ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIE3LAD VGOR ZEEUWSGH-VLAANDEREN. 1 No, 7089. Zaterdag 1 januari 1921. 61e Jaarganfe. g| IB Si m m Oudejaarsavond. Hieuwjaaramorgen. U ABONNEMENT: ADVERTENTIEN: MW& isM Telefoon 25. Bit Blad Y'-schflnt Maantag-, Woensdag' bd Vrpagavond, uitgszonder on Fsestdagea, bij de Firma P. J. YAH DE SABDE te Ter Kenzen. BBBSTS BLAD. INRICHTI NGEN, PBEDIKBE0 8TKK. BURGERLIJKE STAND. flWSH mh Per 3 maanden binnen de stad 1,40. Franco per post voor Nederland 1,60. Bij vooruitbetaling voor het Buitenland per 3 maanden/2,20, per jaar 8,— Voor NederlandPer jaar bij vooruitbetaling 5,80. Men abonneert zich bij de Uitgeefster, of buiten Ter Neuzen ook bij alle Boekhandelaren, Postkantoren en Hulppostkantoren. Van 1 tot 4 regels 0,80. Voor elken regel meer 0,20, Qrootere letters en clichd's worden naar plaatsruimte berekend. Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tariei, hetwetfc op aanvraag verkrijgbaar is. Inzending van advertentien liefst 66n dag voor de uitgave. Het leven stelt aan ieder onzer zijn eischen. Allen maken we deel uit van het groote raderwerk, de maatschappij, en in duizelingwekkende vaart worden we in den grooten stroom meegesleept. Aldus is het door de Eeuwig Onvergankelijke verordi- neerd. De geslachten volgen elkaar op, de jaren vereenigen zich tot eeuwen, de eeuwen schakelen zich aan elkaar. Het leven gaat voorbij als een snelviietenden stroom en, bedrijvig als het leven en streven is, komt men er licht toe voort te gaan, zonder te letten op mijlpalen of halten, maar steeds lettend op het voorwaarts! alleen onze za- ken en belangen in het oog houdend, zonder te letten op hetgeen achter ons ligt. En toch: ook rustpoozen zijn noodig. De werkzame handen of de rusteloos bezig zijnde geest kan rust niet ontberen. 'Noodig is het, ook een wijle stil" te staan en terug te zren op den afgelegden weg. Hoewel we er naar streven voprt te Snellen naar het doel onzer reis, toch komt het niet onge'egen, Jat. wanneer men het hool'dstation nadert,, de sneiie vaan eeniger mate wordt getem- perd, dat men een korte wijle stilstaat, om als 't ware weer ons zelf te worden en op adem te komen. voor de reis .wordf "oofj- gezet. Oelukkig is het voor ons ook, dat eerbied- waardige gebruiken, die maar niet met een hand-om-draai zijn weg te cijferen, van die mijlpalen, van die stations op onzen weg hebben geplaatst. Gelukkig zeggen we, want er schuilt poe- zie in die rustpalen der tijden, en, waar door de steeds sterker wordende levens- eischen het materialisme toeneemt is het gelukkig te noemen, dat er althans iets vaststaands overblijft juist in overeenstemming met de natuur vallen ook verschillende dier dagen van nadenken, van terugzien op hetgeen achter ons ligt, in den winter, wanneer ook de natuur lust, en zij tot rusten noopt, hetzij zij de wateren in boeien slaat en met een harde korst bevloert, hetzij zij de wegen met een zwaar sneeuwkleed overdekt, of wel het aardrijk omhult met dichte nevelen, daarmede het mysterieuse dier gedenkdagen verhoogende. Zoo is vooral de Oudejaarsavond, de avond van Sylvester, de gedenkdag bij uit- nemendheid. Waarom? Het antwoord is reeds gege- ven: omdat het gebruik hem daartoe heeft gestempeld. Het moge onwefenschappelijk zijn, den onafgebroken stroom des levens in kieine stukjes te verdeelen en ons aan te stellen alsof die stroom een oogenblik had stil gestaan, omdat we, nadat de midder- nachtelijke 12 klokketonen in de ijle ruimte zijn weggestorven, een ar\der jaartal schrij- ven. Welnu, laat ons voor enkele oogen- blikken niet wetenschappelijk zijn. Hoe imsterieus is dat middernachtelijk uur van Oudejaarsavond. Het is of we in werkelijkheid den overgang van oud in nieuw voelen. Waar men vereenigd is om dat tijdstip saam te vieren, verstommen bij den eersten klokslag zelfs de drukste ton- gen en eerst, nadat de laatste slag is weg- gegalmd komen zij weer los. Maar er zijn, buiten mystieke en zinne- beeldige voorstellingen in de natuur, ook meer tastbare redenen op te merken, voor het afslmten van een ouden het beginnen van een nieuwen jaarkring. Wat de zomer op de velden deed groeien, en de herfst deed rijpen, is reeds lang ge- oogst. Korter en korter liet de zon haar licht schijnen. Alles in de natuur sprak van weg- schuilen, van ingaan in de rust. Nauwelijks heeft het licht zijn kortsten stand, de dag schijnbaar zijn kortsten duur gehad, of de middagzon stijgt weder naar de hoogte, straalt meer en meer warmte at; de natuur ontwaakt uit haar slaap, legt a de rust, hervat haar arbeid en geeft leven uit haar leven aan vruchten en bloemen, herschept de aarde van aanzien, maar wekt ook den mensch tot arbeid, tot hernieuwden vlijt en ijver, om de nieuwe levenstafereelen te zien te geven, waarin de mensch, de Koning der geschapen wereld, de hoofdrol, zijn leven staak te vervullen heeft. 'Er was een bedrijf afgespeeld. Een oogen blik daalde het gordijn, om, spoedig weder rijzend, aanstorrds weer nieuw worden en werken voor ons oog te ontdekken. En al wenden we bij de jaarwisseling <sok wel eens den blik vooruit, meer is Bet to;h een tijd van achterwaarts blikken, op dei. Sylvester, die daar wegrijdt. Vden zullen er zijn, die het oude jaar j uankend on zegenend nastaren, maar, naar; te verv.-achten is, lielaas ook velen, die daarin schoone en blijde verwachting in rook zagen opgaan, diep geslagen wonden ont- vingen. is hej leven, vtfor den een brengt het zonneschijn en lief, voor den ander duister- nis en leeri. Velen die met ons een jaar te voren het nieuwe jaar ingingen, rusten reeds op den akker der dooden. De nooit -rustende zeis van dep-gr|)oten mazier spaarde ook thatis weder niet en wist de door hem verkozen- offers te vinden, zoowel in de huizen der rijken als in de wonirgcn der armen, zoowel onder de jongeren als on der de ouderen. Hoevele ibusies, hoev'ele vCrwachtingen die gekoestefd werden, zijn weer niet in rook vervlogen; hoeveel teleursteilingen niet gebaard, en vertrouwen geschokt. Gelukkig zij, die bij telenrstelling, tegen- spoed, bij ondergaan ieed, in den strijd des levens den rnoed niet verloren, de hoop be- hielden. Want och, op den winter volgt de lente;*door de donkerste wolken, door deh diksten nevel komt toch atlijd nog de zon gloren en een enket'liohtstraaltje kan de duistersie nachten doen vergeven. En als wg ons afvragen hoe we zelf onzen w?g hebben bewandeld, och, dan zullen we den scheidenden oude nog wel wat mede te geven hebben op zijn reis. Dat hij dan mede itente onze lauwheid, die ofts noopte tof rusten als het tijd van werken was, het wantrodwen,. dat ons bezielde en de vrees, die ons van uit eeq schuilhoek deed gade- slaan de pogingen, die anderen in het alge meen belang deden, waar manmoedig ter zijde staan onzen plicht was. O, Sylvester! u kunt zooveel in uwe bagagc meeclragen: neern robk' mede al' onze kieine gebreken, schijndeugden, voer weg alien haat, afgunsi, tweedracht, egoisme. Neem dat en nog meer menschelijksch mede in de ijle ruimte die achter ons ligt. Ga heen met dien droe-- ven last, met te meer vertrouwen zullen wij het iachende kind begroeten, dat uwe plaats inneemt als een kind der hoop, dat wij met liefde zullen koesteren. t het leven voor- gen, nadenkenden t hij te verrichteri, fd, een strijd heeft itzoo roept het God zelf, die zijn Nieuvvjaar Het is goed, dat de dag der plannen en der wenschen, die als vanzelt ons noopt de wegen at te bakenen, die wij bewande- len willen, van de bedoelingen die we na- streven. van de middelen die wij er toe aanwenden willen ons rekenschap te ge ven, onmiddellijk werd voorafgegaan door den avond waarop de herinneringen uit het verleden met zoo wondere kraciit haar stemmen ons doen ruischen door het hart. Dat maakt ons allicht meer geneigd, bij den blik dien wij slaan in de toekomst, ons te laten leeren door de ervaring van het verleden. Dat stemt ons allicht minder overmoedig, minder vertrouwend op eigen kracht "en wijsheid bij de intrede van een nieuw levenstijdperk. Immers, wanneer wij het jaar, dat zich voor ons ontsloot, vergeleken met hetgeen wij gewenscht, ons voorgenomen hadden bij den aanvang; wanneer wij het leven zooals wij het hadden willen en hopen te maken, op den Nieuwjaarsdag vergeleken met het leven zooals wij het vonden op den Oudejaarsarvond, wie is er dan ge weest onder ons, die niet in meerdere of mindere mate aanleiding vond, om ook weer dit boekdeel van zijn levensgeschie- denis te beeindigen met het woord: De mensch wikt, God beschikt. Is de Oudejaarsavond met zijn weemoed en zijn herinneringen de heilige avond vaa alien, die gaarne bij het verleden ver- wijlen, de Nieuwjaarsdag wordt met eigen- aardige drukte verwelkomd, als een sym- bool van levenslust en een vierdag voor al diegenen, die bezig zijn zich met veel verwachting door het leven heen te spoe- den. Zijn de eersten van rustigen aard en geneigd stil neder te zitten en niet op te staan van de plaats, waar zij nu eenmaal gekomen zijn, de anderen zijn in hun ge- dachten imrner reizend en trekkend. Dit zijn de menschen, die u op den Nieuw- jaarsmorgen tegenkomend, de hand druk- ken en u met zeker goed vertrouwen een gelukkig Nieuwjaar toewenschen. Dit zijn menschen, die, niet weinig vervuld met hun plannen, u zullen zeggen, wat zij dit jaar zullen doen. O, plannen en verwach- tingen en droomen, die den eersten dag van een jaar bekransen en sieren als een dag van belofte, hoe gaarne halen wij u te voorschijn uit de schatkamers van ons verlangen en van onze verbeelding! Met den tijd worden wij ouder, wijzer, voorzichtiger, maar door hem niet beter. Wij worden dat alleen door inspanning en wel onderhouden levenslust. De tijd haalt ons uit deze en gene omstandigheden en dit kan ons doen en laten wijzigen, maar de tijd maakt geen andere menschen van ons. Een groote waarde heeft het leven: het is een school, waarin geleerd, een kampplaats, waarin gestreden moet worden, en or.t,.>!d: lgs jdperk, waarin men zich voor hooger yi^.nen kan. Kalm, rustig, ledig, gaa? ncn bij voor den ernst mensch: een werk heei een taak is hem opgele hij te strijden. Voorli riitiwe jaar ons toe. loop bepaalt, leenr het die stem, en aan ons is het, haar te hoorr'n. De weemoeds- train van het oude jaa^ zonder veel ver- toQn gedroc^d, wat omschuldig is en ons tegen zou houden de iand gedrukt: wij moeten verder. Niet aJteen voort daar- Voor zorgt de tijd we': maar vooruit moeten we. Er is meerqiakn .gewkzen op het banaie van de begroeting op o>n eersten dag des jaars, door wie er niev dat bijzonder ka- rakter in herkcnnen vermoedelijk wel, omdat zij het er zelf n; t aan geven. Ze ker, wanneer er een ja -ht naar een gave mee gepaarfl gaat. M^ar och, laten wij ook dat niet at| te tragisch opvatten en ook in het geven fat immers zaliger is dan te ontvangec 'r vreugde trachten te vergaren. Laten \vi, er iv/ei op 'bedacht zijn, dat de beste w< nschen nie^s beduiden, wan neer wij niet tevens ohs best doen, om ze te ,yerw ezyn'ijken. t :der mensch heeft om zich heen eejl' kringi-van andere men schen, op wier gelukLhij een zekeren invloed heeft. en* dat gfeft aan zijn leven juist waarde. Sdrntijds bestaat die kring uit iflecnts enkeie persoien, de naaste fa- milie, maar dat verandert aan de zaak njets; genoeg is het tj weten, dat het icht "'.'aai eeri practttig woord, dat onze verhouding tot onze om- geving zoo juist kan uitdrukken, het is: welwillendheid. Te willen en te bewer- ken, al wat onzen medemenschen ten goe- de komt, is de maatschappelijke taak bij uitnemendheid. Ons zelven zoo te ont- wikkelen, dat er licht en warmte, dat er kracht en vreugde van ons uitgaat. Dat zij ons ernstig voornemen bij den aan vang van het jaar, en dit zonder te we ten of het ons gegeven zal zijn ook het einde te bereiken, en eveneens onkundig of zij, die het met ons zijn ingetreden nog aan onze zijde zullen wezen, als het op zijn beurt aan het verleden wordt toege- voegd. Volgen wij dezen reiswijzer: ge lukkig te worden, door anderen gelukkig te maken Gelukkigen maken, we vinden daartoe elken dag, ieder uur een geleg'enheid. Gij bevindt u voor een moeilijken ar beid, die misschien nog weinig gewaar- deerd wordt bovendien of hebt te doen met eentonige werkzaamheden, zoodat nu in deze dagen de gedachten aan een tred- molen bij u opkomen. Zeker, maar, mil- lioenen van uw medemenschen verkeeren in een dier beide gevallen, en als gij: iiu niet slechts moedig, maar zelfs blijmoedig uw pad verder bewandelt, het vaandel van den plicht omhoog geheven weet dan. dat gij tal van uw gelijken en lot- genooten een riem onder het hart steekt, hun den zegen van gestadige werkzaam- heid doet gevoeien, en meer dan gij kunt vermoeden, tot hun geluk bijdraagt. Toon u steeds opgewekt in uw werk, en wanneer gij uw gezin binnentreedt; zoo vaak ge met een vroolijken lach al ien begroet, gaat voor hen een zon op, Waarom zouden we dus niet trachten al- tijd een blijmoedig gelnat te toonen, om de openbaring van een slecht humeur te rug te houden? Er zijn geen omstandigheden, waarin het niet in onze macht ligt door woord en door houding het geluk van ons huis- gezin en van onze omgeving te verhoogen of te ondermijnen, zelts bij het grievepdst leed en de zwaarste zorgen is de wijze, waarop wij die dragen somtijds nog een troost voor de anderen, die er evenzeer onder gebukt gaan. Wij zijn alien leden van het groote gezin, wij moeten elkaar steunen en schra- gen. Heit en zegenroepen we elkaar op den eersten dag van het nieuwe jaar toe. Laat dat iets meer zijn, dan een ijdele klank. Laten we ons inspannen om, voor zoover dit in ons vermogen ligt, geluk te verwerven, geluk te brengen, voor ons zelf en aan onze omgeving. Een rijke oogst van alle goede dingen vormt den inhoud van al onze wenschen. Kome die Zegen van Boven, dale hij ne der op den akker der menschenziel als een verkvvikkenden regen er moet, opdat Hij doe kiemen en wassen en rijp wor den, doch ook gezaaid zijn in een wel toebereiden bodem. Heil en Zegen! L&ten we bedenken, dat het vervullen van <le goede wenschen voor een groot deel aan ons eigen toe- doen is verbonden, door met opgeheven hoofd de dingen af te wachten, die komen zullen en ons aan te gorden, zoo noodig --LETm - strijd aanvaarden, indien we anders zouden worden ter neder gedrukt. Indien we, der traditie getrouw, thans een terugblik werpen op het thans verschei- den jaar, zijn er zeker nog niet veel teeke- nen van bemoediging. De wonden die door den oorlog geslagen zijn, zijn van dien aard, dat er aan gewanhoopt moet worden, of deze binnen afzienbare jaren zullen te hee- len zijn, te meer, waar de geneesheeren het nog niet over eens kunnen worden over de geneesmethode en ook de hiervoor noodige geneesmiddelen niet in voldoende mate voorhanden schijnen te zijn. Toch zijn er wel eenige teekenen van ver- betering, waar blijkbaar ook bij de over- winnaars het denkbeeld begint wortel te schieten, dat het geheel uitputten van den reeds neergeslagen vijand ook tot eigen na- deei zou strekken en voor het economisch herstel van ons werelddeel lijkt ons dat een zegenrijk standpunt toe. Ondertusschen is, hoewel de oorlog nu sedert een paar jaren achter ons ligt, de algeheele vrede nog niet weergekeerd. Voor zoover in het Oosten de verschillende vol- ken niet vijandig tegenover elkaar staan, is er allermist rust in de landen zelf. Er be staat zeker reden tot ongerustheid over de verdere houding van Sovjet-Rusland, of het zich, na in het Zuiden met de troepen van Wrangel te hebben afgerekend, zich thans niet weder op het ongelukkige Polen zal werpen. In Italie heeft de dichter d'Annunzio, die vroeger door het woord dit volk in den oor log dreef, door zijn avontuur te Fiume ge- rn'imen -1L houden, thans naar de berichten verluiden het pleit verloren, en zijn de regeeringstroe- pen meester in Fiume, hetgeen toch niet zonder bloedvergieten is afgeloopen. Ook de verhouding tusschen Engeland en lerland was allerminst vreedzaam en er werd daar een strijd gevoerd, die men als het ware in eer, beschaafd land van Europa niet bestaanbaar zou achten en die het ook aan de goedwillenden niet gemakkelijk maakt, het verschil waar het hierover gaat tot een bevjedigende oplossing te brengen. De prijsdaling, waamaar door talloozen verlangend werd uitgezien, is ingetreden, doch het is wel te betreuren, dat dit thans met zoodanige schokken geschiedt, dat ook hiervan weer vele menschen het slachtoffer moeten worden, doordat verliezen geleden worden die hen of hunne zaken dreigen ten gronde te doen gaan. Bovendien zal de hier- door geschapen toestand ook niet vreemd zijn aan de malaise die in de industrie- wereld is ingetreden en groote massa's ar- beiders werkeloos doet worden. Wat dit laatste betreft, blijft ook ons land niet gespaard. Uit verschillende plaat- sen komen berichten van geheel of gedeel- telijk stop zetten van fabrieken, hetgeen voor de betrokken arbeiders de toestand niet rooskleurig maakt en ook de algemeene economische toestand niet verbetert, daar dit niet zal nalaten van invloed te zijn op den financieelen toestand van ons land. In de laatste jaren was de opbrengst der rijks- middelen sterk stijgende. De zwaardere las- ten konden worden opgebracht, dank zij de ruinie verdiensten van velen. Hoe zal dit echter zijn, indien beduidende verliezen in plaats van mooie winsten te boeken zijn? Zeker is de toestand zorgvol. Over het algemeen was de toestand in ons land, wanneer we die met verschillende an dere landen vergelijken, bevredigend. Ook in ons land kwamen botsingen in het be- drijfsleven voor, doch deze hadden geen ernstige gevolgen. In den aanvang van het jaar werd een groot deel van ons land geteisterd door overstroomigen, hetgeen o.m. groot nadeel aan de steenindustrie berokkende, met als gevolg een groote stijging van de baksteen als bouwmateriaai, daar tezelfder tijd Bel- gie uitvoer verbood. Als een belangrijke gebeurtenis mag zeker aangestipt worden de invoering van den achturigen arbeidstijd, daar die van zeer grooten invloed is op het economisch leven. Of deze wet aan ons volk ten zegen zal zijn, in verband met de generaliseerende strek- king der wet, is iets waarover de meeningen nog uiteenloopen en dat dan ook eerst uit de resultaten in de toekomst zal blijken. We hopen, dat in den nieuwen jaarkring onze Vorstin en Hare raadslieden de noo dige kracht en wijsheid mogen worden geschonken, om in deze zorgvolle tijden het schi van den staat met vaste hand te heden schepen voor andere havens be- stemd, hier kwamen lossen. In het algemeen bleef onze arbeiders- bevolking in het aigeloojren jaar, behou- dens de eerste maanden, voor werkeloos- heid gespaard. Te hopen is het, dat de ijverige handen ook in dit nieuwe jaar gelegenheid vinden om voor zich en de hunnen brood te verdienen. Ook wij hebben ons bedrijf aan de nieuwe omstandigheden moeten aanpas- sen. Tot onzen spijt blijven de exploita- tiekosten van dien aard, dat van prijsver- laging geen sprake kan zijn. Dat het aantal onzer abonne's nog steeds toenam en dat ook in nog toenemende mate van onze advertentiekolommen ge bruik gemaakt wordt, bewijst ons, dat ons blad door velen wordt gewaardeerd en dat het ook goede publiciteit verze- kerd; een advertentie, in ons blad ge plaatst, komt onder de oogen van zeer vele lezers, en verzekert ook daarvan kregen wij meermalen bevredigende ver- klaringen succes. Aan alien, die ons op een of andere wijze in het afgeloopen jaar steun ver- leenden, daarvoor onzen tiartelijken dank, onder aanbeveling voor de toekomst. Wij Uitgeefster en Redactie wen schen onze lezeressen en lezers, onze ad- verteerders en medewerkers, bij de intre de van 1921 GELUK EN VOORSPOED. •fft welke GEYAAR. SCHADE of HINDER Zaterdag 1 Jan. (Nieuwjaarsdag.) Zondag 2 Januari 1921. besturen en in de goede haven te leideiua-ntu~ net m Niet minder wenschen we dat van jaar srenoten vertrou- stadsbestuur. Voor een stad pl^Hrmu by vemieuwmg aan. is zeker noodig omzichtio-hoj' N een vooruitzienden bH r" >"vp" trent onze stad nie^ hervatting der sU Wat deze bet' varen. to'1 (Nadruk verboden). TER NEUZEN^S-VAN DRI l,eLJ2n~ EEN GELUKKIG JAAR T >«KW-X; &M SB j— Burgemeester en Wethouders der gerneente TER NEUZEN brengen ter openbare kennis, dat het ver zoek van P. BREVET, om in bet perceel, kadas- traal bekend in Sectie L, No. 1616, een electro motor te mogen plaatsen en in working brengen. door hen is ingewilligd. Ter Neuzen, den 29 December 19-20. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Burgemeester, J. HUIZINGA. De Secretaris, B. I. ZONNEVIJLLE. Hervormde Kerk. Ter Neuzen. Hoek. Zaamslag. 9J u., Ds. A. Timmerman. 9 u., Ds. E. Raams. 9 u., Ds. G. van Dis. Oud Gereformeerde Gerneente. Vlooswjjkstraat Ter Neuzen. 9 u.. leeskerk. Hervormde. Kerk. 94 u., Ds. A. Timmerman, Bevesti- fing Kerkeraadsleden en 2 u., Ds. A. 'immerman. 9i u., en 2 u., dhr. L. Dek. 9 u. en 2 u., Ds. E. Raams. 9 u. en 2 u., Ds. G. van Dis. 94 u., Ds. J. B. Th. Hugenholtz en 2u.. Ds. J. B. Th. Hugenholtz, Doopsbediening. Sas van Gent. 94u.,Ds. H. Akersloot van Houten Roos. Hulst. l'J u., Ds. Hermanides. Houtenisse. 10 u.. Ds. W. J. van Lindonk. Gereformeerde Kerfcer. 9 u. en 2 u., Ds. H. v. d. Wall. ter Neuzen Sluiskil. Soek. Zaamslag. Axel. Hoek. C/hr. Gereformeerde Kerk. Zaamslag 9 u. en 2 u., Ds. L. de Bruijne. Gereformeerde Gerneente. (Vlooswjjkstraat). Tsr Neuzen. 9 u., 2 u. en 54 u., leeskerk. Oud-Gereformeerde /e/meente (Vlooswjjkstraat. Ter Neuzen. 9 u., 2 u. en 54 u., leeskerk. Lsjkaal „.Eben-Ha&zer-'. (Kerkhoflaan.) Tsr Neuzen. 54 u., Evangelisatie. it. K. Kerkdien8f,en te Ter Aeuzen. Zondag zjjn de H. H. Diensten om 7,84 en 10 uur. 'sNamiddags om half drie Lof. Geboorten Kempe. Have en Huwelijks-voltrekkingen. 23 Dec n 'ieharu-e- oud 25 j jm. en Suzanna Schr Jan Cornelis Dieleman, oud Zaams1 Adriana Bootsgezel, 0 rsuiten euzen, e<ren. M. OOSTDIJK, Mr. Metselaar. Vrienden en Kennissen toegewensciht. J. RIEMENS—DE RUI.i' en Familie. Zaamslag. 1 Januari 1921

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1921 | | pagina 1