ALGEMEEN nieuws- en advertentieblap voor zeeuwsch-vlaanderen. hinderwet. No 7926. Woensdag 16 Juni 1926 66e Jaargaag Bekendmaking. wSr Herziening der lijst van Inkwartiering. BIHNENLANB. BUITENLAND. FETJILLETON. Vonr binnen Ter Neuzen f 1 40 per 3 maanden - Voor buiten Ter Neuzen fr. per post f 1,80 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post /f>,60 per jaar ABON^EMENTSPRIIS: Voor 't buitenland f 2.70 per 3 maanden franco per post - Abonnementen voor t buitenlandalleenbijvooruitbetaling. MDUmL Dit blad verschiint iederen Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond. Burgemeester en Wethouders der ge meente HOEK, zullen op Dinsdag 29 Juni 1926, des voormiddags 10 uur (zomertijd), aanbesteden Het vernieuwen en herstraten van een gedeelte straat- en keiweg. Bestek en voorwaarden zijn ter Gemeente- Secrefarie kosteloos verkrijgbaar. Burgemeester en Wethouders van Boek, A. WOLFERT, Burgemeester. J. DREGMANS, Secretaris. TWEEDE KAMER. De voorzitter van de Tweede Kamer heeft. in de vergaderir.g van gisterenmiddag medegedeeld dat in de afdeelingen onder- zocht zouden worden o.m. het Nederlandscb- Belgische Yerdrag, het Nederlandsch- Duitsche handelsverdrag, de wegenbelasting en de wijzigng van de belastingwetten. Vrijdag a s wordt in openbare vergadering behandeld de conclusie in zake de Naarder- kweekers. De wijzigingswet op de ickom- stenbelasting is verzonden raar de vaste commissie voor de belastingen. De ont- werpen, wijziging Leeningswet, te Bern Uit het Amerikaansch door E. J. RATH. gesloten spoorwegovereenkomst, Neder- landsch Siameesch verdrag, onteigeningen voor den aanleg van het Julianakanaal zijn tonder hoofdelijke stemming aange- nomen. De vergadering is daarop verdaagd tot a.s. Vrijdag. HET NEDERLANDSCB-BELGISCB VERDRAG. Het „Hbld. van Antwerpen" resumeert de memorie van de Rotterdamsche Kamer van Koophandel tegen de memorie-Van Karnebeek over het Nederlandsch-Belgisch verdrag en knoopt er de volgende sugges- tieve conclusie aan vast ,,De Duitsehe onderzeeers hebben tijdens den oorlog menig scRp gekelderdmaar zulk een volledige keldering, als die van de Rotterdamsche Kamer van Koophandel, hebben we zelden teaanschouwengekregen." VERSTERKTE AFLOSSING VAN GELDLEENINGEN. De Tweede Kamer heeft een aantal wets- ontwerpen aangenomen strekkende tezamen tot een regeling ten behoeve van de ver- sterkte afiossing van geldleeningen, te weten41 /2 pCt. Eerste Leening 1916; 4 pCt. Tweede Leening 1916; 41/2 pCt. Leening 1917; 5 pCt. Leening 1918; 5 pCt. Leening 1919. HOOFDAKTE-EXAMENS. In de commissies, welke in 1926 belast zijn met het afnemen van de examens ter verkrijging van de akte van bekwaamheid, bedoeld in art. 77b der wet tot regeling van het L. O. van 17 Aug. 1878, zijn o.a. benoemd te 's Gravenhage, tot lid en onder- voorzitter, A. Zuiderveld, directeur der Rijkskweekschool te Middelburg tot plaats- vervangend lid J. H. Pik, d!rrcteur' der Rijksdagnormaallessen te Zierikzee te Rot terdam, tot lid A. Smit Jz., ii specteur van het L. 0. te Ter Neuzentot plaatsver- vangende leden K. Dekker, leeraar aan de Rijkskweekschool te ?>Lddeiburg, en R van der Welle, leeraar aan de Bijzondere Kweefe- scbool te Middelburg. HET TRACTAAT MET BELGIe. Een verdediger vindt het verdrag in prof. De Louter, die, naar hij in het „Utr. Dgioid." laat uitkomen, eerst ook in ern- stigen twijfel had verkeerd, maar door de M. v. A. is overtuigd, dat de offers, die I het verdrag van ons vraagt, niet te zwaar zijn en dat de regeering in deze zaak goed beraden was, toen zij door dit verdrag een nieuwen stap zette op internationaal terrein, waarvan het zich doorgaans met reden angstvallig onthoudt, maar uitslui- tend op den weg van vreedzame betrek- kingen, waardoor het niiemand aanstoot geeft en nergens wantrouwen wekt, doch veeleer met een door gemeenschappelijke belangen en gevaren verwant nabuur nieuwe en hechte banden van vriendschap aanknoopt. Het verdrag moge het vader- land geldelijke offers kosten, natuurlijke voorrechten schijnbaar lichtvaaxdig prijs- gegeven. lastige verplichtingen opleggen en niet elke mogelijkheid van toekomstig meeningsverschil Cn wrijving uitsluiten deze nadeelen wegen niet op tegen het overgroot belang eener onmisbare en on- afwijsbare welgezindheid van een onmid- delijken en eerzuchtigen buurman, met wien het vele kleinere en sommige groote nog ongeregeide belangen gemeen heeft, ■48) (Vervolg.) Hij dacht ernstig na. Hij mocht natuur lijk niet van haar verwachten, dat ze be- gieep, hoe men zich aan een auto kon hechten. Het kostte hem groote moeite het wagentje in den steek te laten. Gelds- waarde had het nauwelijks, maar hij hield er van. Toch begreep hij, dat ze gelijk had'. Hij moest er ten slotte voor zorgen, dat Sally Morgan of in den trein of weer thuis kwam. Hij moest het wagentje aan zijn lot overlaten. ,,Goed dan," gromde hij. ,,Ta, natuurlijk," zei Sally. ..Welken kant zullen we opgaan ,,We moeten den hoofdweg zien te vin- den. Dat lijkt me het verstandigst. Dan kunnen we vender zien. Ik zou liever wachten, tot het licht is, maar dat kan zeker niet. Ik ben bang, dat we vlak bij het kamp zijn. Ze zoeken natuurlijk naar de paarden. Die kunnen ze niet missen." „Ze hebben mijn auto," herinnerde hij haar. ,,iMaar misschien kunnen ze niet rijden, Henry. Het is een groot verschil of je dit land te paard doortrekt of in een auto. In het laatste geval moet je een expert zijn." Hij bromde als dank voor het compli ment, want hij vermoedde, dat ze schert- ste. welke gemeen overleg veraischen; nog minder tegen de verheffing en verster- king van Nederland's internationaal aan- _ien, waarin het zich sedert den vrede van Versailles bijna onafgebroken mocht ver- heugen. Men mag, betoogt prof. De L., aan on- ze regeering niet veiwijten, dat zij zich laat leiden door vrees. Men moet in haar betoog een weerklan;-., hooren van dien internationalen geest, ,,die in Amerika zulke ^eestdriftige woordvoerders vond, doch in Europa zulk een moeilijken strijd heeft te voeren". Dien geest kenschetst de hoogleeraar als gevend: ,,a. een klaar besef van de internatio- nale verhoudingen; b. een juiste schat- ting van eigen beteekenis en vermogen; j c. een oprechte gezindheid om naar de mate zijner krachten mede te werken tot den apbouw eener internationale rec'hts- gemeenschap". Prof. De Louter zou het een nationale ramp achten, „indien een heterogene meerderheid erin mocht slagen, een ge- wichtig en duur verworven tractaat te verwerpen, daardoor den onverdroten ar- beid onzer uitnemendste en invloedrijkste staatslieden te doen mislukken en Neder- land aan nieuwe verwikkelingen bloot te j stellen." i In zijn bestrijding van dat art'ikel stelt het ..Utrecht-sch Dagblad" de vraag, of dit verdrag noodig is. Heeft Holland behoefte aan deze ,,in- r gewikkelde regeling Zijn wij ongeneigd, als Belgie zijn belangen beter wil behar- tigd zien, regelingen te treffen die beider belangen evenwichtig bevorderen Nie- mand' in Nederland heeft daar bezwaar tegen. Maar waar de tien.tallen Neder- landers die nog gevoelen voor hun vader- land, en de duizendtallen Nederlanders die in hun bestaan bedreigd worden door dit tractaat wel bezwaar tegen hebben, is: dat, door dit tractaat ook na de publi- catie van het additioneel protocol, dat de hoofdbegiinselen ongewijzigd laat, ge- speeld wordt met de beginselen en de hooge idpalen van het internationaal recht en den internationalen geest, dat dit trac taat een greep is van buitenlandseh impe- rialasme naar Nederland s keel, dat het door den onvrede die het in Holland zal wekken, wanneer men zijn bepalingen eenmaal aan den lijve zal gevoelen, voor eeuwen de goede stemming en de vriend schap zal vertroebelen tusschen twee na- burige volken, die op elkander zijn aan- gewezen, die de gemeenschappelijke taak hebben op te trekken voor de idee van gerechtigheid en humaniteit, die tezamen het geweten moeten vertegenwoordigen van den kleinen neutralen natienbond in het hart van Europa, zooals de Skan- dinavische volkeren een wacht voor den vrede zijn in het Noorden. Niets van dit alles bij deze regeling. Het ,,U. D." roept Prof. De Louter ten slotte toe: Kom in ons kamp, en help ons met uw gezaghebbend woord om de Staten-Gene- raal te bidden; verwerp dit schandelijk verdrag, dat erger dan een ramp, dat de ondergang van Nederland is. Om der wille van ons vaderland, en om der wille van een blijvend goede ver- standhouding tusschen de bevriende vol- ke van Belgie en Nederland HET TREKHONDEN-VRAAGSTUK. De Minister van Binnenlandsche Zaken en Landbouw heeft een circulaire gericht aan de Commissarissen der Koningin in J de onderscheidene provincien, met be- trekking tot het trekhonden-vraagstuk. De Minister verzoekt den Commissaris sen hun gevoelen mede te deelen, omtrent de vraag of een absoluut verbod om den hond als trekdier te gebruiken, dan wel verscherping van de bestaande bescher- mende bepalingen, vervat in de Trekhon- denwet en hare uitvoeringsvoorschriften, de belangen van hen, die den hond als trekdier plegen te gebruiken, niet zooda- nig zouden schaden, dat bedoeld verbod of' bedoelde verscherping tot elken prijs vermeden moet worden. ,,Neem jij nu het paard, dat je zelf ge- vangen hebt", vervolgde ze. „Dat is heelemaal rastig. Kan je er op komen V Natuurlijk", zei het Wrak veront- waardigd. ,,Maar wat ga jij doen Je bent er niet op gekleed." Sally lachte. ,,Maak je niet bezorgd over mij. Ik zal wel rijden. Wacht even, tot ik de stijg- beugels wat ingekort heb." Het Wrak klauterde tegen zijn paard op en trachtte een makkelijk plaatsje te vinden in het zadel, terwijl Sally in een wip op haar paard zat. ,,Laat mij maar voorgaan", zei ze. „We zullen stapvoets rijden, zoolang we in het bosch zijn. Pas op de takken. Vooruit." Ze reden kalm weg. Sally liet haar paard begaan en gaf slechts af en toe de richting aan. Het paard van het Wrak volgde, vastbesloten niet weer alleen ach- tergelaten te worden; de berijder moest dus alleen zorgen het evenwicht te bewa- ren in het zadel en de takken weg te du- wen met zijn geweer. Sally had slechts een vaag denkbeeld van de richting van den hoofdweg. Eigenlijk raadde ze er maar naar. Ze had genoeg van het doelloos ronddolen, voor- al te voet. Het Wrak lette niet eens op, waarheen ze gingen; hij volgde gedwee. Als ze in zijn auto gezeten hadden, zou het wel anders geweest zijn, maar paard- rijden braclht hem van zijn stuk. Hij moest alle aandacht besteden aan het vraagstuk, hoe hij er op zou blijven zitten. Sally wilde in ieder geval het kamp vermijden, wat haar blijkbaar gelukte, want na een half uur vrijwel rechtdoor gereden te hebben, hadden ze er nog geen spoor van ontdekt. Het terrein was heu- DE TOESTAND. Braziilie heeft te Geneve officieel kennis gegeven van zijn voornemen, om uit den Volkenbond te treden. In dit geval geidt, schrijft de N. R. Crt„ het derde lid van het eerste artikel van het handvest: ,,Elk lid van den Bond kan zich, na een voor- afgaande opzegging van twee jaar, uit den Bond terugtrekken, mits het op dat oogeniblik al zijn internationale verplich tingen, met inibegrip van die van dit pact, vervuld heeft. Het houdt dus pas den 14den Juni 1928 op lid van den Bond te zijn. Het is te betreuren, dat het zoo ge- loopen is en het zal nog meer te betreu ren zijn, indien ook Spanje dit voorbeeld volgt, maar de oorspronkelijke schuld schuilt in het feit, dat de Westersche mo- gendheaen, toen zij hun toezegging aan Duitschland deden, beschikt hebben over iets, waarover zij niet te beschikken had den. In Maart verklaarde de Mello Franco in de Bondsvergadering: ..Brazi- lie wordt niet gedreven door ijdelheid of nationalen trots. Neen, en andermaal neen! Brazilie komt er slechts voor op dat groote Volkenbondsvraagstukken niet uitgemaakt zullen worden door een groep van staten, welke ook en hoe belangrijk ook, maar door den gcheelen Bond. Het bewonderenswaardige werk van Locarno moet zijn plaats vinden binnen het kader van den Volkenbond, en niet de Volken bond zijn plaats binnen het kader van Locarno. President da Silva Bernardes zeide in een toespraak daarna, waarin hij Brazi- lie's standpunt toelichtte: ,.Wij zijn met twintig Amerikaansche naties in den Bond, zonder dat er een voorkomt in het 1 permanente kader van den Bond. Het kan niet ontkend worden, dat het over- j wicht van Europa in het permanente ge- deelte van den Raad overweldigend is want wanneer straks ook Duitschland er i in opgenomen wordt, zullen er vier Euro- peesche groote mogendheden (Duitsch land, Engeland, Frankrijk en Italieop de vaste zetels zitten en een Aziatische (Ja- pan.) Maar hier staat tegenover, dat Brazilie toen'top de vredesconferentie medewerk- te aan de opstelling van artikelen van het handvest, zich erbij heeft nedergelegd, dat het niet tot de ,,voornaamste geal- lieerde en geassocieerde mogendheden" gerekend werd, maar tot de ,,andere Bondsleden", onder wie het toen een niet-vaste zetel werd toegewezen. In 1921 werd de kwestie van Brazilie's en Span- je's aanspraken echter acuut en heeft reeds Edwards (Chili) voorgesteld aan die twee landen vaste zetels in den Raad toe te kennen. Had men de zaak toen onder de oogen willen zien, dan zou men velachtig, maar daar bekommerde ze zich niet om. Als ze maar uit de bosschen konden komen! Toen het begon te sche- maren, zag ze met een gevoel van voldoe- ning, dat "het bosch al veel dunner wend. Struiiken waren er bijna niet meer. Toen ze een paar minuten later op een open plek kwamen, werd het merkbaar lichter. Het paard van het Wrak ging naast dat van Sally loopen en wreef zacht met den neus tegen den schouder van zijn metgezel. ,,Kalm aan, jij," zei Sally vriendelijk. ,,Pas op Ze zweeg en hield plotseling den teu- gel in. Henry Williams!" riep ze uit. ,,Wat is er nu weer ,,Waar waar rijdt jij op ,,He?" Hij bekeek door de brilleglazen het hoofd van zijn paard, als verwachtte hij te ontdekken, dat hij op een olifant zat of een kameel in plaats van op een ge- woon paard. ,,Het is het paard van Bob Wells!" zei Sally verschrikt. En waarlijk, nu het wat lichter werd, zag het Wrak het ook. Het was een groot, zwart dier, dat zelfs hij herkende, hoewel hij toch weinig verschil in paar den zag. ..Allemachtig!" mompelde hij. Sally zat kaarsrecht in het zadel, als versteend van schnik. Het was Bob's paard, Bob's zadel, Bob's teugel. Geen wonder, dat ze het paard zoo snel tot kaknte had gebraoht in het donker. Het kende haar. ..We hebben de paarden van den she riff gestolen," zei ze eindelijk. ..Gevonden," verbeterde het Wrak. ,,0, Henry!" ,,Wat zou het?" ,,Maar hoe kan het?" Ik begrijp er niets meer van." Het Wrak begreep ook niet precies hoe het mogelijk was, maar hij vond de ontdekking nogal pleizierig. Onwillekeu- rig ging hij wat zwieriger in het zadel zitten. ,,Alle paarden zijn voor mij hetzelfde. zei hij onverschillig. .,Je was toch blij, toen je ze vond in het bosch. WAt man- keert er nu ineens aan? ,,Maar Bob zijn paard en Hij moet vlak bij ons geweest zijn!" ,,En hij heeft ons lekker niet gevon den," zei het Wrak triomfantelijk. Hi- waagde het zelfs zich voorover te buigen om den hals van het zwarte paard te streelen. Sally bekeek haar eigen paard. Ze her kende het niet. Het was niet heel groot, had een goeden gang, maar leek haar niet buitengewoon snel. ,,We zijn blijkbaar allemaal vlak bij elkaar geweest," zei Sally peinzend. ,,Stel je voor! Bob wist natuurlijk niets van ons af. Dat kon niet. Maar hij zat die bandieten vlak op de hielen. Daairom was Nosey gisteravond zoo bang, toen hij er met Letty op uit trok. Ik begrijp alleen niet, hoe Bob zijn paard kan verliezen. Hij heeft het zeker even alleen gelaten om te voet het terrein te verkennen en is toen ovexvallen door het onweer. Het paard waar ik op rijd behoort natuurlijk aan een van zijn helpers." Het Wrak keek tevreden neer op het zwarte paard. In zekeren zin woog het op tegen het verlies van de auto. ,,Ik wed dat Bob razend is." zei Sally. misschien gemakkelijker uit de moeilijk- heden en in elk geval veel vroeger tot een beslissing gekomen zijn en ware het fiasco van Maart j.L, toen Duitschland's toerre- ding aan de orde was, vermeden. Dat Duitschland thans een permanenten zetel krijgt, klopt aan den anderen kant eigen lijk niet met de letter van art. 4, omdat het niet behoort tot „de voornaamste ge-. allieerde en geassocieerde mogendheden", voor wie de vaste zetels bedoeld zijn. Tegenover de zekerheid, dat de Vol kenbond voor Europa veel aan beteekenis zal winnen door Duitschland's aanstaande toetreding, staat het verlies aan univer- seel karakter en prestige tengevolge van het afvallen van Brazilie. Voorloopig zal men moeten erkennen, dat de Volkenbond zijn eerste groote crisis slecht doorstaan heeft. De officieele staat van het Britsche ministerie van koophandel over den om- vang van den handel in de maand Mei geeft welsprekende getallen aangaande het verlies, dat het conflict bij de kolen- mijnen en de kortstondige algemeene sta king het land gekost heeft. De invoer had in Mei j.l. een waarde van 81.119.444 p. st. tegen 104.206.629 p. st. in Mei in 1925, vermindering ruim 23 millioen p. st.; de uitvoer een waarde van 45.763.971 p. st. (tegen 64.204.484) p. st., vermindering bijna 18.5 millioen p. St.; de heruitvoer een waarde van 7.532.672 p. st. (tegen 14.498.982 p. St.), vermindering bijna 7 millioen p. st. Daarbij komt, dat in de eerste vier maanden van het jaar reeds een vermindering van den handel met ruim 69 millioen p. st. te constateeren was geweest. De heele achteruitgang beloopt dus 118 millioen p. st. en, indien er niet onverwijld een volledige verandering in den stand van het conflict komt, zullen de getallen over Juni het deficit nog be- den'kelijk doen toenemen. Uit de bijzonderheden blijkt, dat even- wel elke tak van industrie getroffen is. De geheele vermindering aan uitvoer van fa- brikaten bedroeg in Mei, in vergelijking met dezelfde maand van het vorige :aar 11.986.292 p. st„ waarvan 5.538.077 p. st. voor rekening van de katoennijverheid kwam 1.014.911 p. st. van de wolindus- trie, 1.109.285 p. st. van de ijzer- en staal- mjverheid en 1.205.646 p. st. van de ma- chine-nijverheid. De scheepvaart ver- toonde natuurlijk een dergelijk beeld van achteruitgang. De tonnenmaat van met lading aangekomen schepen bedroeg in Mei 3.914.868 (tegen 4.527.633). van, met lading uitgeklaarde schepen 2.338.056 (tegen 5.423.702). De zevende week van den stilstand bij de mijnen is thans ingegaan en het lijdt geen twijfel, of de kritiek op de werkloos- heid van Baldwin's regeering zal door het bekend wordAi van bovenstaande troos- telooze balans nog scherper worden. bran- daag komt het conflict opnieuw in het Lagerhuis ter sprake. BELGIE GA AT BEZUINIGEN, De Belgische kabinetsraad heeft r a or der- zoek van den toestand der schatkist de stelselmatige bespreking vooitgezet van de inkrimping der opecbare uitgaven. Besloten werd bij le centrale en provicc'ale besturen geen enkelen nieuwen ambteraar of beam! te aan te stellen behouders uitzonderirigen, waaromtrent in den minister:aad dient te worden beraadslaagd en waarmee het comite voor de schatkist zich moet vereem'gen. ..Dat zal wel." ,,Stel je voor, dat zijn paard iets over- kwam. Hij zou nog liever alle bandieten laten ontsnappen, dan dat hij zijn paard verloor." ..Hij kan het terugkrijgen, als ik het niet meer noodig heb. zei het Wrak luchthartdg. ,,Ik ben te alien tijde bereid het in te ruilen tegen een auto." ..En de vernedering," vervolgde Sally, half tot zichzelf. ,,Stel je voor, een she riff, die bandieten wil pakken en wiens paard men dan steelt. Zie je wel in, hoe erg het is, Henry?" ,,En of." „En nu is hij daar ergens in het bosch, zonder paard, en wordt waarschijnlijk be- spot door de bandieten." ,,Laat ze lachen." ..Maar het is verschrikkelijk!" ..Vindt je?" Hij keek haar onderzoe- kend aan. ..Wat wil je eigenlijk? Wil je omkeeren om hem zijn paard terug te geven en te zeggen: Daar zijn we.^ Zet ons nu maar achter slot en grendel? Sally schudde ongeduldig het hoofd. Natuurlijk niet. Dat kan niet. Ik wou je alleen aan het verstand brengen, in wat een ellendige positie hij verkeert. Hij zal razend zijn'. Stel je zelf eens voor in zijn plaats. ..Probeer je soms me zenuwachtig te maken?" vxoeg het Wrak. ,,Dan doe je verqeefsche moeite. Ik kan er best tegen. Sally keek hem van terzijde aan en zag. hoe hij met de vingers door de manen van het zwarte paard streek. Ze had hem nog nooit zoo zegevierend gezien. Ten slotte begon ze te lachen. (Wordt vervolgd.) secretarie ter inzage ligt een verzoek met bylagen van vta RINUS SCHIPPER, broodbakker te Dnewegen ,Mgem Ter Neuzen) cm VERGUNNING tot bet nlaatsen van een heete luchtoven in zijne bakkery, fn bet pereeel kadastraal bekend in Sectie t, No. 1048. Op Maandag den 28 Juni a.s., aes namiddags te 3 uur, zal in het gemeentehuis gelegenheid bestaan om bezwaren tegen de inwilliging van dit verzoek in te brengen en deze mondeling en schrif- teliik toe te lichten. Zoowel de verzoeker, als zij, die bezwaren hebben, kunnen gedurende drie dag-en, voor hetboveft- gemelde tijdstip, ter Secretarie dergemeente ken- n i s n e m e n van de ter zake ingekomen schrifturen. De aandacht van belanghebbenden wordt er op gevestigd, dat volgens de bestaande jurisprudents riiet tot beroep gerechtigd zijn, zij, die niet overeen- komstie art 7 der Hinderwet op den boveubepaalden dag voor het gemeente.bestuur zijn verschenen, ten einde huhne bezwaren mondeling toe te lichten. Ter Neuzen, 14 Juni 1926. Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. HUIZINGA, Burgemeester. B. I. ZONNEVIJLLE, Secretaris. Burgemeester en Wethouders der gemeente TEB NEUZEN, maken bekend, dat op heden gedurende veertien dagen, ter gemeente-secretarie voor een leder ter inzage is gelegd de herziene lijst, bevattende de namen der inwoners, die voor het verleenen van inkwartiering en onderhoud van krijgsvolk in aan- merking komen, met aanduiding van de mate waarin ieder hunner, naar gelaog van de beschikbare ruinate zijner svoning, en van de gebouwen en getimmerten voor stalling bruikbaar, geacht wordt daarin te kunnen voorzien. Inlichtingen omtrent bet indienen van bezwaren tegen de lijst zijn ter gemeente-secretarie te bekomen, Ter Neuzen, den 14 Juni 1926. Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. HUIZINGA, Burgemeester. B. I. ZONNEVIJLLE, Secretaris.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1926 | | pagina 1