Amerika (waarbij de Duitschers zeker bot zouden vanaen indien zij ervoor gespannen werden om Washing ton te polsenerbuiten gelaten kon worden en Europa aan de operatie mee zou helpen. Voorts is er sprake van een mogelijke con- trole in den vorm van een ,,Feststellungs- verfahren", een procedure dus om vast te stellen, dat er geen verontrustende mili taire maatregelen in de richting of de buurt van het Rijnland genomen worden. Wij kunnen rustig afwachten wat uit dit nog eenigszins troebele mengsel van aanduidin- gen en geruchten ten slotte kristalliseert. Aan andere geruchten, volgens welke Frankrijk en Belgie voor de ontruiming van het bezette gebied een som van driekwart milliard gulden van Duitschland zouden eischen om daarmee van Antwerpen tot vlak bij Bazel een reeks van moderne ves- tingwerken tegen een onverhoedschen Duitschen aanval te bouwen, zal men voor- loopig nog wel niet ernstig aandacht willen scheriken, omdat met den aanleg van zulk een vestinggordel eerst nog zoovele jaren gemoeid zouden zijn, dat van een ver- vroegde ontruiming tenauwernood meer sprake kan zijn. HET EERSTE LUSTRUM VAN DE SPAANSCHE DICTATUUR. Prima de Rivera, de Spaansc'ne dicta tor, is bij de vier.ing van het vijfjarig be- s aan van het nieuwe regime, het middel- p,unt van een grootsche huldiging door de bevolking van de hoofdstad en de uit alle oorden daarheen gestroomde Spanjaaiden geweest. Tot uit Afrika, schrijft de N. R Crt., waren afgevaardigden van Mooren en Joden gekomen. Eindelooze stoeten en groot feestgedruisch konden echter den indruk niet wegnemen die twee feiten maakten: dat vlak voor het feest een groo te samenzwering tegen de Rivera s dicta- tuur was gesmoord en dat de koning er verre van bleef. omdat hij door een bezoek dat hij aan het Zweedsche hof brachi, buitenaf vertoefde. Monarchen houden zich in dictatoriaal geregeerde landen op den achtergrond, daar zij z:ch in n kiesche pos tie moeten gevoelen vanwege de door hen bezworen grondwet. Ook in Italic valt de schaduw van Mussolini over den Koning, die van nature al klein van ge~ stalte is. In het buitenland zal men zich afvragen of de afwezigheid van den koning bij dit luisterrijke nationale feest geheel toeval lig of opzettelijk was. Constitutioneele ka- ningen kunnen zich al niet over de staat- kunde uitlaten. hoeveel moeilijker echter souvereinen, die bij de qenade van een dictator op hun troon zijn gebleven? Met afwezigheid kan iemand intusschen welsprekender zijn en meer zeggen dan met een lanpe rede. De verleden jaar inge- stelde ..volksvertegenwoordiging" heeft slechts raadgevende bevoeqdheden en han dle op hen een even prikkelende uitwer- king had, als gewoonlijk op Hilda. Na het eten dansten ze op het terras, waar het koeler was dan binnen. Minnie Harlan had den eersten dans met Raw lins. Hilda besloot even naar boven te gaan om andere schoenen aan te trekken. Toen ze terugkwam. danste Marian met hem en het was zoo duidelijk dat ze in den zevenden hemel was, dat haar zuster cn- willekeurig de wenkbrauwen fronste. Maar hij vergat Hilda niet. Hij vergat niets van alles wat hij behocrde te doe-1. De derde dans was met haar. Ze begon vriendelijker dan eigenlijk de bedoeling was, waarschijnlijk omdat Minnie Harlan naar hen keek. Toen ze aan het eind van het terras kwamen, begon hij een gesprek. ,,Wie was die jonge man, die naast Ma rian zat?" vroeg hij. ..Een jongen Merrill. Waarom? ..Ik heb hem op de golfclub gezien. Ze keek hem verschrikt aan. Heeft hij je herkend?" vroeg ze ont- hutst. „Ik geloof het niet. Hij kwam er iuist aan, toen jij tusschen mij en Wheeler kwam." Stel je voor, dat hij je herkend heeft! O!" ,,Dan zou het maatschappelijk bouw- werk ineenstorten", veronderstelde hij. Hij voelde. dat ze zich stijf terugtrok. .Zulke kwasten zijn we niet". zei ze koel, ..maar Ze maakte een verkeerden pas, maar Rawlins bracht haar handig weer op dreef. Hij kon goed dansen en ze wist het. ..Pardon. Hilda", zei hij met onver- schillige beleefdheid. (Wordt vervolgd.) COURA

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1928 | | pagina 1