ALGEMEEN NIEUWS- EN APVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
.ROSSEM"
TABAtt
- rin nu,,eloMe sn"
No. 8205.
Vrijdag 6 April 1928,
68e Jaargang.
Augustinus.
fsttillxtoh.
Aspirin-
Sam en zijn schat
*BONNEi*ENTSPRIJ S;
EEKSTE BLAD.
Wegens het
Paaschfeest zal
aT. Maandag GEEN nummer
ran dit blad verschijnen.
m PATgtiTYOIPAKKSWQ
B I N N E N L A N D.
•mm
Einnen Ter Neuzen f 1,40 per 3 maanden - Buiten Ter Neuzen fr. per post f 1,80 per 3 maanden - Bij vooruitbetaling fr. per post 6.60 per jaar
Voor 'net buitenland f 2,70 per 3 maanden franco per post Abonnementen voor net bmtenland alleen bi) vooruitbetaling.
Dit Mad verschrjnf federen Maandar?-. Woensdaq- en Vrijdagavond.
IV. (Slot.)
Ken groote ramp (of wij mogen eigen-
1*4 wel zeggen: een heele verzameling
ra«pen) barstte nu los over Noord-
Afrika, Augustinus' geboorteland En hij
zeif trok zich dat dubbel aan, omdat de
veioorzaker van al dit leed een man was.
dien hij vroeger terecht had genioemd ..de
glome van het rijk, een vreugde van de
Kerk, en den verdediger van Afrika, te
w«ten>: Comes Bonifacius, de militaire
gezaghebber over Afrika. Deze verhief
over zijn land tengevolge van allerlei
miriges de vaan van het oproer, en
sfcbeurde Afrika van het rijk los. Augusti
nus waarschuwde en vermaande; een
bwef. dien hij naar aanledding van deze
zaak aan Bonifacius schreef, behoort tot
het allerschoonste wat wij van hem bezit-
ten. Alles was echter vergeefsch. De
wproermaker riep eindelijk zelfs de van-
daien te hulp, en dezen kwamen in Mei
van het jaar 428 onder hun koning Ge*-
serich met vijftigduizend strijdbare man
aea uit Spanje overgestoken. Nu was de
maat der ellende vol. De barbaren hiel-
dea erger huis dan roofdieren uit de Ly-
biache woestijn; wat zij niet plunderden
em roofden, verwoestten en verdelgden zij;
zij versc'hoonden sexe noch ouderdom en
keerden als de Arianen hun ruwe en fana-
tieke woede in het oijzonder tegen aLes,
wat samenhing met de Kerk; priesters en
bisschoppen werden in grooten getale het
siachtoffer van hun gruwelen. Zoo moest
Augustinus datgene, waartegen hij zijn
gansche leven met inspanning van alle
krachten en met zoo gunstig resultaat ge-
stneden had, nu aan den avond van zijn
leven zien optreden, zonder dat hij er iets
tegen vermocht uit te richten; de over win
cing van de ketterij, die geschraagd werd
door het ruwste geweld.
..Onze Godsman", zoo schrijft Posidius,
<ue dit oniheil mee doorleven moest, en wel
tea deele in Augustinus' eigen woning,
..onze Godsman dacht over deze voortdu-
nende gruwelijke verwoesting door de
vijanden niet zooals de overige menschen;
mieen, hij bekeek dit alles vanuit een hoo-
§fcr geziichtspunt, -en daarbij stonden hsm
voornamelijk de gevaren voor den ondei-
jang van zooveel zielen voor oogen, dag
en nacht vergoot hij daaroin vele tranen
en deze waren hem (zooals Psalm 42 het
uitdrukt) tot spijze den ganschen dag.
Misschien heeft wel nooit iemand zoo n
deoevigen en rampvollen ouden dag gehad
Wel verzoende Bonifacius zich wee»
*et het Romeinsche hof, maar dat was nu
Ie laat; ook hun vereenden krachten ge-
Itskte het niet meer de vandalen weer kwijt
»c raken, en in de lente van het jaar 430
waren nog maar drtie steden in het bezit
van de Romeinen, waaronder ook Au-
ertfstimis' bisschopstad Hippo.
Ook deze stad werd nu belegerd. Zoo
hem de last zijner jaren niet gehinderd
had om nog onder meer in het jaar 427 een
revisie van al zijn werken (een 93tal) te
ondernemen, en om tegelijk den strijd,
althans schriftelijk, tegen het Pelagianisme
tot zijn dood toe, voort te zetten, zoo kon
ook de angst voor een beleg zijn oogen
niet dien helderen bUk benemen, noch zijn
hart de deelnemincj in alles, dat het heil
der zielen betrof. Pas in de derde maand
van het beleg, dwong hem een hevige.
aanhoudenden koorts om voor altijd
op te houden met zijn preekwerk en ook
met zijn schriftelijke werkzaamheid. Vroe
ger had hij vaak gezegd, dat zelfs besliste
Christenen en ook priesters niet zonder
boete uit deze wereld mochten heengaan.
In zijn ziiekte die nu begon, handelde hi)
naar het beginsel. Hij liet de boetepsal-
men van David voor zich afschrijven en
die aan den muur bevestigen om ze ge-
staag voor oogen te hebben en ze te kun-
nen beschouwen onder tranen van rouw
en liefde. Tien dagen ongeveer voor zijn
dood vroeg hij om nu verder niemand bij
hem toe te laten behalve den dokter, en
zoo kon hij dan den geheelen tijd van zijn
ziekte ongestoord aan meditatie en gebed
wijden. Nog in het voile bezit van zijn
gezicht en gehoor, als Mozes, van wien
geschreven staat, dat zijn oog niet was
donker geworden en dat zijn kracbt niet
was vergaan, ontsliep hij 28 Augustus
430.
Aurelius Augustinus is een van de
grootste mannen aller eeuwen. Wel heeft
ook hij zijn fouten gehad, maar zijn fouten
hangen ten nauwste met zijn deugden
samen. Hij is niet de meest geleerde van
alle kerkvaders, Hieronymus en anderen
hebben hem in dit opzicht overtroffen;
Grieksch verstond hij slechts middelmatig
en Hebreeuwsch heelemaal niet. Alleen is
INGEZGNDEN MEDEDEELIN GEN
Te veel gerookt
en nu heb ik last van hoofdpijn,
misselijkheid en voel mij onlekker.
Dan neem ik
Tabletten
te baat, want zij bevrijden mij
spoedig en zeker van al die narig-
heid. Bovendien zijn zij volkomen
onschadelijk.
Men verlange echter steeds de origi-
neele "&ayet" verpakking,
kenbaar aan het Bayerkruis
en den oranje band.
het zeker, dat dit gebrek aan geleerdheid,
waar men wel wat al :e veel nadruk op
heeft gelegd, op de diepte van zijn ge-
dachten en op zijn wijsgeerig onderzoek,
op de scherpte van zijn verstand en van
zijn dialektiek, op de warmte van zijn ge-
voel en den adel van zijn gezindheid, op
zijn onvermoeiden strijd voor de waarheid,
op zijn ijver voor het L il der zielen en op
zijn hartelijke lietde jegens God geen
merkbaren invloed hee:t gehad. 1 erecht
heeft men hem voorgesteld met een
gloeiend hart in zijn handen.
lets als Afrikaansche gloed vervulde
zijn geheele wezen en maakte, dat hij in
de eerste periode van zijn leven zich aan
de wereld en het booze, en na zijn bekee-
ring zich aan God en Diens rijk, men mag
gerust zeggen: met een zekeren hartstocht,
overgaf. Zijn wijsgeerige geest, die met
Plato, Aristoteles en C'.cero niet vergeefs
kennis had gemaakt, schrikte ook voor de
zwaarste problemen van de christelijke
wetenschap niet terug en vertoonde op het
gebied van de speculatie een waarachtig
scheppende begaafdheid. Daarbij was
Augustinus nog grooter als systematicus,
en terwijl hij het geopenbaarde geioot met
het verstand en de wetenschap zocht te
verzoenen, werd hij als vanzelf de vader
der scholastiek. Bijna op alle gebied van
de dogmatiek, heeft hij zijn oorspronke-
lijikheid bewezen, en bij de leer van de
Kerk en van de Triniteit heeft hij voor alle
eeuwen den weg gebaand. Voor alledaag-
sche uitdrukkingen en een zich in de ruim-
1 te verliezende gevoels-theologie bewaarde
hem zijn bewonderenswaardige redeneer-
en denkkunst, die, niet zelden verbonden
I met een vleugje sarcasme, in staat was zijn
tegenstanders vaak tot vertwijfeling te
brengen. Maar toch werd hij niet slechts
een theoreticus, of verJoor hij zich in lou-
ter afgetrokkenheden. Verstand en hart,
wetenschap en ervaring, theorie en leven
gingen bij hem hand-aan-hand, en noch
in zijn jongere, noch in zijn latere jaren
gunde Augustinus zich rust voordat hij al
die teg^npolen met eilynder had gecombi-
neerd. En omdat Hij zoodoende een heel
1 mensch was, een theoloog uit-een-stuk
met verstand en hart, zoo knoopten en de
i scholastiek, en ook de mystiek der Mid-
deleeuwen altijd weer bij Augustinus als
1 haar ukgangspunt aan.
Daarmede is ook Augustinus' beteeke-
nis aangewezen. Voor zijn tijd was hij
het hart der Westersche Kerk, en daaruit
1 stroomde een axbeidzaam en warm leven;
1 alle groote mannen dier Kerk schaarden
zich om hem als om hun middenpunt, en
in alle dogmatische en kerkelijke vragen
gold hij als orakel. Mogen al de Vandalen
i en de Islam de sporen van zijn werkzaam-
i heid in Afrika geheel hebben uitgewischt,
de vruchten van zijn werk en strijd zijn de
toekomst van de Kerk ten goede gekomen
vorm en den inhoud daarvan beslissend
moest zijn.
Hij wist in verband met de omstandig-
heden niet minder rekening-te houden met
den vorm als met den inhoud, maar hij
durfde ook wel eens tegen de taalregels
der grammatici te zondigen, wanneer hij
schreef voor den gemeenen man, zooals
in zijn meer popuiaire voordrachten het
geval was. Hij zegt ergens: ,,het is beter,
dat de grammatici ons la ken dan dat het
volk ons niet begrijpt, Als wij maar komen
tot een zekere en vaste waarheid, zijn wij
voor de knitiek der geleerden niet be-
vreesd." Bij de groote hoeveelheid van
wat hij geschreven heeft (Posidius telt,
ongerekend datgene, wat hij zelf niet ken-
de: 1030 verschillende schrifturen was
natuurlijk geen sprake van een vaak rus-
tiig laten liggen van het geschrevene voor
dat het werd uitgegeven. Zoo is het dan
ook wel te verklaren, hoe het komt, dat
hij niet zelden heel breedsprakig is en
daardoor bij de lezing vermoeit, soms ook
erg ingewikkeld schrijft, en daardoor het
geduld van zijn vertalers wel eens wat erg
op de proef stelt. Daarbij houdt hij van
beelden en woordspelingen meer dan ons
lief is, en niet ten onrechte wordt hem ook
verweten, dat hij wat al te veel aan rhe-
toriek zich schuldig maakt; alleen is iets
dergelijks bij een man, die zijn leven lang
of 'redenaar of rhetor of beide tegelijk
was, nauwelijks te verwachten. Maar
terwijl Augustinus, overladen met allerlei
zaken en in den heftigsten strijd met Do-
natisme en Pelagianisme, in een overloop
van volksverhuizingen en barbaren, en in
een tijd, waarin alles ineen scheen te stor-
ten, het durfde ondernemen, om op zoo
qrootsche wijze als hij dat deed in zijn
werk Over den Staat Gods (geschre
ven tusschen 413 en 427 het Christendom
te verdedigen en aan de wereld te geven
een beeld van het Godsrijk in tegenstel-
ling met het rijk dezer wereld, heeft hij
het bewijs geleverd, dat hij niet alleen
mooi wist te sohrijven, maar dat hij zelfs,
als hij dat wenschte, een volmaakt auteur
wist te zijii,
j Men heeft de schrituren van Augustinus
sedert Erasmus naar den inhoud in z£ven
klassen verdeeld. Zij omvatten philo
sophic, dogmatiek, moraal, ascese,
exegese, (uitlegkunde)apologetiek (ver-
dediging van de Christelijke leer) en pole-
miek (strijdschriften)Daar komen dan
bij honderdtallen preeken en homdieen.
I Dit alles is natuurlijk vermengd met on-
I echte en dubieuse stukken, die sommigen
aan Augustinus gunnen of toeschrijven,
anderen daarentegen hem ontzeggen; dan
zijn er bovendien nog 270 brieven, waarin
zich zijn heele verdere denken en willen
1 weerspiegelt. Augustinus hoofdwerk is
het reeds genoemde werk: ,,De civitate
Dei", welk boek, volgens Bohringer boven
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN.
BOBBY Lichte baa/ 25ct.
TABA 20 tf
ZEEPAARD 15
Buitengewoon handig
toekomst van de JxerK ten goeae qcAomen uei weiK ooeK, vuihcus -f
tot op onzen dag, waarbij het anderzijds a\\e andere apologetische geschriiten u,.
u uAorliilr 7on 7t*in als ook ale lipf- VirvrvcTQeberote boven ne
toch wel heel wonderlijk zou zijn, als ook
i de ketterij zich niet op dezen grootste van
alle kerkvaders had beroepen.
Augustinus was een bijzonder vrucht-
i baar "schrijver. Het was hem intusschen
niet ex om te doen om veel te schrijven of
om schrijversroem te oogsten, doch alleen
om zoo veel mogelijk invloed uit te oefe-
nen en zooveel mogelijk goed te doen: de
praktijk had bij hem het overwicht, en hoe
lanqer hij schreef, des te meer werd hi] in yAN SCHIETOEFENINGEN OP DE
zijn geschriften een practicus. Het is dui- WESTER-SCHELDE.
De Minister van Buitenlandsche Zaken
steekt als het hooggebergte boven het
laqere bergland.
'Sedert de vijfde eeuw zijn er uit
Auqustinus' werken allerlei bloemlezmgen
gemaakt. De beste Hollandsche vertaling
van zijn Belijdenissen is die van Mr. rrans
Erens.
Uit het Engelsch
door
P. G. WODEHOUSE.
y\Vervolg.
hoofdstuk XV.
Bezoekers op Mon Repos.
Sam was juist gereed om naar het kan-
loor te gaan, toen zijn bezoekster ver-
•cheen. Hij deed eigenlijk net zelf de voor-
deur open.
..Mijnheer Shotter?"
,,Ja' zeide Sam. Hij was verbaasd me-
vrouw Molloy te zien. Zoo gauw en zoo
vroeg, nadat hij hier was komen wonen.
had hij geen bezoek verwacht. Hij veron-
derstelde dus, dat dit in voorsteden onder
buren zoo gebruik was, in tegenstelling
met de zeden op de groote buitens. Onder
den indruk van den hoed meende hij Dolly
te moeten rangsohikken onder de nota-
belen van Valley-Fields, en er was zoo
iets uitdagends in haar houding, dat hij
er niet aan dacht om haar als philanthrope
die gelden inzamelt, te classificeeren.
,,Komt u bin nen."
„Denk u. Denk u wal. De mekelaer
keeft me uw naem gezagd."
..Cornelius?"
..Gossie, wat een witte baaxd. Zeg,
iemand most dat jog^toch eens leexen,
dat ex Gilettes bestaan.'
Sam stemde toe, dat dit misschien een
algemeen belang kon zijn, maar hij hexzag
zijn classificatie ondex de notabelen.
,,U zult het hiex wel niet heel netjes
vinden", zeide hij verontschuldigend, tex-
wijl hij haax vooxging naar de zitkamer.
..Maar ik ben net gekomen.
De bezoekster antwoordde, dat ze het
integendeel fijn vond.
,,ik ken deze kast uit mijn hoofd' zeide
ze. ,,De ouwe paai heeft me er zooveel
van verteld."
„Ik geloof niet. dat ik den heer Paai
ken!"
„Me pa bedoel ik. Hij heeft hier altijd
gewoond, toen ie nog klein was.
,,Wexkelijk. Ik dacht dat u een Ame-
xikaansche was."
,,Ik ben een Amerikaansche. En laat je
nou niks anders wijs maken.'
,,Dat zal ik niet doen.
..Honderd procent dat ben ik. Zeg
nou niet, dat jij ook een Amerikaan bent'
,,Mijn moeder was een Amerikaansche.
„Dat is fijn. Dat zal Pa leuk vinden.'
..Komt uw vader dan ook hier.
,,Dat zou ik denken. U meent toch niet.
dat ik zoo maar op bezoek ga bij vreemde
manslui," zeide de dame schalks. ,,Maar
luister eens, als u heusch een Amerikaan
is, dan. schieten we op, want alleen Ame-
rikanen hebben maar gevoel. Zeg nou
zelf!"
,,Ik kan u niet heelemaal yolgen. vVaar-
om moet ik gevoel hebben?"
,Dat zal Pa u wel uitleggen. Ik snap
dat ie er nog niet is. Ik dacht niet,
uat ik 'm voor zou zijn." Ze keek eens
om zich heen. „Het lijkt zoo gek om aan
Pa te denken als aan zoo'n drie turf hoog
hiex in de kamex."
.Was uw vader dan een Engelschman
I delijk voor ieder, dat deze omstandigheid j lvlluldtti vaii
niet alleen voox^et geheele karakter van antwoord op de desbetreffende
I zijn geschriften/maar vooral ook voor den tieett in amwuu
vragen van het Eerste Kamerlid Va«
Embden medegedeeld, dat schietoefeni*-
gen, waaxdoor de scheepvaart op de
Wester-Schelde en op de reede van Vli»
singen belet of gehinderd wordt. nooit en
dus ook niet op 2 en eventueel 3 April a a.
gehouden worden. W anneer aldaar
schietoefeningen plaats hebben, houden de
met de leiding van het vuur belaste com-
mandanten rekening met de scheepvaart
(die- der visschersvloot inbegrepen) en
laten zij alleen vuren op oogenblikken en
op deelen van het vaarwater, waaxop
geen vaartuigen aanwezig zijn, een en an,-
dex op grond van een uitdrukkelijke be-
paling ter zake in het voorsohrift op het
houden van schietoefeningen der kust-
artillerie. De scheepvaart, hetzij van en
naar Nederlandsche, hetzij van en naar
Belgische havens, ondervindt dan ook van
de oefeningen niet den minsten last.
TER NEUZEN, 6 April 1928.
INTERNATIONALE BAKKER1J
TENT00NSTELLING TE MIDDELBURG
(Bektem 11)
De plannen voor de in 1929 op initiatief
van den Zeeuvrschen Bakkersbond te houden
tentoonstelling hebben thacs vastere vormen
aangenomen en is allereerst eene commissu.
uit bestuursleden en enkele ardere personen,
die ervaring hebben op het gebied van
tentoonsteliiDgsamengesteld. Zittir ghehbei
geromen de heeren Cbr. J. de
Caliouw Pzn, J. C. de Roster, B. Sukkel,
A. G. van der Hooft, J. P. Pieters en J.
P. Ph. Doorecbos, alien te Middelbnrg;
J. W. van der Linde en C. D. 7an Noppen
te Vlissingen, C. van Halst te W igfekerbe
en J. de Jonge te Ellewoutsdijk.
Deze commissie heeft thans besloten de
tentoonstellicg te doen plaats hebben van
Dinsdag 9 tot en met Donderdng 18 Juli
1929 in de zalen en den tuin van het
Schuttershof te Middelburg, terwijl aan de
tentoonstelling in zooveTre uitbreiding werd
gegeven, dat daar ook voediDgs- en genot-
middelen onder vallen. Als r.aam voor de
tentoonstelling werd gekozen Bektem II,
nemende, vriendelijke, eerlijke baas.
,,Mijn naam is Gunn, mijnheer Shotter
Thomas G. Gunn."
Mijnheer Molloy was van plan geweesi
want hij was een artist en als hij iets
deed, wenschte hij het goed te doen om
voor deze gelegenheid het pseudoniem
Felkin Haggenbakker te adopteeren, want
voor zijn critischen zin scheen dat nu de
juiste naam voor een sentimenteelen mil-
oogenblik meende. dat er een maa^t heeft ennu"d^w^in^rij'ner'jeugd
Lord Fauntleroy met zijn fluweelen pak en kt Maar dit vOorstel was
I kanten kraag van achter de sofa opdook weer °PzoeKt- d beweerde geen
hii een heer met maiestuet.ee houdine, op d.e door te bteafleu.
El hem even binnenlaten," reide hij. Hij liet zijn bezoeket vooiqaan en vtoeg
Woont u hier dan heelemaal alleen? zdeh maar steeds af, waar hi) den man toch
„In Engeland geboren hier geboren
hier in dit huis. Denk eens, pa, die al-
lemaal spelletjes in deze kamer deed.
Sam wilde dat ze maar ophield. Haar
gesprek wekte een wonderlijk gevoel bij
hem op. De kamer scheen ineens bezochf
te worden door een zonderling wezen met
een oud gelaat en een jeugdig kostuum
En dat gevoel werd zoo sterk, dat toen ze
„Daar is pal", hij een
opeens uitniep:
niet
dat
vroeg de jonge dame, en Sam vond, da:
ze het wat heel gretig zeide.
,,0 neen. Ik heb een knecht. Maar die is
ergens aan het werk.
"„Zoo't zeide ze teleurgesteld.
Sam had den nieuwen bezoeker maar
heel even door het raam gezien, niet meer
dan een glimp. Nu hij de deur opendeed,
kreeg hij hem eerst goed in het vizier. En
toen sohrok hij even. Het is altijd gek, als
je een bekend gezicht ziet, wanneer je een straa den.
heel vreemd verwacht. Dezen man had
hij in het kroegje gezien den dag, dat hij
Hash in Fleet Street tegenkwam.
.Mijnheer Shotter."
„Ja."
Het scheen Sam toe, dat de man een
hoop ouder was geworden, sinds hi] hem
den laatsten keer had gezien. Dat kwam,
het laatst gezien kon hebben. Hij vond
het altijd v'ervelend, als hij geaichten niet
meer herkende, vooral als hij vond. dat
zoo'n uiterlijk de moeite waard was. Hij
liet den heer Gunn in de zitkamer, aldoor
tobbend.
„Bent u daar, pa." zeide de jonge dame.
„Zeg, pa, is dat niet leuk Mijnheer
Shotter is een Amerikaan."
De eerlijke oogen van den heer Gunn
raaiden.
Nu dan bent u een man met gevoel.
I mijnheer Shotter. En u begrijpt. U zult
het niet vreemd vinden, dat een man zijn
i heele leven het verlangen koestert om de
plaats, waar hij geboren is weer tezien
.O heelemaal niet, zeide Sam beieetd
en hij zou zijn bezoeker er aan hebben
kunnen herinneren, dat dit gevoel, heel
wat al te grijs had gemaakt. Maar al telde
hij nog zooveel jaren, toch leek hij een in-
meeste bekende Amerikaansche lyrici.
,,Nu, dat gevoel heb ik, mijnheer Shot
ter," zeide de ander vol trots, ,,en ik
schaam me niet het te bekennen. Dit huis
is mij heel lief. Ik ben er geboren."
,,Dat vertelde juffrouw Gunn mij a)." 1
„0, heeft ze dat verteld |a mijnheer
Shotter, ik ben iemand die menschen en
steden kent. Ik heb gewoond in de krot-
ten der armen, ik ben omhoog geworsteld.
als ik het zoo zeggen mag, totdat ik een
welkome gast was in de woningen der
rijken. Maar nooit, arm of rijk, heb ik
deze oude plaats verqeten en mijn kinder-
herinneringen die haar heiligen."
Hij zweeg. Zijn stem had gebeefd en
was tot een gefluiister gedaald, en nu
keerde hij zich ineens af en keerde zich
naar het raam. Zijn schouders schokten
een oogenblik en iets als een gesmoorde
snik klonk door de kamer. Maar toen hij
zich weer omdraaide, was hij zich zell
weer de stoere, flinke ouwe Felkin Hag
genbakker o neen, helaas Thomas G.
Gunn die hoog in aanzien stond en mis
schien zelfs wel gevreesd werd in de Ro
tary Club in Pittsburgh.
Maar laat ik u niet langer lastig val
len. mijnheer Shotter. U doet natuurlijk
ook zaken. Laat ik kort zijn. Mijnheer
Shotter, ik wil dit huis hebben."
„Wat wait u zeide Sam verbijsterd.
Hij had er geen idee van gehad, dat hij
in den maalstroom van een transactie ge-
sleurd zou worden.
,,Ja mijnheer, dk wil dit huis hebben. En
laat mij u allereerst zeggen. dat geld geen
overweging is. Ik heb geld genoeg een
gebaar, dat geld op zijde scheen te schui-
ven. ,,Hoe veel voor dit huis, mijnheer
Shotter Ik heb nu eenmaal grillen, maar
ik kan er voor betalen."
(Wordt vervolgd.)
in—it i i
ENSCHE COURANT
d* hij
Prijs 75 cts.
Weiger namaak of losse tabletten.
per half ons
1 1 _J a mm. rvt" o ri 1 /Y rl 01 fi V f m
i zijn gesuuineii ecu pai.uv.uo. - ""j7i i
nooei ujj iicii t