I ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTiEBLAD VOOR ZEEUW8GH-VLAANDEREN. H 1 No 7090. Maandag 3 Januari 1921. 61e Jaar.' ABONNEMENT ADVERTENTlfiN: B§ SUijd m het Yuur. Telefoon 25. Bit Blad verschynt Maandag-, Wosnsdag- en Ynjdagavond, Hitpzoiidsrd op Feestdages, bg de Firma P. J. VAN DE SANDE te Ter Neuzen. BINNENLAWO. FEUILLETOB. BUITENLAND. ler- Per 3 maanden binnen de stad 1,40. Franco per post voor Nederland/1,60. Bij vooruitbetalmgvoor bet Buitenland per 3 maanden/2,20, per jaar 8, Voor NederlandPer jaar bij vooruitbetaling 5,80. Men abonneert zich bij de Uitgeefster, of buiten Ter Neuzen ook bij alle Boekhandelaren, Postkantoren en Hulppostkantoren. f 0,20 Van 1 tot 4 regels 0,80. Voor elken regel meer Qrootere letters en cliche's worden naar plaatsruimte berekend. Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwe op aanvraag verkrijgbaar is. Inzending van advertentien liefst dag VOOf de uitgave. WAT DE „BORREL" ZAL KOSTEN. De beide Kamers der Staten-Generaal hebben thans de wet tot verhooging van den accijns op gedistilleerd aangenomen. Spoedig zal zij in het „Staatsblad" verschij- nen en dan zal de „borrel" duurder worden. Hoeveel? De vraag is spoediger gesteld dan be- antwoord, omdat er verschil is tusschen een borrel en een borrel, althans wat de prijs betreft. In de luxe-restaurants op het Rembrandtplein kost hij wat duurder dan in een kroeg op den Zeedijk. Aangenomen mag worden, dat de duurste borrels ook het meest in prijs zulien stijgen, en hoeveel de verkoopers zulien „opleggen" dient te worden afgeyvacht. Echter is wel na te gaan hoeveel de borrel'zal moeten stijgen tengevolge van de accijnsverhooging. Zooals men weet is de accijns verdubbeid. Jenever van 40 pCt. alcoholgehalte kost aan de slijters thans f 1,90 per liter bij af- neming van tenmiriste 80 liter (bij kleine hoeveelheden iets meer. Hierin is begrepen 1,32 accijns. Volgens het nieuwe tarief komt er 1,32 accijns bij, zoodat de totale slijtersprijs wordt f 3,32 per liter. Nu zijr. niet alle „borrels" even groot, maar aanzienlijk is het verscnii toch niet, te min der, daar de „gro®te bellen", welke voor den oorlog bestonden, zoo goed als geheel zijn verdwenen. Gemiddeld dan gaan er 35 borrels uit een liter. Thans kost hij dus aan den slijter netto ongeveer 5/2 cent en hij zal na de accijns- ver hogging 4 cent duutder worden en dus 9y2 cent kosten. Wij hebben hier de prijzen genonten voor de gewone jenever. Andere borrels" kosten duurder, maar de verhoo ging door den accijns blijft ongeveer gelijk. Bij jenever van 35 pCt. kost thans de bor rel ongeveer 43^ cent en zal 3|4 cent duur der worden. Het blijkt dus uit het bovenstaande, dat de slijters met een verhooging van 4 cent de accijnsverhooging zulien hebben verdis- oonteerd. De borrels in de volkskroegen, welke thans 13 cent kosten, zulien denkelijk op tenminste 18 cent worden gebracht. De mid- denstands-cafe's, waar thans 20 cent wordt betaald, denken over een verhooging tot 35 cent. j Bij de prijsvaststelling moeten de detail- verkoopers natuurlijk rekening houden met alle kosten welke het bedrijf drukken. Als nu, door den verhoogden accijns, het alco- hoigebruik belangrijk mocht verminderen, zulien de kleinhandelprijzen wellicht nog moeten worden verhoogd om de winstder- ving in te halen. (Hbl.). BESTRIJD1NG VAN TUBERCULOSE EN RANKER. De Koningin heeft de bestemming vast- gesteld van het in 1918 gestichte Nationaal V redes-fonds, en bepaald, dat de bijeen ge- brachte gelden zulien gestort worden in een Fonds 1918 om te voorzien in het ontbre- kende van de kosten van verpleging van minvermogende of onvermogende lijders van tuberculose en kanker. Roat&n uit den Oertijd door I. H. ROSNY. 37) Knarsetandend ging hij voort; de borst- wering van twijgen was weer verderop gebracht; wellicht zop de vijand den vol- genden nacht tot den aanval kunnen over- gaan. Plotseling klonk een scherpe kreet door de ruimte, een gestalte klom uit het wa ter omhoog; eerst was zij onduidelijk te zien, toen onderscheidde Naoh een mensch. Hij sleepte zich voort; uit zijn dijen vloeide bloed; hij was vreemd ge- bouwd, bijna geen schouders, en een klein smai hoofd. Het scheen eerst, dat de Roode Dwergen hem niet hadden be- merkt, toen verhief zich een gekrijsch, spiesen en speren suisden door de lucht. Duizenderlei gewaarwordingen doortrilden Naoh. Hij vergat dat deze man een vij and moest zijn; hij voelde dat thans zijn woede tegen de Roode Dwergen ontke- tend was en hij snelde naar den gewonde, zooals hij op Nam en Gaw zou zijn, toe- gesneld. Een werpspies trot zijn schou- der, maar stuitte hem niet in zijn loop. Hij stiet zijn krijgskreet uit, stortte zich op den gewonde, nam hem met een be- weging op en streed a* terugtrekkend. Een steen bonsde tegen zijn schedel, een Door verschillende oorzaken hebben de werkzaaniheden in het algemeen slechts een voorbereidend karakter gedragen, ook al is door enkele gewestelijke en plaatselijke commissies reeds moeite gedaan ter ver- krijging van gelden voor het Fonds. Het oogenblik is thans aangebroken om allerwege de werkzaamheden voor het bij- eenbrengen van gelden krachtdadig op te nemen en iedereen aan te sporen eene gel- delijke bijdrage te schenken voor het thans vastgestelde schoone en sympathieke doel- einde. WETTELIJKE REGEL1NG DER WINKELSLUITNG. Met betrekking tot de plannen inzake de wettelijke regeling van de winkelsluiting kan worden medegedeeld, dat de Minister van Landbouw het wenschelijk acht, de be- handeling van het bij de Tweede Kamer aanhangige ontwerp tot vaststelling eener Zondagswet, waarover het Voorloopig Ver- slag van het onderzoek in de afdeelingen reeds is verschenen, af te wachten, omdat bedoeld ontwerp nauw verband houdt met de winkelsluiting op Zondag. Naar wij verder vernemen, zal het wets- ontwerp op de winkelsluiting voor dat het in behandeling komt zoo tijdig aan de ver- schillende middenstandsorganisaties worden toegezonden, dat deze voldoende gelegen- heid zulien hebben om hare opmerkingen over het wetsontwerp aan de regeering, c.q. aan de Volksvertegenwoordiging, kenbaar te maken. CENTRALE BANKINSTELLING. In de Eerste Kamer kondigt Minister De Vries een wetsontwerp aan tot het vormen van een Centrale Bankinstelling, die zal heb ben na te gaan of het doel, waarvoor een gemeenteleening wordt aangevraagd, die leening wettigt en of de financieele gestie der gemeente solide is. WERKLOOZENKASSEN EN 60-JARIGEN. De Minister van Arbeid heeft aan de vak- bonden met werkloozenkassen meaegedeeld, dat hij bereid is, als tijdelijke afwijking der reglementaire bepalingen der werkloozen kassen goed te keuren, dat leden, die den leeftijd van 60 jaar hebben bereikt, doch dien van 65 jaar nog niet hebben overschre- den, 3 Jaunari 1921 als lid der kas worden opgenomen, mits: a. zij op den datum, waarop de subsidie ten behoeve van de werkloozenkas inging, reeds minstens een jaar lid der vereeniging waren en b. zij bij hun toetreden tot de vereeniging nog niet den leetijd van 60 jaar hadden bereikt. PR1JSDALING. Het bestuur der Enschedesche Handels- vereeniging adviseert.den handeldrijvenden middenstand in het algemeen en den leden zijner vereeniging in het bijzonder, om wat betreft de prijsdaling gelijken tred te hou den met de fabrikanten en grossiers. Ver- lagen laatstgenoemden hun prijzen met een zeker percentage, dat zij dan oogenblikke- lijk het voorbeeld volgen. Zulk een daad zal slachtoffers kosten en velen in moeilijkheden brengen, zegt het advies verder, doch men zal er door medewerken tot het verkrijgen van een meer normalen toestand, terwijl men het vertrouwen van het koopend pu- bliek zal behouden. tweede werpspies ontvelde hem het schou- derblad, maar reeds was hij buiten be- reik van hun wapens.... en dien avond durfden de Roode Dwergen den grooten strijd nog niet wagen. De nacht op het Drastand. Toen de zoon van den Panter bij het Vuur was teruggekeerd, legde hij den man op het droge gras en beschouwde hem vol verbazing en wantrouwen. Hij was wonderlijk verschillend van de Oul- hamr, de Kzamms en de Roode Dwergen. Zijn schedel was buitengewoon lang en smal en was met dun fijn haar schaarsch bedekt; zijn oogen waren niet groot, maar langwerpig en donker, flets, met een treu- rigen, niets-zienden blik. Zijn wangen waren ingevallen, de kaken smal, terwijl de onderkaak wat insprong, als bij een rat; maar wat den leider vooral verbaas- de, was het rolronde lichaanv, waaraan bijna ,geen schouders waren waar te ne men, zoodat de armen aan het lijf sche- nen gehecht, als de pooten van een kro- kodil. De huid was droog en ruw, als met schubben bedekt en hing ruim om het lichaam heen. De zoon van den Pan ter dacht aan een slang en aan een ha- gedis. Sinds Naoh de man op het droge gras had gelegd, had hij zich niet bewogen. Nu en dan sloeg hij langzaam zijn oog- leden op en keek met zijn troebelen blik naar de nomaden. Hij ademde zwaar en luid, met korte stooten, die wellicht een klacht beteekenden. Nam en Gaw walg- den van hem en zouden hem gaame in het water hebben geworpen. Naoh stel- de belang in hem, omdat hij hem van zijn vijanden had gered, en daar hij veel DE CRIMINALITElT IN ONS LAND. De criminaliteit is in de oorlogsjaren in ons land ernstig toegenomen, doch het nantal strafrechterlijke veroordeelingen is thans weer belangrijk verminderd. Toch is er voor den strafrechter nog wel werk aan den winkel, wanneer men bedenkt, dat ook nu nog in een jaar door de Nederlandsche rechtbanken gezamenlijk ruim 55.000 per- sonen zijn veroordeejd, waarvan er ruim 200 in hooger beroep kwamen en dus ook nog door het gerechtshof werden berecht. Hier- bij komt dan nog het onnoemelijk aantal veroordeelingen door den kantonrechter, meestal slechts kleine overtredingen. DE ^ROOGLEGGING DER ZUIDERZEE. Bij het afdeelingsonderzoek van het wets ontwerp betreffende ,e verhooging van de begrooting van uitgaven van het Zuiderzee- fonds voor 1919 werd door enkele leden de meening uitgesproken: dat met het oog op den verhoogden rentestandaard het nood- zakelijk zal zijn omj de stortingen in het Zuiderzeefonds aanzienlijk te verhoogen. Men vroeg hoe de Minister hierover denkt. Voorts werd gewez^n op de door Mr. Dr. Ant. van Gijn gepiibliceerde berekening, volgens welke op de droogmaking der Zui derzee een verlies zaij worden geleden van bijna een milliard. Mtn vroeg den Minister ook op dit punt naar ^jn meening. Voor het geval de droogmakiiik inderdaad een zoo aanzienlijk verlies stam op te leveren, acht- ten enkele leden het raadzaam met het werk niet verder voort te g|ian, althans niet ver der dan noodig is, otn te voorkomen, dat door uitstel schade vitirdt toegebracht aan de reeds uitgevoerde werken. PERRONkAARTJES. Door de Directies der Nederlandsche spoorwegen is bepaald, dat wanneer bij het verlaten van het station een perron- kaart wordt aangeboden, welke niet met den datum- of kniptang is geknipt, of waar van de geldigheidsduur is verstreken, de houder zal worden beschouwd als met den laatst aangekomen trein te zijn aangebracht en niet in het bezit te zijn van eenig geldig plaatsbewijs. Met alle gevolgen van dien. PASPOORTEN VOOR DOORREIS BELGIE. De Belgische regeering heeft aan het secretariaat van den Volkenbond meege- deeld, dat de prijs voor de pasvisa voor een doorreis door Belgie zonder oponthoudt in dat land tot een frank goud is teruggebracht. NEDERLAND EN BELGIE. De Independance Beige gewaagt nog- maals van het plan tot uitbreiding van de haven van Vlissingen en vestigt de aandacht op het feit, dat deze Nederlandsche haven niet zoozeer bestemd is om te concurreeren met Antwerpen, als wel met Zeebrugge. Waar de haven van Zeebrugge reeds sedert lang bestaat en allerlei voordeelen aanbiedt, welke althans volgens de Independance Vlissingen niet bezit en nooit bezitten zal, hoopt het blad, dat de Belgische regeering den voorsprong van Zeebrugge op Vlissin gen niet zal laten verloren gaan en geen moeite en opofferir.gen zal ontzien om de- weetgieriger was dan zijn makkers, vroeg hij zich af, waar de man vandaan kon komen, hoe hij in het moeras was ge- raakt, hoe hij zijn wonde had opgeloo- pen, of het een mensch was of een krui- sing van mensch en reptiel. Hij tracht- te met gebaren tot hem te spreken, hem te overtuigen, dat hij geen vrees voor den dood meer behoefde te hebben. Toen wees de nomade op de schuilpiaats der Roode Dwergen om aan te ^oonen, dat van d ien kant voor beiden gevaar dreigde. De man kferde zijn hpofd naar den leider, stiet een doffen kreet uit, die diep uit de keel scheen te komen. Naoh meen- de, dat hij begrepen had. De maansikkel raakte het einde van het firmanent, de groote blauwe ster was verdwenen. De man was rechtop gaan zitten en drukte gras tegen zij'n wonde, nu en dan zag men een zwakke schittering in zijn omsluierde oogen. Toen de maan onderging, schenen de sterren helderder en men hoorde de Roo de Dwergen arbeiden. Zij zwoejjden den ganschen nacht, eenigen moesten sj>rokke- len, anderen brachten de borstwering voor- uit.' Menigmaal rees Naoh op om den strijd aan te vangen. Maar dan bemerkte hij weer hoe talrijk zijn vijanden waren, hoe waakzaam, en hij bespeurde hun hin- derlagen; hij besefte, dat iedere bewe- ging der Oulhamr bespied werd, en hij onderwierp zich en rdkende op een gun- stige krijgskans. Een nieuwe nacht verstreek. In den ochtend wierpen de Roode Dwergen hun speren, die vlak bij de verschansing der Oulhamr neerkwamen. Zij krijschten triomfantelijk van vreugde. zen te behouden. Ook hoopt het blad, dat de regeering er toe besluiten zal om het Belgische loodswezen van Vlissingen naar Zeebrugge over te brengen. EEN FRANSCH OORDEEL OVER DE ONDERHANDELINGEN MET BELGIE. Men schrijft uit Parijs aan de N. R. Crt.: Hier is een nieuw maandschrift versche nen, La diplomatic belgique, onder leiding van den heer Georges Desbons. De onder- titel luidt: revue internationale d'education civique et de documentation economique et politique. Te koop is het niet, het moet het louter van de abonne's hebben. Ook op deze wijze wil het onafhankelijk blijven. Voor het dezer dagen verschenen Novem- bernummer heeft de heer F. J. W. Drion, lid der Tweede Kamer, een opstel over de Nederlandsch-Belgische onderhandelingen nopens de herziening van het verdrag van 1839 geschreven. De redactie leidt het in met een korte beschouwing, die van Belgie als breeder, van Nederland als vriend spreekt en uit Frankrijk's naam zoo spoedig mogelijk een hartelijke en rechtvaardige, beslechting van het geschil bepleit. Hierna zal een Belg gelegenheid hebben, den heer Drion te antwoorden. De redactie somt de verwijten op, die nog dagelijks tegen ons land worden geopperd. En wel: jullie hebt niet aan den oorlog mee- gedaan; in het begin hebt jullie in Limburg je onzijdigheid door Duitsche troepen laten schenden; jullie hebt in oorlogstijd met Duitschland handel gedreven door het aan leeftocht te helpen; jullie hebt het zand en grint doorgelaten, dat van Pruisen naar Belgie werd gezonden om de Duitsche loop- graven te betonneeren; jullie hebt na den wapenstilstand de wijkende Duitsche troapen doorgelaten en eindelijk, jullie Nederlan- ders hebt Wilhem II gastvrijheid verleend. Daartegen merkte het maandschrift punt voor punt op: jullie waren op het eerste punt volkomen in je recht; bovendien zijt jullie, de Schelde, sluitend, nuttiger voor de "geallieerden geweest dan het geval ware geweest, indien jullie den Duitschers drie vervaarlijke zeebasis uitgeleverd had, te weten Amsterdam, Rotterdam en Antwer pen; ten tweede: jullie hebt de enkele uhlanen ontwapend, die bij jullie verdwaal- den; jullie hadden gebrek aan gemaakte goederen, ljzer en steenkool, daar jullie vooral een land'oouwend en zeevarend volk zijt, de convooien, die jullie af en toe uit Engeland bereikten, werden getorpedeerd; Duitschland leverde jullie slechts zijn ertsen en gemaakte goederen in ruil voor mond- kost, jullie volk is het eerste het kind van de rekening geworden, want het stierf van honger, ofschoon de banken vol marken- goud zaten; als jullie geweigerd hadden, het zand en grint door te laten, zou het oor log voor jullie zijn geweest, en wij, geallieer- den of Franschen, hadden jullie kanonnen noch munitie kunnen geven, bovendien kon- den jullie door de verdragen van voor 1914 gebonden, den doorvoer van die materialen niet weigeren, welke uit hun aard niet nood- zakelijk voor militaire werken bestemd wa ren; de heer Drion weerlegt de grief om- trent het doorlaten van Duitsche troepen na den wapenstilstaod afdoende en ten slotte, jullie grond is een toevluchtoord, Het was de laatste dag. in den avond waren de Dwergen er in geslaagd om hun borstweringen voldoende naar voren te brengen; tegen het ondergaan van de maan zou de aanval ondernomen worden.... En vol toorn en wanhoop spiedden de Oulhamr over het groenige water, ter wijl de honger aan hun ingewanden knaag- de. In de ochtendschemering scheen de ge- gewonde hun nog vreemder toe. Zijn oogen geleken nephriet, zijn lang, rolrond lijf wrong zich in bochten als een worm, zijn weeke zachte hand boog zich dwaas naar achteren. Plotseling greep hij een harpoen en slingerde dien naar een waterlelieplant, het water borrelde, een koperkleurig li chaam dook op en de man trok snel het wapen terug; aan het uiteinde zat een reus- achtige karper, Nam en Gaw stieten een kreet van vreugde uit; het dier was vol doende om verscheidenen mannen een maal te geven. Zij betreurden het nu nie* langer, dat hun leidej^ dit angstwekkend schepsel het leven had gered. En zij betreurden het nog minder, toen hij weer andere visschen ving, want hij had een buitengewoon gelukkige hand. Hun veerkracht keerde weer, toen zij za- gen, dat de leider weer een daad had verricht, die nut afwierp. Nam en Gaw geraakten opgewonden. Omdat hun bloed nu weer sneller vloeide, geloofden zij niet meer, dat ze sterven gingen; Naoh zou den Rooden Dwergen wel een val- strik spannen, hen in grooten getale doen omkomen en hen voor goed afschrikken. De zoon van den Panter deelde deze verwachting niet. Hij kon geen enkel mid- hebben vervolgde Franschen nooit baat ge- vonden, jullie traditie is eerbiedwaardig. Vervolgens gaat de inleiding kortelings van wat Nederland tijdens den oorlog voor de zaak der geallieerde heeft gedaan; de gastvrijheid, aan Belgen en Franschen ver leend; den invloed van de Belgische bladen, in Nederland gesticht; de 1400 Nederland sche vrijwilligers en het hospitaal in de Pre Catelan. Ze eindigt aldus: Wie Nederland scherplaken toonenaan, hoe onvoldoende ze zijn ingelicht en ver- geten hun plicht van erkentelijkheid. Hun wijze van doen is on-Fransch. DE DUITSCHE ONTWA PENINGS- KWESTIE NEEMT EEN DRE1GEND KARAKTER AAN Aan den vsoravond van het Nienwe Jaar dreigt een nieuw conflict tusschen de ge- allieerden en Duitschland. Met I Januari a.s. moet Duitschland, volgens de Spa-overeenkomst, de veiligheids- politie en de burgerwachten ontwapend hebben. Volgens berichten uit Duitsche bronis de Sicherheitspolizei reeds ontbonden, maar met de burgerwachten is het een ander geval. De Duitsche regeering heeft in haar joDgste nota-wisseling met de Entente te kennen gegeven, dat zfl, wat Beieren en Oost-Pruisen betreft, de burger wachten niet kan ontwapenen, omdat zjj daarmee een wapen in de hand heeft om binnenlandsche anarchie en burgerooriog te voorkomen. In het Entente-kamp, vooral in Frankrpk, ziet men in deze weigering van Duitschland een pogirg om zich te onttrekken aan zjjn verplichtingen. Wanneer men, zoo rede- neeren de Franschen, inzake de ontwape- ning een uitzondering maakt voor Beieren, dan zal die uitzondering weldra regel worden voor het overige Duitsche rijk. Wanneer men 't den vinger geeft, grijpt Duitschland de heele hand. En het behoud der burger wachten als militaire organisatie beteekent den terugkeer van het Duitsche millioenen- leger, voorloopig onder anderen vorm, maar even dreigend voor zijn naburen, als voor 1914. Dat die mogeljjkhtid niet denk- beeldig is, bewijzen de beiaadslagingen, die de geallieerden in den laatsten tjjd over de Duitsche ontwapening voerden. Donderdag heeft het. Engelsche kabinet bet ontwapeningseonflict behandeld in een langdurige zitting. waaraan maarschalk sir Henry Wilson en lord d'Abernon, de En gelsche gezant te Berljju, deebamen. De medewerker van de# Evening Standard," die in verbinding staat met diplomatieke kringen, meldt uit gezaghebbende bron te vernemen, dat indien de Duitsche regeering niet onverwjjld op zich neemt om door een besliste handelwijze haar verplichtingen in zake de ontwapening na te komen, Fraukrijk gemachtigd zal worden om handelend op te treden. del bedenken om aan de wraak der Roode Dwergen te ontkoinen. Hoe meer hij zich bezon, hoe nutteloozer hem alle listen toeschenen. Telkens als hij zich een nieuwe krijgslist voor den geest haalde, scheen zij hem al onbruikbaar geworden door het denken alleen. Hij eindigde met slechts op de kracht van zijn armen te rekenen en op het noodlot, waarop men- schen en dieren, die nog niet door groote rampen geslagen zijn, vertrouwen. De zon neigde reeds ter kimme toen in het Westen een sidderende wolk kwam opzetten, die voortdurend anderen vorm aannam en waarin de Oulhamr een vreem- de vlucht vogels herkende. Met een ge- luid als van wind en golven vlogen kraai- en voor kraanvogels met hun zwevende pooten uit, eenden strekten hun veelkleu- rige koppen, ganzen met zwaren wiekslag, en spreeuwen, die als zwarte keitjes door het bont gewemel heenschoten. Dooreen krioelden lijsters, eksters, meezen, sijzen, trapganzen, reigers, nachtzwaluwen, kievi- ten en snippen. Ongetwijfeld had daar ginds, ver ach- ter den horizon, een ontzettende ramp hen opgejaagd naar deze nieuwe streken. Tegen den nacht volgden de viervoeters. Elanden galoppeerden blindelings voort naast schichtige paarden, reuzenherten sprongen naast gazellen op teere pootjes; een wolvenpak en een troep honden ren- den voorbij als een stormvlaag, een groote gele leeuw en zijn Ieeuwin gingen in spron gen van vijftig vaam een bende jakhalzen vooraf. Velen bleven aan den rand van het moeras staan en dronken. (Wordt vervolgd). ZtjH j|0BnaanZBBB3aa?aBBmKnBaHHSnBB9BmanBHSiaEEBHaEBUMnBmnBI ..gaaKESggHMacam TER NEUZENSCHE COURANT i mi—»rr i i»i —1111—— ■■■i^iaMPM.vrgaEaagr^aL^Tr' - t "w-zanacga m i.—i1 win

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1921 | | pagina 1