Donderdag 14 Augustus 1919.
59e Jaargang.
Alge^een Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen
1
De Belgen en Wij.
siHSEliLSWfl.
INGEZONDEN.
IJ X ,"n<
COLRAWT.
(Vervolg 26.)
Met den vierjarigen Philips, die onder
voogdjj van zijnen vader' Maximiliaan de
regeering aanvaardde, ging het gezag over
deze landen uit het Bourgondische in het
Oostenrgksche (Habsburgsche) huis over.
De Vlamingen, die Maria's kinderen in
hanne macht hadden, toonden zich weder
oproerig en eigenmachtig als naar gewoonte.
Door Lodewijk XI opgeruid, weigerden zij
Maximiliaan de uitsluitende voogdg over
zjjne kinderen en voegden hem eeuen raad
toe, samengesteld uit Lodewijk van Bourbon,
bisschop van Luik, Wolfert van Borsele,
heer van Vere, Philips van Bourgondie,
heer van Beveren, en Philips van Cleve,
zoon van Adolf, heer van Ravesteic. De
Fransche koning maakte van zijne zjjde
groot vertooQ met eenegeduchtekrijgsmacht.
Ware hjj ridderlrjk ten strijde getogen, dan
had hg Maximiliaan, die over geen aau-
zienlijk leger beschikte, groote afbreuk
kunnen doen. Lodewijk bleef echter zijn
jammerlgk stelsel van verraad en kuiperg
getrouw en wist langs dezen weg eenige
plaatsen te bemachtigen. Bij den vrede
van Atrecht moest Maximiliaan zjjne toe-
stemming geven tot eene echtverbintenis
tusschen zgne doehter Margareta en den
dauphin, waarbjj Bourgondie en Artois als
huwelijksgif't zouden strekken. De kleine
vorstin werd naar Frankrijk gevoerd en
met .prins Karel ondertrouwdmaar van
het huwelijk kwam niets.
De tweespalt in Holland, de opstand der
Stichtenaars, die, door de Hoekschen onder-
steund, hunnen bisschop David van Bour
gondie verdreven hadden, en de verwarring
in het bisdom Luik, waar Willem van
Aremberg, graaf de la Marck, bggenaamd
het Wilde Zwijn der Ardennen, zich tot
voogd had opgeworpen, verhinderden Maxi
miliaan, zijae voile kracht tegen de Vla
mingen aau te wenden, ten einde hen te
noodzaken, hem zijnen zoon in handen te
leveren.
Nadat echter de stadhouder van Holland,
Joost de LalaiDg, Hoorn stormenderhand
op ue Hoekschen veroverd, en Maximiliaan
zelf de rust in Utrecht en Luik hersteld
had, kon de aartshertog er aan denken,
een einde te maken aan den tegenstand,
weiken de Vlamingen hem bleven bieden.
In het najaar van 1484 verzamelde Maxi
miliaan te Mechelen een leger, dat den oorlog
op Vlaamschen boiem zou overbrengen.
Den 26»ten November 1484 won hg door
list Dendermonde en in Januari 1485 door
verraad Oudenaarde, waarna bg zijne benden
naar de landen van Waas en Cadzahd zond,
waaruit Gent en Brugge eeu groot deel
van hun proviand ontvingen. Op hunne
beurt togen de Vlamingen naar Brabant en
Henegouwen, om daar buit te vergaderen,
terwgl uit de haven vaD Sluis van tijd tot
tjjd vrgbuiters voeren, die op de oevers
van de flont. en andere stroomen landden
en vooral op Walcheren, Zuid-Beveland en
den Brabantschen wal menigen plundertocht
volWachten. Eene poging van Jaeob van
Ghistelles, om een der kasteelen van Sluis
te verrassen, mislukte, maar St. Anna ter
Muiden, Heist en Knocke werden geplunderd.
In het midden en zuiden van Vlaanderen
behaalde de parcjj van den aartshertog ver-
schillende voordeelen. De bezetting van
Oudenaarde versloeg de Gentenaars bg Pe-
teghem, eene krggsbende onder Jan de Ligny
verwoestte Gerardsbergen en graaf Engel-
bert van Nassau maakte zich meester van
Ninove. Deze nederlagen hadden ten ge-
volge, dat de Gentenaars afgevaardigden
naar het Fransche hof zonden met het
verzoek, hen in hunnen strgd tegen Maxi
miliaan bg te springen. Weinige dagen
daarna trok eene voorhoede van 800 Fransche
ruiters onder Philippe de Crevecoeur naar
Gent.
Het land leed verschrikkelijk onder die
voortdurende krggsbedrgven. Terwgl Maxi-
miliaans soldeniers in Vlaanderen kasteelen
en kerken verwoestten, plunderden de Vla
mingen in Zeelaud het toenmaals nog
onbemuurde Vlissingen. Den 16den Mei
1485, den eersten Pinksterdag, rseiden die
van Sluis in booten zonder masten of zeilen,
opdat hunne komst van verre niet gezien
zou worden, naar Walcheren, drongen
Vlissingen onder de hoogmis binnen, sloegen
den sehout Wouter van Domburg in de
sacristie dood en plunderden de stad. Zij
haalden de veeren uit de bedden, vulden
de tijken weder met kleinooden en het beste
dat zij konden grijpen, en voerden eenigen
van de rgkste inwoners gevankeigk mede.
Kort daarna werd Vlissingen, om dergelijke
ongelukken voortaan tie voorkomen, met
wallen en vesten versterkt.
Inmiddels was Maximiliaan voor Gent
gerukt, dat zich wel dapper verdedigde,
maar niet dan ten koste van vele levens,
daar iedere uitval, door de stedelingen
ondernomen, met verlies werd afgeslagen.
lnzonderheid kwam de uitval van den 24sten
Mei der burgerg zoo duur te staan, dat
zg het niet meer waagde de poorten uit
te trekken. Niettemin brak Maximiliaan
het beleg bij de nadering der Franschen op.
Deze vreemde krggers leefdea een ter zoo
baldadig, dat de Gentenaars spoedig tot
het inzicht kwamen, dat hunne aanwezigheid
Vlaanderen meer schaadde dan baatte. De
partg van den aartshertog maakte van deze
gewijzigde stemming der burgers terstond
gebruik. Door tusschenkomst van Engel-
bert van Nassau deed Brugge de terste
schrede, om tot eene verzoening te geraken.
Zoodra Maximiliaan hiervan bericht ont-
ving, verscheen hg in het Zwin Sluis
opende hem de poorten, en hij oegai zich
zonder verwgl naar Brugge, waar zgn in-
tocht met groote praal gesefcietide (21 Jam
1485). Weldra volgde Gent het vooroeeld
van Brugge, en de Staten van Vlaanderen
zonden hierop afgevaardigden naar Brugge,
om de vredesvoorwaarden vast te stellen.
Zg erkenden Maximiliaan als voogd van
den minderjarigen graul Phibps en zouden
hem zgne oorlogskosten vergoeden. Maxi
miliaan schonk den opstandelingen ver-
giffeDis, met uitzondering van zgne voor-
Daamste tegenstanders.
Den 6den Juli verliet Maximiliaan
Brugge, om zich naar Gent te begeveD.
De heer van Ravestein ging hem te gemoet
en bracht hem zgnen zoon te Mariakerke.
De aartshertog trok Gent binnen, gevolgd
door een leger van 5000 man onder bevel
vaD Maarten de Zwarte, een vermaard
krggsoverste (volgens somimgen uit Maas
tricht afkomstig, volgens Boxhorn een ge-
boren Zeeuw nit Arnemuiden). Dit was
in strgd met de belofte, dat hg slechts met
600 krijgslieden komen zou. Deze woord-
breuk en de onbeschoftheid der soldenieren
deden de vertoornde burgers opnieuw naar
de wapenen grijpen.
Eene botsing werd echter voorkomen
en den 22sten Juli 1485 ontving Maxi
miliaan de betuigingen van gehoorzaamheid
der schepenen.
Zoodra de rust in Vlaanderen hersteld
was, besloot Maximiliaan zich naar Duitsch-
land te begeven, ten einde zich de eifenis
des keizerrijks te verzekeren. Gedurende
zgne afwezigheid zouden Engelbert van
Nassau en Philips van Cleve zgne landen
besturen. Het liep echter tot het einde
des jaars, voor hij de Nederlanden kon
verlaten.
Den 16den Februari 1486 werd hg op
den rjjksdag te Frankfort tot Roomsch-
Koning verkozen en den 9den April te
Aken gekroond. Door zijnen grijzen vader
vergezeld, keerde Maximiliaan naar de
Nederlanden terug, wear de steden, we4ke
hg bezocht, met eikander wedgverden, om
hem op het schitterendst te qntvangen.
Vooral Dordrecht en Mechelen bewezen
hem groote eer. Daarop maakte de Roomsch-
Koning zich gereed, om Frankrgk te
tuchtigen wegens de hulp, welke het den
Vlamingen bg hunnen jongsten opstand
verleend had. Met koning Hendrik VII
van Engeland en de hertogen van Orleans
en Bretagne in verbond getreden, begon
hg de vijandelijkheden, met Therouanne,
Mortaigne en Honnecourt te bemachtigen.
Hiermede eindigde echter zijn geluk in
dezen strgd. Gebrek aan de noodige
fondsen dwong hem, een deel van zgn
leger af te danken. Therouanne ging weder
verloren en kort daarna leden zgne troepen
bij Bdthune de nederlaag.
(Wordt vervolg-d).
Nederlafid en Belgie.
De Belgische loodsen te Vlissingen.
Ook actie van dien kant:
De Algemeene Bond van het Belgjsch Loock-
wezen te Vlissingen heeft naar uit Brussel
aan de Maasbode'wordt gemeld, het volgende
telegram aan de Belgische afgevaardigden
te Parijs gezonden:
I „De Algemeene Bond van Agenten bij het
I Loodswezen, zetel te Vlissingen, hoopt, dat
door uw kranig optreden verkregen worde al-
j geheele souvereiniteit over de Schelde en vaart
van Ter Neuzen, onmisbaar voor de ontwikke
j ling van het vaderland en den bloei van Ant
werpen".
Dat is dus zegt de Midd. Crt. (en wij
zeggen met instemming na) een verklaring
van de mannen ter plaatse van wie men in
Parijs natuurlijk zal denken, dat zij dan toeh
wel weten hoe het met de zaak gesteld is.
Welnu, wij willen hun alle gelegenheid
geven ook in deze omgeving dat nader toe te
lichten. Wij stellen de kolommen van ons
blad voor hen open om waar te maken: dat
een algeheele souvereiniteit over de Wester
Schelde en over het kanaal van Ter Neuzen
onmisbaar is voor de ontwikkeling van Belgie
en den bloei van Antwerpen.
Alleen zullen wij nu reeds dadelijk van onzen
kant kort uiteenzetten waarom wij die be-
wering onjuist en misleidend vinden. Dan
kunnen zij tegelijk met die uitenzetting van
hun meening, aantoonen wat er onjuist is in
onze beweringen,
Wij beweren, aldus de M. Crt dat de. be-
staande regeling van de scheepvaart op de
W. Schelde, (gegrond op het tractaat van 1839
en uitgewerkt in de overeenkomst van 1842),
van toen af, en zeker sedert den afkoop van
den Scheldetol in 1863, tot aan de onderwer
ping van Belgie door de Duitschers in 1914,
geen belemmering voor de ontwikkeling van
de handelsvaart van Belgie heeft opgeleverd.
en dat het volkomen onwaar is, dat voor die
ontwikkeling de Belgische souvereiniteit over
de Schelde en over het kanaal van Ter Neuzen
„onmisbaar" ia
Wij beweren, dat de handelsvaart over deze
rrvier naar Antwerpen en Gent volkomen vrij
was, en dat een Belgische souvereiniteit over
die rivier mets meer aan die vrijheid zou
kunnen toevoegen
Wij tarten de Belgische loodsen in Vlissin
gen om ook maar een feit te noemen waar-
uoor, tengevolge der bestaande regeling een
handelsschip met naar Antwerpen of Gent
voer. Voor de vredesjaien is er niets van dien
aard te noemen, en toen de groote oorlog
kwam, waarin ook Belgie gesleept werd, is
weldoor ons, ter wille van onze eigen veilig-
heid de vredesbebakening vervangen door een
oorlogsbetonning, alleen aan Nederlancische
beambten bekend, zoodat de Belgische loodsen
geen dienst meer konden doen, - maar is toch
de vaart op Antwerpen en Gent voortdurend
geopend gebleven. D< Belgische loodsen we
ten even goed als "ij dat in Augustus en
September '14 geregeld handelsschepen naar
en van Antwerpen over de W. Schelde voeren.
Dat de Duitschers daarna er niet hetzelfde
gebruik van maakten, lag louter aan de heer-
schappij der Entente op zee, en niet aan de
regeling op de Schfelde.
Een ding is waar: wanneer Nederland in
oorlog' 'mocht komen, dan kan het de heele
scheepvaart op de Schelde afsluiten. Het zal
echter van de omstandigheden afhangen of
het dat doen zal.
Maar behalve dat: gUldt dat niet voor ieder
achterland Geldt dat ook niet voor Duitsch-
land, ten opzichte van de uitwegen die langs
de groote rivieren door ons land loopen En
denkt iemand er aan daarom Duitsche souve
reiniteit over die fivieren te vragen? Nog
sterker: geldt dat ook niet voor de scheepvaart
op de Schelde voorzoover die ook op Fransch
gebied bevaarbaar is, voor 't geval Belgie in
oorlog komt? Geldt dan niet voor alle aehter-
gelegen staten aan een rivier: aan de Elbe,
aan de Donau, aan de'Congo, aan de Plata-
rivier, enzoovoorts, zoodra een voor gelegen
staat in oorlog komt?
Nergens ter wereld l'.eeft men alleen voor
dit eene mogelijke geval een volkomen souve
reiniteit van de achtergelegen staten over de
heele stroom geeischt.
En nu we die andere voorbeelden noemen,
zij nog dit gezegd:
Nergens ter wereld bij dergelijke rivieren,
die door meer dan een land stroomen, heeft
men een scheepvaart-regelihg, zoo gunstig
voor het achter gelegen land, als op de W.-
Schelde het geval is voor Belgie.
Nergens als op de Schelde heeft men een
gemeenschappelijke commissie voor de beba-
kening en het onderhoud van het vaarwater.
Nergens zijn de bepalingen zoo gunstig voor
de visscherij op de rivier door onderdanen van
het achter gelegen land, ook al wonen zij niet
aan de oevers der W.-Schelde. Nergens
heerscht zoo'n volkomen gelijkheid ten op
zichte van het kaodfmrat&Sfr i» i w
Diezelfde Belgische loodsen in Vlissingen,
die nu in Parijs de Belgische souvereiniteit
over de W.-Schelde als onmisbaar vorderen,
bewijzen door hun aanwezigheid in Vlissingen.
dat er te hunnen opzichte bepalingen gelden
die men elders niet vindt. We zullen met alle
verdragen nagaan betreffende de andere bo-
vengenoemde rivieren, maar wie dat werk doen
wil, zal, dit verzekeren we, tevergeefs zoeker.
naar een bepaling die dezelfde vrijgevigheid
heeft als art. 1 van het tweede reglement van
1842 luidend:
Het zal ter keuze staan van elk schip,
hetwelk zich van uit voile zee naar Bel
gie of van Belgie naar voile zee langs de
Schelde of het kanaal van Ter Neuzen
begeeft, om een Nederlandschen of Bel-
gischen loods te nemen, en dientengevolge
zal het aan beide landen vrij staan om
langs den geheelen loop der Schelde en
aan haren mond de loodsdiensten te ves-
tigen die voor het verschaffen der loodsen
noodzakelijk zullen worden geoordeeld".
Kn bovendien is er nog speciaal recht voor
vestiging van een Belgische loodsenadmini
stratie te Vlissingen.
Durven de Belgische loodsen te Vlissingen
volhouden dat een Belgische souvereiniteit op
de W.-Schelde hun meer rechten ten opzichte
van hun dienst zou geven, dan zij nu al
hebben
Laten zij het op papier zetten en ons zen-
den. We zullen het dadelijk opnemen.
En dan ten slotte nog iets, waarover wij in
Nederland misschien anders denken dan de
Belgen, maar dat ons toch van het hart moet.
Loodsen zijn staatsambtenaren. En nu zou-
deh wij in Nederland het zeer ongewenscht
en zeer ontactvol vinden, wanneer een groep
Nederlandsche ambtenaren, in het buitenland
gevestigd, zich openlijk mengen in een inter-
nationaal geschil ten nadeele van het land
waar zij gevestigd waren, Wat zouden de
Belgen wel zeggen, wanneer de Nederland
sche consuls in Belgie een telegram naar Den
Haag zohdeii en in de pers nubliceerden,
waarin zij er op aandrongen om biiv. de Maas
op Belgisch gebied onder Nederlandsche sou
vereiniteit te brengen teneinde de wateraf-
tapping te kunnen regelen naar ons believen?
We gelooven, dat er al heel gauw van de Bel
gische overheid een waarschuwing aan die
ambtenaren zou komen om hun tot rust te
manen, wilden ,ze geen aanleiding geven tot
ongewenschte wrijving.
Er staat in het loodsreglement van 1842
een voorschrift, volgens hetwelk de loodsen
van beide natien: ,,alle aanleiding tot botsing
en alle reden tot wederziidsche klachten zorg-
vuldig behooren te vermijden." Maar laten dan
de Belgische loodsen in Vlissingen zoo tactvol
ziin, om niet te^gaan ageeren on een wiize
die voor hun Mederlahdsche omgeving niet
anders dan zeer hinderlijk moet zijn
De algeheele onthouding der Belgische
loodsen bij het Naerebout-feest. dat dan toch
in hoofdzaak een loods-feest was, leek velen
kenmerkend voor de heerscheude stemming.
Het is te wenschen, dat de Belgische loodsen
verder alles zullen vermijden wat die stem
ming slechter kan maken.
Blijkens een N. T. A.-bericht uit Parijs
is de Nedierlandsche-Belgisdhe commissie
voor He lierzieninlg der verdragen; van 1839
Zaterdagmlddag om vijf uur bijeengekoinem.
Orts, de secrebaris-generaa! van'- het minis-'
terie van buitenlanidsche zakevn en eerstege-
delegeerde van "'Belgie beeindigde zijn ni;t)
eenzettimg van polftioke argumelhten voor'
het Relgisclr" stand print.
i lb de Matin bespreekf majoor Civrie^i
Je belangen van Frajikrijk met be trekking
LoL de herziening der verdragen vail 1839.
Dp sciirijver bescjiouwt de Fransche miili-
laire waarborgen op den Rijn als- te Zijn
tVan tijdelijken aard, -daar njismapd weet Le
zeggen hoe het Europeescih eveniwicjit ov^r
viji'tien jaar zal zijm.
Daarom is hij van meening dpi Frankrijk
geen enkeie gelegenheid miag latca voorbij1-
gaan om deze waarborgjen te .verslerken.
pn een dergelijke gelegenheid wordt aahge-
bod(en in de herzierupig van de verdragen.
van. 1839. Het Znideni van Limburg, opge-
eischt door de Belgen, zou, volgens den
majoor, in de handen der Nederlanders al-
tijd een zijdeur zijn tusschen Germanic en
Gallie, die open1 staat voor een inval. Ten
(einde te bewijzen, dat de Nederlanders niet
ini staat zijn deze dieur te sluilen, neemt
t'ivrieux natuurlijk zijn toevluc.hl tot de
eeuwige legende van het doorlrekken van
bet Duilsqhe leger in November 1918, naar
het beette met oorlogsmatTiaal en een ontt;-
zagTijken buit. 'Liimburg moet een der ver-
dedigingtSi-bolwerken van het Westch wor
den.
De schrijver is wel zoo vriendelijk nog
een bijkoimend argument voor de annexatip
aan le voeren, namelijk dat door dezen
nieuwem waarborg Frankrijk in staat zou
zijn aanimerkelijke verminidelringen in eehi-
ge zijner militaire lasten aan te brengen
pf die op voordeelige wijze te verandereu.
Onze Parijsche beriichtgever seint ons, dat
Zaterdag de Belgische afgevaardigde Oil's
zijn politiek expose betreffeinde de Belgjl-
sche desiderata omtrent de revisie van tie
verdragen van 1839 heeft beeindigd.
De Nederlandsche delegatie zal nu haai
antwoord voorbereiden, terwijl de commissie
van Veertien opnieuw den 20eai Augustus
zal bijeenkoinen.
De „Echo de Paris" publieeert een tele
gram uit -Brussel, waarin gezegd word 1,
dat men in goedimgedichte krjjngen als zijn
meening nilspreekt, dat de loop van zaken
le Parijs een gunstige wendiing schijnt' te,
nemen.
De correspondent van de N. R. Crt. te Parijs
seint
In het Belgische communique van Zaterdag,
omtrent de vergadering van de commissie tot
herziening van de tractateh van 1839, wordt
medegedeeld, dat de uiteenzetting van Bel
gische zijde gegeven van de politieke bepji
lingen van de tract at en en -huh gevolgeh op
de militaire verdediging van BeRie, nog aan
gevuld zal worden ten opzichte van kwesties
van militairen aard door kolonel Galet van het
Belgische leger. Kolonel Galet zal deze aan
vulling geven voor land en zeeoffieieren van
de andere vertegehwoordigde mogendheden,
die daartoe in sub-comite bij een zullen komen.
- In goed ingelichte kringen is men van oor
deel, dat de Nederlandsch Belgische onder-
handelingen een bevredigend verloop schijnen
te nemen.
De correspondent van de N. R. Crt. te
Pargs seint
De Belgische delega'ie, die hier voor de
commissie tot herziening van de tractaten
van 1839 haar opvattingen uiteenzet, moet
zich houden aan de grenzen. die er aan-
gegeven zgn door de vredesconferentie in
haar besluit van 4 Juni, waarin gezegd is,
dat er bg de onderhandelingen van Neder
land en Belgie geen sprake kan zgn van
gebiedsafstand, noch van internationale ser-
vituten en dat de kwestie van de water
wegen tusschen Nederland en Belgie af-
zonderlijk behandeld moet worden. De
Belgische afvaardiging heeft verklaard over-
tuigd te zgn, dat zg in haar conclusies
deze grenzen niet te buiten is gegaan.
De conclusies, die zij thans voorstelt, komen
op het volgende neer
Terwgl Minister Hymans vroeger sprak
van attributen van souvereiniteit op de
Schelde en het kanaal GentTer Neuzen,
spreekt nu de Belgische afvaardiging van
het beheer (maitrise) over die wateren, opdat
Belgie in staat gesteld zou worden alle
werken uit te voeren, die door Belgie op
die wateren noodig geacht worden en zoo
noodig op het oevergebied. Belgie zou zich
dan belasten met de bebakening, de ver-
lichting, den loodsdienst, de draadlooze
telegrafie, de afwatering van Zeeuwsch-
Ylaanderen, enz. Wat betreft de verbinding
van Belgie met het achterland en den Rjjn,
wenscht de Belgische delegatie uitbreiding
van een kanaal door de zoogezegde enclave
van Maastricht en beheer van dat gedeelte
van het kanaal door Belgievervolgens
een door Belgie beheerd Rgn Maas Schelde-
kanaal, beheerd door Belgie en corres-
pondeerende spoorwegverbindingen een
economische overeenkomst berteffende het
vervoer door Limburg en ten slotte
het aanleggen van een kanaal Antwerpen
Moerdijk. De politieke en militaire ver-
iangens komen neer op een militaire con-
ventie voor de gemeenschappelijke verde
diging van Limburg en opensteliing van de
Schelde in tjjd van oorlog voor de schepen
van Belgie en zgn boudgenooten.
De herziehihg van de tractateh van 1839.
In doorgaans goed oniderrichte kringen
van de vredesconferen|tie gelooft men, vol-
igenjs de corresp. van de Tel., dat dc Ne
derlandsche leden van de Nederlaudsdli-
Belgische commissie bun regeeri)tig wettv
sehen te raadplegen over de uit^euztettisig
van den lieer Orts over ;de kwestie van
Id© tractotem van 1839 uit een; milituir en
politiek oogpunt bezien. Dit zou de reden
zijn van de reeds gemelde verb-aging en
van bet uitsjtel van de volgenjde zitHifsigl
tot den 20srten van deze maajid. De Ne-
derlandsclie delegatie zou uan de regejs-
iing wife l voore'.eFeu een mifitair alge-i
vaardigde te zenden in- de kwaii Leit vaia
adviseur. Deze afgevaardigde zou het rapr
port van den Belgischeu kolonel Galet be
an t woo i'den, dat Dinsdag a s. aan de sub-
commissie zal worden uitgebraclit
In Belgische ki-ingen, verklaart men, dat
bet op de groote mogendheden een zeer
goeden indruk heeft gemaakt, dat Belgie
het vredesverd'rag heeft geratificeerd zon
der het resultant af te wachten van de onf
de rli an.djel ingen t us sell on Belgie en Neder
land.
Het vredesverdrag
In zijn Slot art ike 1 over „Een pijnlijke ont-
goodieiing," sehrijft het Brusselse.be iilad;
De Standaard onder meer nog:
7 milliard biljetten! maar de waarde aan
gron Istoffen, werktuigen^ voedsel en died
mee; welke 't zich in Belgie met zijn bil
jetten of in het imi,temland met ons kre-
diet heeft aangesdhaft, zijn overgegaan in
liet werkelijk bezit van Duitsehland efl zul
len er in de, eerste plaats toe bijdragen
om de afbetalinjg 'te waarborgetn' van, de
schatkistbons, welke onz eoorlogssdiuld aan,
d© geallieerden moelen vervangen. Zoodai
ons eigen gerooftl lie/.it moet dienen om
ten guns,te v,an onze minder beproefde vrien-
den bevoorpechte schuldVorderingen te be
taken ,tei(wijl wij zelf vrucliteloos de er-
kenninig hebben gevraagd van de ons toe-
behoorende prioriteiten.
Djit is echteii niet de eeruige vorrn onder
wel ken wij, mJdt een deel van opze wel vaart,
de veroveringen van: Oiiize sIrijdjgenooletnt
moelen betalen. Elzas-Lotharin.gcn is over-
gegaan in den school van Frankrijk en wij..
verheugem ons met onize zuidelijke bureia
over dit herstel van hunne oude 'landsgreo-
zen. Maar Elzas-Lotharingen| vetrtegenwoor-
d.igde ook voor* ons eeu koslbaar tiiniter-
land waar van di© ;in- eln uit voer, na dctt
oorlog vo|or ddt bloei van Antwerpen nog
veel gewichtiger zal wezen dan h'ij reeds
voor den oorljag; was, Bij zijn) jongste be-
zoek heeft president Poincare woorden' gje-
sproken, die onis doen, verhopen dat het
vervoer van Lotharingen' otis niet zal wor
den ontlrokken, maar wij wet;e«i niet of
voor deze toegeving geene tegenvoordeeleo
zullen geeischt, welke wij beter tegen lege-
moelkominggn' op tolgebied hadden geruikL
(Let ware onzes inizienis niet meer dan bil-
-lijk geweesjt dalt in het vredesverdrag zelf
aan Belgie de gej-usts;teUing ware geschoO-
ken| dat het' geen onrechtstireeksche nadec-
(en zou ondervindew van den terugkeer van
Elzas-Lotharingeni bij Fran|krijk. Het zou
immiers al te hitjtjer vallen iudien Wij door
ons heldhaftig verzet' te Luik en aan dea
IJzer onszelf een deel v:ini o'nze levensmo-
geTijkheden hadldew. afgesweden. van den kant.
van Frankrijk dat 'zelf erkent Jioe onze weer-
stand een reddcniden invloed te zijnen guh-
sle heeft gehad.
Ejn our een zoo karig loon) te eischea
zullen onze jongens verpliqht worjden gedut-
rende een reeks Van jaren de wacht op te
trekken aan de boorden vajn den llijn.
De kosten van hun ofiderhoud zullen door
de Duitschers wordien betaafd, zij het daft
ook in verm iiiderin(g van. de reeds ontoe-
reikende scliadeloosstelliiigen, Maar zal me»
ook bet onrechtsCre'eksdi verbis vergoeden)
dat ontstaat uit- de gedwonigeni arbeidsloosb
heid van die duizendeni van jonge maniicin,
ohgerekend de vele -zedelijke nadclcn eh
ke met zoo'n bezeltingswerk gepaard gaan(?
Wij gelooven lief liet em nochtans wij zul
len geene werkkrachten> te veel hebben om
de inziiiking vajn onze cvonomisclie ki-aclxt
tijdig le boven,' te komeni,
Het blad meentj ten slotte, dat de regee
ring „beucdeni haar taak" gebleven is, da*
pr niets anders opzit dam het verdrag te tee-
kenem, mlaar dat mean op mocj houden met
het volk knollenl voor cit'roenen te verkoo-
pen em het moet lateni beseffen, dat het vre
desverdrag niet aan Belgie's vcrwachrtngdn
beantwoordt. Geen hnperialisitische ehimerert
meer, zegt liet blad, maar aansturem, langs
de lijn der we'rkelijkhedem, op deze eischen,
welke gelieel liet land- eenparig verlangt en
waar van het goed recht niet aan'tastbaar is:
mime en bevooi-rechte vergoeding ep onlie-
lemmerde economische onlwikkelingsinoge—
lijkheden. Dat men' het eindelijk ook aan-
durve om aan het volk te zeggen1 dat et
genoeg gefeest is gewoi-den en dat alleen het
woord van Carlyle voortaan ons IevPn moet
lieheerschenarbeidenj en| (niet vertwijfelen.
Alleen volhardende, vooi-uitsl9*evende ar-
l>eid en beperking onjzer levensbehoeflen.
kunnen] qns reddim uit den dringendea
economiselleii' nood, waarin de oorlog dins
geplaatst heeft en ons in, staat stelletti om
zonder gebreken de veirtieiivoudigjeig der
bet a stin.gen te drageni, welke ops te wachten
staat.
Een magnetische storing.
Maandag en Dinsdag werd aan bet me-
teorologische bureau te De Bildt een bij-
zonder lieftige storing geregist:re"'n.l) zoopis
•in geen jaretn is voorgekomem, slerkei' dao
die van Juni 1915.
Een socialistisch oordeel.
De Belgische Minister Yandewcltde die
de socialislische coiiferemtie, te Luzern me©--
miaakt, tf*cfl met den verslaggever van Hej
Volk een onderhoud gehad over de Neder-
landscli-Belgische kwestie.
Neeni voor een oogenblik aan,, zei
de verslaggever, dat de kommissie niet
komt tot een positief resultaat.
Wat zal de Belgische regeering dam doen?
Dat laat zich moeilij k zeggen. Dam
over kan slechts worden beslist als de re-
sultalen vam den arljeid der kommissie,
voor ons liggen).
Maar ik geloof niet, voegde Yander-