ALGEMEEN NIEUWS- EH ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
Woensdag 20 Juni 1923
E. E. Kantoorhouders
Aanbesteding.
No.
7467.
63e Jan retell,
1 4s£Si Ilk 1 Tr
HOT? Z H EL
6IWNENLAND.
FEUILLETON.
k W H§ i§ EM
if Mil W Si 11
worden verzocht het abonnements-
geld over het 2de kwartaal 1923
van de Ter Neuzensche Courant,
in te zenden voor 1 Juii a. s
DE U1TGEEFSTER.
Burgemeester en Wethouders van ZAAM-
SLAG, zullen op Dlnsdag 26 Juni
1923, des voormiddags ten 9]/a ure *en
raadhuize dier gemeente, trachten aan te
besteden
Het uitdiepen der haven aan
den Kleinen-Huissenspolder.
Gezegeide inschrijvingsbiljetten kunnen tot
op het uur der aanbesteding franco ter
secretaiie worden bezorgd
Nadere inlichtingen zijn te bekomen bij
den Havenmeester 1. WlSSE.
Zaamslag, den 15den Juni 1923.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
JOH. DE FEIJTER, Burgemeester
J. STOLK Lzn., Secretaris.
HET JUBILEUM VAN Dp
KONINGIN.
De heer C. van der Voort van Zijp, lid
der Tweede Kamer, zal bij de overdracht
van het nationale huldeblijk aan de Kcnin-
gin, in de Nieuwie Kerk te Delft, de feest-
rede uitspreken.
Men rekent medio September met de
inwefidige restauratie van het koor der
Nieuwe Kerk gereed te zijn.
JUBILEUM-GEDENKBOEK.
H. M. de Koningin heeft aan den voor-
zitter der redactjecommissie van het Ge-
denkboek 1898—1923, W. J. de Bus, te
kennen gegeven, dat het hare wenscli is,
dat bovengenoemd gedenkboek aan Haar
wordt opgedragen en Haar op den dag
van Haar jubileum, den bden Sept. 1923,
ten paleize wordt aangeboden.
TWEEDE KAMER.
Vergadering van Dinsdag.
Heden zou in den voormiddag het Maan-
dag door de regeering ingediende wets-
ontwerp tot steunverieening aan de Han-
zecredietbank in de afdeelingen worden
onderzocht.
De Vrijdag door mr. Marchant bij ge-
legenheid van zijn interpellatie over de
bij Koninklijk besluit van 25 Mei jl. ge-
troffen salarisregeling voor leeraren bij het
middelbaar en voorbereidend hooger on-
derwijs ingediende motie, waarbij den mi
nister o.m. verzocht wordt bedoelde rege-
bng alsnog in nadere overweging te ne-
men word verworpen met 49 tegen
34 stemmen (rechts tegen links). Tevoren
had de heer Dresselhuys (v.b.) verklaard
De motie luidde:
„De Kamer, van oordsje), dat door de
wijzigingen, in het Bezoldigingsbesluit ge-
bracht bij Kon. besluit van 25 Mei 1923,
St.bl. 217, de onder linge salarisverhoudin-
gen van het Bezoidigmgsbesluit zijn ver-
broken; dat deze erbreking ten aanzien
van leeraren bij het middelbaar en voor
bereidend hooger onderwijs niet is gemoti-
veerd; dat het onderwijs door deze wij
zigingen zai lijden; verzcbkt de regeering
deze wijziging in nadere overweging
ncmen."
Roman van Nederiand gedurende
den oorlog,
door
CHARLES HUYGENS.
3)
In de nachtelijke stilte van het huis ging
plotseling scherp de telefoon. Verrast za-
gen Frank en zijn gastheer naar elkan
der op. A1 spoedig klonk het bescheiden
tikje van den huisknecht op de Jeur, die
mededeelde dat mijnheer de directeur van-
uit Berlijn dringend wei-d opgeroepen door
het Ministerie van Marine. Veeibe^eeke-
nend zagen de beide vrienden elkander
aan. Met Snellen tred verwijderde Gun-
ther zich.
Frank bleef voor zich uit staren. Hij
wachtte het nieuws, dat Gunther ongetwij-
feld zou brengen, zonder al te veel span
ning. De Hamburg-Levantlijn stond in za-
kelijk opzicht in nauwe verbinding met
de Regeering, er kon een schijnbaar be
langrijke aangelegenheid zijn, die het op-
bellen midden l n de liacht verklaarbaar
maakte. Maar toch, deze telefoon, in aan-
sluiting op wat hij zoo juist had gespro-
ken, zij klonk onheilspelfend. Frank van
Oosterzee, was er niet de man naar om
zich door schijnbare toevalligheden schrik
te laten aanjagen. Toen in de laatste da-
gen voor zijn vertrek, in verbar met den
gruwelijken moordaanslag in Serajewo ve-
len zich in Amsterdam afvroegen of dit
geen oorlog kon zijn, had Frank koeltjes
geglimlacht, zooals men dat van hem ge-
woon was, met die zekere superioriti it,
voor en de heer Schokking (c.-h.) verklaard i
tegen de motie te zullen stemmen.
Bij de behandeling van het wetsontwerp j
tot den spooraanleg Groningen-Slochteren-
Weiwcrd, zegt minister van Swaay aan
den heer v. d Waerden toe overweging
van de verbetering der verkeersmoeilijk-
heden door den spooraanleg ontstaan.
Bij de interpellatie-Duys over de ziek-
te-verzekering in verbanu met de lurzu-
ning van ue gdi ee ocicl verzek. ring
betoogt Je h er D.iys (s.J.i Jat minister
Aalberse 'herhaal cjitk excusis zocht tot
uitstel van zijn beloftjen betreffende de
invoering vxan d« zi.k.e.-erz kerin., zon-
Si:r* vertpaglng. Zb'u det® nu worden ui't-
gesteld omdat ze te kostbnar is voor de
werkgevers in e'e i maluisetijd?
HET SCHOENeNWETJE.
De Kamer van Koophandel en Fabrieken
voor Tilburg en omst|-eken heeft aan den
minister van Arbeid, Nijverheid en Han
del geschreven, dat zij er haar groote tje-
leurstelling over "heeft uitgesproken, dat
de algemeene maatregcl an bestuur, noo-
dig voor de toepassing van het invoerver-
bod van bmtenlandsch schoenwtrk, nog
steeds niet gereid is. Zij geeft den mi
nister in overweging, mede geict op de
langdurige behandeling van de Schoenen-
wet in de Staten-Generaal, bij de Tweede
Kamer een wetsontwerp in te dienen van
dezolfde strekking als de Belgische wet
van 10 juni 1920, die de mogelijkhe'.d opent
om behoudens latere bekrachtiging door
de Staten-Generaal bij Kon. besluit be-
paalde handelspolitieke maatregefen te
treffen.
DE CREDlETVEREliNlGING
DE HANZEBANK.
De bestuurders van de Credietvereeniging
De Hanzebank te 's Hertogenbosch (waar-
onder ook Zeeuwsch-Vlaanderen ressor-
teert) hebben het met het oog op de po-
sitie der bank noodig geacnt surseance
van betaling aan te vragen.
Hetzelfde besluit namen ook bestuurders
der Hanzebank te Utrecht-
De omstandigheden waarin deze banken
zijn gekomen, zijn, volgens mededeeling
der directies, een gevolg van de ongeken-
de malaise die het bedrijfsleven vooral in
het Zuiden van het land het industrieele
en bedrijfsleven op zoo buitengewone wij-
ze drukt. Zoowel de schoen- en lederindus-
trie, als textielnijverheid, sigaren-, manden-
en klompenindustrie, handei in manutactu-
ren en levensmiddelen, de clienteele der
Bossche Banx, verkteren in groote nioei-
lijkheden.
Vanwege de Utrechtsche Bank wordt er
op gewezen, dat men heeft moeten con-
siateeren, uat creuietgevingen, oorspron-
kelijk naar goede regelen en tot gebrui-
kelijken waartrorg \erleend, als rnware
plotseling beide grondslagen verloren.
Groote waardeverschiilen in onderpanden,
waardedaling van zoovele activa, dejen
evrujUs vtrnouui..g. u toll uesoiam
omslaan.
Zooals reeds uit de advertentie in het
vorig nummer van ons blad, van de Alge-
meene Centrale MiddenstandscredietOauk
blijkt, heeft de regeering het noodig geacht
in deze catastrophe tusschenbeide te tre-
den, ten bate van de solvabele credietne-
mers, die anders zouden worden afgeslacht
en hun zaak die er thans nog goed voor
staat zouden zien te gronde gaan.
Het betrekkelijk wetjsontwerp is bij de
Staten-Generaal ingediend. In de memorie
van toelichting zegt de regeering Met vol-
gende
Hot bestuur van de Hanzebank te's Her-
togenbosch neeft zich eenigen tijd gele-
den tot de regeering gewend met de me
dedeeling, dat deze credietbank voor den
middenstand in moeilijkheden verkecrd. en
die hem in zijn kring onderscheidde. Hij
was handelsinan op en top, gcsproie.i uit
een oud-Amster.Jamscn geslacnt, dat reeds
vooraanstond in de. rijen uer bur&er;j, toen
in 1650 Wiilem 11 de stad trachtte te over-
rompelen, hij gevcelde Je verplichtingen
dezer oude l'amilie niet minder sterk in zich
dan adellijke geslachten zulks doen. Zijn
grootvader was de stichtjer geweest van
de lijn op de koloniiin, waarvan Frank nu
de jongste, maar daarom niet de minst in-
vloedrijkste directeur was. Hij had destijds
kunnen kiezen, treden in het bankierskaji-
toor, dat ook aan de familie toebehoorde,
of in de Jirecti'j dezer re Jtrij. Voor hem
was de vraag niet rno.iiijk: zij a tiari trok
hem naar zijn tegenwoordigea werkkrmg.
Niet, omdat hij zich zeeman vceide; hij
wist trouwens to goed hoe weinig de ree-
der met het even op zee in aanraking komt.
Maar, omdat naar zijn meening de transat-
lantische scheepvaart ook voor ons kleine
land mogelij'kheden bood, die nauwelijks
begrensd konden worden geacht. Frank
van Oosterzee werkte niet, omdat hij be-
hoefde te werken; zijn tortuin zou hem
in staat hebben gestjeld om in ledigheid
zijn tijd door te brengen. Het werken voor
de belangen van handei en nijverheid was
in zijn familie een traditie, en Frank volgde
die traditie met een trouw, die hij daaraan
meende verschuldigd te zijn. Enthousiasme
toonde hij slochts zelden, en toch leefde
er enthousiasme in hem voor zijn taak.
Naar buiten was hij de koel nuchtere zaken-
man, die z»o licht voor ongevoelig gehou-
den wordt.
En inderdaad, wie Frank van Ooster
zee niet wat better kendc, moest hem wel
voor ongevoelig houden. Hij had het van
zichzelf ook nooit geloofd, dat hij zich -ten
vrouw zou kiezen op de wijz|e als ten slotte
niet in staat zou zijn uit eigen kracht die
moeilijkheden te overwinmn.
De regeering is aipstonds in overleg
getreden met de Ntdi'rlan Jsche Bank, ten-
einde een onderzoek in to stellen en te over-
wegen of en zoo ja we,ke maatre-
gelen getroffen zouden kunnen worden.
Dit onderzoek, hetweik zich mede over
de andere Hanzebanken uitstrekt en zeer
omvangrijk is, kon nog niet beeindigd
worden. Op dit oogenblik kunnen der-
halve nog geen denititieve medededingen
gcdaan worden. Toch is komen vast te
staan, dat de Hanzebank te 's Hertogen-
bosch en die te Utrreht haar bedrijf niet
althans niet zondi r ingrijpende reorga-
nisatie zullen kunnen voortzetten. De
tredietgeving, vooral van de Bank te 's-Her-
togenbosch, omvat belangrijke bedragen.
Voor de zooeven genoemde Bank beloopt
het totaal omstreeks 30 millioen gulden,
voor die te Utrecht omstreeks 5 millioen
gulden.
Op de hieronder uiteen te zeften gron-
den, is de regeering tot de overljuiging
gekomen, dat de Staat zich ten deze niet
geheel zal mogen onthouden. Zij heeft
mitsdien geineend met den meeston spoed
het noodige te moeten verrichten om de
vereischte wettelijke machtiging te verkrij-
gen. Weliswaar liet, gelijk boven werd me-
degedeeld, de beschikbare tijd niet toe de
resultaten van het in gang zijnde, nauw-
keurige onderzoek, dat met behulp van de
Nederlandsche Bank wordt ingesteld, af
te wachten, doch dit kan, naar de meening
der regeering, in verband met de hierna
te omschrijven grenzen van den door den
Staat te bieden steun, geen overwegend
bezwaar opleveren tegen het verleenen van
die machtiging.
Worden geen bijzondere maatregelen ge
troffen, dan zullen ernstige moeilijkheden
niet kunnen uitblijven. Bene geforceerde
likwidatie van de betrokken banken zal
tot zeer ernstige gevolgen leiden. Een
groot aantal debiteuren, die anders in staat
zouden zijn aan hunne verplichtingen te
voldoen en als credietwaardig zijn aan te
merken, zal, bij tene likwidatie als zoo
even Deuoeld, zich niet kunnen staande
houden. En voor zoover de debiteuren in
staat zouden zijn, aan hunne verplichtin
gen tegenover de in moeilijkheden ge-
raaktc banken te voldcen, zou, naar te
verwachten is, hun Jt gelegenheid ontno-
men zijn om het voor de voortzetting van
hun bedrijf noodzakelijk-e crediet te ver-
krijgen. Met een slag zou het bestaan van
een belangrijk deel van den middenstand
vernietigd worden.
Hierbij sluit zich de overvi eging aan, dat
het middenstandscrediet(wezen, in nauwe
samenwerking met de middenstanJsorgani
saties, cene belangrijke plaats inneemt in
ons economisch volksbestaan, zoodat het
ook uit dezen hoofde een algemeen belang
is te achten, mede te werken om het ver-
trouwen in dat credietwezen zooveel mo-
gelijk to behouden en te herstjellen.
Zoowel in Auguslus 1914 als in Novem
ber 1918, toen de verhoudingen in het
middenstandsleven dreigden ontwricht te
worden, heeft de Staat het middenstands-
crediet gesteund. Gelijk in den breede werd
uiteengezet in de toelichting op de Twee
de Nota van Wijzigingen ad art. l!)7e van
hoofdstuk VII B voor 1919, heeft de Staat
zich onder bepaalde voorwaarden, tot een
maximum van 1.500.000 gulden, tegenover
de Nederlandsche Bank borg gesteld voor
de helft harer eventueel to lijden verlie-
zen op hare vorderingen ten laste van de
Algcmeene Central.' Bankvcreeniging voor
den Middenstand. Deze borgsteiling heeft
geen offers van het Rijk gevorderd en, bij
de ontwikkeling en verslerking van de po-
sitie van genoemde insteiling, zijn zqo-
danige offers ook in de toekomst, naar
het zich laat aanzien, niet te verwachten.
was geschied. Een korten tijd in Thurin-
gen vertoevende, in aanraking k imende
met famhiel-eden van de von Trjtha's, ie r-
de hij daar Carta Stoinhausen xennen, i.e.
dochtertje van ven gepensionnecrJen Rruisi-
schen generaal, die de rcemrijke Jagen an
18701871 als het ware in de onmkidellij'ke
nabijheid van Moltke had mcdiegemaakt. En
Frank constateerde het tot zijn eigen vcr-
wondering, dat hij de hem we.mg sympa-
thieke krijgsverha.en van Jen oude.fi heer
aan zich net voorbijgaan, om maar gele
genheid te hebben met hit dochtcrtjc,
eigenlijk toen nog een kind, in aanraking
te komen. Zij kwam log^eren bij zijn
oudcrs te Amsterdam, e.i \joraat drie
maanden voorbij waren, was hun engeunent
publiek. Niet alteen naar het uitertijk te
rekenen was hun huweiijk gelukkig, want
in den loop der jaren was wel gebleken,
hoe goed zij bij elkander pasten, en hoe
Carla met haar opgewektheid, haar schijn
bare luchthartigheid zich bij den wat meer
bezadigden Frank aansloot. Hij daclit aan
Carla en zijn beide kinderen in de villa
to Aerdenhout, en hij vroeg zich af wat
er van hen, wat er van Nederiand zou
worden, wan nee r de oorlog eens werkelijk-
hcid werd en ook o\er zijne kleine vader-
land trok.
Oorlog, hij wist wat het beteekende of
liever gezegd, hij wist dat hij als zoovelen
in het geheel niet wistt wat de moderne
oorlog met zich zou brengen. Hij nekende'
nog niet met de directs \erliezen, met de
moeilijkheden, die op pohtiek en econo
misch gebied voor een klein neutraal land
zouden ontstaan; hij dacht aan de ellende,
die een zoodanige oorlog nog jaren achter-
een met zich moest slepen. Hij geloofde
er niet aan, dat die oorlog zoo kort zou
duren als de economisten wisten te voor-
In het vorenstaande zijn reeds de gren
zen aangegeven, binnen welke de te bie
den hulp, naar de meening der regeering,
dient to blijven. Zooals veor de hand ligt,
kan er geen sprake van zijn, de aandeel-
houders voor verliezen te vrijwaren. Doch
ook voor zoover de q-edieten verlies zul
len lijden, rechtvaardigt het algemeen be
lang niet, dit verlies geheel of ton deele
door de belastingbetalers te doen overne-
men. Het is niet alleszins ratjoneel en
billijk, doch ook nocdzakelijk ten einde
het verantwoordclijkheidsgevoi 1 niet in be-
denkelijke mate te verslappcn dat ieder
de voile verantwoordelijkheid draagt voor
de wijze, waarop hij zijn gelden uitzet, en
voor het beheer der lichamen, aan welke
hij zijn gelden toe\ertrouwt. Dit stand-
punt is eveneens ingenomen ten opzichtfe
van de bekende moeilijkheden in het le-
vensverzekeringlsbedrijf en van de groo
te en massale verliezen, welke door het
beleggend publiek op buitenlandsche waar-
den zijn geleden.
Anders staat de zaak echter ten opzichte
van de debiteuren. Zij, wier positie niet
houdbaar is of ten aanzien van wie niet
op goede gronden kan verwacht worden,
dat zij zich staande zullen kunnen houden,
zullen niet voor hulp in aanmerking kun
nen komen. Voor hen mag geen risico aan-
vaard worden. Daarentegen bestaat er wel
reden voor maatregelen ten behoeve van
die debiteuren, die een levensvatbaar be
drijf uitoefenen en zich staande zuilen kun
nen houden wanneer zij niet door het in
gebreke blijven van hunnen credietgever,
tot onmiddellijke terugbetaling van het hun
verleende crediet gedwongen worden de
zich van elke crediethulp verstoken zien.
Dt1 regeering is derhalve tot de slotsom
gekomen, dat de taak van den staat zou
moeten bestaan in maar tevens beperkt
zou moeten blijven "tot het medewer-
ken aan eene regeTing om aan de laatst-
bedoelde groep van debiteuren nieuwe cre
diethulp to verschaffen teneinde hen in
staat to stellen hun bedrijf in stand te
houden. Wordt bij het ftreffen en bij de
uitvoering van die regaling de noodige
voorzichtigheid betracht, dan mag ver
wacht worden, dat de staatshulp geen be-
teekenende offers uit de schatkist zal ver-
gen en beperkt zal blijven tot hetgeen
noodig is om in stand te houden wat le
vensvatbaar is en nietttemin, bij gebreke
van die hulp, zou verloren gaan en om
het geschokte vertrouwen zooveel en zoo
spoedig mogelijk te herstellen.
Het overleg met de Niderlandsche Bank,
waarvan hierboven sprake was, heeft aan-
vankelijk tot de slotsom geleid, dat Je
hieronder in groote trekken to schetsen
regeling z*u te treffen zijn.
In overweging is de oprichting van een
centraid Instituui voor het Hanzecredieif.
Dit denkbeeli zal intusschen slechts Jan
verwezenlijkt kunnen worden wanneer het
kapitaal van dit instituut door Je betrok-
ken kringen bij^engebracht wordt. Blijkt
het mogelijk, aan de in dezen te stellen
eischen te voidoen, dan zal het nieuwe in
stituut de hierboven geschetste tunctie
hebben te vervullen ten behoeve van de
goede debiteuren der in moeilijkheden ge-
raakte banken en daarnaast Je hoofdleiding
en controle moeten bezitten van de werk-
zaamheid der onder Itaar ressorieerende
iniddenstandsbanken. In Jit gevai zal de
staat zich kunnen beperken tot het geven
van de hieronder te noemen garantie ten
behoeve van de Nederlandsche Bank.
Slaagt men in de verwezenlijking van
het vorenbedce.de denkbeeld niet of niet
zoo tijdig, dat het centrale instituui' bin
nen zeer kor.en tijd Kan beginrten te wer
ken, dan ligt het in de bedoeling met de
Algemeene Centrale Bankvereeniging voor
den Middenstand (A. C. B.) eene tijde-
lijke regeling te tretfen. Hiiromttent als
spellen, volken als Duitschland en Enge-
land, die in jaren achtereen zoo groote rijk-
dommen hadden opgestapeld, zouden meer
weerstand bieden dan enkele maanden.
Maar, als hij aan oorlog dacht, dan lachte
hij zichzelf uit, Zeker, de politici deden
dikwijls vreemde dingen, maar zij hadden
het lot van de landen niet in handen, en
de zakenmenschen, de bankiers in de eerste
plaats, zouden wel weten te voorkomen
dat het ernst werd.
Het telefonisch gesprek was afgeloopen.
Gunther kwam in de kamer terug. Ik ge-
loof, Frank dat je morgen niet alleen naar
Berlijn zult gaan, ik denk je gezelschap te
houden.
Is het zoo ernstig?
Al naar dat je het nemen wilt. Ik moet
morgen naar Berlijn;er zijn dinge.i persoon
Iijk te bespreken. Ik kan je, ik mag je niet
ailes ze ,gen wat mij is medegedeeld. In
het kor. aileen dit. Oostenrijk heeit aan
Servie een ultimatum gezonden, dat in
een ongekend krassen vorm is gesw d en
waarop antwoord is verlangd binnen ten
hoogste twee dagen. Slaagt men er in om
h<geschii tusschen Servie en Oostenrijk,
zooals mijn Berlijnsche zegsnian dat noe.nt,
to localisi^eren, dan is er geen gevaar. Maar
slaagt men daarin niet, gaat Rusland ach-
ter Servie staan en de Fweebond achter
Rusland, dan treden de verplichtingen, dte
wij jegens Oostenrijk hebben ten voile in
werking. Dan zijn de gevolgen natuurlijk
niet te overzien.
Hoe denkt men er in Berlijn over?
Men kon er mij niets van zeggen. Ver-
geet trouwens niet, dat wat ik je vertel,
nog strikt geheim is. Eerst morgenoehtend.
lop zijn vroegst, zai er lets van in ..e couran-
ton komen te staan. In omstandigheden
als deze moet een lan.l op ales voorbtreid
bereids over.eg gepleegd, dat, naar ver
trouwd mag worden, tot een gced resul-
taat zal voeren, waarbij zij opgen.erkt, Jat
de beschikbare tijd niet toeliet ook de
Centrale Boaz-Bank in. Jit overleg te be-
trekken.
Deze regeling zoi»" hierin bestaan, dat
de A. C. B. hare tusschenkomst verleent
om voor de goede debiteuren de mogelijk-
heid te op men, bij de Nederlandsche Bank
crediet te verkrijgen. D1 A. C. B, acht zich
niet gerechtigd ^e voile verantwoordelijk
heid voor deze credietgeving te dragon. Dit
standpunt is, naar de meening der regee
ring, te billijken waar de zooeven to Joel-
de tusschenkomst ook bij het betrachten
van de noodige voorzichtigheid de ri-
sico's der A. C. B. zal vergrooten, Aan
haar zou dan ook eene Staatsgarant.e mei
het karakter van premier risque zijn to ver
leenen tot een nader te bepalen percentage
van de uit hoofde dezer regeling door
hare tusschenkomst verleende cr. dieten.
Deze garantie zou een afloopend karaktor
dragen en ook voor de af tossing van de
betrokken credieten beeindigd worden
wanneer en naarmate de A. C. B. deze cre
dieten geheel zou ovimemen en dus recht-
streeks als credietgeefster zou optreden.
Zooals uit het vorenstaande blijkt, zal de
A. C. B. de medewerking behoeven van
de Nederlandsche Bank. Deze is bereid,
die medewerking te verleenen, doch
wenscht om reder.en van voorzichtig finan-
cieei beleid, met het oog op de te stellen
eischen van likwiditeit, zich tot een nader
te bepalen maximum en op nader overeen
te komen wijze, gedekt te zien door eene
Staatsgarantie. Dit maximum en de.verdere
regeling ten opzichle van deze Staats
garantie kunnen, zoolang het hiervoren be
doelde onderzoek niet "beeindigd is, nog
niet vastgestteld worden.
Het hierbij aangeboiJen wetsontwerp
strekt om dte noodige machtiging te ver
krijgen voor het verieenen van ue boven-
omschreven mecijewerking van den Staat.
Het zal wel geen betoog behoeven, d!at de
regeering op eene zeer spoedfge behan
deling van 'het wetsontwerp den hoogsten
prijs stelt.
Tenslotte wordt nog aangcleekend, dat
deze mcmorio uitsluilend de enderteekening
van den minister van Financien draagt
omdat het hier betjeft een wetsontwerp
tot wijziging van hoofdstuk Vll B der
Staatsbegrooting. Ware dit niet het geval,
dan zou de minister van Arbeid, Handei
en Nijverheid, die zich met het voorstol en
zijne toelichting geheele vereenigt, deze
memorie mede hebben onderteekend. Dat
voorstel beoogt toch voor alles de belangen
te dienen van den middenstand, weiker be-
hartiging in het bijzonder aan de zorgen
van dien minister zijn toevertrouwd.
CULTUUR.
Onder dezen tile! wijst „De Tclegraaf'''
er op, dat de lijst van gasten, die aan den
gala-maaltijd ter eere van Koning Haakon
mochten aanzitten, als naar gewoonie ge-
kenmerkt werd dO'Or een volstrekte negatie
van de vertegenwoordigers van wetenschap
en kunst. Er waren om slechts een
greep te doen veertien Nederlandsche
officitren, tw.e voiksvertegenw ordig rs.
(ook een ietwat curieuze virhouding) en
niet een hoogleeraar, ot'schoon de Rector
Magnificus der Amstordamsche Universi-
teit een geieerde is met ecu werilJ-repu-
tatie.
In Rotterdam bij het noenmaal aan boord
van de „jacob van Heemskerk" was het
niet anders. Men telde etttelijke hofdignita-
rissen, doch de Rector Magnificus der Han-
delshoogeschool ontbrak. Om van kunste-
naars maar te zwijgen.
Toen H. M. de Koningin indcrtijd Parijs
bezocht, werden tientailen coryphaeen van
het geesteiijk leven der lichtstact, groote ar-
zijn. Mij wii het voorkomen, dat de toe
komst nog geenszins hopeloos is, wij heb
ben erger Crisissen gekend dan deze. Denk
maar aan Marokko, aan Montenegro, aan
den Balkantroewel toen
Je bent ongerust Guntlier, ai wil je het
mij niet zeggen.
Ik heb je daar straks al gezegd, wii
hebben te veel voorspoed gehaj; wij me -
nen ailes te kunr.e.i uoen. je kent mij, hoe-
wel ik in mijn hart en ziel een Duitscher
ben, ben ik anders dun ve.en ouzer. in
geloof nu eenmaal niet, dat het goede al
leen en uitsluiten d in ons land te v in Jen
is. Ik geloof niet, dat wij als model voor
heel de vvereld kunnen dienen. Wij eischen
eerbied voor onze nationale gevoelens van
anderen. Wij overschatten ons: wij Je.vken
de sympathie van de vvereld niet noodig
to hebben, wij zijn welvarend, wij zijn
sterk, wij hebben een gced leger en een
flinke vloot, maar wat helpt ons dat ailes.
nu wij een groot man missen.
Jij denkt dus, dat als er oorlog komJ,
het een algemeene oorlog zal zijn.
Ik kan mij den strijd niet anders voor-
stellen dan als een gevve'dige. Z'u naar
geheel Europa, het heeft zich timiallen van
jaren achter.en gewapend. Waarom? Naar
het heetto om elkander ontzag in te boeze-
men en de vrede te bewaren. Geen sprake
van, om ten slotte te vechten. Vraag het
aan onze officieren, die carritre willen ma-
ken >>n die, evenals de officieren van andere
landen, volkomen b-reid zijn hun leven
voor het vaderiand te geven. In dezen strijd
zal Duitschland alle anderen, die zich tegen
hem scharen, moeten overvvinnen, o! er
totaal bij ten onder gaan. Let er op, ais
dit werkelijk de groote oorlog wcrdt, zul
len wij moeten vechten tot den iaatsten
man.
lervolgaj.
nMHiimiii ■iniiwiiiniiiiiii iniimimfiiifrii nirr'ni' rr irn-jirm—imnmmirnr r i mm r t—nTm—nrrtmr it wrrorr i ittt
%r/.A\l :*yt
..n-v ii n n
W: