ALGEMEEN NIEUWS- EH ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
No. 6116.
Donderdag 3 September 1914.
54e Jaargang.
DRANKWET.
Publicatie.
De Oorlog
A B 0 N N E M E N T
ADVERTENTlfiN:
TeleSoosi 25.
nit RlaS verschiint MaandatK Woensilag- en VrUflagavond, nitpzonierd op Feestdagen, hU de Firma P. J. YAH DE SAHDE te Ter Nenzen.
geen September-kermis
BINNENLAND.
Per 3 maanden binnen de stad 1.Franco per post voor Nederland 1.10.
Bij vooruitbetalingvoor Belgie /1.40, voor Ned.-Indie en Amerika J 1.65,
overig Buitenland 2.
Men abonneert zich bij de Uitgeefster, of buiten Ter Neuzen ook bij alle
Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievenbushouders.
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0.10.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de
prijs slechts tweemaal berekend.
Grootere letters en cliche's worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief.
Inzending van advertentien voor 1 uur op den dag der uitgave.
De Burgemeester van KOEWACHT
maakt bekend, dat in verband met de ernstige
tijdsomstandigheden, dit jaar in deze ge-
meente
zal gehouden worden.
Koewacht, 81 Aug. 1914.
A. D1ER1CK.
TWEEDE KAMER.
Yergadering van Maandag 81 Augustus,
half twee.
Herdenking verjaardag van de Koningin.
De VOORZITTER, Mr. Goeman Bor-
gesius, zeide dat nu de Tweede Kamer
onder de buitengewone omstandigheid ver-
keert dat zij bijeenkomt op den verjaardag
van H. M. de Koningin, de vergadering
niet mag aanvangen zonder dit feit te
herdenken. Hedenochtend heeft spr. reeds
gelegenheid gehad H. M. zijn gelukwenschen
aan te bieden, waarbij de Koningin ver-
klaarde dat Zij het bijzonderlijk waardeerde
dat de Tweede Kamer in deze moeilijke
dagen een groote eendrachteneensgezindheid
onder alle partijen haren arbeid verricht
en zulks voor Haar te grooter aansporing
was om hare plichten te vervullen en de
belangen van het dierbare Nederlandsche
volk te bebartigen. De Voorzitter achtte
zich de tolk van de geheele Kamer wanneer
hij verklaarde dat deze Koninklijke ver-
klaring groote waardeering bij de Kamer
vindt.
A1 is op verzoek van de Koningin deze
31 Augustus niet tot een openbare feestdag
gemaakt, toch gevoelen wy, meer dan anders
nog, hoezeer een band tusschen ons Volk
en ons Vorstenhuis en Koningin Wilhelmina
in het bijzonder bestaat, een band, die en
dbor de zorgen die Zij met ons deelt en
door de wijze van haar optreden nog nauwer
wordt toegehaald.
De VOORZITTER wees er verder op dat
wij erkentelykelijkheid betoonen en trotsch
er op zijn, niet slechts omdat wij gespaard
zijn geworden voor de oorlogsverschrikkingen
al gevoelen ook wij de gevolgen van
het wapengeweld maar ook omdat wij
aan 't hoofd van ons land hebben eene
Vorstin die Haar Volk voorgaat in leniging
van rampen en rond zich weet te vereenigen
mannen en vrouwen, met een zelfden geest
bezield.
Spreker eindigde met te hopen dat de
bede der Koningin in vervulling moge gaan
en de vrede spoedig moge wederkeeren en
sprak den wensch uit. dat Nederland nog
lange jaren door Koningin Wilhelmina
mocht geregeerd worden.
Met een „Leve de Koningin" besloot
spreker, waarna de vergadering en alle
aanwezige Ministers als een man een drie
werf leve de Koningin aanhief.
De MINISTER VAN B1NNENLAND-
SCHE ZAKEN, Mr. Cort Van der Linden,
tijdelijk Voorzitter van den Ministerraad ,sloot
zich van harte gaarne aan bij deze woorden
des Voorzitters. Niemand beter zeide
hij dat de regeering kan beseffen wclke
onwaardeerbare zegen het is voor ons
Vaderland, dat onze Vorstin door Haar
hooge plichtsbetrachting en Haar trouwe
liefde van het Nederlandsche volk een voor
beeld is voor ons alien.
De regeering sluit zich volkomen aan
bij den wensch dat de Koningin nog vele
jaren en onder betere tijdsomstandigheden
voor ons land gespaard mocht blijven.
(Toejuiching.)
Hierna w*rd de vergadering twin tig J
minuten geschorst, teneinde in de afdee-
lingen te onderzoeken het wetsontwerp
betreffende amnestie voor koloniale desertie.
Na heropening der vergadering werd
eindverslag uitgebracht over bedoeldontwerp,
tegen hetwelk geen bezwaren werden inge-
bracht in de afdeelingen, waarna dit wets
ontwerp, nadat de Regeering er nog een
redactiewyziging in had aaugebracht, aan-
genomen werd zonder debat of stem
ming.
Hierna kwam in behandeling de Beurs-
w e t, hoofdzakelijk beoogend het tot nader
stellen der beurzen van koopbandel, voor
zoover zij bekend zijn voor den geld- en
effectenhandel, onder toezicbt van den
MINISTER VAN LANDBOUW enz.
Algemeene beschouwingen werden over
dat ontwerp niet gevoerd en de eerste vijf
artikelen werden zonder debat goedgekeurd.
Bij art. 6, handelende over herbeleening
bij prolongaties, opperde de heer MAR-
CHANT na waardeerende hulde te hebben
gebracht aan het beleid en aan de werk-
kracht van MINISTER TREUB, bezwaren
van practischen aard tegen dit artikel. Door
die herbeleening kunnen door speculanten
solide onderpanden gebezigd worden om
onderpand van anderen te dekken.
Spreker weerspreekt dat het een algemeene
usance is, die herbeleening. Er zijn tal
van financieele zaken in ons land die deze
bevoegheid niet verleenen. Het in pand
geven van fondsen bij een bankier is een
zaak van vertrouwen en als de bankier zijn
handen slaat aan bet hem toevertrouwde
pand, ten einde dekking te geven voor
eigen schulden, wordt dat goed vertrouwen
geschonden. De bevoegdheid die dau bij
de onderhavige wet wordt verleend kan
spreker niet anders karakteriseeren dan als
een wettelijke sanctie van schending van
goede trouw. Er werd een feitelijke ont-
eigening gescbapen, ten bate van slechts
enkelen, maar ten nadeele van het algemeen.
En zoodoende wordt de onderhavige regeling,
die bedoeld was om geldgevers en geld-
nemers te omvatten, slechts een eenzijdige
regeling, schier gebeel ten voordeele van
geldschieters.
Spreker zal nooit medewerken aan een
wet die de goede trouw kwetst, onrecht
sanctionueert en die als geoorloofd stem
pelt, datgene wat misdadig is.
De beer RUTGERS meent dat de formu-
leering van bet regeerings-artikel een te
wijde strekking heeft en vereenigt zich over
het algemeen met bet betoog van den beer
Marchant.
De heer VAN N1SPEN (Rheden) drong
bij den Minister aan op maatregelen tegen
te hooge rente bij verlenging eener prolon
gate.
De heer LOHMAN stapt over de bezwaren
been, die ook hij heeft tegen de slechte usantie
van herbeleening, omdat bet hier betreft
bet helpen in een noodtoestand, een lequi-
datie regeling onder de huidige omstandig-
beden. Toch drong hij op enkele wijzigingen
aan o.a. dat vervallen zal de herleening,
welke voor de inwerkingtreding van de wet
had plaats gehad, zonder toestemming.
MINISTER TREUB verdedigde het artikel,
als des zelfs bedoeling onderstellende dat als
in onderpand zijn gegeven een zeker aantal
eflecten van een bepaalde soort, by de
afwikkeling der zaak de pandhouder een
gelijk aantal effecten van de zelfde soort
moet verantwoorden. Maar de pandgever
kan niet eisehen, dat hem de stukken van
dezelfde nummers, als in onderpand zijn
gegeven, worden teruggeven. Dat is alleen
verplicbt ten aanzien van premieloten en
obligaties.
De rente zal in den aanvang zeer hoog
moeten zijn en ongeveer overeen moeten
komen met de koers welke de stukken hadden
bij bet in onderpand geven. Geleidelijk zal
een verlaging echter volgen.
Naar aanleiding van de opmerkingen van
den heer Lohman brengt de Minister een
wijziging aau waardoor de bevoegdheid tot
herbeleening ten aanzien van fondsen, in
pand gegeven ria het in werking treden
van de wet alleen geldt wanneer de bevoegd
heid tot herbeleening in de pandovereen-
komst is voorbehouden.
Tegenover den heer Marchant erkende de
Minister een deel van diens bezwaren in
gewone normale omstandigheden. Maar bier
betrof het een hoogst moeielijke zaak, waarbij
honderden millioenen betrokken zijn. En
den geldgevers, in wier belang inderdaad
het artikel 6 is, moest een middel in handen
worden gegeven in den vorm van herbeleening,
om ingeval van nood, gild los te kunnen
maken.
Ten slotte zette de Minister uitvoerig
uiteen dat de goede trouw nergens geschonden
is en de juridische revolutie, door den heer
Marchant gevreesd, niet bestaat.
Na replieken, waarbij debeer MA RCHANT
verklaarde geen stemming te zullen vragen,
maar de voile verantwoordelijkheid voor
de maatregelen aan de regeering te laten,
werd het ontwerp-Beurswet, (nadat er door
den heer Roodhuyzen stemming over ge-
vraagd was, en de heer MARCHANT nu
echter verklaard had voor te zullen stemmen,
omdat het ontwerp in den zin die de beer
Lohman bad gewenscht, gewijzigd is) aan-
genomen met algemeene, 76, stemmen.
Hierna kwam aan de orde het wetsont
werp, strekkende om den rechter de ge
legenheid te geven dadelijke uitwinning te
voorkomen naar aanleiding van geldelyke
moeilijkheden tengevolge van de tegen-
woordige buitengewone omstandigheden.
De heer MEN DELS meent dat het ont
werp in de locale behoeften niet voldoende
voorziet en vraagt daarom den Minister van
Justitie spoedig na aanueming van het
ontwerp, een wijzigingswet in te dienen
waardoor beter aan de locale eisehen zal
worden tegemoet gekomen.
Zoo wraakt spreker het dat huisschuld
gelijk gesteld wordt met elke andere geld-
schuld en geeft een middel aan ter voor-
koming dat de kleine luiden, die door de
tegen woordige omstandigheden absoluut
hun huur niet kunnen voldoen, op straat
kunnen worden gezet, zulks o. a. door
bijdrage van den Staat in de huishuur.
De heer LIMBURG Wijst op de nood-
zakelijkheid om als de ongewone tijden
lang duren aan het verloopen van eenige
fatale termijnen in het procesrecht voor-
komende, zooals het aanteekenen van
cassatie enz. enz. geen rechtsgevolgen te
verbinden, indien den rechter overtuigend
blijkt dat het verstrijken van den termijnen
te wijten is aan de buitengewone tijds
omstandigheden.
De MINISTER VAN JUSTITIE beloott
dat er reeds voldoende gewaakt wordt bij
dit ontwerp en ook bij de bestaande wet,
tegen uitzettingen uit woningen op groote
schaal om de buitengewone omstandigheden.
De opmerking van den heer Limburg
zal spreker met den Minister van Lanbouw
onder de oogen zien.
Het wetsontwerp wordt z. h. st. aange-
nomen, waarna de vergadering tot nadere
bijeenroeping gescheiden wordt.
De Belgen en onze Koningin.
Aan H. M. de Koningin is toegezonden
het volgend telegram
Tweehonderd vier en dertig Belgische
vluchtelingen, ten diepste ontroerd over de
gevoelens van deelneming hun bewezen
gedurende hunne reis van Eysden tot Olde-
broek en hunne ontvangst en goede huis-
vesting aldaar, nemen de eerbiedige vryheid
om Hare Majesteit hunne gevoelens van
algemeene hoogste dankbaarheid uit te
drukken.
J. DREES,
Belgisch Pastoor uit Mouland, thans
te Oldebroek in het vluchtoord onder
Doctor Hendrik Mulder.
Amerika en onze Koningin.
Aan H. M. Wilhelmina, Koningin der
Nederlanden, is gisteren uit de legatie van
de Vereenigde Staten van Amerika de
volgende in het Engelsch gestelde brief
gericht
Mevrouw,
De vele Amerikanen, die veilig en ge-
lukkig zijn in Uwer Majesteits land in deze
moeilijke tijden, wenschen hun erkentelijk-
heid te betuigen voor de vriendelijke gast-
vrijheid, welke zij in het onzijdige Nederland
genieten. Zij bieden Uwe Majesteit hunne
oprechte en diepgevoelde goede wenschen
aan bij gelegenheid, dat Uwer Majesteits
geboortedag met zooveel getrouwheid en
trots door geheel de bevolking des lands
wordt herdacht en zij bidden, dat God
Uwe Majesteit en uw vrij land in vrede en
voorspoed en eere moge bewaren.
(w.g.) HENRY VAN DYKE.
Amerikaansch gezaot in Nederland.
Steuncomite voor de binnen-
schipperij.
Te Amsterdam is een steuncomite voor
de schipperij opgerieht, hetwelk zich ten
doel stelt Nederlandsche sehippers, die door
de oorlogstoestanden raad, hulp of steun
noodig mochten hebben, voor zooverre moge-
lijk, by te staan.
Het comite bestaat voorloopig uit de
volgende heeren J. H. Bergmann, Amster
dam M. C. E. Bongaerts, Goes; W. C.
Camman, Lobith J.J. van Cappelle, Wees-
percarspel L. F. Duymar van 1 wist,
's Gravenbage H. Dykstra, Amsterdam
A. J. Hoek, SommelsdykV. Koopmans,
MedemblikK. H. Koster, Hoogeveen E
van Laar, De venterjhr. R. R. L. de Muralt,
s Gravenhage J. H. Olberding, Amsterdam
mr. R. J. H. Patyo, 's Gfavenhage J. H.
A. Schaper, Rijswijkmr. H. Smeenge,
Amsterdam; G. S-Vlieger, idem R. Vliet-
stra, HarlingenJ. van IJzerlooy, Dordrecht,
terwijl meer belangstellenden in de binnen-
vaart nog zijn aangeschreven. Het voor
loopig bestuur is samengesteld uit de heeren
mr. H. Smeenge, voorzitter, G. S. Vlieger
secretaris, J. J. van Capelle, penningmeester,
Het secretariaat wordt gehouden in het
Binnenscheepsvaarthuis, Prins Hendrikkade
106, te Amsterdam.
JEng eland en de neutrale Staten.
De Engelsche //Economist" van 29 dezer
bevat volgens het Hbl. een artikel over
,/Onze (d. w. z. Engelands) houding tegen
over neutrale staten", waarin opmerkingen
van groot belang voorkomen. Hetinvloed-
rijke Engelsche blad wijst er op, dat Enge-
land den oorlog is begonnen wegens schen
ding der Belgische neutraliteit door Duitseh-
land en dat Groot-Brittannie er dus ook
zorgvuldig voor dient te waken dat-niet
om redenen van militaire noodzakelijkheid
het slechte Duitsche voorbeeld wordt gevolgd
ten aanzien der houding tegenover neutrale
staten.
Het blad vervolgt daarop//Het doet
ons om deze reden zeer veel genoegen dat
Minister Asquith in het Lagerhuis heeft
verklaard dat de regeering van plan is vast
te houden aan de verklaring van Parijs,
die ons (Engeland) zell goed van pas is
gekomen als neutrale staat in alle buiten
landsche oorlogen die sinds 1857 hebben
plaats gevonden". Het Parlementslid Bowles
had de meening uitgesproken dat Engeland
zich niet aan de bepalingen dier acte diende
te houden, doch zich in den handel der
neutralen diende te mengen, indien hierdoor
extra scbade kon worden toegebracht aan
den handel der vijanden.
De /Economist" keurt deze uiting sterk
at en vervolgt dan//Van andere zyde
wordt aaugevoerd dat wij inbreuk dienen
te maken op de rechten van neutrale landen
als Nederland of Denemarken, door hen
te verbinderen voedsel of koopwaren aan
Duitschland te leveren. Het is echter vol
komen duidelyk, dat Groot-Brittannie door
aldus te handelen veel meer aan moreel
prestige in de geheele wereld zou verliezen
dan het aan den anderen kant zou kunnen
winnen. Er zijn echter ook zuiver mate-
rieele bezwaren tegen zulke een handelswijze.
Indien wy b.v. eenigermate maatregel
namen waardoor de legitieme handel der
Vereenigde Staten met Scandinavie ot
Nederland werd belemmerd, dan zou de
stemming in de Vereenigde Staten zich
dadelyk tegen Engeland keeren en zouden
wij gevaar loopen voor retorsie-maatregelen
op handelsgebied, die gemakkelyk de fabrie-
ken in Lancashire tot stilstani zouden
kunnen doemen.
Bovendien is het echter van groot belang
voor Engeland, dat meer dan eenige andere
staat afhankelijk is van de handelsbeweging
der geheele wereld voor de inkomsten van
zijn eigen burgers en van de regeering,
voor het versehaflen van werk aan zijn
bevolking en voor de verzekering van zijn
handelspositie, dat de handel met en tusschen
de neutrale Staten kan worden voortgezet.
De handel kan niet leven van oorlog en de
oorlog kan niet voortgezet worden zonder
handel en crediet.
Wil Londen geleidelijk weder de positie
gaan innemen waarvan het door het uit-
breken van den oorlog is beroofd, dan is
het van essentieel belang dat Engelands
kandelspolitiek tegenover neutralen zoo
liberaal moet zijn als overeen is te brengen
met een goeden voortgang der krijgsbe-
drijven. Er is echter nog een andere over
weging, waarvoor niemand met staatsmans-
gaven blind kan zijn. Niet slechts Zwit-
serland, doch ook Nederland en Denemarken,
lijden zwaar door den oorlog. Zij zijn
financieel ernstig getroffen, hun scheepvaart
en visscherij zijn tot stilstand gebracht of hall
geruineerd (zoo ernstig is het nu gelukkig
wel niet. Red. Hbld door drijvende mijuen
en andere vreeselijke gevaren van den mo-
dernen oorlog.
De Nederlanders en waarschynlijk ook
de Denen, hebben zeer groote kosten te
maken voor mobilisatie als voorzichtigheids-
maatregel met het oog op de defensie.
Indien Engeland tracht hun handel vol
komen te ruineeren door zeer krachtige
uitoefening van het recht van onder-
zoek der ladingen en door te trachten
hen te dwingen alleen met Engeland
en de met dezen staat verboDden mogend-
heden handel te drijven, dan kan Groot-
Britannie deze neutrale staten allicht
van zich vervreemden en hen in de armen
van Duitschland dryven. Tot zulk een
dwaasheid achten wij onze regeering (het
is de Engelsche /Economist" die aan het
woord is) niet in staat, al zijn er in de
Engelsche pers artikelen verschenen waaruit
afgeleid zou kunnen worden dat personen
van invloed bij de autoriteiten op zulk een
politiek aandringen."
Wy achten het van belang op deze uiting
van het invloedryke Engelsche blad de
aandacht te vestigen. Voor den Neder-
landschen handel is het te hopen, dat deze
zienswijze ook die der Engelsche regeering
zal blijken. Iutusschenzou belemmering
van doorvoer naar Duitschland gelijk staan
met schending der neutraliteit tegenover
dit land Maar dan het vrijlaten van den
doorvoer, zou dat niet de neutraliteit schen-
den aan de andere zyde Geen van beide
ligt natuurlijk in de bedoeling van onze
bevolking of van onze regeering. Het is
te hopen dat wij niet voor het dilemma
geplaatst zullen worden. Mocht dit te
eenigertijd wel bet geval zijn, dan zal onze
regeering, die getoond heeft zoo goed voor
haar taak te zijn berekend, zeker wel
rekening weten te houden met de feiten
zooals zij zich op dat oogenblik zullen
voordoen, alvorens in deze uiterste moeilijke
quaestie een beslissing te nemen.
Het Conclaaf.
Zondagavond te 5 ure kwamen alle kardi-
nalen te Rome op het Vaticaan aan, waar
zich prins Ohigi, de maarscbalk van het
conclave en monseigneur Miseiattelli reeds
aanwezig waren.
In de groote zalen van bet Vaticaan ging
het zeer geanimeerd toe tusschen de bardinalen
prelaten, dignitarissen en het personeel, dat
hun was toegevoegd.
De kardinalen kwamen in de Paulynsehe
kapel bijeen, waar een plechtig *Veni
Creator" gezongen werd.
Vervolgens begaven de kardinalen zich
in processie, voorafgegaan door een kruis
door de ,/Sala Regia" naar de Sixtynsche
kapel, die tot verkiezingszaal is ingericnt.
Langs de wanden zyn troneu aaugebracht
voor alle kardinalen, die er plaats nemen
volgens orde van hun ancienniteit. De
eerste kardinaal, die binnentreedt, is Cera-
phino van Otelli en de laatste Lega. De
garde noble brengt hen de gebruikelijke
eerbewyzen. Onmiddellyk nadat de kardi
nalen de kapel zyn binnengetreden, leggen
zij achtereenvolgens den eed af, wat ook
prins Cbigi doet. Het voorbytrekken der
kardinalen, te zamen met de conclavisten
en dignitarissen, als ook de plechtige eeds-
aflegging, vormde een indrukwekkende
plechtigheid, die op de aanwezigen een
diepen indruk maakte. Nadat de eed was
afgelegd, hadden de formaliteiten, betreffende
de afsluiting van bet conclave, plaats.
Alle telefoondraden, die de kapel, waar
het conclave gehouden wordt, met de buiten-
wereld verbinden, werden doorgesneden.
Het gebeurde te Luik en Leuven.
Onze Middelburgsche correspondent had
gisteren een onderhoud met een Nederlander,
die reeds jaren in Belgie woonde en die te
Leuven de verschrikkelijke dagen van 25 en
26 Augustus medemaakte. Deze heer gaf
een nieuwe kijk op de zaak. Hij wees er
namelyk op dat zoowel te Luik als te Leuven
het eerst ongeregelheden voorkwamen in de
buurten waar de meestePoolscheen Russische
studenten, die in groote getale de academies
daar bezoeken, wonen. Daar onder deze i
studenten tal van revolutionnaire elementen
zijn, meende de Leuvenaar in die richting de
eerste aanleiding tot het bericht dat er door
Belgen geschoten zou zijn te moeten zoeW.
Ook deelde deze vluchteiing m. ue
Belgen thans onverschillig zijn over bew4^,
verder zal gebeuren, zij verwyten
ISE!SBaEKZE03E3H!raSEra!ZSZEE7S3Era
TER NEUZENSCHE CO U RANT
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN,
brengen ingevolge artikel 37 in verband met artikel
12, le lid der Drankwet, ter openbare kennis dat
bij hen is ingekomen een verzoekschrift om verlof
tot den verkoop van alcoholhoudenden, anderen
dau sterken drank van PODLUS MEERTENS
werkman, wonende te Ter Neuzen in het midden-
lokaal van het perceel plaatselijk gemerkt 38 en
gelegen aan den Baandijk.
Binnen twee weken nadat deze bekendmaking
is geschied, kan ieder tegen het verleenen van het
verlof schriftelijk bij Burgemeester en Wethouders
bezwaren inbrengen.
Ter Neuzen, 31 Augustus 1914.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. HUIZ1NGA, Burgemeester.
L. WABEKE, Secretaris.