ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN. MaximumprijzenEijst. No. 6561. Donderdag 26 Juli 1917. 57e Jaargang. I B I H N InTTFdT" ABONNEMENT ADVERTENTlfiN: Telefoon 25. Bit Blad yerschynt Maandag^, Woensdag^ en Vrijdagayond, uitgszonderd op Feestdagen, &y de Firma* P. J. VAN DE 8ANDE ts Ter Neuzen. Maatregelen tegen gebrek aan veevoeder. EEUILLBTOK. summ Psr 3 maanden binnen de stad 1.—Franco per post voor Nederland 1.10. Bij vooruitbetalingvoor Belgie /1.40, voor Ned.-Indie en Amerika /1.65, overig Buitenland 2. Men abonneert zich bij de Uitgeefster, of buiten Ter Neuzen ook bij alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievenbushouders. Van 1 tot 4 regels f 0,40. Voor elken regel meer 0.10, Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt di prijs slechts twee ma al berekend. Grootere letters en ciiche's worden naar plaatsruimte berekend. Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief. Inzending van advertentien voor 1 uui* op den dag der uitgave. De Burgemeester van TER NEUZEN wijst landbouwers en veehouders op onder- staande raadgevingen van den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel in de Staatscourant van 18 Juli 1917 en beveelt met aandrang aan zooveel mogelijk in de door den Minister aangegeven richting werkzaam te zijn. DOOR ft RIDER HAGGARD. Den avond van den tweeden dag sloegen zij hun kamp op in de open lucht, niet ver van de poort van Damascus in de Heilige Stad. Benoni wilde de stad niet binnen- trekken, uit vrees dat de Romeinsche solda- ten hem zouden uitplunderen. Toen de maan opkwam, nam Nehushta Mirjam bij de hand en bracht haar tusschen de rus- tende kameelen door naar een plek op kor- ten afstand van het kamp. Daar, met den rug tegen den wal staande, wees zij haar een rots, steil, doch niet zeer hoog, vol holten en rimpels, die haar op dezen afstand eenige gelijkenis met een menschenschedel gaven. „Zie," zeide zij plechtig, „daarginds werd de Heer gekruisigd." Mirjam viel op de knieen, om te bidden. Daar hoorde zij de ernstige stem van haar grootvader achter zich, die haar beval op te staan. „Kind," zeide hij, „het is waar. Het is ook waar, dat er na den dood van dien val- schen Messias teekenen en wonderen ge- beurden, en dat Hij voor mij en mijn volk een vloek naliet, die misschien nog in ver- vulling moet konten. Ik ken uw geloof, en ik heb beloofd, dat ik u in vrede uw weg zou st- en en, en ar- er. ?r- lar handelprijs van f 49.per 100 K.G., een maximumtusschenhandelprjjs van f 50. per 100 K.G. en een maximumkleinhandel- prjjs van 30 cent per 1/2 K.G. b. voor boekweitmeel (gruttemeel) en boekweitgort vast te stellen een maximum- groothandelprjjs van 61.per 100 K.G., een maximumtusschenhandelprijs van /62. per 100 K.G. en een maximura-kleinhandel- prijs van 38 cent per 1/2 K.G. C. voor bakmeel (50 °/0 boekweitmeel, 50 °/0 rjjstmeel) vast te stellen een maxi- mumgroothandelprijs van 55,— per 100 K.G., een maximum tusschenhandelprjjs van 56,— per 100 K.G., en een maxi- van 34 cent per te .axel, is wegens het niet voldoen het bevel van een ambtenaar veroordet mumklainhandelprgs tot 10 boete of 10 dagen hecht. 13 K.G. J. F. v. I., oud 56 j., scbippersknec "te bepalen, dat sub 2a, b en c be te Graauw, is wegens huisvredebreuk, wed, doelde maximumgroolhaudel en tusschen- spannigheid en beleediging van een amb handelprijzen zijn te veistsan per 100 K.G, naar, veroordeeld tot 10 boete of dagen hecht. A. J., oud 18 j., vlasbewerkersknech St. Jansteen, is wegens mishandeling v oordeeld tot 10 boete of 10 dagen he< ^&Lt> tmaCWiau-g" van aen Minister van Landbouw, Njjverheid en Handel van 16 Juli 1917 Staatscourant van 16 Juli 1917 No. 164. lo. het is behoudens zjjn bijzondere toestemming of die van den Minister van Oorlog met ingang van heden verboden a. tarwe, rogge, peulvruchten en boek- weit te verwerken tot voedermiddelen voor dieren of te vermengen met voedermiddelen voor dieren fo. tarwe, rogge, peulvruchten en boek- weit, gedorscht of ongedorscht, verwerkt of onverwerkt, gemengd of ongemengd met andere stoffen, als voedermiddel voor dieren te gebruiken 2o. dat het onder lo bepaalde niet van toepassing is op paarden-, wier-, schapen-, dniven- en Waalsche boonen. Ter Neuzen, 20 Juli 1917. De Burgemeester, J. HU1ZINGA. De Burgemeester van TER NEUZEN maakt bekend, ingevolge circ. No. 59437, dato 19 Juli 1917, dat Z.Exc. den Minister van Landbouw, Njjverheid en Handel, gezien art. 8 der Distributiewet 1916 heeft goedgevonden 1. a. voor middel maalrjjst (industrie- rjjst) vast te stellen een maximumgroot- en tusschenhandelprijs van 46.50 per 100 K.G. b. te bepalen, dat de sub a bedoelde prijs is te verstaan netto, inclusief baal, af fabriek, contant zonder korting. 2. a. voor rijstgries, rijstmeel en rjjst- bloem vast te stellen een maximumgroot- laten vervolgen. Toch verzoek ik u, niet hier in het openbaar tot uw God te bidden, waar hij als boosdoener met boosdoeners gestraft werd. Anderen, minder verdraagzaam dan ik, mochten het eens zien, en u den dood van uw vader doen sterven." Mirjam boog het hoofd en keerde naar- het kamp terug. Er werd niet meer over de zaak gesproken, doch voortaan zorgde zij ervoor, niets te doen wat haar grootvader in verdenking kon brengen. Vier dagen daarna bereikten zij de rijke, mooie stad Tyrus, en Mirjam zag de zee, waarop zij geboren was. Tot dusverre meende zij dat haar wateren geleken op die van de Doode Zee, aan welke oevers zij zoo veel jaren gewoond had. Toen zij echter de hooge golven met witte schuimkanTmen zag aanstormen en donderend tegen de muren van het eiland Tyrus breken, klapte zij van blijdschap in de handen. Van dien dag af had zij de zee lief in al haar stemmingen; uren lang kon zij er naar kijken mis schien wel omdat het sissen der golven het eerste geluid was, dat haar oor had verno- men, omdat zij bij haar geboorte de zilte lucht had ingeademd. Van Jeruzalem uit had Benoni boden op vlugge paarden gezonden, om zijn dienaars te bevelen, dat zij alles moesten gereedma- ken voor een gast. Toen zij dus zijn paleis in Tyrus betraden, vond Mirjam het inge- richt als om een bruid te ontvangen. In ver- bazing wandelde zij, die nooit iets anders gekend had dan de leemen woningen der Esseeers, door het oude gebouw, dat in vroegere tijden vorsten en landvoogden had netto, zakken op rekening, af fabriek of pakhuis, grossier, contant zonder korting, en de maximumkleinhandelprjjzen netto met inbegrip van alle onkosten als verpakkiDg enz., contant zonder korting. Ter Neuzen, 25 Juli 1917. De Burgemeester voornoemd, J. HUIZINGA. TWEEDE KAMER. Vergadering van Dinsdag 24 Juli 1917. Interpellatie- Schaper. Aan de orde is, volgens de H. Crt., de interpellatie van den hp Schaper over de door de Regeering aan te nemen houding naar aanleiding van het votum op 17 Juli jl. door de Eerste Kamer uitgebracht ten aanzien der wetsontwerpen, die door haar niet in behandeling zijn genomen. De heer Schaper (S.-D.) treedt niet in een baoordeeling van het Eerste Kamer- besluit tot niet-behandeling van de wets ontwerpen,. haar door de vroegere, nu ont- bonden Tweede Kamer toegezonden. De Eerste Kamer had 't recht, dat besluit te nemen. Wat is de Regeering nu van plan te doen Zij kan de wetsontwerpen op- nieuw indienen. Ook kan de Tweede Ka mer ze van de Eerste Kamer terugvragen om ze vervoigens desnoods na afdeelings- onderzoek opnieuw aan te nemen. De zaak is van belang ook met het oog op de Ouderdomswet, die tot genoemde categorie van wetsontwerpen behoort en nog in openbare behandeling in de Eerste Kamer moet komen. De tijdelijke voorzitter van den Minister- raad, de heer Cort van der Linden, doet voorlezing van een schrjjven van den voor zitter der Eerste Kamer, meldende, dat deze als haar meening heeft uitgesproken, dat de wetsontwerpen door ontbinding van rechtswege vervallen zijn. Zij stelt zich hiermee op een ander standpunt dan de Regeering, die meent, dat de Eerste Kamer verplicht is de wetsvoorstellen te behandelen. geherbergd. Benoni volgde haar, totdat zij alles gezien had behalve de tuinen, die op het vasteland lagen. „Bevalt uw nieuw tehuis u, mijn dochter?" vroeg hij eindelijk. „Grootvader, het is prachtig," antwoord- de zij. „Nooit had ik mij zoo iets kunnen voorstellen. En mag ik nu in een van deze groote vertrekken mijn kunst beoefenen?" „Mirjam", antwoordde hij, „van dit huis zijt gij voortaan de meesteres, evenals gij mettertijd.de eigenares ervan zult zijn. Ge loof mij, kind, het was niet-noodig, dat zoo- velen zekerheid van mij zouden eischen voor uw genot en uw veiligheid. Al wat ik bezit, is het uwe, terwijl al het uwe, met uw ge loof en uw vrienden, die talrijk schijnen te zijn, uw eigendom blijft. En als het u mag behagen, mij in ruil daarvoor een weinig liefde te schenken, zal ik, die kinderen, noch vrienden heb, u daarvoor dankbaar zijn." „Dat is mijn wensch," antwoordde Mir jam haastig; „doch, grootvader, tusschen u en mij „Spreek het niet uit," zeide hij met een wanhopig gebaar, „of liever, ik zal het uit- spreken tusschen u en mij stroomt het bloed van uw ouders. Het is zoo, doch Mir jam, ik wil u bekennen, dat ik berouw heb over die daad. De ouderdom doet ons zach- ter oordeelen. Uw geloof is niets, en uw God een bedrog voor mij, maar toch weet ik nu, dat men door hem te vereeren, niet den dood verdient op heden zou ik tenminste nie- mand ter dood, of zelfs tot gevangenschap veroordeelen. Ik ga nog verder; ik wil iets van zijn geloof overnemen. Gebiedt zijn leer Nu de zaak evenwel zoo staat, kan de j Regeering niet anders doen, dan H. M. de Koningin voor te stellen de wetsontwerpen in te trekken en ze opnieuw in te dienen. Er is evenwel twijfel omtrent een drietal voorstellen: de Radenwetsverandering, 't Ver- bandwetje en de Ouderdomswet. De Regee ring heeft verklaard, zoowel in de Eerste Kamer als in de Troonrede, dit jaar geen politieke wetsontwerpen te zullen indienen. Tegen deze overwegingen staan twee andere. Vooreerst kon de Regeering, toen zjj deze verklaring aflegde, niet weten, dat da zaken dezen loop zouden nemen, en ten tweede was haar bedoeling geen nieuwe politieke wetsontwerpen in te dienen. De Regeering behoudt zich op dit oogenblik haar houding jegens deze drie wetsontwer pen voor. Zij zal ze nader vaststellen. Wel staat vast, dat de Regeering ze nu niet zal intrekken, want intrekking kan alleen geschieden als ze weder-indiening tot doel heeft. Bet denkbeeld des heeren Schaper, om van de JEerste Kamer de wets ontwerpen terug te vragen, gaat voor dit geval niet op. Zooiets is gebeurd bjj de grondwetsherziening, toen het drukfouten betrof, maar thans zou het aanleiding tot nieuwe moeilijkheden geven. Een motie-Schaper. De heer Schaper (S.-D.) laat nu genoemd denkbeeld vallen, omdat het wellicht aan leiding tot nieuwe stroosnjjderjj zou geven. Spreker dient een motie in, waarin de Kamer als haar oordeel uitspreekt, dat de besliasing der Eerste Kamer de wederin- diening van genoemde wetsontwerpen wen- schelgk maakt en de wederindiening er van door de Regeering, alsmede de aan- neming er van door de Tweede Kamer een zuivere formaliteit zijn, en daarom de Re geering verzoekt, de wederindiening dezer wetsvoorstellen met bekwamen spoed te bevorderen. De heer Nolens (R.-K.) zegt, dat 't een moeiljjke kwestie is en hij de Regeering noch in de eene noch in de andere rich- ting een duw wil geven. Daarom zal spreker zjjn stem niet aan de motie geven. De heer Visser van IJzendoorn (V.-L.) gaat over het algemeen van ganscher harte met de motie mee, maar meent, dat de wederindiening niet een zuivere formaliteit is. Yanaf het oogenblik dat het wetsontwerp weer is ingediend, is het een wetsontwerp net als ieder ander. Men kan tegen deze ontwerpen dan oppositie voeren als men er neiging toe heeft, al zal men bjj de be- paling zjjner houding in aanmerking nemen, dat er reeds veel over gezegd is. Daarom geeft spreker den voorsteller in overweging, de desbetreffende uitdrnkking uit de motie te nemen. De heer Van Raalte (U.-L.) is 'tin hoofdzaak met den heer Visser eens en meent, dat de belofte der Regeering, om geen politieke wetsontwerpen in te dienen, onmogeljjk op dit geval kan slaan. u niet, hen te vergeven, die u kwaad ge- daan hebben?" „Ja, en daarom hebben de Christenen alle menschen lief." „Breng dan die wet over in ons huis, Mirjam, en heb mij lief. Ik betreur wat ik in- mijn blinden ijver gedaan heb, en nu, op mijn ouden dag, vervolgt mij de herinnering daaraan." Toen viel Mirjam voor het eerst den ouden man om den hals en kuste hem op het voorhoofd. Zoo maakten zij vrede en werden samen gelukkig. Met elken dag hield Benoni meer van haar, totdat zij eindelijk alles voor hem was, en hij jaloergch was op alien, die haar ge- zelschap zochten, en vooral op Nehushta. Zoo kwam Mirjam in Tyrus, waar zij vele maanden vreedzaam en gelukkig leefde. Eerst had zij gevreesd, Caleb te ontmoeten, want van haar grootvader had zij verno- men, dat hij daar woonde. Doch toevallig was hij voor zaken de stad uit, zoodat zij voorloopig van hem bevrijd bleef. In Tyrus waren veel Christenen, met wie zij vriend- schap sloot en godsdienstoefeningen bij- woonde, terwijl Benoni zich hield, alsof hij niets van de zaak wist. Op dat tijdstip had- den in Tyrus de Joden meer dan de Chris tenen te vreezen van de Syriers en de Grie- ken, die hen haatten om hun rijkdom en hun geloof, en hen gedurig met roof en moord bedreigden. Maar nog barstte die storm niet los, en intusschen ontsnapten de Christenen, die gering in getal, nederig en De heer Koolen (R.-K.)De overeen- komst der partijen voor de laatste stembus, dat geen politieke beslissingen wordenj ge nomen voor de volgende verkiezingen, brengt mee, dat de 3 genoemde wetsont werpen, thans niet behandeld kunnen worden. Dient de Regeering ze toch in, dan handelfc ze in strjjd met de afspraak. De motie gewijzigd. De heer Schaper (S.-D.) wijzigt zjjn motie in de door den heer Visser aangegeven richting en schrapt de desbetreffende uit- drukking. De heer Rutgers (A.-R.) meent, dat de eer van hen, die bjj toelating meerderheid zjjn (gelach), meebrengt, dat zij het twijfel- achtige geval uitleggen in den geest der minderheid. (Vrooljjkheid). Laat men de arme ouden van dagen er niet bjj halem, want die hebben er geen belang bjj, of de motie-Scbaper wordt aangenomen, evenmin als ze er belang bjj hadden, dat in 1913 het roer omging. (Gejoel). De heer Limburg (V.-D.) protesteert tegen de opvatting des heeren Koolen om trent het convenant der partjjen. Als men niet alleen let op de letterteekens, maar ook op de ware bedoeling, bepaalt het convenant alleen, dat noch links noch rechts politiek voordeel behalen. Als men de opvatting van den heer Koolen volgt, zal de rechterzjjde in zoover politiek voordeel behalen, dat wetsontwerpen, waar zjj tegen is en die de Tweede Kamer aangenomen heeft, geheel ongedaan zouden worden ge- maakt. De heer Schaper (S.-D.) protesteert tegen de insinuaties van den heer Rutgers, die politieke bedoelingen er bjj heeft gehaald. De 70jarigen hebben er wsl mee te maken. Een 70jarig schoenmakersbaasje schreef aan spreker, dat hjj niets had aan de wet van Posthuma Stemmen Posthuma De heer Schaper (S.-D.)Die man schreef de Ouderdomswet toe aan Posthu ma Zooals Posthuma overal de schuld van krjjgt. (Vreugde). Ik noem den naam van den schoenmaker niet, want dan zou ik hem overleveren aan de wraak der christeljjken. (Gejoel). De he6r Rutgers (A.-Rrepliceert en wordt daarbij nogal eens in de rede ge- vallen. Aan de linkerzijde wordt zijn stemgeluid geparodieerd. De tijdeljjke voorzitter van den Minister^ raad, de heer Cort van der Linden, zegt nog, als rege8rder niets te maken te hebben met 't convenant der partjjeu. Van dat convenant is den Minister schrifteljjk mee- deeling gedaan, maar hjj heeft er geen antwoord op gegeven. De motie wordt met 35 tegen 23 stem- men (rechts tegen links) aangenomen^ Tweede Kamerverkiezing Zulfen. Gekozen bjj enkele candidaatstelling tot lid van de Tweede Kamer in het kiesdistrict Zutfen, de heer Mr. J. van Gilze (Unie liberaal), kantonrechter te Steenwjjk. van verschillend ras waren, aan de aan- dacht. En zoo woonde Mirjam in vrede in het groote huis en hield zich bezig met haar kunst. Zij was door weelde omringd, doch het hinderde haar, het kind der woestijn, dat zij niet vrij kon uitgaan, omdat het voor de kleindochter van den rijken Jood niet vei- lig was, zich op straat te vertoonen. Uren- lang zat zij te staren naar de zee, denkende aan haar moeder, die hier vroeger gewoond had; aan haar vader, die door de zwaarden der gladiatoren was omgekomen; aan de vriendelijke oude mannen, die haar hadden grootgebracht, en aan het lijden van haar geloofsgenooten in Rome en Jeruzalem. Doch het meest dacht zij aan Marcus, haar Romeinschen geliefde, dien zij maar niet kon vergeten zelfs geen uur. Zij had hem lief, en tusschen hen golfden de wateren, niet slechts van de zee die was met sche- pen te bevaren doch van het gebod der overledenen. Hij was een heiden, en zij was een Christin, en zij mochten niet samen hu- wen. Hij zou haar bovendien nu wel verge- ten hebben het meisje, dat in de woestijn zijn aandacht trok. In Rome waren veel edele, schoone vrouwen o! zij kon er bij— na niet aan denken. Toch bad zij elken avond voor hem, en elken morgen dacht zij aan hem. Waar was hij? Wat deed hij? Misschien was hij wel dood. Of neen, dan zou haar hart haar zeker gewaarschuwd hebben. Zij smachtte naar eenig bericht, doch helaas! dat kwam maar niet. (Wordt vervolgd.) NEUZENSCHE COURANT Mede door den slechten hooioogst zal er in den komenden winter ongetwijfeld een groot gebrek aan veevoeder ontstaan. Daarom dienen alle- mogelijke pogingen te worden aangewend om dit gebrek tot den kleinst mogelijken omvang te beperken. Dit zal kunnen geschieden door het zooveel mogelijk verbouwen van de hier- onder genoemde gewassen in de stoppels van vruchten, die vroeg het veld ruimen, dus na vroege aardappelen, wintergerst, rogge, karwij, koolzaad, vlas e. d., als- mede door er voor te zorgen, dat er zoo weinig mogelijk voedsel verlor.n gaat. Daardoor zullen de akkerbouwers in staat zijn een groot deel van de door hen voor veevoeder geteelde vruchten, als mangelwortels, voederbieten en kool- rapen, alsmede erwten-, boonen- en haverstroo naar elders te verkoopen, om zelf producten, die zij in normale jaren niet of in mindere mate daartoe bezigden, als veevoeder te gebruiken. "Van de gewassen, die met kans op succes nog na de hierboven genoemde vruchten geteeld kunnen worden, zouden genoemd kunnen worden de kool- rapen, knolrapen of raapknollen, overal waar nog planten verkrijgbaar zijn (voor het zaaien van kool- rapen is de tijd verstreken); de herfst-of stoppeU knollenzoowel op zand- en veen-, als op lichte kleigronden. Per H.A. heeft men 24 K.G. zaaizaad noodigzoowel het loof als de knollen kunnen tot zeer laat in den herfst worden gevoederd. Ook leent dit gewas zich zeer goed om in zijn geheel ingekuild (geensileerd) te wordende vikken, op de zavel- en kleigronden; men heeft per H.A. ongeveer 2 H.L. zaaizaad noodig het boterzaad of zomtrraapzaad, op alle gronden. Hoeveelheid zaaizaad 25 liter per H.A. Het groene gewas kan tot laat in den herfst gevoerd worden en tegen den winter worden ingekuild de gele mosterddie op de meeste grondsoorten, gezaaid naar een hoeveelheid van 2535 liter per H.A., nu nog een groote massa blad produ- ceert, dat, mits voor den bloei gemaaid en ingekuild, een goed veevoeder vormthet koolzaad op de betere gronden hoeveelheid zaaizaad 2535 liter per H.A. de groene massa kan gemaaid en ingekuild worden het Westenvoldsch- en Italiaansch Raaigrasnu gezaaid naar een hoeveelheid van pi. m. 65 K.G. per H.A., mag men op de meeste gronden nog ee» be- hoorlijke snede gras verwachten; de spurriedeze leent zich vooral voor de lichte zandgronden en is daar voldoende bekeud. Behalve door het telen van een z.g. tweede vrucht kan bijkans iedere landbouwer den nood helpen lenigen, door zoo zuinig mogelijk met de stoffen, die waarde hebben als veevoeder, om te gaan. Nog in vele streken van het land worden de koppen en bladeren van bieten niet met die zorg verzameld, welke redelijkerwijs voor den volgenden winter geeischt mag worden. Tegen wat meer arbeid mag daarbij niet worden opgezien. Daarom zij er hier op gewezen, dat men daar, waar men geen overvloed van jonge klavers heeft, in den herfst zoo lang mogelijk de koppen met bladeren versch dient te vervoederen. Van een gedeelte kunnen koppen en bladeren van elkaar gescheiden worden. De koppen blijven be- waard tot den tijd, dat men wegens nachtvorsten geen versch loof meer kan voeren, en al het andere wordt zoo zorgvuldig mogelijk ingekuild. Hij, die uitsluitend grasland heeft, zal verstandig doen zijn vee niet zoo lang als maar eenigszins mogelijk is buiten te laten, doch dit wat eerder op te stallen en te voederen met gras, dat dan nog gemaaid wordt van land, dat men voor dit doel vroegtijdig zonder heweiding laat liggen. Door alles wat niet meere in verschen toestand aan het opgestalde vee vervoerd kan worden, zorgvuldig in te kuilen, kan men laat in den herfst nog heel wat kostbaar veevoeder verzamelen. Ten slotte zal het in sommige streken mogelijk zijn door het maaien van groen riet de beschikking te krijgen over voeder, dat in verschen of geansileerden toestand door de dieren gaarne gegeten wordt. Ook zij hier in herinnering gebracht, dat het hakselen van hooi en stroo tot besparing van deze voedermiddelen leidt. Zij, die een voor hen onbekende cultuur van voe- dergewassen willen toepassen, of, terwijl ze niet voldoende vertrouwd zijn met het inkuilen van groenvoer, daarmede willen beginnen, zullen goed doen, vooraf het advies van den Rijkslandbouwleeraar of veeteeltconsulent in te winnen. Ter Neuzen, 24 Juli 1917. ilS

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1917 | | pagina 1