NIEUWS- EN ADVERTENT1EBLAD VOOB ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
Het huis van den zondeiling.
No. 7874.
Woensdag 10 Februari 1936
66e Jaargang.
:hj Mi&S'X's :sXj-A.x: -
glHKENL&NO.
t 8P11.LKXOB.
V^r Ned^Indig enAme/ikM 2 maanden Voorst ^vedg^bSitenlan^'/ 3% pe/^ maandfn^-^Abonnementen voor't buitenland alleen bij vooruitbetaling.
0 Oil verschiint Jederen VVoen^aH- en Vrilda^votid.
DE ZILVEREN BRUILOFT VAN DE
KONINGIN EN DE PRINS.
Uit Apeldoorn meldt men aan de N.R.Crt.
Zaterdag waren hier al yele vlaggen
aitgestoken, en Zondag woei er van tal
van paticuliere woningen en alle openbare
webouwen de vlag. De gemeentelijke auto-
bussen waren toen met vlagjes getooid, en
een groot deel van het pubiiek droeg Oranje
op de borst.
De felicitat ieregisters I en paleize werden
ongemeen drnk geteekend.
Zondagmorgen prciies half regen, toen
de drie muziekcorpsen Soli Deo b.oria
(dirigent J. Scholten) het Harmome-orkest
diligent J. A. Kwast) rn Jeanne d Arc
(dirigent R. Gomes) z ch voor het hek van
het paleis Het Loo hadd-n opgesteld, en
een zeer talrijke menschenmassa zich achter
die muziekvereenig ngen had grschaard,
daalden de Koningin, de Prins en de Prinses
met de Duitsche familieleden van het ju
bileerende echtpaar en het gevolg, van de
bordestrappen af en tegavin *5 zich over
het conr naar het paleishek, in de nabg-
heid van de muziek.
De muziekcorpsen deden daarop achter-
eenvolgens hooren Gezang 2 1 (Soli Deo
Gloria), twee coupletten van het Wilhelmus
(Harmonie-orkest), twee coupletten van het
Wien Neerlandsch Bloed (Jeanne d Arc)
en tot slot P-aim 134 2 (Soli Deo Gloria).
Het pabliek zong de gespeelde liederen
helder mee en liet r a afloop een daverend
hoera hooren.
Aan de Koninklijke Familie werden voor-
gesteld het hoofdbestuur van de Oranje-
vereeniging, dat bij monde van deD heer
J. H Stegkgers H Jzn. het Komnklgk
echtpaar en de Prinses geluk wensehte,
en de drie dirigenten der muziekcorpsen
aan wie de Koningin haar bijzondere inge-
■omenheid met de aangeboden hulde be
ta1 gde.
Na een tweede driewerf hoera van het
pnbliek, keerden de vorstelijke personen
aaar het paleis terug.
Het pubiiek toog naar de Ned. Herv.
kerk, waarin de meeste plaat'en om half-
tien reeds waren bezet.
Een paar minuten voor tienen hield voor
den Konink'ijken ingang van het kerk-
gebouw de gesloten auto van de KoniDgm-
Moeder stil, welke gevo'gd werd door opm
rijtuigen met tweespannen, waarin gezeten
waren de Koningin, de Prins en de Prinses
en het gevolg. Ook de vriendinnen van
de Prinses, die bij het kerkgebouwbadden
gewacht, traden door den Koninklijken in
gang de kerk binnen.
De godsdienstoefening werd geleid door
Apeldoorn's oudsten predikant, ds C Hat-
tink. De kerk was, met meer dan 3000
bezoekers, stampvol.
Toen de Koninklijke familie met gevolg
het kerkgebouw binnent.vad en zich naar
de Koninklijke loge keeaf, storden alle
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN.
.ibleKen
tegen heeschheid
aanwezigen van hun zitplaats op, en speelde
het orgelWilt heden ru tredrn voor
God den Heere.
Na gemeenfchappelijk gezang van Psalm
103 1, las de voorganger na hetuit-
spreken van het votum - de eerste dert: en
verzen vtn Psalm 103 en de twaalf artikelen
des gel oofs. In zijn gebed dankte ds.
Hattink den Allerhoogste, dat Hi) dezen
dag heeft doen eanbreken en het orstelgk
echtiaar in het leven heeft willen behouden
en <*ezegend heeft als echtgenooten. Ook
voor de oudervreugde, het Vorstelijk paar
wefchonktn, dankte de vocrganger Hem,
van wien alle zegen komt. Ook vondt
ds. Hattink stof tot dan ken m het teit,
dat de Koningin-Moeder gespaard bleef.
Als tekst voor de predicate was gekozen
het laatste gedeehe an Psalm 42, luidende
Hij is de menigvuldige verlossing mgns
aangezichts en mijn God. Tot overdenking
van dit schriLwoord zong de gemeente
van gezang 44 vers I en 2.
In zijn prediking wees de voorganger
op de tweeerlei beteekenis van den 42sten
psalm: een lied des verlangeus en een
lied des gel oofs; vooral wees hp op de
blijdschap des geloofs, die de weield met
kent en die ons kan doen julelen:
Mijn scbild ende beirouwen,
Zijt Gij, o God, mijn Beer,
Op U zoo zal ik bouwen, op dezen
[dag en al de dagen mijns levens.
Gem-enschappelijk werd nu gezongen
psalm 118 7, waarna de predikant voor
ging in gebed en den Allerhoogste een
zegen afsmeekte voor ons geeerbiedigd Vor
stenhuis.
De slotzang, Gezang 96, werd stamde
gezongen. Plechtig klonk het geloofslied
Hallelujah, eeuwig lof en eere.
Na het uitspreken van den zegen was
de dienst ten einde, en verliet de Konink
lijke familie met gevolg het kerkgebouw.
Bui ten gekomm, werd de Koninklijke
familie luide toegejuicht door een dichte
volksmenigte. Ook aan weerszjjden van
de Loo- en de Paleislaan, waarlangs de
stoet zich naar het paleis begat, stonden
dichte rijen van menscher, die de Konink
lijke familie bij herbaling toejuichten.
In de R.K. kerk werd na afloop yan de
plechtige viersten mige Hoogmis van Kuipyr,
gecelebrerf erd door kapf laan Th. Horsthuis,
gezongen het Te Dpum Laudamus.^ ge
vo'gd" door Dcmine Salvum fac Reginam
Nostrum.
Ook in de overige Apeldoornsche kerken
werd bet zilveren huwelijksfeest herdacht.
Zondagmiddeg halfdrie maakte de Ko
ninklijke familie een rijtoer door Ape'doorn.
De stoet bestond uit drie rijtuigen, elk
met twee schimmels bespannen. In het
eerste rijtuig, gemend door den Prins,
zaten ook de Koningin, de Koningin Moeder
en de Prinses. In de twee andere badden
de Duitsche familieleden en het gevolg
plants genomen. Op verscheidene plaatsen
werd het Koninklijke paar luide toegejuicht.
DE KABINETSCR1SIS.
Naap van wi lingelichte zijde vernomen
wordt. is mr. Lim "*urg optimistisch ten
aanzien van het samenstellen van een
ministerie en bestaat er goede gvond, om
aan te nemen, dat de Kabinetsformateur
binnen zeer korten tijd met zijn taak
gereed komt.
HET NIEHWE MINISTERIE.
De ffArn. Crt." vemeemt uit particuliere
bron, dat de samenstelling van hetnieuwe
kabinet aldus zal zijn Limbuig, Justitie;
De Geer, FinancienDroogltver Fortuyn,
Binnenlandsche Zaken Ir. van Elze-lingen,
Waterstaat; Mr. lr. H. van Schaick,
Arbeid; Woltman, (secretaris generaal)
OorlogWelter, Kolon.en.
De nieuwe ministers van Buitenland-
sche Zaken en onderwgs zijn nog niet
bekend,
ARTIE EL 40
VOOR HET HAAGSCHE HOF.
De procureur-generaal tij bet Gerechts-
hof te 's Gravenhage (burgerigke kamer)
heeft Maandag conclusie genomen in d-yp-o-
cedure van den ambtenaar VanderWielen
tegen den Staat, inzake de bekende kwestie
van artikel 40.
Pe procureur generaal oordeelde het K B.
van 19 Juni 1922 or.verbindbaar, zoodat
de ambtmaren daaraan geen rechten kun-
ren ontleenen. Bg concludeerde derhalve
tot bevestiging van het vonnis der recht-
bank, waaibij de vorderirg van den heer
A. van der Wielen tot uitbetaling van het
vo'le salaris is ontzegd.
PERSOONLIJK ONDERSCHE1DINGS-
TEEKEN.
Naar gemeld wordt zijn Maandagrrorgen
verschillende personen door H. M. de
Koningin begiftigd met een draagmedaille,
als herinnering aan de herdenking van het
25-jarig huwelgksfeest van H. M. de
Koningin en Z. K. H. Prins Hendrik.
Deze medaille, die van zilver gemaakt
is, vertoont aan de-oorzijde de beeltenissen
van H. M. en Z. K. H. en aan de achter-
zgde een gekroond morogrsm van W. en
EL, omnngd door lauwertakken.
Het lint, waaraan de medaille bevestigd
is, heeft in het midden een breede oranje-
baan en aan weerszijden daarvan een smalle
lichtblauwe-, gele- en roode baan.
De medaille is geen cfficieel doch
een persoonlijk onderscheidingsteeken.
JHR. MR. G. L. M. H. RUIJS^DE
BEERENPROUCK. f
Zaterdag is te Born (L.) overled'n op
84-jarigen leeftgd jhr. G. L. M. H. Rugs
de Beerenbrouck, in 1888 verkozen tot
lid der Tweede Kamer voor Maastricht.
Minister van Justitie in het kabinet-Ma-
ckay van 1888, daarna weer Kamerliddit-
maal voor Roermond, tot hij in 1893
benoemd werd tot Commissaris der Konin
gin in Limburg, wat hij 25 jaar bleef. tot
1918. In Limbuig was de „Oude Ruijs"
een zeer leminde figuur.
EEN CONFLICT TUSSCEEN DEN
MINISTER VAN WATERSTAAT EN
DEN LIRECTEUR GENERAAL
DER P.T.T.
Naar aanleiding van een verspreid, des-
betreffend gerucht, wordt van de meest
bevoegde ?ijde medegedeeld, dat de heer
ir. M. H Damme, directeur- gi neiaal van
de Posterijen en Telegrafie, gfdurende de
maand Februari met verlof is en op 1
Maart a.s. zijn functie zal hervatien.
Met het oog op een goeden gang van
zaken, om. wat aangaat het doen van
publicaties en het verleenen van audientie,
is in het belarg van den dienst per dienst-
order daarvan mededeelii g gedaan, waarbij
tevens is kenbsar gemaakt, dat de functie
van den heer Damme tijdens dens verlof
wordt waargenomen door de heeren mr.
J. F. van Royen, algemeen secretaris der
Posterijen en Telegrafie, G. J. Hofker,
inspecteur der Posterijen eD Te'egrafie in
algemeenen dienst, en A. P. F. Puynstee,
inspecteur der Posterijen en Telegrafie.
bij nadere informatie is gebleken, dat
de min'ster van Waterstaat, ir. Bongcerts,
aan den heer Damme dit verlof ongevraagd
verleend heeft.
Hoewel de direct* ur-generaal der Poste
rijen en Telegrafie bg Kon. Pesluit in
zijn functie geplaatst we; d, waarbij een einde
gemaakt werd aan het triumviraat, dat
tot aan de benoeming van den heer Damme
den dienst bij het Hoofdbestuur leidde, blijkt
thans, dat dit Koninklijk Besluit doo- de
feitelijke srhorsing van den heer Damme,
en de weder installing van het dr e ho* fdig
bestuur bij de P. T. T. buiten weiking
gesteld is.
In hceverre het demissionnaire kabinet
deze handeling van den minister van Water
staat ondersteund is nog r iet gebleken.
Het sehjjnt, dat de aanleiding tot dit
zeer opmerkelijk verlof ligt in de voort-
durende meeningsvsrschillen welke ontstaan
zijn tusschen dezen min'ster en de heer
Damme.
Men weet, dat de heer Tamme op voor-
dracbt van den vorigen minister van
Waterstaat, den beer van Swaay, benoemd
is, waarbij bepauld werd, dat de heer
Damme als direeteur gereraal zijn verant-
woordelijkheid niet behoefde te deelen met
het tot dusver bestaande driemanschap,
dat bij het Hoofdbestuur de leiding gaf.
Dit wps een voorwaarde van den heer
Damme, waarop bij zijn benoeming meende
te moeten aanvaarden.
Minis(er Bongaerts he< 4t gemeend een
andr-r standpunt te moeten irnemen en
stelde de Koningin voor, wederom een drie
hoofdige leidirg bij het hoofdbestuur in te
voeren. Als wjj goed ingelicht zpn heeft
de Koningin gemeend dit vcorstel van den
demissionr airen minister niet te moeten
bekrachtigen en een wijziging van het op
de benoen ing van den heer Damme
aanvaardde princlpe van een een-hoofdige
en alleen-verantwoorde ijke leiding onder
Van ERICH EKENSTEIN.
35) (Vervolg.)
Bg het publiik had zijn verschijneu een
zekere beweging te v0orschijn geroepen.
Doordat hij met weinig menschen omging
en i iet uitging, k^nde bijna niemand hem
persoonlijk. Nu was men verbaasd zoo'n
knap en elegant man te zien. En dat zou
een misdariiger zijn.
Onmogelijk, hij z:et er zoo rus'ig
en voornaam uit. Wat is hij knap. A eh,
bet was een moord uit hartstocht. Of
misschien uit noodweer. Men weet im
mers niet, wat er dien avond gebeurd is.
Zoo dwarrelden al deze zacht gefluisterde
opmerkingen door elkaar, tot het weer
stil werd, de getuigen kwamen binnen.
Ze verschenen in twee groepen. De
eerste, waartoe de meeste behoorden, waren
door Torwesters tegenpartij opgeroepen.
Daarbij waren verscheiden menschen, die
slechts wat onbeteekene nds te zeggen had-
den: hotelbedienden, Titus, de oude Lag'er,
chauffeurs, politiemannen. Verder echter
ook mevrouw Torwesten, die men onder
den naam „1a belle Adisane" beter kende.
Zjj wekte de grootste belangstelling.
Mtvrouw Torwesten was heel elegant, maar
met gezochten eenvoud gekleed. Men be-
merkte, dat ze erg bewogen was. Ze ig-
noreerde vader en broer, wierp echter een
innigen blik raar Torwesten, die er absO-
luut geen notitie van nam.
Daarna kwam de kleine grcep van ge
tuigen door de ver^edigii g opgeroepen.
Deze bestond alleen uit Heidy Siecert,
Silas Bempel en een zwak zieke ijk uit-
ziend persoon, die Valentin Mayer heette.
Op hen volgde trotsch en statig mgnheer
Salo Goldstein.
Torwesten zat stil neer met gebogen
hoofd terwijl twee roode vlekken op zijn
wangen branden. loen Heidy Sie ert s
naam voorgelezen werd, tiilde hg, maar
zag niet op.
Terwgl de getuigen de zaal daarna weer
verlieten, stond de officier op om de aan-
klacht voor te lezen.
Deze was naar verhouding ko t, msar
heel nauwkeurig opgesteld. Torwesten
werd daarin voorgesteld als e»n vlug ont-
vlambaar, maar even spoedig verkoeld
mensch, die tot jalouzie en plotselinge
bes'uiten geneigd was. Hoe het met zijn
waarbeidsliefde gesteld was, bewees zijn
verhouding tot de getuige Siebert, die hg
onder een valschen naam genaderd was en
zijn huwelijk verzweeg. To^n kwam „la
belle Adisane" in Weenen. Dat was het
echter niet, wat den beklaagde opgewonden
maakte en tot het p'otselinge besluit bracht
om naar Weenen te gaan mapr wel de
plotseling oplaaiende ijverzucht, de zeker-
heid die hg veikrggen wilde, of de man,
dien hg haatte, ook meegekomen was.
Jalouzie en wraakzucht, dat waren de
motieven voor zijn daad op den avoBd
van 29 Mei.
Waar en hoe hg Chambers getroffen
had, kon niet vastgesteld worden, omdat
Torwesten daarover niets wilde uitlaten.
Dat het hem op de een of at dere mamer
gelukt was zgn slachtoffer in zijn villa te
lokken, was ongetwijfeld waar. Zijn eigen
zwager en lateii medcs holdige had hem
bij Chambers lijk getroffen, methetwapen
in de hand. Daarop volgde bet verbergen
van het lijk, den moord op de chauffeurs
Wastler en Maresch.
Tenslotte kwam een nauwkfurigesamen-
vatting van alle voor Torwesten bezwa-
rer de omstancigheden. De aa: klacht
noemde hem hoofdschuldige.
De Lyttons werd> n in betrekking tot de
laatste beide misdaden als me*-'eschnldigen
aangeklaagd. alsmede van hulp bg Tor-
wtstens vlucht.
De onde Lytton bovendien dat bij den
agent Kobler gedood had. Alle drie luis-
terden naar de 'oorlezing alsof de zaak
hun niets aanging.
Nadat de officier weer was gaan zit'en,
wei dde de voorzitter zich tot de beklaag-
den met de vraag of ze hun sehuld be-
kenden. Torwesten, wien hij 't het eerst
vroeg, ontkende. De Lyttons gaven alleen
toe, dat ze van den moord op Chambers
geweten hadden. Torwesten had hun ver-
zocht, hem te verbergen en dat hadden ze
hem a's familielid niet kunnen weigeren.
- Hij is de man van mijn d'cbter,
Edel Achtbare, zei de oude Lytton. Moest
ik heengaan en hem uitleveren Op Kob'er
had hg Diet geschoten. De zoon zei het
zelfde. Van den dood der chauffeurs wisten
ze niets. Ze hadden den wagen gebruikt
in waren daarna weggegaan. Den auto
van Torwes'en had hij destijds naar de
Reichsbnicke gestuurd, waar Wastler op
zijn meester zou wachten. Na dien tijd
hadden ze hem met weergezier.^i jfL
een demissionnair kal inet niet te moeten
goedk- uren.
Het scbijnt ook, dat reeds geruimen ijd
de gaDg van zaken aan het hcofdbestuur
be'invloed werd door verschiilen -an mee-
ning tusschen de hoofdambter aren aan
dezen trk van Staatsdierst i n den minister
eenerzijds met den directeur-generaal ander-
zijds.
In hoeverre het juist is, dat de minister
tmten den heer Tamme om contact had
met de hoofdambtenarf n bij den P. T. T.-
dienst kon ons n et btvestigd worden.
Uit een kort onderhoud, dat wij met
den heer Damme hadden, bleek ons, dat
de heer Damme htt standpunt nneemt,
dat, zooals de toestand thar s is, zijnerzijds
geen mcdedeeliDgen verst ekt kunren
wordeD.
De toestand is z6o, zeide de heer Drmme
ons, dat de bestaande kwesties opgelost
moeten worden, voor ik mijD functies
no*maal hervatten kan.
Nog deelde de heer ramme ons mede,
dat hij hoopte, dat een uitgebreid onder-
zrek over het ontstaan der kwestie zou
plaats vinden. (H. Crt.)
EEN GELUKWENSCH VAN DEN PADS.
Naer uit Rome aan (/De Maasbode"
wordt gemeld, heeft de Paus aan H. M.
de Koningin, bij de gelegerheid van haar
zilveren huwelpksfeest, een scbrijven van
gelukwensch doen tcekomen.
POSTCtt-CiDlETFRlEVEN.
In verband met het ii k( men vaD eenige
bezwaarsohriften, dat, hg d<n gecentrali-
seerden dienst het voor de rekenir ghouders
niet mogelijk is aanstonds dror m ddel
van cheques gelden aan de eigen post-
rekeniDg te onttr« kkeD, vestigt de direeteur
van den postcheque- en girodienst de ean-
dacht op het beschikbaar zijn van post-
credietbrieven.
Deze brieven dieneD om de rekening-
houders in de gelegen'neid te stelhn een
gedeelte van bun saldo-tego* d in eontanten
op een postkantoer op te mmen, zonder
dat vooraf adres aan het girokantoor te
's Gravenhage moet worden gfge^en. Wie
in het bezit is van een postrrediettrief,
kan op verloon van dien brief op elk post-
kantoor in het geheele lar d ook bij de
«ijk-, bij- en hulppostkaDtoreD, dadelijk
geld opnemen tot elk door hem gewenscht
bedrag, tot een maximum van het nog op
den 1 rief beschikbare saldo.
De gelegenbeid tot het opnemen van
geld bestaat tijders den geheelen duur van
de op*nstelling der kantoren voir den
poHdienst op werkdagen, mits niet voor
8.30 uur.
Wie dus periodieke betalingen te doen
heeft waarvoor hg op korten termijn geld
nocdig heeft; in de omstandigh* id vei keert
dat hij op ongezette tijden zonder i itstel
geld moet opnemei veelvuldig op reis is
en zonder vrel geld bij zich te steken
toch in staat wil zijn om over het noodige
te kunnen fcescb kken, enz kan door het
remen van een postcredietbrief daarin
voorzien. De bu ven zijn, zooals ovrrigens
De taxi 417 badden ze tot Linz gebruikt
en daart a weggestuuid. De chauftbur
was in een her berg gegaan. Meer wist
hij niet. Misschien was hij later dro: ken,
zelf in de Ponau gereden.
Wie heeft h-t gHd in Linz gehaald
vroeg de voorz tter.
Mijn zwager Torwesten. Hij wil e
eerst daarmee naar het buitenland vluchten,
maar later meende hij dat bet beter was,
als wjj him in den tuin verborgen. Toen
girgen wij van elkaav. VTader ging met
Charles met den trein, ik met Tirwes'en
met de boot.
Dat is een leugen, riep Torwesten,
die nauwlettend al deze verhalen gevolgd
had. Ik wilde niet vluchten en herinner
me heel goed, dat men mij van Baden
direct naar Weenen in een keldtr bracht.
Waarom scbreef u daD dien bri; f
aan dr. Herrlinger en verlargde, dat hij u
20000 kronen naar Linz moest sturen V
Wat ik schreef, e't ik niet meer.
De oude Lytton dicteerde mij den brief,
kort nadat mijn vrouw mij bij hem had
gebracht. We hadden van te voren over
een afkoopsrm gesproken, die ik haar be-
talen zou als ze me b[j de scheidings
aanvrage geen hindernis in den wrg legde.
Voor zoover ik me herinneren kan, zouden
die 20000 kronen de eerste aflossing zijn.
U schreef toch, dat u van plan was
naar ern tentoonstelling in Philadelphia
te gaan.
Daar weet ik niets van. We hadden
tijdens de onderhandelingen bij den ouden
Lytton gedror ken en ik herinner me alleen
nog, dat ik heel slaperig werd. De oogen
vielen me bijna toe. Ik kon de pen bijna
n et meer vasthouden on schreef mechanisch
op, wat men zei. In dien toestand v leef
ik rog lang daarna.
De gezworenen gPmlacbten. In de zaal
heeischte een onderdrukte vroolgkheid.
Alleen de voorziiter bleef errstig.
U spreekt daar van scheiding. Uw
vrouw en ook de Lyttons beweren integen-
deel, dot u zich weer met ben verzoend
had en samen leven wilde. Hoe verk'aart
u dat
Ik kan dat niet verklaren. Ik weet
alleen, dat ik noo t gedacht heh aan eene
verroening. Dat vo'gt toch wel daarnit,
dat ik me met juffrouw Siebert verloofd
had
Onder een vahchen raam, ja zeker.
Voor den era? t van uw becfoelingen sj reekt
dat n'et.
Het was en is me heilige ernst
daarmee.
Waarom noemde u zich dan Brar.d
En gaf u voor een reizlger uit
Om persoonlijke r'denen, die u niet
irteresseeren zullen.
Toch zou ik ze graag willen hooren.
Goed. Ik was een keer al bedrogen,
omdat ik een rijk man was. Dezen keer
wilde ik om me zelf bemind worden. Is
dat zoo moeilijk te begrppen
Een goedkeurend "gemompel liet zicb nu
hooren. Voor den eersten keer merhle
m/n zoo iets als een stemming ten gunste
van den beklaagde.
(Wordt vervolgd
gmf.