ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
No. 7110.
Vrijdag 18 Februari 1921.
69e Jaargang.
GELDLEEiiiG.
BERSTE ZBL^JD-
Uitgifte van f 24000,^, 7 percent
OBLIGATION.
Liefde en Lijden.
BINNENLAND,
BUITEN LAND.
Burg-ujueester en Wetbomleis van 1 Ell
NEUZEN, stellen de inschrijving op boven-
staande leeuiug open op Woensdag
2 Maurt 1921, van des voo'iniddags
9 kllir tot des muniddags 1 uur, tot ^en
koers van 100 percent.
Gezegelde inscbrij virgsb lj tten in te
zenden ten kantore vau den Gemeente
Ontvanger waar de voorwaaideu ter inzage
liggen.
Ter Neuzen, den 17 Februari 1921.
Burgemeester en Wetbouders voornoemd,
J. HUIZINGA, Burgemeester.
b. 1. ZONNEVIJLLE, Secretary
Wij tievinden ons in de dusgenaamde
jijdensweken. De aandacht der geheele
Chnstenheid wordt gevraagd voor het lijden
van Hem, aan wien zij haar naam en betee-
kenis ontleent. Het is te begrijpen, dat
Christenen ook met hunne gedachten willen
vertoeven bij de smartelijke behandeling die,
in het bijzonder in de laatste dagen van
Zijn leven, aan Jezus werd aangedaan. Zijne
laatste levensdagen zijn in het bijzonder
dagen van lijden geweest. We zouden echter
kunnen vragen of dat lijden nog iets te
maken heeft met het lijden van onze dagen,
met ai dat sombere wat wij dooimaken, om-
dat de maatschappij bloedt uit zoovele won-
den. En welk antwoord zullen we daarop
geven? lk zou zeggen: tweeeiiei. Eerstens
neen, dat lijden van jezus heett niet het
minst uit te staan met het lijden van den
tegenwoordigen tijd; en tweedens: ja, het
heeft er wel degehjk veel inee te maken.
Eerstens dan: in geen enkel opzicht is dat
lijden van Jezus te vergelijken met het lijden,
waar onze tijd over spreekt en zucht, en wel:
omdat Jezus' lijden werd veroorzaakt door
Zijn grootneid en die bestond wel het meest
in Zijne ontzaglijke liefde voor menschen.
Zijne groote liefde bezorgde Hem ten slotte
al dit lijden; en de wonden van onzen tegen
woordigen tijd, laten we het rnaar eerlijk
zeggen, komen voort door de groote zelf-
zucht, die alom heerscht. Waar is nu het
aanknoopingspunt tusschen die twee? Er
is geen vergelijking, geen verband. Jezus
werd de inan van smarten, omdat Hij bij al
Zijn macht en bekwaamheid zulk een lietde-
rijk hart had, dat Hem drong, en dat maar
met wilde ophouden te kloppen.
Hij verkondigde iets nieuws, bracht hel-
derder licht inzake de vernouding van
mensch en God, en deze dingen vonden af-
keuring, ze stoorden, de vromen in hun
zelfgenoegzame rust, en wekten hun haat.
Jezus toonde zijn meer dan menschelijke
Kraolit in wonderlijke daden en in treffende
huip die Hij verleende, waar Hij geroepen
werd. Daardoor kwam Zijn persoon op den
voorgrond, daardoor stak Hij ver uit boven
de besten en vroomsten uit Zijne dagen. Zoo
zagen de toonaangevers en leidslieden van
het volk, in welker midden Jezus optrad, hun
licht betimmeren, zij zagen hun invloed op
'tvolk verdwijnen, en daaraan ergerden zij
zich maar al te zeer. Zij gaven Hem ondub-
belzinnig te kennen, dat ze Hem haatten, en
zij bedreigden reeds spoedig na Zijn optre-
den Zijn leven. Had Hij zich toen maar wil
len terugtrekken uit Jeruzalem oaar het stille
Galilea om daar als vergeten burger verder
te leven, ze zouden Hem hebben laten gaan
en met rust gelaten. Maar nu die groote
pcrsoonlijkheid al meer Zijn kracht en wijs-
heid in hun midden bleef ontplooien, nu was
de botsing onvermijdelijk, want voor Jezus
op zijde gaan, Hem als hun meerdere erken-
nen, dat wilden de „vromen" in Israel niet.
Jezus trekt zich echter niet terug. Waarom
niet? Wil Hij het van hen winnen? Wil Hij
over hen baas spelen? Wil Hij heerschen en
Zijn macht ontwikkelen om Zijn tegenstan-
ders te vernederen? Niets daarvan komt op
in Jezus' hart. Hier is geen machtige, die in
een enkel opzicht overheerschen wil, die be-
velen wil of van Zijn macht op zelfzuchtige
wijze misbruik maken, maar hier is het ai-
leen de liefde, die blijft spreken en biijft
handelen, de liefde voor den mensch, die ge-
voelt dat zij niet wijken mag. Jezus, de
volmaaktste mensch, wist wat er in den
mensch was, en ook wist Hij wat het hart
van den mensch noodig heeft om vrede te
hebben, om innerlijk geluk te bezitten, om
het hoogste te bereiken in zijn verhouding
tot God. En Jezus bemerkt ook, dat de
geestelijke leidslieden van het volk in Zijne
dagen, dat alles niet brachten. Zij bleven
ver staan beneden het ideaal. Zij leidden de
menschen niet binnen in de vrijheid, in de
ware vreugde. Jezus verstond het leven beter
en had in Zijn wijsheid en kracht meer te
geven dan ooit een mensch geven kon. Doch
wat Hij geven wilde, wilde men niet aan-
nemen en in Zijn geheele optreden gevoelden
de toonaangevers iets krenkends voor hun
eigenwaarde. Was er bij Jezus nu eigen-
liefde geweest, Hij zou Zijn optreden gewij-
zigd hebben om weer bij de menschen in den
smaak te vallen, of Hij zou zich terugge-
trokken hebben toen Hij ontwaardde, dat de
hoogmoed der leidslieden als een sterke
muur was, waartegen Hij dreigde te pletter
te loopen. Maar in Zijn hart is enkel de
liefde om menschen te brengen toi dat geluk
war ricm vervult, het hoogste, en Hij weet,
dat Hij niets terughouden mag, dat zou zijn
de menschen tekort doen. Neen al de haa;,
die Hem ontmoet, wijzigt in Zijn optreden
uiiels, eercier gevoeit Hij des te meer hoe
noodig het is, te geven wat Hij te geven
heeft, en daarvan gaat Zijne liefde geen
uum.oreeu a;. Hij wii het hoogste geven
aan den mensch, al de haat en ondank, die
Hij tegenkomt, doen Hem niet terugkeeren,
riij piijft wijzen den eenen weg, die den
rncm,en werkeiijk leven geeft. E" daarom.
wordt. het lijden in Zijn leven zoo groot.
Zichzelf ver,geet Hij, de liefde heerscht in
Hem. en het grootste lijden komt ever Hem,
dat de blinde, hoogmoedige menschen Hem
aandoen, en dat Hij standvastig aanvaardt.
Hier is het de liefde, die zooveel lijden ver
oorzaakt. Hier is grootheid in het lijden.
En heeft dit lijden nu iets te maken met
het lijden, met de malaise van onzen tijd?
Ach, wat speuren wij daar als de oorsprong?
Is het niet de zelfzucht, het tegendeel van
waarachtige liefde? leder komt met nadruk
op >oor het eigenbelang en is daarvan al-
leen vervuld, meestal zoo erg, dat niet ge
vraagd wordt naar het beiang van den
naaste of het algemeen beiang. leder bouwt
zijn eigen levensgebouw en haalt van alle
kanten de steenen voor dat gebouw bij el-
kaar, zonder vaak te vragen of het gaat op
edele, menschelijke, dat is liefderijke wijze.
Men vraagt niet waar men het vandaan
heett, als men het maar heeft. leder eischt
voor zichzelf zooveeJ mogelijk van o.en
maatschappelijken disch en men bekommert
er zich niet 'over, dat er nog meer zijn dip
er aan eten moeten, men zou hun nog eer-
der dat eten willen onthouden. leder heerscht
op zijn manier over een zoo groot mogelijk
gebied en laat gaarne gevoelen zijn macht.
leder heeft van zichzelf een groote gedachte
en igen uscht voor eigen beteekenis de noo
dige eer op. En als men zijn doel niet kan
bereiken of zijn zin niet krijgt, ja dan ko
men de bedreigingen en scheldwoorden, dan
komt het gewelu, de dwang. Dan spreekt
men van tekort doen en onrecht en men zal
met de vuist zich een plaats veroveren, dan
zal men met de ellebogen zich een weg door
de menigte banen en anderen op geweldige
wijze op zijde stooten. Dan komt men op
voor zichzeu en acht alle middelen geoor-
loofd, dan komt de telle strijd, de blinde
woeae, al maar meer haat. Dan komt de
revolutie, de anarchie. Dan is er veel lijden
en ellende. Maar wat is de oorsprong van
dit alles? Vaak niets anders dan de zelt-
zucht, de eigenheMe waardoor men zich
leiden laat. Die is heerschende. Rijken en
armen, heeren en knechten, ouden en jongen
maken zich schuldig er aan. Zij is de groote
oorzaak van zooveel van wat we tegenwoor-
uig aanschouwen. tin net kan niet anuers.
leder trekt met geweld van zijn kant aan
het stuk linnen, dat men samen verdeelen
moet. Het linnen moet scheuren en de men
schen tuimelen op den grond en wonden
zich. Als een ketel water op het vuur staat
dan ontwikkelt zich stoom. En als die stoom
er niet uit kan, iictzij langs het deksei, hetzij
door de tuit, dan moet tenslotte de ketel uit
eikaar springen. under de maatschappij
wordt gestookt het vuur van de zelfzucht;
als er geen toegeven is, moet ook daar een
ontplotnng hoe langer zoo meer komen.
Zelfzucht, eigenliefde zij zijn het, waardoor
de mensch van onze dagen in 't algemeen
zich drijven laat, en daarom die ellende.
Heeft dat nu iets te maken met de smar
ten van den grooten Lijder, wiens uitgangs-
punt liefde is; sterke, zuivere liefde alleen?
Daar is wel een ontzaggelijk verschil, ja
groote tegenstrijdigheid!
En toch staat het lijden van Jezus daar
niet buiten, toch is er een verband te leggen.
Is dat lijden, dat op den heuvel Golgotha tot
het hoogtepunt kwam, niet teweeggebracht
door een zelfzuchtige menigte, met wie Hij
niet wilde meedoert? Hij wilde toonen, dat
de hoogste wet, die heerscht in het rijk, waar
Hij leetde is: de liefde. Maar ook, dat aan
haar is gegeven de hoogste macht. In ieder
mensch strijden eigenlijk twee menschen.
Daar is in ieder menscti ook wel een gevoei
van het heerlijke en van het gelukkige, dat
de liefde brengt. J a liefde oefenen, zegt het
geweten het niet, dat is het hoogste. Maar
er is in ieder mensch ook een gevoei, dat hij
er met liefde niet komen zal en komen kan.
Hoe zal men met haar te beoefenen door cte
wereld komen en het noodige ontvangen?
Dart gelooft men niet aan de waarheid van
deze spreuk: „Zalig zijn de zachtmoedigen,
zij zullen de aarde erven", maar men staat
veei meer aan de zijde van dat andere
woord: „een brutaal mensch heeft de halve
wereld." Sterk is in den mensch de vrees,
dat hij te kort komen zal, dat hij voor zich
zelf opkomen moet overal en in alles, om het
noodige te kunnen ontvangen en daarom
wordt het beste in den mensch, waar hij een
gevoei had van het hoogere, het meer edele
van de liefde, weggeduwd en overwonnen.
Is het nu niet noodig, dat in ieder mensch
dat betere wordt versterkt, dat het geloof in
de kracht der liefde sterker wordt dan zijn
vertrouwen, dat hij er met zelfzucht komen
zal? En heett de groote Lijder dat nu niet
willen doen, en heeft Hij dat niet bereikt?
Jezus heeft getracht den goeden mensch in
ons, die te zwak is, van onder den slechten
mensch uit te halen, hem recht te zetten en
tot overwinnaar te maken, en Jezus heeft
het gedaan door onder en door het lijden
heen, te doen zien de groote kracht der ware
liefde. Zijn liefde bracht Hem lijden, maar
Hij gaat niet terug. Hij blijft Zijn werk doen
voor de menschen en draagt geduldig wat
men Hem aandoet. Hij Scheldt niet terug als
Hij gescholden wordt. Hij wreekt zich niet
als Hem het hoogste onrecht wordt aange-
u.Kin. Hij lijdt door vijanden en ook door
vrienden en alien ontvluchten Hem, maar
z-ijn neide kwijnt niet en Hij waagt het in
het geloof aan hare kracht totdat Hij zelf
bezwijkt op den krubheuvel. Maar is daar
dan de macht der zelfzucht niet de sterkste
gebleken? Heeft de zelfzucht dan niet alle
werk van Jezus ijdel gemaakt? Daar heeft
men dan toch den beaten, den edelsten, den
liefderijksten, die ooit onder menschen leetde,
den dood aangedaan; was daar Zijn rijk dan
niet uit en had daar de zelfzuchtige mensch
het dan niet gewonnen van den liefdevollen
mensch? Neen, ook dat niet. Dat was maar
schijn, de waarheid id anders. Ge hebt mis-
schien wel cent- op n zomeravond de zon
zien ondergaan overseen uitgestrekt land-
schap. Bloedrood zonk zij weg en de neve-
len werden zichtbaar tioven de weide, en de
kille dampen die opstegen waren nog
even te zien voor het naderen van den kou-
den donkeren nacht. l icht en warmte namen
afscheid met het wegrinken van de zon, en
de kilte en duisternis van de aarde werden
merkbaar. Zoo is achter Golgotha, toen
Jezus stierf aan het kruis, de zon der liefde,
die in Hem over de aarde scheen, bloedrood^ 1
ondergegaan, en zij liet de menschen achter
in de kilte en duisternis van hun eigen liefde.
De overwinning scheen aan den nacht, aan
de zelfzucht. Maar gelijk wij na den zomer-
nacht den morgen weer zien aanbreken, en
wij de zon zien tevoo:.'sohijn treden als een
overwinnaar, wegdoende alle duisternis en
kilheid en alles weer overgietend en vervul-
Jend met haar warmte en licht, zoo is ook
op den ondergang vah de zon der liefde de
morgen gevolgd. Op tien Paaschmorgen is
de zon der liefde wed" verrezen, de gestor-
vene is levend geworden en maakt het dui-
delijk, dat de kracht cfer liefde het toch wint
van de macht der zelfzucht. Opgestaan is
Jezus van den aoodelyken slag, die de zelf
zucht der wereld Hen, toebracht, en zij die
Hem weer hebben teruggdzien in het leven
als overwinnaar, zij zijn verzekerd geworden
van deze waarheid: jwaarachtige liefde is
niet blijvend te vernederen of te binden,
maar aan haar is het laatste woord. En
zou dan de groote Lijder, in Zijn lijden,
waarop de overwinnir.g volgt, niet een ern-
stig woord te zeggen hebben tot onzen tijd
met zijn lijden? Nu is de zelfzucht veroor-
deeld.
Zij is het ouderwetsche, en het nieuwe en
revens het oudste is: tie liefde. De zelfzucht
is veroordeelo, zii an het hoogste niet
geven aan den menscn, zij zal altijd inoeten
wijken voor de macht der liefde. Met de
zelfzucht zal de mensch altijd teleurgesteld
uitkomen. Diep ongelukkig is en blijft het
in het hart, waar de zelfzucht op den troon
zit. De liefde alleen, waar zij heerscht
brengt het groote geluk.
Is dan het beginsel der liefde in ons zwak,
omdat het beginsel der zelfzucht zoo sterk
is, laat ons dan in deze weken het lijden
van Jezus van naderbij willen bezien. Indien
wij in den geest met Hem gemeenschap oefe
nen, zal Hij ook nu dat beginsel der liefde
in ons versterken. Hij zal ons door Zijn
overwinning tot zekerheid brengen, tot ver
trouwen, tot kracht om standvastig liefde te
oefenen. En zou dan, als velen zich door
dat beginsel lieten leiden, niet veel wegval-
len van het lijden, wat we thans aan-
schouwen?
Echter blijft het lijden; maar het zal anders
zijn, en voor hem of haar, die het draagt
van geheel andere beteekenis.
De zelfzuchtige mensch kan meenen, dat
hij staat op een hoogtepunt, en dat het vol-
op dag voor hem is; maar zijn zon gaat on
der, de avond komt en daarmede de kilte en
de duisternis, en op dien nacht zal geen mor
gen van licht meer kunnen volgen. Het lijden
zal in het leven van den zelfzuchtige de
overhand nemen.
De liefdevolle mensch heeft ook den
strijd met de kilte en de omringende nevelen,
maar hij is als de zon, die opgaat en al de
nevelen verdrijft. Hij wordt sterker en blij-
der. Voor hem wordt het de voile dag,
waarop geen donkere nacht meer volgen kan.
Aan de liefde is de overwinning gegeven
over alle lijden.
Maurits F.
GEMEENTE-LEENINGEN.
De 7 pet. geldleemng van 6 miliioeix
voor de gemeente Rotterdam is ongeveer
20 maal volteekend, zoodat slechts 5 pet.
van de inschrijvingen kan worden toege-
kend. s
HET NASPEL DER POSTSTAKING.
Het grootste deel van het postpersoneel
der posterijen, dat aan de poststaking
heeft deelgenomen, is gestraft met
voorwaardelijk ontslag en een aantalmet
inhouding van eenige dagen verlot.
Een groot aantal der gestraften heeft
beroejD pangeteekend bij 'de bestaande
Commissie van Beroep, die in den loop
der volgende week eenige gestrafte amb-
tenaren zal hooren, om vervolgens haar
advies inzake de bestraffing, dat zij aan de
regeering zal uitbrengen, coilectiet vast
te stellen.
DE POSITIE VAN DEN EX-KROON-
PRINS.
In de memorie van antwoord aan de
Eerste Kamer nopens de begrooting van
binnenlandsche zaken, wordt o.m. mede-
gedeeld:
De eigenlijk ^gezegde interneering van
den ex-kroonprinS is reeds eenige da
gen na zijn komst op Wieringen vervallen.
Intusschen is daarna hem dn eiland van
regeeringswege als verblijf aangewezen
en het ligt voor de hand, dat de daaruit
voortvloeiende uitgaven ook uit 's rijks
kas worden bekostigd. Deze bepaien zich
tot de huur van de zeer eenvoudige wo-
ning en tot hare stoffeering en onderhoud.
VEREEN1GDE ST AT EN.
Honston, de Amerikaansche minister van
de schatkist, is op zijn eigen verzoek door de
commissie voor de buitenlandsche betrek-
kingen uit den Senaat te Washington met
gesloten deuren gehoord en heeft, volgens
hetgeen de Amerikaansche pers van het
daarbij verhandelde vernomen heeft, verteld
dat Engeland er verscheidene malen bij de
Vereenigde Staten een bailetje over opge-
gooid had om zijn schuld kwijtgescholden
te krijgen, maar dat al dergelijke voorstellen
onveranderlijk afgewezen zijn. Frankrijk
had Amerika over hetzelfde gepolst, zonder
bepaalde voorstellen te doen. Het is waar;
schrijft de N. R. Crt., dat het gerucht weet
te verhalen van een belofte van president
Wilson op de vredesconferentie, dat hij, zoo-
dra de Senaat het tractaat van Versailles
geratificeerd had, alle mogelijke moeite zou
doen, om de geheele schuld der geallieerden
aan de Vereenigde Staten vernietigd te krij
gen. Maar ale moeite van Wilson om zelfs
die ratificatie in den Senaat erdoor te krij
gen is vergeefsch geweest en hij is nu pre
sident op den valreep. De leden van de 5e-
naatscommissie bovengenoemd hebben, naar
verluidt, hun voldoening betuigd over de
verkliringen var. Houston en de Amerikaan
sche pers heeft vervolgens in hoofdartikelen
uiteengezet, dat in de Vereenigde Staten
zoowel de openbare meening als de Senaat
scherp gekant zijn tegen elk denkbeeld van
kwijtschelding van schulden. Engeland moet
nu, tot zijn leedwezen verklaren, dat het,
met het oog op die houding van zijn schuld-
eischer aan den overkant van het groote
water, evinmin kan treden in het schrappen
van de schulden van zijn oorlogsbondge-
nooten. Het fiasco dat Engeland in de kwes-
tie bij Amerika heeft geleden, en daardoor
ook weer verscheidene, met schulden be-
zwaarde geallieerden bij Engeland, is na-
tuurlijk van invloed op de houding van alle
geallieerden tezamen tegenover Duitschland.
Als Engeland er binnen redelijken tijd niet
in slaagt, bij de Vereenigde Staten uit het
krijt te komen, moet dat een verkoelenden
invloed op de betrekkingen tusschen de twee
landen hebben. De wereld zal iemand moord
en doodslag en andere dingen vergeven,
maar niet dat zij geld aan hem tekort komt.
Ondanks de schoone dingen die Lord Rea
ding, de nieuwe onderkoning van Engeisch-
Indie, aan een afscheidsmaaltijd, aan welken
ook voorname Amerikanen aanzaten ge-
zegd heeft over de noodzakelijkheid om in
de toekomst argwaan en misverstand tus
schen de twee Angelsaksische zusternaties
te vermijden, schuilt juist in die schuldkwes-
tie de bron van velerlei moeilijkheia. Een
onbevredigd schuldeischer heeft altijd nei-
ging om belangstelling voor de huiselijke
aangelegenheden van een schuldenaar aan
den dag te ieggen. Op den oorlog waaraan
de halve wereld heeft deelgenomen, volgt de
insolventie van de halve wereld, en bij de
overwinnaars wordt het gevoei sterker d^t
de Duitsche schadevergoeding hen uit den
brand moet helpen. Alleen op de Duitschers
is verhaal mogelijk, meenen zij. Dat Duitsch-
iand hierop antwoordt, dat men dat maar
denkt, wordt verklaard uit de psychologie
van den wanbetaler. In Engeland "heeft het
wanneer de natie in den blinde den verkeer-
den weg opholde, nooit ontbroken aan waar-
schuwingen van bezadigde menschen. Ge-
neraal Sir Ian Hamilton is nu een van hen.
„(1) Maak geen stokpaardje." waarschuwt
hij in de Review of Reviews. „van de ver-
meende bedoGingen van de Duitschers,
maar luister naar de zuivere beweegredenen
en de edelmoedige voornemens met welke
onze eigen jonge soldaten te wapen zijn
geloopen.
„(2) Zanik niet over de vredesvoorwaar-
den van 1871Kitchener is ons voorbeeld
niet Bismarck. Denk aan de vredesvoor-
waarden van 1902 en herinner u, hoe zij uit
die vreeselijke Zuid-Afrikaansche wonden
het venijn gethaald hebben."
Woorden die iedereen bewonderen moet
a!s richtsnoer, maar die geen oplossing aan
de hand doen voor de vraag, hoe men
Duitschiand, den verliezer van den oorlog,
ertoe moet krijgen een zoo groot mogelijk
deei van de oorlogsschuld via de geallieer
den aan Amerika, den eigenlijken overwin
naar, te betalen. Met Duitschland's failiet-
verkiaring is niets te bereiken. Dus: op-
schorting van betaling onder bewindvoering
van de geallieerden. Bij dit laatste stelsel
behoudt ook de schuldenaar eenig recht van
meespreken, het is dit recht, dat de Duit
schers ondanks de besluiten van Parijs te
Londen willen opeischen.
TER NEUZEN, 18 Febr. 1921.
SCHAKEN,
De schaakclub „Ter Neuzen" hield ter
herdenking van haar lOjarig bestaan een
onderlingen gongwedstrijd.
De uitslag hiervan was, dat de heer
Broekman in de eerste groep en de heer
Oldeman in de tweede groep een prijs
verwiert.
DIRECTEUR R. H. B. S.
Bij koninklijk besluit is met ingang van
1 Augustus benoemd tot directeur van een
te Purmerend te vestigen rijks hoogere bur-
gerschool de heer Dr. H. G. ten Bruggencate,
thans directeur der R. H. B. S. te Ter
Neuzen.
VOORDRACHT OVER THEOSOF1E.
Donderdagavond gat de heer Mr. J. F.
van Deinse uit Middeiburg, alhier de aan-
gekondigde voordracht over Theosofie.
Uit de opkomst bleek, dat velen belang-
stellend waren hieromtrent w^t te ver-
nemen, want de bovenzaal van het „Ho-
tel de Commerce" was geheel bezet en
de rede van den spreker werd van begin
tot eind met voile aandacht gevolgd.
Uit de mededeelingen bleek, dat de
theosoten zich omtrent het leven en ster-
ven der menschen een van de in het Wes-
ten meest gangbare ieerstellingen een an
dere opvatting hebben gevormd, dat er
na het leven hier op aarde nog 2 peno-
den van geestelijk leven volgen, daarna
een periode van onbewustheid en vervol
gens weer een leven op de wereld, waar-
bij de menschen steeds volmaakter wor
den. Naar het bereiken dier volmaaktheid
moet reeds hier gestreeftj worden. In den
breede zette spreker een en ander uit-
een. Het doel dat de theosofische ver-
eeniging bejoogd, is: 1. het vormen van
een kern van de algemeene broederschap
der menschheid, zonder ondersclieid van
ras, geloof, geslacht, kaste ot kleur; 2.
het aanmoedigen van de vergelijkende
studie van godsdienst, wijsbegeerce en
wetenschap; 3. het onderzoeken van on-
verkiaarbare wetten der natuur en de la-
tente krachten in den mensch. Spreker
deelde voorts mede, dat alhier reeds een
studieclubje bestaat en dat zij die na het
gehoorde meer van dit vraagstuk wen-
schen te vernemen, zich daarbij kunnen aan
sluiten. Zijn doel was niet proselieten
maken ol zieltjes winnen, doch, waar de
theosoten gelukkig leven door hun le-
vensbeschouwing, ook anderen dat ge
luk te doen deelachtig worden.
NED. HERV. KERK.
Jl. Zaterdag had onder leiding van Ds.
G. van Dis, voorzitter van het classikaal
bestuur, de door den kerkeraad der Ned.
Herv. gemeente alhier uitgeschreven ver-
gadering plaats. Ter bijwoning dezer ver-
gadering waren alle leden der kerk uit-
genoodigd. Door ongeveer 80 leden was
uaaraan gevolg gegeven.
De vergadering werd ingeleid door Ds.
Timmerrnan, die mededeelde, dat, nueen
nieuw reglement op de predikamstracte-
menten in werking is getreden, de kerke
raad zich niet verantwoord achtte, waar
de levensbelangen der gemeente op het
spel staan, te doen zooais in het begin
der 18e eeuw een Fransch vredesonder-
handelaar tot onze regeering zeide: wij
zullen beraadslagen bij u, over u, en
zonder u.
Hij waardeert ten zeerste de tegenwoor-
digheid van Ds. van Dis, voorzitter van
het classikaai bestuur en de kericeraad is
hem dankoaar, dat Ds. van Dis zich de
moeite wilde getroosten, het nieuwe re
glement voor de gemeente toe te lichten.
Ds. van Dis, daarna het woord verkr.j-
gende, wees op den schrijnenden nood
die in veie predikantsgezinnen heerschte
door de lage bezoldigmg die de predika.i-
ten in deze dure tljden genoten.
In de laatste jaren werden alle bezol-
digingen verdubbeld, alleen de predikants-
tractementen werden niet verlioogd. Dit
moet noodzakelijk leiden tot alierief ont-
beringen en ellende in menig predikants-
gezin. Vandaar dat vele predikanten,
zochten, er op de een ot andere wiize wat
bij te verdienen, door b.v. als stenograat
de raadsvergaderingen ot "vergaderingen
van de Staten bij te wonen, om versla-
gen te Teveren of als inspecteur van een
spaarverzekering ot door het geven van
muziekles ot ais reparateur van electrisehe
bellen enz., aileriei dingen, die nioeilijk
met het predikantsambt waren overeen te
brengen. Dit laatste werd door den pre-
dikant zei!| |wel gevoeld, doch de nood
drong hen, dit te doen.
De gemeenten verstonden hunne roeping
niet in deze en daarom greep de Synode in,
door een reglement op de predikantstracte-
menten te ontwerpen, welk ontwerp door de
Synode en door de door haar geraadpleegue
colleges en besturen eenparig vastgesteld,
op 15 Januari 1.1. in werking is getreden.
Spreker besprak voorts enkele artikelen
en gat een duidelijke uiteenzetving daarvan
Hij werd met onverdeelde aandacht gevolgd.
Van de geboden gelegenheid om vragen
te stellen werd door enkele aanwezigen ge-
bruik gemaakt. Zij werden door den spreker
beantwoord, waarna hij de vergadering on
der dankzegging sloot.
PROV. STOOMBOOTDIENST.
Door Gedeputeerde Staten van Z€elam
is aan den heer J. Lucasse te Walsoorden
met ingang van 16 dezer eervol ontslag ver-
leend als stuurman bij den provincialen
stoombootdienst op de Wester-Sehelde.
Zel. voegt aan bovenstaande het volgende
toe:
Gedurende ruim 38 jaar heeft Lucasse
het veer tusschen Walsoorden en Hansweert
bevaren, waarvan 22 jaar in particulieren
en 16 jaar in Provincialen dienst. Op den
vooravond van zijn heengaan uit den dienst
werd hij namens het personeel door den iheer
van Beusekom, conducteur van den stoom
bootdienst, in passende woorden toegespro-
ken en hem als blijk van waardeering en
vriendschap een wandelstok aangeboden,
met begeleidend schrijven, waarin de ge-
voelens jegens de scheidende in welgemeen-
de woorden werden vertolkt.
Zichtbaar aangedaan nam Lucasse af
scheid van het personeel en dankte hartelijk
voor de hem gebrachte hulde.