ALGEMEEN nieuws- en advertentieblap voor zeeuwsch-vlaanderen.
hinderwet.
No 7926.
Woensdag 16 Juni 1926
66e Jaargaag
Bekendmaking.
wSr
Herziening der lijst van
Inkwartiering.
BIHNENLANB.
BUITENLAND.
FETJILLETON.
Vonr binnen Ter Neuzen f 1 40 per 3 maanden - Voor buiten Ter Neuzen fr. per post f 1,80 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post /f>,60 per jaar
ABON^EMENTSPRIIS: Voor 't buitenland f 2.70 per 3 maanden franco per post - Abonnementen voor t buitenlandalleenbijvooruitbetaling.
MDUmL Dit blad verschiint iederen Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond.
Burgemeester en Wethouders der ge
meente HOEK, zullen op Dinsdag 29 Juni
1926, des voormiddags 10 uur (zomertijd),
aanbesteden
Het vernieuwen en herstraten van
een gedeelte straat- en keiweg.
Bestek en voorwaarden zijn ter Gemeente-
Secrefarie kosteloos verkrijgbaar.
Burgemeester en Wethouders van Boek,
A. WOLFERT, Burgemeester.
J. DREGMANS, Secretaris.
TWEEDE KAMER.
De voorzitter van de Tweede Kamer heeft.
in de vergaderir.g van gisterenmiddag
medegedeeld dat in de afdeelingen onder-
zocht zouden worden o.m. het Nederlandscb-
Belgische Yerdrag, het Nederlandsch-
Duitsche handelsverdrag, de wegenbelasting
en de wijzigng van de belastingwetten.
Vrijdag a s wordt in openbare vergadering
behandeld de conclusie in zake de Naarder-
kweekers. De wijzigingswet op de ickom-
stenbelasting is verzonden raar de vaste
commissie voor de belastingen. De ont-
werpen, wijziging Leeningswet, te Bern
Uit het Amerikaansch door
E. J. RATH.
gesloten spoorwegovereenkomst, Neder-
landsch Siameesch verdrag, onteigeningen
voor den aanleg van het Julianakanaal
zijn tonder hoofdelijke stemming aange-
nomen. De vergadering is daarop verdaagd
tot a.s. Vrijdag.
HET NEDERLANDSCB-BELGISCB
VERDRAG.
Het „Hbld. van Antwerpen" resumeert
de memorie van de Rotterdamsche Kamer
van Koophandel tegen de memorie-Van
Karnebeek over het Nederlandsch-Belgisch
verdrag en knoopt er de volgende sugges-
tieve conclusie aan vast
,,De Duitsehe onderzeeers hebben tijdens
den oorlog menig scRp gekelderdmaar
zulk een volledige keldering, als die van de
Rotterdamsche Kamer van Koophandel,
hebben we zelden teaanschouwengekregen."
VERSTERKTE AFLOSSING VAN
GELDLEENINGEN.
De Tweede Kamer heeft een aantal wets-
ontwerpen aangenomen strekkende tezamen
tot een regeling ten behoeve van de ver-
sterkte afiossing van geldleeningen, te
weten41 /2 pCt. Eerste Leening 1916;
4 pCt. Tweede Leening 1916; 41/2 pCt.
Leening 1917; 5 pCt. Leening 1918; 5
pCt. Leening 1919.
HOOFDAKTE-EXAMENS.
In de commissies, welke in 1926 belast
zijn met het afnemen van de examens ter
verkrijging van de akte van bekwaamheid,
bedoeld in art. 77b der wet tot regeling
van het L. O. van 17 Aug. 1878, zijn o.a.
benoemd te 's Gravenhage, tot lid en onder-
voorzitter, A. Zuiderveld, directeur der
Rijkskweekschool te Middelburg tot plaats-
vervangend lid J. H. Pik, d!rrcteur' der
Rijksdagnormaallessen te Zierikzee te Rot
terdam, tot lid A. Smit Jz., ii specteur van
het L. 0. te Ter Neuzentot plaatsver-
vangende leden K. Dekker, leeraar aan de
Rijkskweekschool te ?>Lddeiburg, en R van
der Welle, leeraar aan de Bijzondere Kweefe-
scbool te Middelburg.
HET TRACTAAT MET BELGIe.
Een verdediger vindt het verdrag in
prof. De Louter, die, naar hij in het „Utr.
Dgioid." laat uitkomen, eerst ook in ern-
stigen twijfel had verkeerd, maar door de
M. v. A. is overtuigd, dat de offers, die
I het verdrag van ons vraagt, niet te zwaar
zijn en dat de regeering in deze zaak goed
beraden was, toen zij door dit verdrag
een nieuwen stap zette op internationaal
terrein, waarvan het zich doorgaans met
reden angstvallig onthoudt, maar uitslui-
tend op den weg van vreedzame betrek-
kingen, waardoor het niiemand aanstoot
geeft en nergens wantrouwen wekt, doch
veeleer met een door gemeenschappelijke
belangen en gevaren verwant nabuur
nieuwe en hechte banden van vriendschap
aanknoopt. Het verdrag moge het vader-
land geldelijke offers kosten, natuurlijke
voorrechten schijnbaar lichtvaaxdig prijs-
gegeven. lastige verplichtingen opleggen
en niet elke mogelijkheid van toekomstig
meeningsverschil Cn wrijving uitsluiten
deze nadeelen wegen niet op tegen het
overgroot belang eener onmisbare en on-
afwijsbare welgezindheid van een onmid-
delijken en eerzuchtigen buurman, met
wien het vele kleinere en sommige groote
nog ongeregeide belangen gemeen heeft,
■48) (Vervolg.)
Hij dacht ernstig na. Hij mocht natuur
lijk niet van haar verwachten, dat ze be-
gieep, hoe men zich aan een auto kon
hechten. Het kostte hem groote moeite
het wagentje in den steek te laten. Gelds-
waarde had het nauwelijks, maar hij hield
er van. Toch begreep hij, dat ze gelijk
had'. Hij moest er ten slotte voor zorgen,
dat Sally Morgan of in den trein of weer
thuis kwam. Hij moest het wagentje aan
zijn lot overlaten.
,,Goed dan," gromde hij.
,,Ta, natuurlijk," zei Sally.
..Welken kant zullen we opgaan
,,We moeten den hoofdweg zien te vin-
den. Dat lijkt me het verstandigst. Dan
kunnen we vender zien. Ik zou liever
wachten, tot het licht is, maar dat kan
zeker niet. Ik ben bang, dat we vlak bij
het kamp zijn. Ze zoeken natuurlijk naar
de paarden. Die kunnen ze niet missen."
„Ze hebben mijn auto," herinnerde hij
haar.
,,iMaar misschien kunnen ze niet rijden,
Henry. Het is een groot verschil of je dit
land te paard doortrekt of in een auto.
In het laatste geval moet je een expert
zijn."
Hij bromde als dank voor het compli
ment, want hij vermoedde, dat ze schert-
ste.
welke gemeen overleg veraischen; nog
minder tegen de verheffing en verster-
king van Nederland's internationaal aan-
_ien, waarin het zich sedert den vrede van
Versailles bijna onafgebroken mocht ver-
heugen.
Men mag, betoogt prof. De L., aan on-
ze regeering niet veiwijten, dat zij zich
laat leiden door vrees. Men moet in haar
betoog een weerklan;-., hooren van dien
internationalen geest, ,,die in Amerika
zulke ^eestdriftige woordvoerders vond,
doch in Europa zulk een moeilijken strijd
heeft te voeren". Dien geest kenschetst
de hoogleeraar als gevend:
,,a. een klaar besef van de internatio-
nale verhoudingen; b. een juiste schat-
ting van eigen beteekenis en vermogen; j
c. een oprechte gezindheid om naar de
mate zijner krachten mede te werken tot
den apbouw eener internationale rec'hts-
gemeenschap".
Prof. De Louter zou het een nationale
ramp achten, „indien een heterogene
meerderheid erin mocht slagen, een ge-
wichtig en duur verworven tractaat te
verwerpen, daardoor den onverdroten ar-
beid onzer uitnemendste en invloedrijkste
staatslieden te doen mislukken en Neder-
land aan nieuwe verwikkelingen bloot te j
stellen." i
In zijn bestrijding van dat art'ikel stelt
het ..Utrecht-sch Dagblad" de vraag, of
dit verdrag noodig is.
Heeft Holland behoefte aan deze ,,in- r
gewikkelde regeling Zijn wij ongeneigd,
als Belgie zijn belangen beter wil behar-
tigd zien, regelingen te treffen die beider
belangen evenwichtig bevorderen Nie-
mand' in Nederland heeft daar bezwaar
tegen. Maar waar de tien.tallen Neder-
landers die nog gevoelen voor hun vader-
land, en de duizendtallen Nederlanders
die in hun bestaan bedreigd worden door
dit tractaat wel bezwaar tegen hebben,
is: dat, door dit tractaat ook na de publi-
catie van het additioneel protocol, dat de
hoofdbegiinselen ongewijzigd laat, ge-
speeld wordt met de beginselen en de
hooge idpalen van het internationaal recht
en den internationalen geest, dat dit trac
taat een greep is van buitenlandseh impe-
rialasme naar Nederland s keel, dat het
door den onvrede die het in Holland zal
wekken, wanneer men zijn bepalingen
eenmaal aan den lijve zal gevoelen, voor
eeuwen de goede stemming en de vriend
schap zal vertroebelen tusschen twee na-
burige volken, die op elkander zijn aan-
gewezen, die de gemeenschappelijke taak
hebben op te trekken voor de idee van
gerechtigheid en humaniteit, die tezamen
het geweten moeten vertegenwoordigen
van den kleinen neutralen natienbond
in het hart van Europa, zooals de Skan-
dinavische volkeren een wacht voor den
vrede zijn in het Noorden.
Niets van dit alles bij deze regeling.
Het ,,U. D." roept Prof. De Louter ten
slotte toe:
Kom in ons kamp, en help ons met uw
gezaghebbend woord om de Staten-Gene-
raal te bidden; verwerp dit schandelijk
verdrag, dat erger dan een ramp, dat de
ondergang van Nederland is.
Om der wille van ons vaderland, en om
der wille van een blijvend goede ver-
standhouding tusschen de bevriende vol-
ke van Belgie en Nederland
HET TREKHONDEN-VRAAGSTUK.
De Minister van Binnenlandsche Zaken
en Landbouw heeft een circulaire gericht
aan de Commissarissen der Koningin in J
de onderscheidene provincien, met be-
trekking tot het trekhonden-vraagstuk.
De Minister verzoekt den Commissaris
sen hun gevoelen mede te deelen, omtrent
de vraag of een absoluut verbod om den
hond als trekdier te gebruiken, dan wel
verscherping van de bestaande bescher-
mende bepalingen, vervat in de Trekhon-
denwet en hare uitvoeringsvoorschriften,
de belangen van hen, die den hond als
trekdier plegen te gebruiken, niet zooda-
nig zouden schaden, dat bedoeld verbod
of' bedoelde verscherping tot elken prijs
vermeden moet worden.
,,Neem jij nu het paard, dat je zelf ge-
vangen hebt", vervolgde ze. „Dat is
heelemaal rastig. Kan je er op komen V
Natuurlijk", zei het Wrak veront-
waardigd. ,,Maar wat ga jij doen Je
bent er niet op gekleed."
Sally lachte.
,,Maak je niet bezorgd over mij. Ik zal
wel rijden. Wacht even, tot ik de stijg-
beugels wat ingekort heb."
Het Wrak klauterde tegen zijn paard
op en trachtte een makkelijk plaatsje te
vinden in het zadel, terwijl Sally in een
wip op haar paard zat.
,,Laat mij maar voorgaan", zei ze. „We
zullen stapvoets rijden, zoolang we in het
bosch zijn. Pas op de takken. Vooruit."
Ze reden kalm weg. Sally liet haar
paard begaan en gaf slechts af en toe de
richting aan. Het paard van het Wrak
volgde, vastbesloten niet weer alleen ach-
tergelaten te worden; de berijder moest
dus alleen zorgen het evenwicht te bewa-
ren in het zadel en de takken weg te du-
wen met zijn geweer.
Sally had slechts een vaag denkbeeld
van de richting van den hoofdweg.
Eigenlijk raadde ze er maar naar. Ze had
genoeg van het doelloos ronddolen, voor-
al te voet. Het Wrak lette niet eens op,
waarheen ze gingen; hij volgde gedwee.
Als ze in zijn auto gezeten hadden, zou
het wel anders geweest zijn, maar paard-
rijden braclht hem van zijn stuk. Hij moest
alle aandacht besteden aan het vraagstuk,
hoe hij er op zou blijven zitten.
Sally wilde in ieder geval het kamp
vermijden, wat haar blijkbaar gelukte,
want na een half uur vrijwel rechtdoor
gereden te hebben, hadden ze er nog geen
spoor van ontdekt. Het terrein was heu-
DE TOESTAND.
Braziilie heeft te Geneve officieel kennis
gegeven van zijn voornemen, om uit den
Volkenbond te treden. In dit geval geidt,
schrijft de N. R. Crt„ het derde lid van
het eerste artikel van het handvest: ,,Elk
lid van den Bond kan zich, na een voor-
afgaande opzegging van twee jaar, uit
den Bond terugtrekken, mits het op dat
oogeniblik al zijn internationale verplich
tingen, met inibegrip van die van dit pact,
vervuld heeft. Het houdt dus pas den
14den Juni 1928 op lid van den Bond te
zijn. Het is te betreuren, dat het zoo ge-
loopen is en het zal nog meer te betreu
ren zijn, indien ook Spanje dit voorbeeld
volgt, maar de oorspronkelijke schuld
schuilt in het feit, dat de Westersche mo-
gendheaen, toen zij hun toezegging aan
Duitschland deden, beschikt hebben over
iets, waarover zij niet te beschikken had
den. In Maart verklaarde de Mello
Franco in de Bondsvergadering: ..Brazi-
lie wordt niet gedreven door ijdelheid of
nationalen trots. Neen, en andermaal
neen! Brazilie komt er slechts voor op dat
groote Volkenbondsvraagstukken niet
uitgemaakt zullen worden door een groep
van staten, welke ook en hoe belangrijk
ook, maar door den gcheelen Bond. Het
bewonderenswaardige werk van Locarno
moet zijn plaats vinden binnen het kader
van den Volkenbond, en niet de Volken
bond zijn plaats binnen het kader van
Locarno.
President da Silva Bernardes zeide in
een toespraak daarna, waarin hij Brazi-
lie's standpunt toelichtte: ,.Wij zijn met
twintig Amerikaansche naties in den
Bond, zonder dat er een voorkomt in het
1 permanente kader van den Bond. Het
kan niet ontkend worden, dat het over-
j wicht van Europa in het permanente ge-
deelte van den Raad overweldigend is
want wanneer straks ook Duitschland er
i in opgenomen wordt, zullen er vier Euro-
peesche groote mogendheden (Duitsch
land, Engeland, Frankrijk en Italieop de
vaste zetels zitten en een Aziatische (Ja-
pan.)
Maar hier staat tegenover, dat Brazilie
toen'top de vredesconferentie medewerk-
te aan de opstelling van artikelen van het
handvest, zich erbij heeft nedergelegd,
dat het niet tot de ,,voornaamste geal-
lieerde en geassocieerde mogendheden"
gerekend werd, maar tot de ,,andere
Bondsleden", onder wie het toen een
niet-vaste zetel werd toegewezen. In 1921
werd de kwestie van Brazilie's en Span-
je's aanspraken echter acuut en heeft
reeds Edwards (Chili) voorgesteld aan
die twee landen vaste zetels in den Raad
toe te kennen. Had men de zaak toen
onder de oogen willen zien, dan zou men
velachtig, maar daar bekommerde ze zich
niet om. Als ze maar uit de bosschen
konden komen! Toen het begon te sche-
maren, zag ze met een gevoel van voldoe-
ning, dat "het bosch al veel dunner wend.
Struiiken waren er bijna niet meer. Toen
ze een paar minuten later op een open
plek kwamen, werd het merkbaar lichter.
Het paard van het Wrak ging naast
dat van Sally loopen en wreef zacht met
den neus tegen den schouder van zijn
metgezel.
,,Kalm aan, jij," zei Sally vriendelijk.
,,Pas op
Ze zweeg en hield plotseling den teu-
gel in.
Henry Williams!" riep ze uit.
,,Wat is er nu weer
,,Waar waar rijdt jij op
,,He?" Hij bekeek door de brilleglazen
het hoofd van zijn paard, als verwachtte
hij te ontdekken, dat hij op een olifant zat
of een kameel in plaats van op een ge-
woon paard.
,,Het is het paard van Bob Wells!" zei
Sally verschrikt.
En waarlijk, nu het wat lichter werd,
zag het Wrak het ook. Het was een
groot, zwart dier, dat zelfs hij herkende,
hoewel hij toch weinig verschil in paar
den zag.
..Allemachtig!" mompelde hij.
Sally zat kaarsrecht in het zadel, als
versteend van schnik. Het was Bob's
paard, Bob's zadel, Bob's teugel. Geen
wonder, dat ze het paard zoo snel tot
kaknte had gebraoht in het donker. Het
kende haar.
..We hebben de paarden van den she
riff gestolen," zei ze eindelijk.
..Gevonden," verbeterde het Wrak.
,,0, Henry!"
,,Wat zou het?"
,,Maar hoe kan het?" Ik begrijp er
niets meer van."
Het Wrak begreep ook niet precies
hoe het mogelijk was, maar hij vond de
ontdekking nogal pleizierig. Onwillekeu-
rig ging hij wat zwieriger in het zadel
zitten.
,,Alle paarden zijn voor mij hetzelfde.
zei hij onverschillig. .,Je was toch blij,
toen je ze vond in het bosch. WAt man-
keert er nu ineens aan?
,,Maar Bob zijn paard en Hij
moet vlak bij ons geweest zijn!"
,,En hij heeft ons lekker niet gevon
den," zei het Wrak triomfantelijk. Hi-
waagde het zelfs zich voorover te buigen
om den hals van het zwarte paard te
streelen.
Sally bekeek haar eigen paard. Ze her
kende het niet. Het was niet heel groot,
had een goeden gang, maar leek haar niet
buitengewoon snel.
,,We zijn blijkbaar allemaal vlak bij
elkaar geweest," zei Sally peinzend.
,,Stel je voor! Bob wist natuurlijk niets
van ons af. Dat kon niet. Maar hij zat
die bandieten vlak op de hielen. Daairom
was Nosey gisteravond zoo bang, toen hij
er met Letty op uit trok. Ik begrijp alleen
niet, hoe Bob zijn paard kan verliezen.
Hij heeft het zeker even alleen gelaten om
te voet het terrein te verkennen en is toen
ovexvallen door het onweer. Het paard
waar ik op rijd behoort natuurlijk aan een
van zijn helpers."
Het Wrak keek tevreden neer op het
zwarte paard. In zekeren zin woog het
op tegen het verlies van de auto.
,,Ik wed dat Bob razend is." zei Sally.
misschien gemakkelijker uit de moeilijk-
heden en in elk geval veel vroeger tot een
beslissing gekomen zijn en ware het fiasco
van Maart j.L, toen Duitschland's toerre-
ding aan de orde was, vermeden. Dat
Duitschland thans een permanenten zetel
krijgt, klopt aan den anderen kant eigen
lijk niet met de letter van art. 4, omdat
het niet behoort tot „de voornaamste ge-.
allieerde en geassocieerde mogendheden",
voor wie de vaste zetels bedoeld zijn.
Tegenover de zekerheid, dat de Vol
kenbond voor Europa veel aan beteekenis
zal winnen door Duitschland's aanstaande
toetreding, staat het verlies aan univer-
seel karakter en prestige tengevolge van
het afvallen van Brazilie. Voorloopig zal
men moeten erkennen, dat de Volkenbond
zijn eerste groote crisis slecht doorstaan
heeft.
De officieele staat van het Britsche
ministerie van koophandel over den om-
vang van den handel in de maand Mei
geeft welsprekende getallen aangaande
het verlies, dat het conflict bij de kolen-
mijnen en de kortstondige algemeene sta
king het land gekost heeft. De invoer had
in Mei j.l. een waarde van 81.119.444 p.
st. tegen 104.206.629 p. st. in Mei in 1925,
vermindering ruim 23 millioen p. st.; de
uitvoer een waarde van 45.763.971 p. st.
(tegen 64.204.484) p. st., vermindering
bijna 18.5 millioen p. St.; de heruitvoer
een waarde van 7.532.672 p. st. (tegen
14.498.982 p. St.), vermindering bijna 7
millioen p. st. Daarbij komt, dat in de
eerste vier maanden van het jaar reeds
een vermindering van den handel met
ruim 69 millioen p. st. te constateeren was
geweest. De heele achteruitgang beloopt
dus 118 millioen p. st. en, indien er niet
onverwijld een volledige verandering in
den stand van het conflict komt, zullen
de getallen over Juni het deficit nog be-
den'kelijk doen toenemen.
Uit de bijzonderheden blijkt, dat even-
wel elke tak van industrie getroffen is. De
geheele vermindering aan uitvoer van fa-
brikaten bedroeg in Mei, in vergelijking
met dezelfde maand van het vorige :aar
11.986.292 p. st„ waarvan 5.538.077 p. st.
voor rekening van de katoennijverheid
kwam 1.014.911 p. st. van de wolindus-
trie, 1.109.285 p. st. van de ijzer- en staal-
mjverheid en 1.205.646 p. st. van de ma-
chine-nijverheid. De scheepvaart ver-
toonde natuurlijk een dergelijk beeld van
achteruitgang. De tonnenmaat van met
lading aangekomen schepen bedroeg in
Mei 3.914.868 (tegen 4.527.633). van,
met lading uitgeklaarde schepen 2.338.056
(tegen 5.423.702).
De zevende week van den stilstand bij
de mijnen is thans ingegaan en het lijdt
geen twijfel, of de kritiek op de werkloos-
heid van Baldwin's regeering zal door het
bekend wordAi van bovenstaande troos-
telooze balans nog scherper worden. bran-
daag komt het conflict opnieuw in het
Lagerhuis ter sprake.
BELGIE GA AT BEZUINIGEN,
De Belgische kabinetsraad heeft r a or der-
zoek van den toestand der schatkist de
stelselmatige bespreking vooitgezet van de
inkrimping der opecbare uitgaven. Besloten
werd bij le centrale en provicc'ale besturen
geen enkelen nieuwen ambteraar of beam! te
aan te stellen behouders uitzonderirigen,
waaromtrent in den minister:aad dient te
worden beraadslaagd en waarmee het comite
voor de schatkist zich moet vereem'gen.
..Dat zal wel."
,,Stel je voor, dat zijn paard iets over-
kwam. Hij zou nog liever alle bandieten
laten ontsnappen, dan dat hij zijn paard
verloor."
..Hij kan het terugkrijgen, als ik het
niet meer noodig heb. zei het Wrak
luchthartdg. ,,Ik ben te alien tijde bereid
het in te ruilen tegen een auto."
..En de vernedering," vervolgde Sally,
half tot zichzelf. ,,Stel je voor, een she
riff, die bandieten wil pakken en wiens
paard men dan steelt. Zie je wel in, hoe
erg het is, Henry?"
,,En of."
„En nu is hij daar ergens in het bosch,
zonder paard, en wordt waarschijnlijk be-
spot door de bandieten."
,,Laat ze lachen."
..Maar het is verschrikkelijk!"
..Vindt je?" Hij keek haar onderzoe-
kend aan. ..Wat wil je eigenlijk? Wil je
omkeeren om hem zijn paard terug te
geven en te zeggen: Daar zijn we.^ Zet
ons nu maar achter slot en grendel?
Sally schudde ongeduldig het hoofd.
Natuurlijk niet. Dat kan niet. Ik wou
je alleen aan het verstand brengen, in wat
een ellendige positie hij verkeert. Hij zal
razend zijn'. Stel je zelf eens voor in zijn
plaats.
..Probeer je soms me zenuwachtig te
maken?" vxoeg het Wrak. ,,Dan doe je
verqeefsche moeite. Ik kan er best tegen.
Sally keek hem van terzijde aan en zag.
hoe hij met de vingers door de manen van
het zwarte paard streek. Ze had hem nog
nooit zoo zegevierend gezien. Ten slotte
begon ze te lachen.
(Wordt vervolgd.)
secretarie ter inzage ligt een verzoek met bylagen van
vta RINUS SCHIPPER, broodbakker te Dnewegen
,Mgem Ter Neuzen) cm VERGUNNING tot bet
nlaatsen van een heete luchtoven in zijne bakkery,
fn bet pereeel kadastraal bekend in Sectie t, No. 1048.
Op Maandag den 28 Juni a.s., aes namiddags te 3
uur, zal in het gemeentehuis gelegenheid bestaan
om bezwaren tegen de inwilliging van dit
verzoek in te brengen en deze mondeling en schrif-
teliik toe te lichten.
Zoowel de verzoeker, als zij, die bezwaren hebben,
kunnen gedurende drie dag-en, voor hetboveft-
gemelde tijdstip, ter Secretarie dergemeente ken-
n i s n e m e n van de ter zake ingekomen schrifturen.
De aandacht van belanghebbenden wordt er op
gevestigd, dat volgens de bestaande jurisprudents
riiet tot beroep gerechtigd zijn, zij, die niet overeen-
komstie art 7 der Hinderwet op den boveubepaalden
dag voor het gemeente.bestuur zijn verschenen, ten
einde huhne bezwaren mondeling toe te lichten.
Ter Neuzen, 14 Juni 1926.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. HUIZINGA, Burgemeester.
B. I. ZONNEVIJLLE, Secretaris.
Burgemeester en Wethouders der gemeente TEB
NEUZEN, maken bekend, dat op heden gedurende
veertien dagen, ter gemeente-secretarie voor een leder
ter inzage is gelegd de herziene lijst, bevattende de
namen der inwoners, die voor het verleenen van
inkwartiering en onderhoud van krijgsvolk in aan-
merking komen, met aanduiding van de mate waarin
ieder hunner, naar gelaog van de beschikbare ruinate
zijner svoning, en van de gebouwen en getimmerten
voor stalling bruikbaar, geacht wordt daarin te
kunnen voorzien.
Inlichtingen omtrent bet indienen van bezwaren
tegen de lijst zijn ter gemeente-secretarie te bekomen,
Ter Neuzen, den 14 Juni 1926.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. HUIZINGA, Burgemeester.
B. I. ZONNEVIJLLE, Secretaris.