No. 6562. Zaterdag 28 Juli 1917. 57e Jaargang. Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. Uitreiking Zeepkaarten Aanwijzing verkrijgbaarstelling Leyensmiddelen. MISJA ML De Oorlog. 8 i N N E N L A N 0. I jEUILLKI ON. Oost-Galicie, doch ook in de Woud-Karpa- then de Russische Iegers terugtrekkeD, en de Duitsch-Oostenrijksche troepen over een frontbreedte van 250 K.M. vooruitgaan. Bier sehijnt dus het Russische leger vol- komen en deroute. In het Noordelijk deel van het Russi sche front echter, aan de Dwina, tusschen Dunaburg en Wilna, stond het leger nog krachtig. Daar werd in de laatste dagen vrij hevig gevochten. Het Duitsche leger- bericht meldde, dat ten Zuiden van Duna burg, na krachtige artillerievoorbereiding, zes divisies een aanval deden, die vyfmaa! met groote verliezen werd afgeslagen. Het Russische legerbericht vult dit bericht eenigszins aan. Het zegt, dat de Russen aan beide zijden van den spoorweg Duna burgWilna in de Duitsche linies door- drongen. Maar daarna gingen de troepen, zonder daartoe door den vijand gepoodzaakt te zijn, naar hun eigen loopgraven terug. En nu krggt men een herhaling van hetgeen aan het zuidelijk deel van het front plaats hadRegimenten weigerden verder de bevelen uit te voeren, en ook daar is dus de toestand van dien aard ge- worden, dat de troepen den strijd opgeven. En ondanks den moed en de volharding van enkele afdeelingen kan er geen krachtig offensief mogelijk zijn, bij zulk een oprat- ting van de Iegers. GRUWELIJKE VOLKSUITPUTTING. (Van den medewerker van het Hbl. te Lausanne). Om den vechtjas tot pacifist te bekeeren, legt men hem oorlogsbeschrijvingen voor van ooggetuigen, brengt men hem op het slagveld, ieidt men hem (in verbeelding door Niemandsland na den aanval, voert men hem te midden der kreunenden in lazaretten en veldhospitalen. Voorzeker zijn zulke //object lessons" nuttig en geschikt om menigen dolleman op zijn pad te bekeeren, menigeen, die den mond vol had over den //frisschen, frohlichen Krieg", tot stilleren inkeer te brengen. Er zullen er echter ook alsdan nog blijven, die volhouden, dat deze vreeselijkheden ver- geleken moeten worden met de pijnlnke, doch onvermijdelijke moment der o_peratie welker zegenrijke gevolgen desniettegen- staande het politiek-sociale lichaam noode konde missen. Dezen nu toone men de duurzame ge volgen van den oorlog, de gruwelijke ge volgen der volksuitputting, welke zich reeds nu, en in steeds toenemende mate, ver- toonen in Midden-Europa, in Polen, in Litauen, in Koerland, in de West- Oekra'iena, in Belgie, in Noord-Frankrijk, in Servie, in Montenegro, in Roemenie, in Albanie, in de niet-Duitsch-Madzjaarsche deelen der Donau-monarchie, in Elzas- Lotharingen, maar ook, zjj het alsnog in mindere mate, in Duitschland zelf, en Oos- tenrijk, en Hongarije, en Bulgarije, en geheel het Turksche Rijk, en wel voor- namelijk, wat de lagere volksklassen betreft, die voor ons werken eD, als ket er al te zeer op aankomtrevolutie maken. Zoo heb ik hier v6or mij het Poolsche blad //lskra" (de Venk) uit Sosnowice. Wat daarin beschreven staat van Poolsche volkstoestanden zoo heel koeltjes en zake- lijk als over dingen van den dag, waaraan reeds men gewend raakte, is voor ons, Westersche neutralen, verbijsterend. //Ten gevolge van den abnormalen toestand, dien ons land doormaakt," schrijft het blad, //kan men on der de armere berolking zeer vreem- de verschijnselen waarnemen. Zonder nog te spreken over een zekere soort van "oogaandoening, worden talrijke geneeskundige geverifieerde gevallen gecon- stateerd van kinderen, die geboren werden zonder een oor, zonder een arm, zonder een been, en zoo voort. In het district van Bendzin allele zijn in den laatsten tijd elf gevallen gerapporteerd van pasgeborea kinderen, die den oogappel missen. Waar gaan wij heen Waar gaat Europa heen, indien de huidige omstandigheden nog een jaar zoo moeten voortduren, en dat in ver- ergerde mate Ook de afdeeling „De Kinderen Buiten" van den Generalen Poolschen Hulpraad meldt aan de Warschausche persorganen zonderlinge gevallen van kinder-uitputting, jongens van vier jaar, die 7 (zeven K.G. wegen in plaats van de normale 16 a 20, en dergelijke meer. Nogmaals, waar gaat straks geheel Middel-Europa heen met den //frisschen, frohlichen Krieg", dien het zich gevcenscht, indien niet gemaakt heeft DE LUCHTAANVALLEN OP LONDEN. De //New-Statesman" zegt, dat de Duit sche luchtaanvallen op Londen van 13 Juni en 7 Juli een nieuwe fase openen in den luchtstrijd. Het doel blijkt voldoende uit wat er is gebeurd en uit het bericht vaiii wat een vlieger, die er aan deelnam, in de Duitsche pers moet hebben gezegd. Zi| waren niet bedoeid op munitiefabrieken en militaire inrichtingen en zelfs niet op ha vens, gpoorwegen en bruggen. Zjj waren bedoeid op Londen als druk middelpunt van bedrijf. Daar de oorlog wordt begrepen als- een strijd, niet alleen tusschen Iegers, maar tusschen volken, is het idee ontstaan, om achter de Iegers te komen en onmiddeliijk los te trekken op de burgerlijke bedrijfs- organisaties, die als het ware het zenuw- stelsel vormen in het lichaam van een mo- derne natie. Om duidelijke redenen is de lucht gekozen als medium voor deze poging. Eerst werd deze gedaan door de Zeppelins maar deze werkten steeds in *den blinde en 12 maanden geleden werd er een medi- cijn tegen hem gevonden. Thans wordt de poging beproefd door vliegtuigen, die veel geduchter 'zijn, daar zij overdag komen en hun doelen zien, en die veel minder kwets- baar zijn, omdat zij veel kleiner, vlugger en talrijker zijn. Ingeval vliegtuigen woor de verdediging van de hoofdstad bij Londen worden gehouden, zouden deze geen enkel ruilnaii doel dien en, dan alleen, indien er een aanval plaats heeft en voor het overigc werkeloos blijven terwijl de vliegtuigen, door den vijand voor zijn aanval gebruikt, alleen bij uitzondering van den dag van aanval, door hem evenzeer voor iedere an- dere onderneming kunnen worden benut. M. a. w. om 22 vliegtuigen over de City te zenden, behoeven de Duitschers deze alleen voor enkele uren uit hun strijdkrachten los te maken maar om zulk een aantal voor de verdediging van Londen te gebruiken, zouden wij ze voorgoed uit onze strijdkrach ten moeten halen. Zooals de zaken zijnbeteekent deze om- standigheid een permanent nadeel voor En- geland. Parijs daarentegen is betrekkelijk onaantastbaar, niet ondanks, maar juist wegens de nabijheid van het front. De vliegtuigen, die Parijs verdedigen, vormen een deel van de strijdkrachten. VREDESMOTIE IN HET LAGERHUIS. Bij de tweede lezing van de wet op de middelen heeft Ramsay Macdonald een ma- tie voorgesteld, waarin hij zegt, dat de door den Duitschen Rijksdag aangenomen vre- desmotie de beginselen bevat, waarvoor En- geland den geheelen oorlog op de bres heeft gestaan, en waarin hij een beroep doet op de Regeering om in overleg met de bond- genooten hun vredesvoorwaarden dienover- eenkomstig nader te verklaren. Macdonald zeide in de toelichting, dat nieuwe omstandigheden een nieuwe politiek eischen en dat raadpleging van de volken van aile oorlogvoerende landen in een inter- TW BEiDEl ZBX.AJD. Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN maken bekend, dat in de week van 30 Juli5 Aug. gelaig zullen zijn voor Bak- en Braadvet bon no. 18 le serie Yersch Varkens vleesch n u 18 le gezouten Varkens vleesch n 19 le Greene erwten 18 le Havermout n n 5 le u Ter Neuzen, 27 Juli 1917. Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. HUIZINGA, Burgemeester. L. WABEKE, Secretaris. N.B. Op bon no. 18 voor ver*sch Varkensvieesch mag 0.200 K.G. worden afgegeven. Op bon no. 19 voor gezoutetfl Varkensvleesch mag 0,200 K.G. worden afgegeven. Op bon no. 5 voor Hasermoul mag slechts 0,100 K.G. worden afgegeven. De Hoofdcontroleur-Boekhouder van het Levensmiddelenbureau maakt bekend, dat uitreiking van zeepkaarten voor de maand Augustus zal plaats hebben in hetlokaal Bethel, 2e Ver binding sstraat,uii- sluitend tegen inlevering dei* oude kaaHten en tegen betaling van I cent per kaart, en wel voor hen, wier geslachtsnaam begint met de letters A— G Dinsdag SllJuli van 9—H uur v.m. H K 11 12 P 2-4 u.m. Q—Z n v v 6 Ter Neuzen, 27 Juli 1917. De Hoofdcontroleur-Boekhouder voornoemd, L. W. RIJNBERG. De distributie van rundvleesch, Wij zijn meldt de H. Crt. thans in staat de volgende mededeeling te doen over de distributie van rundvleesch Vrij dag j.l. vargaderde de commissie van bijstand inzake de uitvoering van de Dis- tributiewet 1916 (voorzitter de heer 0. Reitsma) met de dagelijksche besturen van verschillende groote gemeenten in ons land, en heeren directeuren van verscheidene abattoirs, ter bespreking van de distributie van rundvleesch. In die vergadering werd medegedeeld, dat, waar om verschillende redenen inkrim- ping van den veestapel noodzakelijk is, de Regeering over zal gaan tot distributie van rundvleesch. Voorloopig zal vee van 200 K.G. slacht- gewieht worden gedistribueerd. Het zal aan de slagers geleverd worden voor 0,90 per K.G., met een toeslag van f 30 per 100 K.G. Het vleesch zal door de slagers moeten worden verkocht van 0,70 het K.G. af. Er wordt geen onderscheid gemaakt, wat de kwaliteit betreft. Het vee wordt den slagers toegezonden, en dat hebben ze tegen bovengenoemden prijs te verkoopen. DOOR H, RIDER HAGGARD. Eindelijk kwam er tijding en goede tij- ding. Op zekeren dag was Mirjam met goed- vinden van haar grootvader, en door be- dienden Vergezeld, gaan wandelen in de tuinen die hij bezat in het Noordelijk deel der stad, op het vasteland, dat Palaetyrus heette. Het waren mooie tuinen, goed be- sproeid, en tot aan het zeestrand loopend. Er groeiden fraaie palmen en andere boo- men, struiken en bloemen. Toen Mirjam en Nehushta een poosje hadden rondgedoold, gingen zij zitten op een omgestorte zuil van een ouden tempel. Opeens hoorde zij voet- stappen. Mirjam keek op, en zag een Ro- meinschen officier voor zich, wiens mantel de sporen droeg van een zeereis; hij werd geleid door een van Benoni's dienaars. De officier, een ruw, doch vriendeiijk man van middelbaren leeftijd, boog voor haar, en vroeg in het Grieksch, of hij sprak tot vrou- we Mirjam, de kleindochter van Benoni, die bij de Esseeers was grootgebracht. „Die ben ik, heer", antwoordde Mirjam. Door wie het vee zal worden aangekocht is nog niet bekend. Zooals men weet, heeft c'e Ned. Bond van Veehandelaren (distributie-commissie) zich daarvoor be- schikbaar gesteld. Het beste vee zal voorloopig niet voor de distributie geslacht worden. Bovengenoemde methode van distribueeren van rundvleesch is een plan, ontworpen door de commissie van bijstand. Het is zoo goed als zeker, dat de Minister er zijn goedkeuring aan zal geven, en dan zal 8 dagen na publicatie in de „Staatscourant" de regeling in werking treden. Voor de veehandelaren kan nu een slechte tyd aanbrekeD, tenzij de distributie- koeien door hen op de markt tegen provisie of op eigen rekening zullen kunnen worden gekocht. Ten slotte zij nog medegedeeld, dat ook vet vee gedisti'ibueerd zal worden. DE ALGEMEENE TOESTAND. De //Norddeutsche Alg. Ztg." heeft ge ar; twoord op de door Lloyd George gehouden redevoering, die te beschouwen is als een antwoord op de eerste redevoering van den nieuwen Duitschen rijkskanselier, over den oorlogstoestand. Heel belangrijk is die bespreking niet, schrijft het Hbl. De vergelijking, die dit offieieuse Duitsche blad maakt tusschen de redevoering van Lloyd George en Carson gaat niet op. Lloyd George is op dit oogenblik de ver- antwoordelijke Engelsche Ministerwat Sir Edward Carson zeide, wordt door niemand ernstig opgevat en zelfs in de //Daily News" onzin genoemd. Dit Engel sche blad toch zeide, in de bespreking van de redevoering van den Minister-president z/De krucht van Lloyd George's rede voering is, dat ze tot den wortel van den toestand gaatze is vrij van den onzin, als in Carson's eisch, dat Duitschland zijn Iegers achter den Riju moest terugtrekken, een eisch blijkbaar berustend op de onder- stelling, dat de Rijn de grens van Duitsch land is. Dergelijke uitspraken in de mond van een iid van het oorlogskabinet zijn niet alleen op zich zelf onverantwoordelijk en ergerlijk, maar moeten de regcenag ernstig hinderen in haar leiding, die in onwetendheid en domheid niet zonder onheil kan worden voortgezet. Het is duidelijk, dat Lloyd George, al zeide hij het niet opzettelijk, zijn redevoe ring, die eenvoudig en helder was, opzette lijk hield, om de rodomontade van Sir Ed ward Carson te niet te doen. Dat is uit verschillende Engelsche persstemmen op te maken. De //Daily News", het verschil tusschen beide redevoeringen uiteenzettende, zegt van Lloyd George's redevoering dan ook: Lloyd George trok een veel verstandiger lijn door nog eens een scherp onderscheid te maken tusschen do Duitsche autocratie en het Duitsche volk. Met dit is een vrede mogelijk. Met de autocratie is in het afge- trokkene een soort vrede denkbaar, maar hij zal veel moeilijker zijn tot stand te brengen, het Duitsche volk veel duurder uitkomen en veel minder kans van duur- zaamheid hebben. Dit is de kern van de beele zaak. En juister dan de //Norddeutsche Alg. Ztg." heeft de //Vorwarts" de meening over de redevoering van Lloyd George aid us samengevat //Over het geheel toont die rede niet meer het stormachtig verlangen naar voort- zetting van den strijd tot het einde, die vroegere uitingen van den Engelschen staats- man vervulde. //Hij zeide, dat hij met Duitschland geen „Dan, vrouwe, heb ik, Gallus, u een bood- schap over te brengen". Hij haalde een brief uit zijn gewaad, met een zijden draad dichtgebonden en verze- geld, benevens een pakje. „Wie zendt^dit?" vroeg zij met glinste- rende oogen, en „en van waar komt het?" „Van Rome, vrouwe, zoo snel de zeilen ons wilden vooruitbrengen. En de zender is de edele Marcus, de Gelukkige genaamd." „0", zeide Mirjam blozend, „zeg mij, heer, is hij gezond?" „Zoo gezond, als hij maar kan verlangen, en door den dood van zijn oom Caius is hij schatrijk geworden. Misschien heeft daarom de goddelijke Nero hem wel zoo lief gekre- gen, dat Marcus het paleis bijna niet mag verlaten. Ik mag dus eigenlijk niet zeggen, dat hij volkomen gezond is, daar Nero's vrienden soms niet lang leven. Neen vrees niets, het is maar scherts; uw Marcus is in veiligheid. Lees den brief, vrouwe en ver- spil geen tijd. Mijn zending is volbracht. Dank mij niet; het is belooning genoeg, dat ik uw lief gezichtje mocht zien. Marcus is inderdaad onder een gelukkig gesternte ge boren; en ofschoon ik jaloersch op hem ben, bid ik om uwentwil, dat zijn ster hem tot u inoge terugvoere'n. Vaarwel, vrouwe". „Snijd den zijden draad door, Nou", be- val Mirjam, toen kapitein Gallus vertrokken was. „Vlug wat. Ik heb geen mes". vrede kan sluiten, omdat hjj het voor een autocratie houdt. Het geheele gebouw zijner redevoering stort reddeloos ineen, als Duitschland toont, dat het geen auto cratie is." Dit is het eenige noodige. Laat Duitsch land toonen dat het geen //corrupte, eng- hartige autocratie" is, zooals Lloyd George Rusland noemde waarmede toch Enge- land een bondgenootschap sloot maar dat een frissche, ontwakende democratische geest, als gevolg van den oorlog in Duitsch land is ontwaakt, en dat het werkelijk een democratischen regeeringsvorm wil invoeren, die het mogelijk m;.akt, niet alleen om vrede te sluiten, maar ook om dien vrede duurzaam te doen zijn. Meer duideljjkheid is echter gewenscht, aan beide zijden. Wat dat is knoodig om de partijen te doen iczien, dat zij feitelijk alien naar vrede verlangen, en dat er nog slechts een misverstand, een onjuiste op- vatting bestaat, die door bespreking kan worden weggenomen. Kerensky wil dan ook nu, dat de En tente-conferen tie, waarop in Rusland reeds sedert lang js aangedrongen, en waarin o. m. de oorlogsdoeleinden zullen worden herzien, in Augustus zal worden gehouden. De uitnoodiging daartoe is zoo dringend, dat de westelijke geallieerden zich daaraan niet meer zullen kunnen onttrekken. Kerens ky zal dus thans, en dat met meer nadruk doen, wat de Revolutie in Rusland van den aanvang vorderde, zoo krachtig mogelijk bij de geallieerden aandringen op het nader brengen van de vredesmogelijkheid. De //Frankf. Ztg." zegt naar aanleiding dezer nieuwe uitnoodiging van Kerensky z/Wij hebben steeds gewaarschuwd tegen de illusie— die in sommige Duitsche krin- gen werd gekoesterd dat een afzonder- lijke vrede met het revolutionaire Rusland zou zijn te bereiken. De redenen, die een dergelijke oplossing meer dan onwaarschijn- lijk maakten, bestaan ook thans nog doch de vooruitzie'nten voor een verstandige en in- nerlijk zich van haar doel bewuste Russi sche politiek, zijn aan merkelijk beter ge worden. De wensch naar '..rede is niet meer te onderdrukken. De verklaring van den Duitschen Rijksdag schept in alle landen voor de oprechte vredesvrienden nieuwe mogelijkheden. De tot nog toe door Ke rensky gevolgde politiek gaat te gronde, zoo de Russische dictator dit niet tijdig inziet, en den weg betreedt, die een ver- standig overleg hem van den beginne af had moeten wijzen." Dat dit vrij juist is, toont ook de mede deeling van den Engelschen Minister Hen derson, die uit Rusland is teruggekeerd. Henderson zeide te betwijfelen, of het geheele leger, of de meerderheid der ge- matigde socialisten, van wie zooveel afhangt, hun uiterste best zullen doen den oorlog met succes voort te zetten. //Zij zijn toch van meening, dat alle regeeringen de heer- schende kiassen vertegenwoordigen, de midden- en hoogere kiassen, kapitalisten en imperialisten, door hen bourgeoisie ge noemd, en zij koesteren achterdocht tegen Britsche en Fransche arbeiders alleen om reden, dat deze dezelfd® staatkunde steunen als de bourgeoisie, die zij zoozeer wan- trouwen." Dit is, met eenigszins andere woorden, een verklaring, dat de vredesstemming in Rusland toeneemt. Dat bij de Russen de strijdlust afneemt blijkt uit de berichten van het Russische front. Na den terugtocht uit het gebied ten O. van Lemberg, begonnen ook de Russen in het terrein ten zuiden daarvan eveneens terug te trekken, zoodat nu niet alleen in Glimlachend gehoorzaamde Nehushta en de brief werd geopend. Hij luidde aldus: „Aan vrouwe Mirjam, van Marcus den Romein, haar vriend, door tusschenkomst van kapitein Gallus. „Waarde vriendin en vrouwe, gegroet. Na mijn aankomst hier schreef ik u reeds een brief, doch heden ontving ik het bericht, dat het schip, dat hem medenam, voorbij de kust van Sicilie schipbreuk had geleden. Daar Neptunus nu dien brief heeft en vele goede soldaten erbij, zend ik u, ofschoon de kunst van schrijven niet tot mijn beste werk behoort, hierbij een anderen, in de hoop, dat gij mij niet hebt vergeten, en dat de lezing ervan u genoegen zal doen. Mijn lieve Mir jam, weet, dat ik mijn reis naar Rome in veiligheid volbracht heb en onderweg uw grootvader bezocht, om hem een som geld te betalen, die ik hem schuldig was. Maar dat zult gij misschien reeds vernomen heb ben. „Van Tyrus vertrok ik per schip naar Italie, doch werd op de kust van Melitta ge- worpen, waar velen onzer verdronken. Door de genade van den een of anderen god ik vraag mij af, welken werd ik echter gered, en kwam met een ander schip veilig te Brindisi aan, van waar ik zoo snel als paarden mij konden vooruitbrengen, naar Rome reisde. Ik kwam juist op tijd, want ik vond mijn oom Caius erg ziek. En in de meening, dat ik bij de schipbreuk te Melitta was verdronken, was hij op het punt zijn bezittingen bij testament te vermaken aan Keizer Nero. Gelukkig had hij hier echter niets van gezegd want dan was ik misschien vandaag even arm, als toen ik u verliet, lieve mogelijk nog'armer, want tegelijk met mijn erfenis had ik wellicht mijn hoofd verloren. „Ik vond genade in de oogen van mijn oom Caius; een week na mijn aankomst maakte hij een formeel testament, waarbij hij mij al zijn landerijen, goederen en gelden vermaakte, die ik bij zijn dood, drie maan den later, erfde. Ik ben dus rijk geworden zoo rijk, dat ik, nu ik over veel meer geld kan beschikken, door een onverklaarbare tegenstrijdigheid zuinig ben geworden, en zoo min mogelijk uitgeef. Toen ik in het be- zit was van mijn erfenis, besloot ik, naar Judea terug te keeren, en wel alleen, om in uw nabijheid te zijn, mijn liefste Mirjam. Op het laatste oogenblik werd ik door een on- gelukkig toeval teruggehouden. Het borst- beeld dat gij van mij gemaakt hebt, had ik uit de schipbreuk weten te redden en veilig naar Rome te brengen nu wenschte ik, dat het op den bodem der zee lag, en gij zult vernemen, waarom. „Toen ik in bezit kwam van het mooie, groote huis in de Via Agrippa, gaf ik het de eereplaats in de voorzaal, en liet den beeldhouwer GlauCus,- van wien ik u ge- sproken heb, en andere kunstenaars komen, om hun oordeel over het werk uit te spre ken. Zij kwamen, staarden en zwegen, want ieder hunner vreesde, door het te prijzen, een mededinger in de hoogte te zullen ste- ken. Eindelijk vertelde ik hun, dat dit het werk was van een dame in Judea; zij ge- loofden mij niet, want alien verklaarden, dat geen vrouw dit beeld had gemaakt, maar daar zij begrepen dat zij niets te vree- zen hadden van een kunstenaar die zoo veraf woonde, begonnen zij eenstemmig het werk te prijzen, en niemand sprak dien avond over iets anders, totdat de wijn hun te machtig werd. Den volgenden morgen gingen zij met hun lofuitingen voort, tot dat deze eindelijk Nero bereikten, die ook een kunstenaar is op muzikaal en ander ge bied. Op zekeren dag bracht de Keizer, zon der voorafgaande waarschuwing, een be- zoek aan mijn huis, en verzocht, het borst- beeld te mogen zien. Gedurende vele minu- ten bekeek hij het door een smaragd, waar mede hij zijn gezicht te hulp komt, en vroeg toen: „Welk land heeft de eer, het genie te her- bergen, dat dit werk schiep?" (Wordt vervolgd.) TEIt SElZEfSl'DE COIRMT. it V

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1917 | | pagina 1