ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN. No. 7110. Vrijdag 18 Februari 1921. 69e Jaargang. GELDLEEiiiG. BERSTE ZBL^JD- Uitgifte van f 24000,^, 7 percent OBLIGATION. Liefde en Lijden. BINNENLAND, BUITEN LAND. Burg-ujueester en Wetbomleis van 1 Ell NEUZEN, stellen de inschrijving op boven- staande leeuiug open op Woensdag 2 Maurt 1921, van des voo'iniddags 9 kllir tot des muniddags 1 uur, tot ^en koers van 100 percent. Gezegelde inscbrij virgsb lj tten in te zenden ten kantore vau den Gemeente Ontvanger waar de voorwaaideu ter inzage liggen. Ter Neuzen, den 17 Februari 1921. Burgemeester en Wetbouders voornoemd, J. HUIZINGA, Burgemeester. b. 1. ZONNEVIJLLE, Secretary Wij tievinden ons in de dusgenaamde jijdensweken. De aandacht der geheele Chnstenheid wordt gevraagd voor het lijden van Hem, aan wien zij haar naam en betee- kenis ontleent. Het is te begrijpen, dat Christenen ook met hunne gedachten willen vertoeven bij de smartelijke behandeling die, in het bijzonder in de laatste dagen van Zijn leven, aan Jezus werd aangedaan. Zijne laatste levensdagen zijn in het bijzonder dagen van lijden geweest. We zouden echter kunnen vragen of dat lijden nog iets te maken heeft met het lijden van onze dagen, met ai dat sombere wat wij dooimaken, om- dat de maatschappij bloedt uit zoovele won- den. En welk antwoord zullen we daarop geven? lk zou zeggen: tweeeiiei. Eerstens neen, dat lijden van jezus heett niet het minst uit te staan met het lijden van den tegenwoordigen tijd; en tweedens: ja, het heeft er wel degehjk veel inee te maken. Eerstens dan: in geen enkel opzicht is dat lijden van Jezus te vergelijken met het lijden, waar onze tijd over spreekt en zucht, en wel: omdat Jezus' lijden werd veroorzaakt door Zijn grootneid en die bestond wel het meest in Zijne ontzaglijke liefde voor menschen. Zijne groote liefde bezorgde Hem ten slotte al dit lijden; en de wonden van onzen tegen woordigen tijd, laten we het rnaar eerlijk zeggen, komen voort door de groote zelf- zucht, die alom heerscht. Waar is nu het aanknoopingspunt tusschen die twee? Er is geen vergelijking, geen verband. Jezus werd de inan van smarten, omdat Hij bij al Zijn macht en bekwaamheid zulk een lietde- rijk hart had, dat Hem drong, en dat maar met wilde ophouden te kloppen. Hij verkondigde iets nieuws, bracht hel- derder licht inzake de vernouding van mensch en God, en deze dingen vonden af- keuring, ze stoorden, de vromen in hun zelfgenoegzame rust, en wekten hun haat. Jezus toonde zijn meer dan menschelijke Kraolit in wonderlijke daden en in treffende huip die Hij verleende, waar Hij geroepen werd. Daardoor kwam Zijn persoon op den voorgrond, daardoor stak Hij ver uit boven de besten en vroomsten uit Zijne dagen. Zoo zagen de toonaangevers en leidslieden van het volk, in welker midden Jezus optrad, hun licht betimmeren, zij zagen hun invloed op 'tvolk verdwijnen, en daaraan ergerden zij zich maar al te zeer. Zij gaven Hem ondub- belzinnig te kennen, dat ze Hem haatten, en zij bedreigden reeds spoedig na Zijn optre- den Zijn leven. Had Hij zich toen maar wil len terugtrekken uit Jeruzalem oaar het stille Galilea om daar als vergeten burger verder te leven, ze zouden Hem hebben laten gaan en met rust gelaten. Maar nu die groote pcrsoonlijkheid al meer Zijn kracht en wijs- heid in hun midden bleef ontplooien, nu was de botsing onvermijdelijk, want voor Jezus op zijde gaan, Hem als hun meerdere erken- nen, dat wilden de „vromen" in Israel niet. Jezus trekt zich echter niet terug. Waarom niet? Wil Hij het van hen winnen? Wil Hij over hen baas spelen? Wil Hij heerschen en Zijn macht ontwikkelen om Zijn tegenstan- ders te vernederen? Niets daarvan komt op in Jezus' hart. Hier is geen machtige, die in een enkel opzicht overheerschen wil, die be- velen wil of van Zijn macht op zelfzuchtige wijze misbruik maken, maar hier is het ai- leen de liefde, die blijft spreken en biijft handelen, de liefde voor den mensch, die ge- voelt dat zij niet wijken mag. Jezus, de volmaaktste mensch, wist wat er in den mensch was, en ook wist Hij wat het hart van den mensch noodig heeft om vrede te hebben, om innerlijk geluk te bezitten, om het hoogste te bereiken in zijn verhouding tot God. En Jezus bemerkt ook, dat de geestelijke leidslieden van het volk in Zijne dagen, dat alles niet brachten. Zij bleven ver staan beneden het ideaal. Zij leidden de menschen niet binnen in de vrijheid, in de ware vreugde. Jezus verstond het leven beter en had in Zijn wijsheid en kracht meer te geven dan ooit een mensch geven kon. Doch wat Hij geven wilde, wilde men niet aan- nemen en in Zijn geheele optreden gevoelden de toonaangevers iets krenkends voor hun eigenwaarde. Was er bij Jezus nu eigen- liefde geweest, Hij zou Zijn optreden gewij- zigd hebben om weer bij de menschen in den smaak te vallen, of Hij zou zich terugge- trokken hebben toen Hij ontwaardde, dat de hoogmoed der leidslieden als een sterke muur was, waartegen Hij dreigde te pletter te loopen. Maar in Zijn hart is enkel de liefde om menschen te brengen toi dat geluk war ricm vervult, het hoogste, en Hij weet, dat Hij niets terughouden mag, dat zou zijn de menschen tekort doen. Neen al de haa;, die Hem ontmoet, wijzigt in Zijn optreden uiiels, eercier gevoeit Hij des te meer hoe noodig het is, te geven wat Hij te geven heeft, en daarvan gaat Zijne liefde geen uum.oreeu a;. Hij wii het hoogste geven aan den mensch, al de haat en ondank, die Hij tegenkomt, doen Hem niet terugkeeren, riij piijft wijzen den eenen weg, die den rncm,en werkeiijk leven geeft. E" daarom. wordt. het lijden in Zijn leven zoo groot. Zichzelf ver,geet Hij, de liefde heerscht in Hem. en het grootste lijden komt ever Hem, dat de blinde, hoogmoedige menschen Hem aandoen, en dat Hij standvastig aanvaardt. Hier is het de liefde, die zooveel lijden ver oorzaakt. Hier is grootheid in het lijden. En heeft dit lijden nu iets te maken met het lijden, met de malaise van onzen tijd? Ach, wat speuren wij daar als de oorsprong? Is het niet de zelfzucht, het tegendeel van waarachtige liefde? leder komt met nadruk op >oor het eigenbelang en is daarvan al- leen vervuld, meestal zoo erg, dat niet ge vraagd wordt naar het beiang van den naaste of het algemeen beiang. leder bouwt zijn eigen levensgebouw en haalt van alle kanten de steenen voor dat gebouw bij el- kaar, zonder vaak te vragen of het gaat op edele, menschelijke, dat is liefderijke wijze. Men vraagt niet waar men het vandaan heett, als men het maar heeft. leder eischt voor zichzelf zooveeJ mogelijk van o.en maatschappelijken disch en men bekommert er zich niet 'over, dat er nog meer zijn dip er aan eten moeten, men zou hun nog eer- der dat eten willen onthouden. leder heerscht op zijn manier over een zoo groot mogelijk gebied en laat gaarne gevoelen zijn macht. leder heeft van zichzelf een groote gedachte en igen uscht voor eigen beteekenis de noo dige eer op. En als men zijn doel niet kan bereiken of zijn zin niet krijgt, ja dan ko men de bedreigingen en scheldwoorden, dan komt het gewelu, de dwang. Dan spreekt men van tekort doen en onrecht en men zal met de vuist zich een plaats veroveren, dan zal men met de ellebogen zich een weg door de menigte banen en anderen op geweldige wijze op zijde stooten. Dan komt men op voor zichzeu en acht alle middelen geoor- loofd, dan komt de telle strijd, de blinde woeae, al maar meer haat. Dan komt de revolutie, de anarchie. Dan is er veel lijden en ellende. Maar wat is de oorsprong van dit alles? Vaak niets anders dan de zelt- zucht, de eigenheMe waardoor men zich leiden laat. Die is heerschende. Rijken en armen, heeren en knechten, ouden en jongen maken zich schuldig er aan. Zij is de groote oorzaak van zooveel van wat we tegenwoor- uig aanschouwen. tin net kan niet anuers. leder trekt met geweld van zijn kant aan het stuk linnen, dat men samen verdeelen moet. Het linnen moet scheuren en de men schen tuimelen op den grond en wonden zich. Als een ketel water op het vuur staat dan ontwikkelt zich stoom. En als die stoom er niet uit kan, iictzij langs het deksei, hetzij door de tuit, dan moet tenslotte de ketel uit eikaar springen. under de maatschappij wordt gestookt het vuur van de zelfzucht; als er geen toegeven is, moet ook daar een ontplotnng hoe langer zoo meer komen. Zelfzucht, eigenliefde zij zijn het, waardoor de mensch van onze dagen in 't algemeen zich drijven laat, en daarom die ellende. Heeft dat nu iets te maken met de smar ten van den grooten Lijder, wiens uitgangs- punt liefde is; sterke, zuivere liefde alleen? Daar is wel een ontzaggelijk verschil, ja groote tegenstrijdigheid! En toch staat het lijden van Jezus daar niet buiten, toch is er een verband te leggen. Is dat lijden, dat op den heuvel Golgotha tot het hoogtepunt kwam, niet teweeggebracht door een zelfzuchtige menigte, met wie Hij niet wilde meedoert? Hij wilde toonen, dat de hoogste wet, die heerscht in het rijk, waar Hij leetde is: de liefde. Maar ook, dat aan haar is gegeven de hoogste macht. In ieder mensch strijden eigenlijk twee menschen. Daar is in ieder menscti ook wel een gevoei van het heerlijke en van het gelukkige, dat de liefde brengt. J a liefde oefenen, zegt het geweten het niet, dat is het hoogste. Maar er is in ieder mensch ook een gevoei, dat hij er met liefde niet komen zal en komen kan. Hoe zal men met haar te beoefenen door cte wereld komen en het noodige ontvangen? Dart gelooft men niet aan de waarheid van deze spreuk: „Zalig zijn de zachtmoedigen, zij zullen de aarde erven", maar men staat veei meer aan de zijde van dat andere woord: „een brutaal mensch heeft de halve wereld." Sterk is in den mensch de vrees, dat hij te kort komen zal, dat hij voor zich zelf opkomen moet overal en in alles, om het noodige te kunnen ontvangen en daarom wordt het beste in den mensch, waar hij een gevoei had van het hoogere, het meer edele van de liefde, weggeduwd en overwonnen. Is het nu niet noodig, dat in ieder mensch dat betere wordt versterkt, dat het geloof in de kracht der liefde sterker wordt dan zijn vertrouwen, dat hij er met zelfzucht komen zal? En heett de groote Lijder dat nu niet willen doen, en heeft Hij dat niet bereikt? Jezus heeft getracht den goeden mensch in ons, die te zwak is, van onder den slechten mensch uit te halen, hem recht te zetten en tot overwinnaar te maken, en Jezus heeft het gedaan door onder en door het lijden heen, te doen zien de groote kracht der ware liefde. Zijn liefde bracht Hem lijden, maar Hij gaat niet terug. Hij blijft Zijn werk doen voor de menschen en draagt geduldig wat men Hem aandoet. Hij Scheldt niet terug als Hij gescholden wordt. Hij wreekt zich niet als Hem het hoogste onrecht wordt aange- u.Kin. Hij lijdt door vijanden en ook door vrienden en alien ontvluchten Hem, maar z-ijn neide kwijnt niet en Hij waagt het in het geloof aan hare kracht totdat Hij zelf bezwijkt op den krubheuvel. Maar is daar dan de macht der zelfzucht niet de sterkste gebleken? Heeft de zelfzucht dan niet alle werk van Jezus ijdel gemaakt? Daar heeft men dan toch den beaten, den edelsten, den liefderijksten, die ooit onder menschen leetde, den dood aangedaan; was daar Zijn rijk dan niet uit en had daar de zelfzuchtige mensch het dan niet gewonnen van den liefdevollen mensch? Neen, ook dat niet. Dat was maar schijn, de waarheid id anders. Ge hebt mis- schien wel cent- op n zomeravond de zon zien ondergaan overseen uitgestrekt land- schap. Bloedrood zonk zij weg en de neve- len werden zichtbaar tioven de weide, en de kille dampen die opstegen waren nog even te zien voor het naderen van den kou- den donkeren nacht. l icht en warmte namen afscheid met het wegrinken van de zon, en de kilte en duisternis van de aarde werden merkbaar. Zoo is achter Golgotha, toen Jezus stierf aan het kruis, de zon der liefde, die in Hem over de aarde scheen, bloedrood^ 1 ondergegaan, en zij liet de menschen achter in de kilte en duisternis van hun eigen liefde. De overwinning scheen aan den nacht, aan de zelfzucht. Maar gelijk wij na den zomer- nacht den morgen weer zien aanbreken, en wij de zon zien tevoo:.'sohijn treden als een overwinnaar, wegdoende alle duisternis en kilheid en alles weer overgietend en vervul- Jend met haar warmte en licht, zoo is ook op den ondergang vah de zon der liefde de morgen gevolgd. Op tien Paaschmorgen is de zon der liefde wed" verrezen, de gestor- vene is levend geworden en maakt het dui- delijk, dat de kracht cfer liefde het toch wint van de macht der zelfzucht. Opgestaan is Jezus van den aoodelyken slag, die de zelf zucht der wereld Hen, toebracht, en zij die Hem weer hebben teruggdzien in het leven als overwinnaar, zij zijn verzekerd geworden van deze waarheid: jwaarachtige liefde is niet blijvend te vernederen of te binden, maar aan haar is het laatste woord. En zou dan de groote Lijder, in Zijn lijden, waarop de overwinnir.g volgt, niet een ern- stig woord te zeggen hebben tot onzen tijd met zijn lijden? Nu is de zelfzucht veroor- deeld. Zij is het ouderwetsche, en het nieuwe en revens het oudste is: tie liefde. De zelfzucht is veroordeelo, zii an het hoogste niet geven aan den menscn, zij zal altijd inoeten wijken voor de macht der liefde. Met de zelfzucht zal de mensch altijd teleurgesteld uitkomen. Diep ongelukkig is en blijft het in het hart, waar de zelfzucht op den troon zit. De liefde alleen, waar zij heerscht brengt het groote geluk. Is dan het beginsel der liefde in ons zwak, omdat het beginsel der zelfzucht zoo sterk is, laat ons dan in deze weken het lijden van Jezus van naderbij willen bezien. Indien wij in den geest met Hem gemeenschap oefe nen, zal Hij ook nu dat beginsel der liefde in ons versterken. Hij zal ons door Zijn overwinning tot zekerheid brengen, tot ver trouwen, tot kracht om standvastig liefde te oefenen. En zou dan, als velen zich door dat beginsel lieten leiden, niet veel wegval- len van het lijden, wat we thans aan- schouwen? Echter blijft het lijden; maar het zal anders zijn, en voor hem of haar, die het draagt van geheel andere beteekenis. De zelfzuchtige mensch kan meenen, dat hij staat op een hoogtepunt, en dat het vol- op dag voor hem is; maar zijn zon gaat on der, de avond komt en daarmede de kilte en de duisternis, en op dien nacht zal geen mor gen van licht meer kunnen volgen. Het lijden zal in het leven van den zelfzuchtige de overhand nemen. De liefdevolle mensch heeft ook den strijd met de kilte en de omringende nevelen, maar hij is als de zon, die opgaat en al de nevelen verdrijft. Hij wordt sterker en blij- der. Voor hem wordt het de voile dag, waarop geen donkere nacht meer volgen kan. Aan de liefde is de overwinning gegeven over alle lijden. Maurits F. GEMEENTE-LEENINGEN. De 7 pet. geldleemng van 6 miliioeix voor de gemeente Rotterdam is ongeveer 20 maal volteekend, zoodat slechts 5 pet. van de inschrijvingen kan worden toege- kend. s HET NASPEL DER POSTSTAKING. Het grootste deel van het postpersoneel der posterijen, dat aan de poststaking heeft deelgenomen, is gestraft met voorwaardelijk ontslag en een aantalmet inhouding van eenige dagen verlot. Een groot aantal der gestraften heeft beroejD pangeteekend bij 'de bestaande Commissie van Beroep, die in den loop der volgende week eenige gestrafte amb- tenaren zal hooren, om vervolgens haar advies inzake de bestraffing, dat zij aan de regeering zal uitbrengen, coilectiet vast te stellen. DE POSITIE VAN DEN EX-KROON- PRINS. In de memorie van antwoord aan de Eerste Kamer nopens de begrooting van binnenlandsche zaken, wordt o.m. mede- gedeeld: De eigenlijk ^gezegde interneering van den ex-kroonprinS is reeds eenige da gen na zijn komst op Wieringen vervallen. Intusschen is daarna hem dn eiland van regeeringswege als verblijf aangewezen en het ligt voor de hand, dat de daaruit voortvloeiende uitgaven ook uit 's rijks kas worden bekostigd. Deze bepaien zich tot de huur van de zeer eenvoudige wo- ning en tot hare stoffeering en onderhoud. VEREEN1GDE ST AT EN. Honston, de Amerikaansche minister van de schatkist, is op zijn eigen verzoek door de commissie voor de buitenlandsche betrek- kingen uit den Senaat te Washington met gesloten deuren gehoord en heeft, volgens hetgeen de Amerikaansche pers van het daarbij verhandelde vernomen heeft, verteld dat Engeland er verscheidene malen bij de Vereenigde Staten een bailetje over opge- gooid had om zijn schuld kwijtgescholden te krijgen, maar dat al dergelijke voorstellen onveranderlijk afgewezen zijn. Frankrijk had Amerika over hetzelfde gepolst, zonder bepaalde voorstellen te doen. Het is waar; schrijft de N. R. Crt., dat het gerucht weet te verhalen van een belofte van president Wilson op de vredesconferentie, dat hij, zoo- dra de Senaat het tractaat van Versailles geratificeerd had, alle mogelijke moeite zou doen, om de geheele schuld der geallieerden aan de Vereenigde Staten vernietigd te krij gen. Maar ale moeite van Wilson om zelfs die ratificatie in den Senaat erdoor te krij gen is vergeefsch geweest en hij is nu pre sident op den valreep. De leden van de 5e- naatscommissie bovengenoemd hebben, naar verluidt, hun voldoening betuigd over de verkliringen var. Houston en de Amerikaan sche pers heeft vervolgens in hoofdartikelen uiteengezet, dat in de Vereenigde Staten zoowel de openbare meening als de Senaat scherp gekant zijn tegen elk denkbeeld van kwijtschelding van schulden. Engeland moet nu, tot zijn leedwezen verklaren, dat het, met het oog op die houding van zijn schuld- eischer aan den overkant van het groote water, evinmin kan treden in het schrappen van de schulden van zijn oorlogsbondge- nooten. Het fiasco dat Engeland in de kwes- tie bij Amerika heeft geleden, en daardoor ook weer verscheidene, met schulden be- zwaarde geallieerden bij Engeland, is na- tuurlijk van invloed op de houding van alle geallieerden tezamen tegenover Duitschland. Als Engeland er binnen redelijken tijd niet in slaagt, bij de Vereenigde Staten uit het krijt te komen, moet dat een verkoelenden invloed op de betrekkingen tusschen de twee landen hebben. De wereld zal iemand moord en doodslag en andere dingen vergeven, maar niet dat zij geld aan hem tekort komt. Ondanks de schoone dingen die Lord Rea ding, de nieuwe onderkoning van Engeisch- Indie, aan een afscheidsmaaltijd, aan welken ook voorname Amerikanen aanzaten ge- zegd heeft over de noodzakelijkheid om in de toekomst argwaan en misverstand tus schen de twee Angelsaksische zusternaties te vermijden, schuilt juist in die schuldkwes- tie de bron van velerlei moeilijkheia. Een onbevredigd schuldeischer heeft altijd nei- ging om belangstelling voor de huiselijke aangelegenheden van een schuldenaar aan den dag te ieggen. Op den oorlog waaraan de halve wereld heeft deelgenomen, volgt de insolventie van de halve wereld, en bij de overwinnaars wordt het gevoei sterker d^t de Duitsche schadevergoeding hen uit den brand moet helpen. Alleen op de Duitschers is verhaal mogelijk, meenen zij. Dat Duitsch- iand hierop antwoordt, dat men dat maar denkt, wordt verklaard uit de psychologie van den wanbetaler. In Engeland "heeft het wanneer de natie in den blinde den verkeer- den weg opholde, nooit ontbroken aan waar- schuwingen van bezadigde menschen. Ge- neraal Sir Ian Hamilton is nu een van hen. „(1) Maak geen stokpaardje." waarschuwt hij in de Review of Reviews. „van de ver- meende bedoGingen van de Duitschers, maar luister naar de zuivere beweegredenen en de edelmoedige voornemens met welke onze eigen jonge soldaten te wapen zijn geloopen. „(2) Zanik niet over de vredesvoorwaar- den van 1871Kitchener is ons voorbeeld niet Bismarck. Denk aan de vredesvoor- waarden van 1902 en herinner u, hoe zij uit die vreeselijke Zuid-Afrikaansche wonden het venijn gethaald hebben." Woorden die iedereen bewonderen moet a!s richtsnoer, maar die geen oplossing aan de hand doen voor de vraag, hoe men Duitschiand, den verliezer van den oorlog, ertoe moet krijgen een zoo groot mogelijk deei van de oorlogsschuld via de geallieer den aan Amerika, den eigenlijken overwin naar, te betalen. Met Duitschland's failiet- verkiaring is niets te bereiken. Dus: op- schorting van betaling onder bewindvoering van de geallieerden. Bij dit laatste stelsel behoudt ook de schuldenaar eenig recht van meespreken, het is dit recht, dat de Duit schers ondanks de besluiten van Parijs te Londen willen opeischen. TER NEUZEN, 18 Febr. 1921. SCHAKEN, De schaakclub „Ter Neuzen" hield ter herdenking van haar lOjarig bestaan een onderlingen gongwedstrijd. De uitslag hiervan was, dat de heer Broekman in de eerste groep en de heer Oldeman in de tweede groep een prijs verwiert. DIRECTEUR R. H. B. S. Bij koninklijk besluit is met ingang van 1 Augustus benoemd tot directeur van een te Purmerend te vestigen rijks hoogere bur- gerschool de heer Dr. H. G. ten Bruggencate, thans directeur der R. H. B. S. te Ter Neuzen. VOORDRACHT OVER THEOSOF1E. Donderdagavond gat de heer Mr. J. F. van Deinse uit Middeiburg, alhier de aan- gekondigde voordracht over Theosofie. Uit de opkomst bleek, dat velen belang- stellend waren hieromtrent w^t te ver- nemen, want de bovenzaal van het „Ho- tel de Commerce" was geheel bezet en de rede van den spreker werd van begin tot eind met voile aandacht gevolgd. Uit de mededeelingen bleek, dat de theosoten zich omtrent het leven en ster- ven der menschen een van de in het Wes- ten meest gangbare ieerstellingen een an dere opvatting hebben gevormd, dat er na het leven hier op aarde nog 2 peno- den van geestelijk leven volgen, daarna een periode van onbewustheid en vervol gens weer een leven op de wereld, waar- bij de menschen steeds volmaakter wor den. Naar het bereiken dier volmaaktheid moet reeds hier gestreeftj worden. In den breede zette spreker een en ander uit- een. Het doel dat de theosofische ver- eeniging bejoogd, is: 1. het vormen van een kern van de algemeene broederschap der menschheid, zonder ondersclieid van ras, geloof, geslacht, kaste ot kleur; 2. het aanmoedigen van de vergelijkende studie van godsdienst, wijsbegeerce en wetenschap; 3. het onderzoeken van on- verkiaarbare wetten der natuur en de la- tente krachten in den mensch. Spreker deelde voorts mede, dat alhier reeds een studieclubje bestaat en dat zij die na het gehoorde meer van dit vraagstuk wen- schen te vernemen, zich daarbij kunnen aan sluiten. Zijn doel was niet proselieten maken ol zieltjes winnen, doch, waar de theosoten gelukkig leven door hun le- vensbeschouwing, ook anderen dat ge luk te doen deelachtig worden. NED. HERV. KERK. Jl. Zaterdag had onder leiding van Ds. G. van Dis, voorzitter van het classikaal bestuur, de door den kerkeraad der Ned. Herv. gemeente alhier uitgeschreven ver- gadering plaats. Ter bijwoning dezer ver- gadering waren alle leden der kerk uit- genoodigd. Door ongeveer 80 leden was uaaraan gevolg gegeven. De vergadering werd ingeleid door Ds. Timmerrnan, die mededeelde, dat, nueen nieuw reglement op de predikamstracte- menten in werking is getreden, de kerke raad zich niet verantwoord achtte, waar de levensbelangen der gemeente op het spel staan, te doen zooais in het begin der 18e eeuw een Fransch vredesonder- handelaar tot onze regeering zeide: wij zullen beraadslagen bij u, over u, en zonder u. Hij waardeert ten zeerste de tegenwoor- digheid van Ds. van Dis, voorzitter van het classikaai bestuur en de kericeraad is hem dankoaar, dat Ds. van Dis zich de moeite wilde getroosten, het nieuwe re glement voor de gemeente toe te lichten. Ds. van Dis, daarna het woord verkr.j- gende, wees op den schrijnenden nood die in veie predikantsgezinnen heerschte door de lage bezoldigmg die de predika.i- ten in deze dure tljden genoten. In de laatste jaren werden alle bezol- digingen verdubbeld, alleen de predikants- tractementen werden niet verlioogd. Dit moet noodzakelijk leiden tot alierief ont- beringen en ellende in menig predikants- gezin. Vandaar dat vele predikanten, zochten, er op de een ot andere wiize wat bij te verdienen, door b.v. als stenograat de raadsvergaderingen ot "vergaderingen van de Staten bij te wonen, om versla- gen te Teveren of als inspecteur van een spaarverzekering ot door het geven van muziekles ot ais reparateur van electrisehe bellen enz., aileriei dingen, die nioeilijk met het predikantsambt waren overeen te brengen. Dit laatste werd door den pre- dikant zei!| |wel gevoeld, doch de nood drong hen, dit te doen. De gemeenten verstonden hunne roeping niet in deze en daarom greep de Synode in, door een reglement op de predikantstracte- menten te ontwerpen, welk ontwerp door de Synode en door de door haar geraadpleegue colleges en besturen eenparig vastgesteld, op 15 Januari 1.1. in werking is getreden. Spreker besprak voorts enkele artikelen en gat een duidelijke uiteenzetving daarvan Hij werd met onverdeelde aandacht gevolgd. Van de geboden gelegenheid om vragen te stellen werd door enkele aanwezigen ge- bruik gemaakt. Zij werden door den spreker beantwoord, waarna hij de vergadering on der dankzegging sloot. PROV. STOOMBOOTDIENST. Door Gedeputeerde Staten van Z€elam is aan den heer J. Lucasse te Walsoorden met ingang van 16 dezer eervol ontslag ver- leend als stuurman bij den provincialen stoombootdienst op de Wester-Sehelde. Zel. voegt aan bovenstaande het volgende toe: Gedurende ruim 38 jaar heeft Lucasse het veer tusschen Walsoorden en Hansweert bevaren, waarvan 22 jaar in particulieren en 16 jaar in Provincialen dienst. Op den vooravond van zijn heengaan uit den dienst werd hij namens het personeel door den iheer van Beusekom, conducteur van den stoom bootdienst, in passende woorden toegespro- ken en hem als blijk van waardeering en vriendschap een wandelstok aangeboden, met begeleidend schrijven, waarin de ge- voelens jegens de scheidende in welgemeen- de woorden werden vertolkt. Zichtbaar aangedaan nam Lucasse af scheid van het personeel en dankte hartelijk voor de hem gebrachte hulde.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1921 | | pagina 1