ALGEMEEN NIEUW8- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
M
No. 6597.
Donderdag 18 October 1917.
&7e Jaargang.
Sch oolge 1 d.
Schoo 1 g eld.
S choolgeld.
Brandgevaar.
MI1J4
ABONNEMENT:
ADVERTENTlfiN
1NSTELL1NG HUURC0MM1SSIE.
BINHENLAND.
Telefoon 33.
nltflezonderd op F.estdagei, H] in Firma P. 1_ YAM DE SAME t. Tar S.az.n.
aankondigingen van den
Provincialen Stoombootdienst op
de Westsr-Schelde,
1 TJI L L I O N.
Pa 3 maanden binnen de stad 1Franco per post voor Nederland 1.10.
mi vooruitbetalingvoor Belgie /1.40, voor Ned.-Indie en Amerika 1.65.
overig Buitenland 2.—
jSfc». abonneert zich bij de Uitgeefster, of buiten Ter Neuzen ook bij alle
Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievenbushouders.
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 010.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie word! M
prijs slechts tweemaa! berekend.
Grootere letters en cliche's worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement teg en verminderd tanef.
Inzending van advertesitien voor 1 Utir op den dag der uitgave.
ran 15 October 19IT tot nadere aan-
kondiging.
Burgemeester en Wethouders van TER
NEUZEN vestigen de aandacht op de vol-
gende missive van den Minister van Staat,
Minister van Bionenlandsche Zaken, No.
8013. Afdeeling B. B
Het te verwachten ruim gebruik in den
aanstaanden winter, niet alleen van hout
voor hnisbrand, maar ook van minderwaardig
materiaal ter vervanging van steenkool, zal
in niet geringe mate het brandgevaar ver-
grooten. Bovendien zal dit gevaar nog in
de hand gewerkt worden door te vreezen
aanwending van primitieve verlichtingsmid-
del-n als gevolg van gebrek aan de gebrui-
kelpke brandstof voor de kamerlamp.
Nu de beschikbare voorraden goederen
nauwelpks voldoende zpn voor bet onder-
boud der bevolking, is het meer dan ooit
dringend noodiake'ijk dat geen materiaal
door brand verloren ga.
Ik htb mitsdien de eer Uw College te
verzoeken de gemeentebesturen in Uwe
provincie namens mij uit te noodigen de
ingezetenen te waarschuwen voor het bui-
tengewoon groot brandgevaar dat dezen
winier te duchten is en daarbij, onder aan-
beveling vau uiterste voorzichtigheid te
wijzen op de noodlottige gevolgen, die in
het bijzonder in den tegenwoordigen tijd
van schaarschte op elk gebied, aan brand
zouden kunnen verbonden zijn.
De Minister van Staat,
Minister van Binnenlandsche Zaken.
Voor den Minister,
De Secretaris Generaal,
J. B. KAN.
Ter Neuzen, den 16 Oct. 1917.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. HUIZINGA, Burgemi eder.
L. WABEKE, Secretaris.
Be huurcommissiewet is in deze gemeenle
van loepassing lien aanzien van.de woningen,
jlie op, of iaatsl'elijk voor I Januari 1916
verhuurd zijn voor een huurprijs, per week
berekend, van ten hoogsle 5,ten aan
zien van woningen voor of op 1 Januari
1916 niei verhuurd gewecsl zijhde voor len
hoogsle da) hedrag; len aanzien van de
nieuw gebouwde woningen, na 1 Januari
1916 voor hei eersl in gebruik genomen,
welke voor hel eersl zijn verhuurd voor ten
hoogsle genoemd hedrag.
Bil bedrag is echl'er 4,— voor hel ge-
deelte der gemeienie gelegen builen de hoolnl-
kom.
Be president van de Ilan doLs in a a Is eh a pp i j
over den toes land van ons land.
Nederland en de Entente.
Naar aanleiding van de verschillende be-
richten, die weinig goods voor onze eiono-
mische verhoudingen voorspellen, heeft het
Hbl. zich tot den beer C. J. K. van Aalsl ge-
wend, die bekend staat als iemand, die niet
spoedig den moed laat zinken.
Wat betreft den aanvoer van steenkool uit
Duitschland en Oostenrijk-Hongarije de
beer Van Aalst heeft juist met andere ge-
volmachtigden der Regeering de onderbande-
lingen over dien aanvoer achter den rug
verklaarde bij, dat bij ten opzichte daarvan
vrij gerust was. Dank zij den aangenamen
toon, die lusschen de Duitsclie en Neder-
landscbe onderhiandelaars lieersclite, was
men tot een behoorlijk resullaat gekomen.
De bij v oorwaarden ter zijde latend, was men
tot sluiling van een beperkt officieel crediet
gekomen en bad men zich d,aarvoor den
maandelijkschen aanvoer van len minste
250 000 ton steenkool en 20.000 ton ijzer en
staal tot 31 Maarl 1918 verzekerd, waardoor
de Industrie en duizenden daarbij belrokke-
nen den arbeid zullen kunnen voortzetten.
Met Oostenrijk-Hongarije heeft een bank-
groep een beperkt crediet afgesloten, dat
ons den aanvoer verzekert van talrijke hiei
te lande benoodigde arlikelen, waaronder
bijvoorbeeld smeerolie, dat tot nu toe voor-
namelijk uit Noord-Amerika wend betrokken.
Wanneer men verder in aanmeiking
neemt, dat deze maand 100.000 ton steen
kool nil Engeland zal kunnen worden be
trokken (een vriendelijkheid, die in sfcrijd is
met de telegram-quaestie en Limburg, dank
zij den onvermoeiden Srbeid van dire dies
en arb eiders der staats- en andere mijnen
een productie zal kunnen bereiken van meer
Idan 250.000 ton 's rnaands, dan. aldus de
beer Van Aalst, is er alle aanleidmg tot
dankbaarheid, dat wij den winterdag, Wat
huisbrand en industrie betreft, zullen kun
nen doorkomen.
Op de vragen omtrent de houding van
Noord-Amerika en van Engeland, achtte de
heer Van Aalsl zich niet gereclitigd te ant-
woorden.
Hijmachtlgde bet Hbl. evenwel bekend
te maken, dat naar zijn meening zoowel
Amerika als Engeland geheel op den ver-
keerden weg waren, lenzij het de bedoeling
was het gevoel van erkentelijkheid tegenover
de Entente te onderdrukken, dat zij door be-
middeling der N. O. T. ons economisch leven
lot nu toe zooveel mogelijk gaande had ge-
liouden.
De beer Van Aalst wenschte zijn meening
omtrent de grint- en zandquaestie niet te
uiten; hij achtte den maatregel van Enge
land, waarbij de Nederland sch e handel word
uitgesloten van telegraphische verbinding met
zijne relaties in Nederlandsch-Indie en an
dere landen, een hoogst bedenkelijken maat
regel van Engeland, die alleen kon zijn uit-
gedacht door personen, die de verhoudingen
en gevoelens in ons land niet kennen.
Nooit ofte niinmer (zoo verklaarde de lieer
Van Aalst) zullen de eerlijke handelsmannen
van dit land bukken voor een dergelijken
maatregel en nimmer zullen zij trachten in-
vloed te oefenen op onze Regeering, indach-
tig aan het Engelsche gezegde: „Rigbt or
wrong, my country!"
Waar, zoo eindiglde de heer Van Aalst,
grint en zand volgens de dfficieele berich-
ten in Belgie alleen voor vreedzame doel-
einden worden gebruikt, daar acht ik liet
zeer wel mogelijk, dat de Duitsche Regeering
de verbetering der wegen enz. in Belgie zal
willen doen ophouden, om Nederland in de
gelegenheid te stellen de handelstelegram-
men, voornamelijk met het «oog op Ncder-
landsch -Indie, weder te kunnen zenden en
ontvangen.
Tot 15 November werd het trasilo-ver-
keer van grint enz. toegestaan; dit is beloofd
en daarop zal naar zijn meening niet wor
den teruggekomen, docli een woord uit Ber-
lijn, dat men oplioudt met die vredeswer-
ken, en de toestand bier wordt verheldeid.
De gemoedstoestanid van ons volk behoeft
idit, gedruk't als hij is onder de bejegening
van „the country of thje free", nl. Noord-
Amerika, dat voor een deel prat gaat op zijn
Hollandsche afkomst en dat zoo oneindig
veel aan Holland te danken heeft en daarom
den moreelen plicht heeft ons te helpen. De
regeering in Amerika speelt lioog spel.
Het Hbl. vroeg nadere toelichting van deze
uitspraak, doch de heer an Aalst ant-
woordde„Ik kan mij daaromtrent heusch
pp dit oogenblik niet verder uitlaten."
Aldus eidigde het gesprek, waaruit het
Hbl. den indruk kreeg, dat de heer Van.Aalst
den toestand, waarin ons land verkeert,
wel is waar netelig aclit, zonder dat zulks
evenwel aanleiding mag geven tot al te groo-
te ongerustheid.
Reuter seint uit Londen:
De Daily Chronicle sclirijft in een hoofd-
arlikel:
Ons geschil met Nederland is nog allijd
niet geregeld en zal dit waarschijnlijk blij-
ven, tot de Hollanders toegeven. Het is noo-
dig te bedenken, dat de kwestie er volkomen
een is van marchandeeren en volstrekt niet
een kwestie van volkenrecht. Holland be-
wijst Duitschland een grooten dienst, door
toe te Jaten, dat groote lioeveelheden zand
en grint, die voor gebetonneerde stellingen
gebruikt worden, langs de Hollandsche wa-
terwegen naar liet Duitsche gev^clilsfi on I
vervoerd worden. .Dat het dit toelaat, is
niet onneutraal, maar evenmin is het en zal
het onneutoaal voor Holland zijn, om dat
vervoer .*op te zettcn. gelijk wij natuurlijk
verlangen dat het zal doen. Nu wij niet van
Holland gedaan krijgen wat wij willen, wei-
I geren wij Nederlandsche handelslelegram-
men over de. kabels te laten gaan, die wij
controleeren. Dit doeude, handelen 5\ij,even-
eens als Nederland, binnen de perben van
onze rechten. Er rust geen internationule
verplichting op ons, om den Nederlandschen
handel onze kabels te laten gebruiken. On-
getwijfeld is het een ongemak voor den Ne
derlandschen handel, dat hij van telegrafi-
sche gemeenschap met de buitenwereld en
voorai met de Nederlandsche kolonicn af-
gesneden is, maar het is voor ons een even
groot ongemak, dat de Duitschers. met be-
liulp van hel over Nederland komende grint
en zand het aantal van bun betonhuisjes
vermenigvuldigen. Beide partijen staan voor
een geval van zakenbelang. De Hollanders
moeten zelven uilmaken, of de voordeefen
idie zij, in ruil voor bun toegeeflijkheid van
Duitscliland krijgen, op wegen tegen die, wel
ke "wij iflin thans onthouden.
Landstorniplichtigen.
Het hoofdbestuur van de Vereeniging
van Landstormplichtigen heeft besloten,
om zoo spoedig mogelijk een regeling te
freffen, ten einde al degener, die bp even-
tueele aanneming van bet wetsontwerp tot
uitbreiding van de Landstormwet (al de
vroeger afgekeurden dus) in het verband
der vereeniging op te nemen en een ge-
zamenlgke actie tegen dit ontwerp te
voeren. 0^ Ct.)
Amerika en Nederland.
Men seint uit Washington:
De ambteaaren spreken het gerucht tegen,
dat de handel tusschen Amerika en Neder
land zou zijn verboden.
Zij veronderatellen, dat dit gerncht bet
gevolg is van de vrees voor de mogelijk-
heid van een dergelijken maatregel welke
men in Nederland koestert.
Een krediet-aanvraag van 170 mtllioen
voor de goedkoope-levensmiddelen-
verstrekking
Naar den Raad van State zijn thans
verzonden twee wetsontwerpen-suppletoire
landbouwbegrooting, waarbij voor de levens-
middelenverstrekkiDg over het loopende
dienstjaar nog 40 millioen gulden worden
aangevraagd, en voor het eerste halfjaar
van 1918 130 millioen gulden.
Terpentijn.
De Minister van Landbouw, Nijverheid
en Handel heeft bepaald
1. de verkoop, de aflevering en het ver
voer van terpentijn is verboden
2. Het verbod sub 1 gesteld is niet
van toepasiing voor zoover het vervoer
plaats vindt in boeveelheden van niet meer
dan 1 K.G.
3. Van het sub 1 gestelde verbod kan,
zoo noodig, onder daarbij te stellen voor-
waarden, ontheffing worden verleend door
de Toewpzingscommissie voor Benzine,
Parkstraat 109, 's Gravenhage.
De Minister van Landbouw, Nijverheid
en Handel heeft tot de burgemeesters de
volgende eirculaire gericht
Ik heb de eer u hierbij afdruk aan te
bieden van mpn beschikking van heden in
zake verbod van verkcop, aflevering en ver
voer van terpentpn.
Verder heb ik de eer u te verzoeken
krachtens art. 9, Iste lid, der Distributiewet
1916, opgave te verlangen van de voor
raden terpentpn in uwe gemeente, met
uitzondering van de hoeveelhedec bestemd
voor eigen huishoudelpk gebruik van de
eigenaren en voor eigen gebruik bij kuis-
schilders aanwezig.
Ik maak u daarbij opmerkzaam, dat
terpeitpn in hoofdzaak wordt gebezigd in
de lak en vernis-industrie, de fabrieken
van boenwas, schoencremes en dergelpke-
en de fabrieken van Haarlemmerolie em
voor verkoop aan huisschilders.
De opgaven gelieve u ten spoedigste in
te zenden aan de Toewijzingscommissie voor
benzine, Parkstraat 109, 's Gravenhage.
Uit Zaandam.
DOOR
H. RIDER HAGGARD.
01)
,,Omdat zij beeldhouwster is, en jaren ge-
leden aan den Jordaan een steenen borst-
beeld van hem gemaakt heeft'antwoordde
Caleb."
Zijn kunstenaars allijd de minnaars van
hen die zij afbeelden, Caleb?" vroeg Benom,
jiu voor het eerst het woord nemend.
Caleb gpf geen antwoord, doch een van
het Sanhedrin, een man met een scherp ge-
laat, Simeon genaamd, de vriend van "Simon,
tie 'zoon van Jonias, den Zetoiot; die naast
hem zat, riep-;
Genoeg van die dwaasheid; liet sa tans-
kind is mooi, waarschijnlijk begeert Caleb
haar voor zichzelf, maar wat gaat dat ons
aan?"
Toch voegde hij er wraakgieng by:
„Bij gelegenheid zullen wij eraan denken,
dat hij nu tracht de waarheid te verber-
gen."
„Er zijn geen bewijzen tegen deze vrouw;
laat haar vrij", riep nu Benoni.
Wij kunnen begrijpen, dat haar groot-
vader er zoo over denkt," zeide Simeon
op sarcastischen toon. „Geen wonder, dat
wij door het zwaard Gods gelroffen worden,
wanneer Rabbi's cliristenen bescliermen, om-
dat zij toevallig tot hun familie behooren,
en wanneer krijgslieden valsche getuigenis
in bun voordeel afleggen, omdiat zij toeval
lig mooi zijn. Ik voor mij acht haar scliul-
idig, en geloof, dat zij den man ergens in een
geheime scliuilplaats heeft verborgen. M antr
um sloeg zij anders den soldaat het licht uit
de hand?'
„Misschien uit vrees, dat zij zelf zou aan-
gevallen worden," meende een ander, „of-
schoon ik niet begrijp, hoe zij in den toren
kwam."
„Ik woonde er," zeide Mirjam. „Tot gis-
teren was de toegang dichtgemetseld, zoodat
ik veilig was voor roovers,"
„Zoo!" merkte de rechter op. „Gij woon-
det dus alleen in een verlaten toren, als een
vleermuis of een uil, en zonder voedsel of
I water? Diat moest u dan loch van buitenaf
gebracht worden, misschien wel door een
geheime gang, waardoor gij den Prefect liet
gaan zonder tijd te hebben, hem te volgen.
Vrouw, gij zijt een Romeinsche spion, zoo als
men van een Christen wel mag verwachten.
Ik zeg. dat zij den dood verdiend heeft."
Benoni slond op en scheurde zijngewaad.
„Strooml er geen bloed genoeg in deze
heilige voorhoven!" vroeg hij, „en moet gij
er nil nog dat van onschnldige bij vergie-
ten? Wat hebt gij gezworen? Recht te doen
en slechts te vonnissen op "duidelijke, onom-
stootelijke bewijzen. Waar zijn die bewijzen?
Waaruit blijkt, dat het meisje Mirjam iets
te maken had met dien Marcus, dien zij in
geen "jaren gezien had? In den Hciligen
Naam protesteer ik tegen dil onrecht.
,.Dat gij protesteert, is heel natuurlijk
meende een van zijn broeders.
Toen begonnen zij te twislen, want de
vraag feracht hen in de war, en hoe wreod
ook, wenschten zij toch rechtvaardig te zijn.
Opeens kreeg Simeon een inval.
„Doorzoek haar," zeide hij, zij is ge-
zond en flink, misschien heeft zij voedsel of
iets anders hij zich, of komen wij op die
manier te weten waar haar voedsel verbor
gen is".
Twee dienaren grepen Mirjam aan en
scheurden met ruwe hand haar kleed op de
borst open, daar zij niet de nioeite wilden
doen om het los te maken.
„Kijk," riep een hunner, lifer zijn paar-
len, een fnooie dracht voor zoo'n mooie
dame. Zullen wij liaar idle afnemen?'
,,Dwaas, hlijf van dat sieraad af", ant
woordde Simeon toornig. „Zijn wij dan ge-
meene dieven?"
„Hier is wat anders,1' zeide die dienaar,
terwijl hij Marcus' dierbaren brief uit Mir-
jam's gewaad te voorscliijin haatde.
„Dat niet, dat niet," braclit het ai-me
meisje met moeite uit.
„Geef hier!" beval Simeon, zijn niagere
hand uitstekend.
Hij opende den brief en las de eerste
regels voor.
,.Aan vrouwe Mirjam, van Marcus den
Romein, door tussclienkomst van kapitein
Gallus." Wat dunkl u daarvan, Benoni en.
broeders? Nu. de brief is versclieideue blad-
zijden fang, maar het slot luidt: „Vaarwel,
uw trouwe vriend en minnaar, Marcus.
Wie den tijd ertoe hebben, mogen den brief
lezen; ik voor mij weet genoeg. Die vrouw
is een verraderes: ik stem voor liaar dood.
„Die brief is twee jaar geleden uit Rome
geschreven," pleitte Mirjam, docli niemand
scheen acht op haar te slaan, want alien
praatten door elkaar.
„Ik eiscli dat de geheele brief wordt voor-
gelezen," riep Benoni.
„Wij hebben geen tijd, ,wij liebben geen
tijd,' antwoordde Simeon. „Er wachten nog
meer gevangenen om verhoord te worden, en
de Romeinen staan met hun stormrammen
voor onze poorten. Mogen wij dan nog meer
kostbaren tijd verspillen aan deze Nazarener
spion?
„Weg met haar!" riep Simeon, de zoon
van Joras, en de anderen knikten toestem-
mend.
Daarop bespraken zij samen de wijze
waarop zij zou sterven. terwijl Benoni tever-
geefs voor zijn kleindochter om genade
smeekte. Toch gaven zij eindelijk een weinig
toe.
„Zoo is het," bcsloot de woordvoerder,
Siineon de Zeloot." Dit is ions vonnis over de
verraderes zij zal de straf der verraiders
ondergaan, en gebracht worden naar de bo-
venste poort, genaamd de Poort Nicanor,
die hel Voorhof van Israel afscheidt van
het Voorhof der Vrouwen, en met den ke-
ten vastgebonden worden aan de middelsle
zui.l boven de poort. Daar kan zij gezien
worden door haar vrienden, de Romeinen,
en door het volk van Israel, dat zij getracht
heeft to verraden. Daar zal zij blijven, tot-
Het waren ernstige jdingen, ^Iqe in Zaandam
gebeurd zijn.
De brandstoffenvoorziening was aan de
beurt van behandeling in den Raad en er
werd voorgesteld om aan hen, die een of
meer liaardsteden bezitten, een toeslag te
geven van 371/2 cent per rantsoen.
idat zij zal omkomen van honger'en dorst, of
hp de wijze, zooals God zal bestemmen, want
zoo zullen wij onschuldig zijn aan liet bloed
eener vrouw. Doch op het smeeken van Be
noni, onzen broeder, van wiens geslacht zij
is, bepalen wij. dat dit vonnis niet ten uit-
voer zal gebracht worden voor zonsonder-
gang, en dat, inidien de verraderes in dien
tusschenlijd nog inlichtingen wit geven, die
leiden tot de gevangenneming van den Ro-
meinschen Prefect Marcus, zij vrijgelaten za]
worden buiten de poorten van den Tempel.
Deze zaak is afgelo'open. Wachters, brengt
haar terug naar de. gevangenis, van waar zij
kwam."
Zij voerden Mirjam door de menigte van
toeschouwers, die ophielden met been en
weer loopen en rondkijken, en in het voor-
bijgaan naar haar spuwden of haar ver-
vloekten, en brachten haar terug naar de
eel, waar nog het lijk van Theophilus den
Esseer lag.
Mirjam ging zitten, en daar zij behoefte
had aan voedsel, at zij van het brood en
het gedroogde vleesch, dat zij in de oel had
achlergelaten. To.en kreeg zij slaap, want
zij was uitgeput en daar nu het ergste over
haar bepaald was, bald zij jnlets meer te vree
zen. Gedurende vier of vijf uren genoot zij
een verkwiklcenden slaap. Zij droomde, dat
zij een kind was, en in de lento aan de oevers
van den Jordaan bloemen plukte. Eindelijk
ontwaakte zij, en zag Benoni voor zich staan.
„Wat is er, grootvader?" vroeg zij.
(Wordt vervolgd.
TER NEUZENSCHE CO U RANT
De Burgemeester van TER NEUZEN j
brengt ter kennis van logement-, koffie-
wu en bierhuishouders en verdere onder-
nemers van voor het publiek toegankelijke bedyijven,
van af heden op het Gemeentehuis op de gewone
kffntooruren GRATIS verkrijgbaar zijn
Ter Neuzen, den 16 Oct. 1917.
De Burgemeester voornoemd
J. HUIZINGA.
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN,
brengen ter kennis dat het kohier No. Ill van het
schoolgeld voor bet meer uitgebreid lager onder-
wiis in deze gemeente, over het tijdvak van 1 Sep
tember—31 December 1917, in afschrift, gedurende
vijf maanden op de secretaric der gemeente, voor
een ieder ter lezing is nedergelegd.
Ter Neuzen, den 16 October 1917.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. HUIZINGA, Burgemeester.
L. WABEKE, Secretaris.
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN,
brengen ter kennis dat het kohier No. Ill van het
schoolgeld voor het middelbaar onderwijs in deze ge
meente, over het tijdvak van I September—31 De
cember 1917, in afschrift, gedurende vijf maanden
op de secretarie der gemeente, voor een ieder ter
lezing is nedergelegd.
Ter Neuzen, 16 October 1917.
Bjirgeraeester en Wethouders voornoemd,
J. HUIZINGA, Burgemeester.
L. WABEKE, Secretaris.
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN,
brengen ter kennis dat het kohier No. Ill van het
schoolgeld voor het openbaar lager oaderwijs m deze
gemeente, over het tijdvak van 1 September—11
December 1917, in afschrift, gedurende vijf maanden
op de secretarie der gemeente, voor een ieder ter
lezing is nedergelegd.
Ter Neuzen, den 16 October 1917.
Burgemeester «n Wethouders voornoemd,
J. HUIZINGA, Burgemeester.
L. WABEKE, Secretaris.
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN
maken bekend, dat bij besluiten van 1 en 16 Oc
tober 1917 met ingang van 16 October 1917
een Huurcommissie is ingesteld voor de gemeente
Ter Neuzen.
Haar werkkring omvat de geheele gemeente.
Afschrift van bedoeld besluit is tegen betaling der
kosten ter gemeente-secretarie verkrijgbaar.
In de commissie zijn benoemd
tot lid en voorzitter niet betrokken bij de be-
langen van buurders of verhuurders van woningen,
D. 1 DEES;
totlid en pttiatsvervangend voorzitter met betrokken
bij de belangen' van huurders of verhuurders van
woningen, L. Ch. WABEKE;
tot lid, vertegenwoordiger van de belangen der
huurders van woningen, N. A. HAMEEINK;
tot lid, vertegenwoordiger van de belangen der
verhuurders van woningen, J. DE FEIJTER Jacz.
tot lid, niet betrokken bij de belangen van huur
ders of verhuurders van woningen, J. J. DE JAGER
tot plaatsvervangend lid, uitsluitend om by afwe-
ztoheid of ontstentenis van het daartoe benoemd lid
de belangen van de huurders te vertegenwoordigen,
B. H. IJSEBAERT
tot plaatsvervangend lid, uitsluitend om by aiwe-
zigheid of ontstentenis van het daartoe benoemd lid
de belangen van de verhuurders te vertegenwoordigen
A. B. DE MEIJER
tot plaatsvervangende leden, met betrokken by
de belangen van buurders of verhuurders van wo
ningen, J. A. FEIJ.
Aan de commissie zijn toegevoegd
als Secretaris J. J. HUIJSSEN, _„OT T1TTC
als plaatsvervangend Secretaris J. VERSLUlJb.
Ter Neuzen, den 16 October 1917.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. HUIZINGA, Burgemeester.
L. WABEKE, Secretaris.