ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
b u i t ETunnr
No 7191
Woensdag 31 Augustus 1921.
69e Jaargung,
BTBXJP TKCTCV MISDAAB.
BIHHEHLAND.
FEUILLETON.
PROF. TREUB OVER DEN
ECONOM1SCHEN TOESTAND.
In de Donderdag te 's Gravenhage ge-
houden vergadering van de vereeniging
„Nederl. Fabricaat hield prof. Mr. M. W.
F. Treub een rede over: de economische
toestanden in het werken der vereeniging
„Ned. Fabricaat."
Spreker zeide, dat de vereeniging zeer
zeker reden van bestaan heeft. Hij wees
erop, dat wanneer er een land ter wereld
is waar een dusdanige vereeniging reden
van bestaan heeft, dit Nederland is, daar
nergens ter" wereid zoo'n vodrkeur woid't
gegeven aan vreemde namen en vreemde
producten, als juist hier. Hij wilde dit kwa-
lificeeren al's „un des defauts de nos qua-
lites.
Wij zijn geneigd, internationaal te den-
ken en internatioaal te voelen. Dit geeft
ons een voorsprong boven andere landen
van Europa. Bij de internationale conferen
ce te Stockholm, waarvan spreker juist te-
rugkeerde, zaten de meeste leden voor spek
en boonen, doordat ze geen andere taal
verstonden dan de hunne. Dit zou in Neder
land niet kunnen.
Maar tegenover dit voordeel, dat we
hebben, staat het nadeel van de neigingen
van vreemde zaken boven de Nederland-
sche te doen gaan. Dit tegen te gaan is ech-
ter slechts een klein deel van de taak dezer
vereeniging. We leven thans in een tijd van
econnomische ontwrichting als we sedert
het begin der 19e eeuw, niet kenden. En
thans slaat deze ontwrichting veel dieper
wonden in verband met den internationalen
handel, die zich in de laatste eeuw zoo ge-
weldig heeft ontwikkeld. Er zijn nu zooveel
toestanden onderstboven gekeerd en het in
tern verkeer heeft zoodanig geleden, dat
ook de landen, welke niet in oorlog zijn ge-
weest, ook den terugslag voelen.
We voelen thans hoe sterk de crisis die
komen moest, zich doet gevoelen. Het is
thans de vraag: hoe komen we uit de te-
genwoordige crisis zonder al te veel kleer-
scheuren? Men richt al te veel de oogen
op die middelen, waarvan men vooruit weet,
dat zij de kwaal zullen verergeren.
De Duitsche industrie kan nu zoo ge-
makkelijk op de wereldmarkt concurreeren,
omdat dat land een van de vele voorbeel-
den is, tot welke contrasten de ontwrich
ting dyr economische toestanden kan leiden,
De kracht van Duitschiand ligt in zijn eco
nomische zwakheid. Na den wapenstilstand
is het verkeer minder abnormaal geworden
en maand na maand wordt voor dubbel
zooveel waarde uit Duitschiand naar Neder
land uitgevoerd als andersom. In Duitsch
iand is de levensstandaard sterk gedaala.
De eischen die men aan het leven stelt, zijn
door den drang der omstandigheden veel
minder geworden en de loonen zijn er lager
dan in andere landen.
Stel, men slaagde erin voor sommige be-
drijven door heffing en invoerrechten den
binnenlandschen afzet te verhoogen, zou
dit weer geen ongusntigen invloed op den
prijs uitoefenen? We moeten veel meer den
invoer van goedkoope producten bevorde-
ren. Wanneer men den weg van de anti-
dumpingspolitiek zou opgaan, zou men
toch niet de armoedsconcurrentie van
Duitschiand kunnen bedwingen.
Wat Nederlad betreft, moet men goed
onderscheiden den afzet in het buitenland
en dien in het binnenland. Op den laatsten
afzet richt men te veel het oog. Het spreekt
vanzelf, dat wij nu ons land overstroomd
zien van producten uit Duitschiand, de in-
dustrieelen een beweging op touw zetten om
bescherming te vinden voor hun industrie.
De vraag is of de kwaal niet zal verergeren
als men eraan toegeeft. Voor spreker staat
het laatste vast, al onkent hij, dat hij een
theoretische dogmatische vrij handelaar is.
De stelselmatige samenwerking tusschen
49)
Dat verwondert mij niet, want ik herken
dien brief.
Souftard keek ook naar buiten en over-
tuigde zich, dat de knaap goed gezien
had, waarna hij vroeg:
Wat is dat dan voor een brief?
Dat is.... de brief van Micaud.
Deze sidderde.
Aanstonds echter herwon hi] zijn kalm-
te en op ironischen toon zeide hij:
Nu heb ielm mijn kleeren doorzocht,
tot zelts mijn schoenen en mijn kousen.
Fifi heeft zelt heel de kamer nondge-
snufteld waar wij zaten en er is niets
gevonden. Is dat nu nog met genoeg?
Hoe het mogelijk is begrijp ik zelt niet,
antwoordde Fifi, en toch zou, ik er wei
ik-weet-met-wat onder durven verwedden
dat het dezelfde brief is, dien ik jou uit
je zak heb zien halen.
Dan zullen we maar aannemen}1 aat ik
hem zelt aan Milloc gegeven heb en dat
jelui er allemaal omheen gestaan hebben,
zonder er lets van te bemerken, spotte
Micaud.
Maar het wantrouwen van den hootd-
man vermocht hi] met zijn spot met tot
zwijjgen te brengen, want deze voegde
hem dreigend toe:
Alles zal wel opgehelderd worden, Mi
caud, en dan... wee je gebeente. Meer
zeg ik voor 't oogenblik met.
Micaud had, toen hij door Alliette zijn
verraad ontdekt zag en begreep dat hi]
de staatsmacht en de industrie heeft j
Duitschiand indertijd groot gebracht. Dit
is een feit, dat spreker niet wil wegrede- i
neeren. We hebben hier te maken met Ne- i
derland en hier staat het zoo: Is er eenige j
verbetering te verwachten door wering van
buitenlandschen invoer? Neen. We zouden
de zaak hiermee verergeren.
De factoren die hier werkzaam zijn, zijn
zoo machtig, dat de invloed van Regeerings-
wege, van welk land ook, nihil zou zijn en
men goed doet z«ch van maatregelen te
onthouden.
Al heeft men Duitschiand overwonnen,
men zegt, dat het nog niet tot een onge-
vaav'ijkeri concurrent is gereduceerd. De
politiek, door de groote mogendheden ge-
volgd om de eigen industrie te bevorderen
en de Duitsche uit te sluiten moet binnen
korten tijd, gaat men zoo door, opnieuw tot
een uitbarsting leiden.
Terugkomende op 't doel van „Nederlandsch
Fabricaat", zeide spreker, dat het prac-
tisch werk is, de industrieelen, die Neder-
landsche waren op de wereldmarkt brengen,
de geiegenheid te stellen die zekerheid te
kunnen geven. Voorlichting te geven bij be-
drijfsinrichting aan fabrikanten is eveneens
een zeer nuttig doel. Spreker wees op een
enorme fout van onzen handeldrijvenden
middenstand, namelijk om zijn kracht te zoe-
ken in kleinen omzet, met groote winst en
niet in grooten omzet met kleineWinst.
De oorlog heeft niet zooveel schade aan-
gericht, doordat er zooveel machines ver-
nield en schepen in den grond geboord
zijn (de tonnenmaat van nu, vergeleken met
die van voor den oorlog bewijst, dat deze
achterstand zeer spoedig in te halen is),
de groote schade heeft de oorlog gebracht
doordat in het normale bedrijf niet voldoen-
de afgesehreven kon worden vodr herstel,
vernieuwing en reserve voor den aankoop
van nieuwere werktuigen, die de arbeids-
kracht verminderen en de productie ver-
h oogen.
Spreker hoopte, dat in deze ernstige crisis
geen moedeloosheid getoond zou worden.
De crisis zal zeker niet overwonnen worden
als men niet ten toon spreidt de hoogst mo
gelijk energie en de allergrootste in span
ning.
NACHTARBEID IN BAKKERIJEN.
Bij de Tweede Kamer is ingediend een
wetsontwerp tot wijziging der Arbeidswet
1919.
In de memorie van toelichting zegt de
Minister van Arbeid, dat, daar niet te ver
wachten is, dat de in't voorontwerp gedane
voorstellen, voor 24 October 1921 tot wet
zullen zijn verheven, aan art. 39 het tijdelijk
karakter moet worden ontnomen. Krachtens
die artikel kan de Minister tot 24 October
under bepaalde voorwaarden toestaan,
dat in broodbakkerijen nachtarbeid wordt
verricht.
Spoedig na de invoering der wet bieek,
dat om verschillende redenen in verschil-
lende gevallen nachtarbeid behoorden te
worden toegestaan en wel in het belang van
de broodvoorziening der bevolking, bij dub
bel feestdagen alsmede bij oven-defecten,
ziekte van personeel enz.
Artikel 39 is ook nog voor een ander doel-
einde gebruikt en wel om aan bedrijven met
6 of meer bakkersgezellen, enkele uren voor-
arbeid, zijnde arbeid, bestaande in het ge-
reedmaken van deeg en ovens toe te staan.
Daardoor was het mogelijk het vervoer en
den verkoop van brood van een vroeger uur
af toe te staan dan met toepassing van art.
37 had kunnen geschieden.
Zulks bleek in verschillende gevallen
noodzakelijk om te voorkomen, dat de be-
trokken broodbakkerijen tegenover het klein-
bedrijf, dat sneller met zijn product gereed
kan zijn, in een ongunstige positie zouden
worden gebracht. Ook hier is, in verband
met den in art. 39 gestelden termijn, voor-
ziening noodig.
verloren zou zijn, wanneer de brief op
hem bevonden werd, een staaltje van han-
digheid gegeven, dat een beroepsgooche-
laar hem zou hebben benijd: hij had den
brief uit zijn zak gehaald en onder zijn
beenen tusschen het matwerk der tabouret,
waarop hij zat, gestoken, terwijt zijn ar-
men cn handen onbeweeglijk op zijn khie-
en bleven rusten en hij alleen de vingers
bewoog, die hij tusscnen zijn beenen,
voor den spiedenden blik van Fifi verbor-
gen hield.
In atwachtfng dat het raadsel wordt
opgelost, hernam de jongen, moet Mi
caud hier in de plaatsi van Soufflard aan
het venster komen staan, opdaf Milfoc
steeds hier 3 hoofden zal zien.
Ik kom, zei Micaud],
Zet eerst de pet van Soufflard op.
Micaud en Soufflard verwissefden van
hoofddeksel en eerstgenoemde kwam nu
naast Lesage staan.
Deze week huiverend terug en Fifi, die
het zag, vroeg:
Wat scheelt er aan, oompje?
Drommels, die Milloc kijfkt mij vi(kk in
mijn facile. Die kerel jaagt mij den dood
op 't lijt, ik kan hier niet langer blijven
staan.
Nu, ga dan heen en bipnen 2 miuteh
staat Mijftoc vlak voor je en pakt je bij
je kraag. Wou je dat dan liever?
Maar we zullen toch eenmaal hier van
daan moeten.
En zoo gauw mogelijk.
Nu dan?
Zoo gauw mogelijk, zeg ik, maar "T is
nu nog niet mogelijk.
Wanneer dan?
Laat dat maar aan mij over, ik heb je
toch gezegd dat ik nog meer in mijn mars
NEKKRAMP. j
Staatsblad no. 1021 bevat het Kon. be-
sluit van 3 Augustus 1921, waarbij de wet
van 4 December 1872, houdende voorzienin-
gen tegen besmettelijke ziekten (met uitzon-
dering van art. 20) van toepassing ver-
klaard wordt op nekkramp.
Dit besluit houdt verband met het meer
voorkomen dezer besmettelijke ziekte hier te
lande.
F1NANCIEELE VERHOUDING RIJK EN
GEMEENTEN.
Ingesteld is een sfaatscommissie met op-
dracht te onderz<,^ken, hoe op de meest
doeltreffende wijze tde financieele verhou-
ding tusschen rijk en gemeenten zal zijn te
regelen.
Daarin zijn benoemd tot lid en voorzitter
mr. dr. F. A. C. graaf van Lynden van San-
denburg, commissaris der Koningin in
Utrecht, tot leden mr. M. J. C. M. Kolkman,
j. van den Tempel, mr. M. W. F. Treub, mr.
J. A. de Wilde, leden der Tweede Kamer.
Tot secretaris is benoemd mr. dr. A. van
Doorninck, griffier der Provinciate Staten,
te Utrecht.
DE WINTERDIENST OP DE
SPOORWEGEN.
Naar van officiet e zijde wordt medege-
deeld, zal de winteruienst op de Nederland-
sche spoorwegen Maandag 24 September
beginnen.
FRANKEERING BUITENLANDSCHE
BRiEVEN.
De directeur-generaal der posterijen en
telegrafie vestigt er de aandacht op, dat
geen verzending plaats vindt van stukken
voor het buitenland, welke (klaarblijkelijk)
met opzet ongefrankeerd of ontoereikend
gefrankeerd ter post worden bezorgd.
Ter voorkoming van vertraging in de over-
eenkomst wordt aan belanghebbenden aan-
bevolen, om zich voor de ter post bezorging
zoo nauwkeurig mogelijk te vergewissen of
den naar het buitenland bestemde brieven
en andere stukken toereikend zijn gefran
keerd.
D1
POLITIEKE TOESTAND IN
DUITSCHLAND.
Maandagmorgen heeft het Rijkskabinet
een zitting gehoudeonder voorzitterschap
van den Rijkspresident Ebert. Men heeft
den politieken toestand besproken in ver
band met de gebeurtenissen te Griesbach en
met de Zondag te Potsdam plaats gehaa
hebbende incidenten. Als resultaat van deze
besprekingen is een oproep der regeering
gepubliceerd waarin o.a. gezegd wordt, dat
de regeering met bezorgdheid vervuld is
door het meer en meer in verval raken van
de openbare zeden in Duitschiand, terwijl
de grondslagen van het rijk dreigen omver
geworpen te worden De toon van de pers,
die dit verderfelijke streven dient, wordt met
den dag driester. Openlijk wordt zoowel als
onder bedekte termen door zulke organen
of in vergaderingen tot gewelddaden, ja
zelfs tot moord tegen politieke tegenstan-
ders aangespoord. De huidige regeering
wordt van die zijde voorgesteld als een
troep onbekwame mannen, die de patriot-
tische plicht gebiedt uit den weg te ruimen.
De nood van het vaderland maakt het nood
zakelijk met gestrengheid tegen dit drijven
van gewetenlooze en verblinde elementen
op te treden. In verband hiermede is een
verordening van den Rijkspresident gepubli
ceerd, waarin bepaald wordt, dat tot het
herstel der openbare veiligheid en der orde
in het rijksgebied:
1. Periodieke drukwerken, welker inhoud
uitnoodigt of ophitst tot gewelddadige wij
ziging of terzijdestelling der grondwet door
gewelddaden tegen vertegenwoordgers van
den republikeinsch-democratischen staats-
heb?
Soufflard, die naar zijn trapraampje was
teruggekeerd kwam weer boven en riep.
Daar komen zij.
Angstig vroeg AUJiette:
Wie?
De smerfssen.
Maar zij moeten nog een heel eind weg
zijn, zei Micaud.
Jawel en hun weg is niet gemakkelijk, zij
moeten over verschillende heggen en hei-
mngen klimmen en telkens een omweg
maken.
Zijn ze 't wel? vroeg Fifi.
,,Beslist, daar kan ik mij met in vergis-
sen.
Hoeveei er zijn?
Vier.
Zie je den coco?
Duidelijk. a
En den orgelman?
Met zijn orgel op den rug, dat moet
een reuzen kerel zijn. Hij loopt zoo vlug
of hij vleugels had in plaats van zoo'n
kast te moeten dragen.
ja, dat is de inspecteur Moulin, zei
Fifi, daar moet je voor oppassen, dat is
de kwaadste rakker van de heele Pretec-
tuur, haast net zoo erg als Milloc zellt.
Hoeveei tijd zouden zij noodig hebben
om hier te komen? vroeg Alliette.
Tien mimjten.
In dien tijd kunnen wij alien de plaat
gepoetst hebben.
Ja, maar dan moet er ook opgesloten en
met langer gebabbeld worden. Zullen we
gaan
En de geheele bende antwoordde als uit
een mond: j
Ja.
Zijn er geen menschen in de tumen?
vorm en tot ongehoorzaamheid aan de wet
of een goedkeuring of verheerlijking van
dergelijke handelingen vormt of minachting
voor grondwettige organen kweekt, gedu-
rende hoogstens veertien dagen verboden
kunnen worden.
2. Vereenigingen, optochten en betoo-
gingen kunnen worden verboden, als ge-
gronde vrees bestaat, dat in vergaderingen
besprekingen plaats vinden, die de boven-
genoemde handelingen tot onderwerp heb
ben.
De rijksregeering verklaart zich over-
tuigd, dat alle rechtgeaarde Duitschers zich
achter haar scharen en met haar zullen sa-
menwerken ter bescherming van de grond
wet en der wetten. Zij zal met onverbidde-
lijke gestrengheid tegen iedere oproerige
beweging optreden en noodigt alle organen
van het rijk en van de afzonderlijke landen
uit met volkomen onpartijdigheid en zonder
aanziens des persoons de verordening zon
der voorbehoud te doen naleven.
Rijkskanselier dr. Wirth heeft aan een
vertegenwoordiger van de Frankfurter Ztg.
verklaard, dat de binnenlandsche politieke
toestand in Duitschiand zeer ernstig is en
dat de republiek in gevaar verkeert. Tegen
de tweedracht zaaiende demagogie moet
zoo energiek mogelijk worden opgetreden.
De moord op Erzberger.
Hoewel de Duitsche regeering een beloo-
ning van 100.000 mark uitgeloofd heeft voor
de aanhouding van den moordenaar van
Erzberger, is deze tot dusver nog niet ge
vonden. De Berlijnsche geheime politie is
eveneens op de plaats der misdaad aange-
komen. De nasporingen der politie naar het
verblijf van den vaandrig Ortwin Von
Hirschfeld, die reeds eerder den aanslag op
Erzberger pleegde, hebben geen resultaten
opgeleverd. Veertien dagen geleden is
Hirschfeld uit de gevangenis ontslagen waar
hij. naar het heette, zijn straftijd uitgezeten
had. Thans doen echter geruchtea de ronae,
dat hii wegens ziekte uit de gevangenis ont
slagen is. Beweerd wordt, dat hij zich dezer
dagen in de buurt van Griesbach opgehuu-
den heeft.
Het onderzoek wordt nog kracht'g voort
gezet. Het is voornamelijk geconcentrcerd
op een bepaald spoor. Politiehonden wor
den gebruikt bij de nasporingen on men
heeft gipsafdrukken van het genoemde sooor
gemaakt. Erzberger's ambtsvertrek te Ber-
lijn is notarieel verzegeld.
Uit Frankfurt wordt gemeld, dat de be
stuursleden van de Centrumpartij en de
leden van de Rijksdagfractie van het Cen
trum een oproep gericht hebben tot de leden
der Centrumprtij, waarin o.a. gezegd wordt:
„Erzberger is het slachtoffer geworden van
een sluipmoord. Hij stond bij den politieken
strijd op den voorprend en hoe is die strijd
tegen hem gevoerd! Niet met eerlijke wa-
pens, maar met hartstochtelijken haat en de
openbare meening is met laster en leugens
vergiftigd. Mogen alle Duitschers bijeen-
komen om zich met kracht te verzetten tegen
elken strijd met vergiftige wapens, gevoerd
tegen de noodlottige volksophitsing. Wij
zullen trouw aaneengesloten blijven tot
handhaving van de orde en wet, onze oude
spreuk indachtig: Voor waarheid, recht en
vrijheid!"
OPPER-S1LEZIE.
De zaak voor den Volkenbondsraad.
De Raad van den Volkenbond is Maan-
dgnamiddag te Geneve bijeengekomen, ter
behandeling van het schrijven van den voor
zitter van den Oppersten Raad, waarin ad-
vies werd gevraagd over de bepaling van de
grens tusschen Polen en Duitschiand in
Opper-Sliezie. Na het rapport over deze
aangelegenheid door den voorzitter, burg-
graaf Isji, uitgebracht, te hebben aange-
hoord, besloot de Raad overeenkomstig het
daarin gegeven advies, de opdracht te aan,-
vaarden, van welk besluit telegrafisch aan
Briand mededeeling werd gedaan.
vroeg Fifi.
Niemand.
En op den weg?
Geen kip.
Waar komen we terecht als wij uit hej
venster klimmen?
In een s.nalle gang tusschen de tuin-
muren.
En daarachter?
Links een korenveld.
En rechts?
Stegen,, sloppen en loodsen.
Nu goed atspreken. Als wij eenmaal
buiten zijn, gaat elk zijns weegs.
Atgesproken.
En vanavond komen we allemaal bij
Soufflard.
Goed.
Maar in welke van zijn womngen
„Reu des Boulanges.
Terwijl Soufflard dit zeide, verliet hij het
trapvenstertje weer.
Vervolgens wendde hij zich tot den
waard.
Vlug, vader Cautin, zeide hij, haai 2ste-
vige beddeiakens, knoop die aan elkaar en
maak ze vast aan een venster op de etrsie
verdiepmg.
Cautin holde de trap at.
Fifi, die aldoor aan het dakvenster staan
bleef, met de oogen op den voorgevebvan
„De Ratelslang" gericht riep:
Nog iets.
Soufflard kwam bij hem en zei:
Gauw dan?
Als zij ons uit het achterraam zien klim
men zullen zij wei een of ai^fer signaar ge
ven aan hun kameraden hier. Wat moe
ten wij dan doen?
Dat zullen wij wel verder zien.
En tot Alliette en vrouw Vollard gewend
De voorzitter stelde vervolgens voor, om
de volgende vergadering van de buitenge-
wone bijeenkomst op Donderdag vast te
stellen, teneinde den leden tijd te laten ken-
nis te nemen van alle bescheiden, die be-
trekking hebben op de vraagstukken nopens
Opper-Silezie en die aan Isji zijn doorge-
zonden door den Oppersten Raad.
De vergaderingen van de buitengewone
bijeenkomst zullen ook in het vervolg wor
den voorgezeten door Isji.
Voepenversterkingen.
De geallieerde regeeringen hebben een
gemeenschappelijke nota aan de Duitsche
regeering gezonden, waarin zij hun voor-
nemen te kennen geven, om ieder twee ba-
taljons verster.kingstroepen naar Opper-
Silezie te zenden. De Fransche regeering
zal daarenboven nog een afdeeling cavalerie
zenden.
NA DEN MOORD OP ERZBERGER.
Het 8 Uhr Abendblatt zegt, dat binnen
kort arrestaties in zake den moord op Erz
berger zullen plaats hebben en wel van
lieden, die hetzij van den moord zelf, hetzlj
van aanstichting er toe verdacht worden.
Men vindt het opmerkelijk, dat de jeugdige
vaandrig von Hirschfeld, die indertijd den
aanslag op Erzberger pleegde, nog steeds
niet te vinden is.
De Times schrijft naar aanieiding van
den moord op Erzberger. De krachtige po
litiek, sedert Maart ten opzichte van
Duitschiand aangehouden, heeft vruchten
gedragen in dien zin, dat de Opperste Raad
het mogelijk geoordeeld heeft de economl-*
sche sancties te verlichten. Inmiddels zijn
de oorzaken der binnenlandsche beroering
in Duitschiand nog niet opgeruimd en de
volhardende activiteit der militairisten kan
den twijfel en de verdenking in de Enftente-
landen ten aanzien van de voortzetting de
huidige Duitsche politiek slechts gaande
houden. Het is Duitschlands belang met de
grootste energie alle herinneringen aan het
oude systeem te doen verdwijnen.
TWEE MERKWAARDIGE UITINGEN.
De moord op Erzberger heeft plotseling
aller aandacht gevestigd op een onlangs
uitgekomen particuliere statistiek van poli
tieke moorden, samengesteld door Gumbel,
onder den titel „Twee jaar moord". Het
zakelijke, commentaarlooze overzicht v -
deelt de misdaden in „de door rechts beg-v.e
politieke moorden", en „de door links be-
gane politieke moorden." Tot de eerste
rubriek behooren (van Jan. tot Maart '21)
314 moorden; tot de tweede 13. Het ,,Berl.
Tageblatt" betreurt, dat er geen statistiek
bestaat van de ongestrafte moorden. waar
van de samenstelling zeer gewenscht lijkt,
ten einde onjuistheden te voorkomen (al be-
twijfelt het blad geen oogenblik, dat Gam-
bel's werk uitstekend is). Jntusschen is het
derde moordjaar aangevangen met het
doodschieten van den onafh. Beierschen soc.
Gareis gevolgd thans door den moord op
Erzberger, in welk verband het „Berl. Tage
blatt" wijst op hetgeen het ..Deutsche Tag."
het orgaan van den oer-conservatieven
RijVsdagafgevaardigde Reinhold Wulle,
schrijft, hetwelk het natuurlijk noemt. dat
rechter Lynch hier zijn ambt aanvaardt:
voor de Duitschers, die „uit vaderlands-
liefde handelen", verzachtende omstandig
heden pleit en dah vertelt van de uitlating
van een officier, den zoon van een geeste-
lijke uit den Elzas, die ,.den hond Erzber
ger" vervloekte en verklaarde: „Wij hpbben
met ons vijven gezworen, dat de eerste, die
den man voor zijn revolver krijgt, hem zal
neerschietcn."
De „Vorwarts" maakt melding van de
ervaring, welke een lezer van het blad op-
deed, die toevallig getuige was van een te-
lefoongesprek van generaal v. Bering met
een kennis. Het gesprek liep over de ver-
moording van Erzberger en de generaal zei
de: Ja, wij kunnen elkander gelukwenschen,
ging hij voort:
„Vooruit nu, eerst de vrouwen.
Alle drie daalden de trap at.
De 3 hoofden van Micaud, Lesage en
Fifi Vollard bleven aan het dakvenster.
De drie hoofden aan het zoldervenster.
Milloc zat met zijn 3 ^agenten op de bank
voor „De Ratelslang/'
Een van hen had op den weg voor dronk-
aard gespeeld.
De tweede was Berton, als marskram r
vermomd.
En ten slotte Castro, in zijn gewor.e
kleedij.
Zij hadden elk een glas „wijn'- voor zich
maar toen zij even van1 dit atjreksel van
compechehout geproetd hadden, 1 e en zij
hun glas verder onaangeroerd.
Terwijl zij wachten tot dat Moulin en
zijn mannen het huis aan den overkahtl van
achteren genaderd zouden hebben om zoo-
doende den terugtocht van de misdadigcrs
at te snijden, besloot Milloc dien tijd aan
te wenden tot een verhoor van den- kaste-
leijn en Champenois.
jiij zat voor het open raa.n van de her-
herberg, waarvoor een hor stond, zoodati
men niet naar binnen kohl zieh en ach,er
die hor liet hij door Castro de mannen
plaats nemen, die hij ondervroeg.
Tegelijkertijd w£Ue hjg een waakzaam
oog houden op de drie hoofden, daar voor
het zolderraam, waarin hij af dadelijk
Soufflard herkend had, benevens den man,
die midden op den weg geleggen' had, als
slapende beschonkene en zoo den misdadi-
gers tot uitkijk had gedfend.
(Wordt vervolgd).
NSCHE CO U RANT
ammi hi